Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
22 Nov. '14. No. 1952
Teekening van P. de Jong
Het einde van de Emden: het nieuwe
sagenschip: de nieuwe Vliegende Hollander
IHIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIII1IIIIIIIMII1III
plus van minstens vijf procent de obligaties
te beleenen, waarbij natuurlijk tegen mis
bruiken, zooals speculatieve bedoelingen,
zal worden gewaakt.
Het is opmerkelijk, hoe in Engeland op
eene dergelijke wijze aan het publiek zal
worden tegemoet gekomen.
De Engelsche regeering n.l. gaat
voorloopig over tot eene oorlogsleening van
350 millioen, welke 3 V»pCt. rente zal
dragen en a 95 pCt. wordt uitgegeven en
nu heeft, naar men uit Londen bericht, de
Engelsche Bank zich bereid verklaard aan
de inschrijvers het geheele te storten bedrag
voor te schieten tegen eene rente van l pCt.
beneden het bankdisconto, en zulks voor
den duur van drie jaren.
Uit den aard der zaak zijn deze faciliteiten
nog breeder dan die hier zullen worden
toegestaan, doch in beginsel wijken ze niet
van elkaar af. ? '
Ongetwijfeld zullen de aanstaande dis
cussies over dit wetsontwerp zeer belang
wekkend zijn en zien wij die verlangend
tegemoet. Te hopen is o.i. echter, dat het
er ten slotte met vlag en wimpel doorgaat.
Men zal wellicht nog eene 4V»pCt. lee
ning voor iets beneden pari bepleiten en
daarvoor zou zeker veel te zeggen zijn,
doch op den duur zou de koers daarvan
op of boven pari komen en vermoedelijk
.heeft de Min. overwogen, dat het
verkiesIQker is den deelnemers deze faveur niet
te geven.
20 Nov. v. D. M.
P.S. De in de vergadering van aandeel
houders d.d. 24 Juni jl. gemachtigde, doch
door het uitbreken van den oorlog gestrande
uitgifte van ? 4.000.000.?, opligaties der
Semarang?Cheribon Stoomtram Mij. komt
thans ter inschrijving, echter voor een be
drag van ?8 millioen en op een rentevoet
' van 6 pCt. De koers van uitgifte is 98 pCt.;
de inschrijijing is op 27 Nov. a.s. openge
steld bij de Amsterdamsche Bank alhier, de
firma A. van Hoboben & Co. te Rotterdam.
Mét het oog op den algemeenen toestand
zijn de termijnen van storting op de toege
wezen obligaties over 4 maanden verdeeld,
zoodat 8 Dec. a. s. 23 pCt., 7 Jan., 10 Febr.
en 10 Maart 1915 telkens 25 pCt. zullen
moeten worden behaald.
Waar de leening een tijdelijk karakter
draagl, zal zij l Dec. 1919 a pari worden
afgelost, zoodat het netto-rendement 6Va
pCt. per aandeel bedraagt.
De Maatschappij Zeeland" en het
mijnengevaar
Men schrijft ons:
Het behoeft geen verwondering te wekken,
dat in dezen tijd van mijnengevaar de toe
stand van de bemanning en het personeel,
dienstdoende op zeeschepen, welke de Noord
zee bevaren, allesbehalve genoegelijk is.
Behalve het vooruitzicht om misschien op
betrekkelijk jongen leeftijd het leven te ver
liezen, komt daarbij vopr velen het treurige
besef in dat geval hunne nabestaanden in
kommervolle positie te moeten achterlaten.
De uiterst lage traktementen, 8ie zeevaren
den voor hunne gevaarlijke en verantwoor
delijkebetrekking over het algemeen genieten,
laat hun geen gelegenheid door het sluiten
van eene ruime levensverzekering, hun
echtgenooten en kinderen een ietwat onbezorgde
toekomst te waarborgen. Dit nog te meer,
daar door een noodlottige wisselwerking
'HtiiMtmimfiUfiiiiifiiiilHiiiffifiUffffiiiiiiiiiiiHiffffMiiiiiiiutfiififffiriH
BRIEVEN VAN OOM LOUIS
VII
De tijden zijn waarlijk slecht. In de
zaken gaat niets om, behalve dan in
tabak, cacao, koffie, suiker, rijst, spece
rijen, rubber, boter, kaas, eieren en
groente. Niemand weet waar hij aan
toe is. Alles staat op zijn kop. Wie
vroeger in een auto reed, staat nu achter
op lijn 2 en wie vroeger een te kaal
jasje had voor de tram, snort nu in een
auto van de stelling Amsterdam met een
officier als gast. Wie vroeger naar den
schouwburg ging, blijft tegenwoordig
thuis, en wie vroeger geen vijftien centen
voor de bioscoop had, krijgt die nu van
het steuncomité. Wie vroeger spiegel
eieren met ham at, is al heel tevreden
als hij tegenwoordig ham met spiegel
eieren krijgt en wie vroeger heelemaal
niet at, moet nu oorlogsbrood eten.
Wie vroeger op zijn tijd een oestertje
inslikte, eet zich nu een driedaagsche
ziekte aan mosselen, en de liefhebbers
van Hollandschen zalm zijn nu a) erg
blij, als zij geen blei behoeven te eten.
Wie Vroeger in caviaar baadde, snijdt nu
ramenas op zijn ongebuilde boterham.
Wie vroeger zijn rijksdaalders op de
beurs verdubbelde, moet nu zijn smerige
zilverbons in den zak houden.Wie vroeger
juist voor hen wier groote sterftekans het
afsluiten eener behoorlijke levensverzekering
bijna tot eene moreele verplichting.maakt,
de geëischte premiën meestal van dien aard
zijn, dat zij hun draagkracht te boven gaan.
We kunnen daarom veilig aannemen dat
in deze tijden van verhoogd levensrisico
herhaaldelijk botsingen zullen zijn ontstaan
tusschen de opvarenden, die hun eigen leven
en de toekomst der hunnen zooveel mogelijk
zullen trachten te sparen, en de reederijen
wier winst aanzienlijk beperkt of opgeheven
zoude worden, indien zij wilden toegeven
aan alle geëischte maatregelen van voor
zichtigheid en veiligheid, of het beperken
der vaart en het zooveel mogelijk bemannen
der schepen met ongehuwd, zich vrijwillig
daartoe beschikbaar stellend personeel.
Een berichtje als we onlangs in een der
dagbladen lazen, dat verschillende
haringschepen in IJmuiden niet konden vertrekken,
omdat onder de opvarenden zich personen
bevonden, die bang geworden waren voor
de in de Noordzee liggende mijnen, zal dan
ook wel het resultaat zijn van een
dergelijken stillen strijd, die langen tijd gevoerd
werd tusschen personeel en reederij buiten
medeweten van het publiek.
Merkwaardig is onder deze omstandig
heden de gedragslijn van het Hoofdbestuur
der Posterijen en Telegrafie tegenover het
rijkspersoneel, dienstdoende op de schepen
der maatschappij Zeeland.
Toen begin September drijvende mijnen
gerapporteerd werden op de route der
mailbooten, werd door den minister van marine
aan den Hollandschen loods toegestaan het
schip voorbij West-Kapelle te verlaten in
plaats van de geheele reis mede te reaken;
een zelfde vrijheid werd nu verzocht door
de post- en telegraafambtenaren aan boord,
waarop echter afwijzend werd beschikt,
zonder opgaaf van redenen. Toch kan moei
lijk worden aangenomen, dat het overwe
gingen waren van dienstbelang, die hier
den doorslag gaven. Wat het
telegraafpersoneel aangaat moet worden opgemerkt, dat
dit vrijwel nutteloos geworden is nu op
last van de Engelsche admiraliteit, dadelijk
na het verlaten van Hollandsch vaarwater
de antenne moet worden neergehaald, zoodat
juist in de gevaarlijke zone bij een
scheepsramp niet om hulp kan worden geseind.
Ook voor de postambtenaren echter be
staat geen enkele geldige rede'n om hen te
dwingen hunne functie aan boord te blijven
uitoefenen. De correspondentie naar Enge
land komt des avonds te 11 uur te Vlissingen
aan en zou dus des nachts verwerkt"
kunnen worden en dan onder geleide van
het personeel der Mij. Zeeland naar Engeland
worden vervoerd, een maatregel die eenige
jaren, geleden uit zuinigheidsoverwegingen
op de dagbooten regel was. De correspon
dentie uit Engeland, welke toch al reeds 2
a 3 dagen vertraging ondergaat door den
censor, zou na aankomst van de boot door
het postpersoneel in den trein verwerkt"
kunnen worden en verder, evenals thans
geschiedt, op de expeditiebureelen te Rot
terdam en te Amsterdam.
Dit alles werd uitvoerig 'ter kennis van
den heer directeur-generaal der posterijen
en telegrafie gebracht en had tot gevolg, dat
het personeel werd afgescheept met de
mededeeling, dat het niet op den weg van het
personeel lag voorstellen te doen... Het
eenige wat verkregen werd was de belofte
op een toeslag van 50 pCt. op het eventueel
uit te keeren weduwenpensioen, dat daar
mede evenwel nog veel te laag blijft om de
achtergeblevenen voor gebrek te behoeden.
Ondertusschen is de toestand meer en
meer verergerd.
Sinds de route om de Engelsche mijnen
te ontgaan meer naar het noorden verlegd
werd, worden dagelijks mijnen gepasseerd,
soms zelfs in vrij belangrijk aantal. Dat
deze mijnen niet gevaarloos zijn blijkt wel
uit het groote aantal mine-sweepers op deze
route, booten welke door de Engelsche ad
miraliteit met het opvisschen van mijnen
belast zijn, alsook door déverschillende
ongelukken, die reeds met dergelijke mijnen
zijn gebeurd.
Zoo zag men langzamerhand alle personen,
die van de Maatschappij Zeeland" onafhan
kelijk zijn, het schip verlaten. De Engelsche
loods, die vroeger steeds de geheele reis
medemaakte, eischte nu bij den
Theemsmond te worden afgezet, na welk punt men
n.l. van zijn diensten geen gebruik meer
maakt; den klerken van de
South-EasternMaatschappij, werd eveneens door hunne
maatschappij vergund de reizen niet meer
mede te maken. Zij allen kregen verlof het
schip te verlaten, alleen het post- en
telegraafpersoneel niet.
Is het wonder dat in deze kringen gegist
wordt naar de hardnekkigheid van deze
weigering, dat men hierin meent te zien
een maatregel, welke genomen werd in over
leg of op verzoek van de Maatschappij
Zeeland", teneinde de passagiers, die zulks
zeker zouden bemerken niet noodeloos te
verontrusten. Hiervoor zoude ook pleiten de
zijn schulden betaalde, is er nu af, en
wie ze vroeger niet betaalde, is er nu
ook af. Wie vroeger over het Handelsblad
gaapte, vindt tegenwoordig het Nieuws
van den Dag prachtig. Wie vroeger door
den deurwaarder op straat werd gezet,
is nu genoodzaakt in zjjn schamele woning
te blijven zonder quitanties voor de huis
huur. Wie vroeger zijn portefeuille vol
diamanten had, loopt nu te schreeuwen
met de middageditie, en wie vroeger een
paar maal in het jaar naar Parijs ging,
maakt nu op zijn atlas goedkoope uit
stapjes naar Dixmuiden en Kiautchau.
Wie vroeger zijn coupons knipte, heeft
nu geen werk, en wie vroeger niets te
doen had, knipt nu ondergoed voor den
minderen man. Wie vroeger graag een
fatsoenlijk baantje had, wordt nu lid van
een steuncomité. Wie vroeger....
Doch genoeg hiervan: de tijden zijn
vreeselijk.
Wie nog het minst te klagen hebben,
zijn de doctoren en de advocaten. De
oorlog schijnt geen ongunstigen invloed
te hebben op de volksgezondheid; al
thans het sterftecijfer is niet gedaald.
De omzet in dit artikel is niet verminderd:
de uitvoer naar betere gewesten kan be
zwaarlijk verboden worden.
En dan de advocaten! Die hebben
een gouden tijd! Gedoken in toga en
omstandigheid, dat door de Maatschappij in
de bladen geen melding gemaakt wordt van
de mijnen, die telkens worden gepasseerd.
Tot op zekere hoogte is een dergelijke
maatregel toe te juichen. Tegenover toe
komstige passagiers, die den overtocht
moeten medemaken zoude het een
noodelooze wreedheid zijn hen te verontrusten
met deze uiteenzetting van het gevaar, dat
hen bedreigt.
Maar er zijn ook velen geweest die noo
deloos den overtocht maakten juist omdat zij
onkundig waren van het gevaar. Zijn niet
in den loop van de vorige maand, duizende
en nog eens duizende vluchtelingen naar
Engeland overgestoken, die zich van geen
gevaar waren bewust!
Zeker, er zijn op die tochten geen onge
lukken gebeurt. Het personeel der maat
schappij Zeeland" heeft tot nu toe steeds
de mijnen tijdig gezien, steeds heeft ze kans
gevonden een botsing te vermijden. Maar
al ligt hierin een niet te onderschat) en com
pliment aan dat personeel, toch blijft het
gevaar bestaan.
Onwillekeurig dringt zich dan de vraag
in ons op of het wel goed was gezien, dit
gevaar te verzwijgen ? Wanneer toch tijdens
het enorme vluiphtelingenvervoer in den
loop van de afgeloopen maand een ongeval
ware gebeurd, zoude hoogst waarschijnlijk
bij deze opeenhooplng van menschen, waar
van de meesten nooit de zee bevaren hadden,
een paniek zijn ontstaan, die redding hoogst
bezwaarlijk zoo niet onmogelijk hadde ge
maakt.
* * *
Van andere zijde schrijft men ons:
Volkomen waar is- het, dat het varen thans
zooveel gevaarlijker is, maar de vrij
algemeene opinie is, dat het 't verkieselijkste is
te blijven varen. Het is trouwens niet allén
de Zeeland die vaart. Voorts volgt de Zee
land strikt de voorschriften van de Engel
sche Admiraliteit en wordt er alleen bij
dag gevaren.
Een andere zaak is dat dit grootere gevaar
voor het personeel van de Zeeland, zoo slecht
betaald wordt.
Aan de Batavierlijn heeft het geheele
personeel van hoog tot laag van den aan
vang van den oorlog af 25 pCt. verhooging
van gage gekregen en sedert l November
50 pCt. behalve nog de verzekering bij
ongeval, en dit alles uit eigen beweging
der Directie.
De Zeeland is zoo ridderlijk niet, maar
heeft eerst op aandringen van l November
af, 25 pCt. op de gage gelegd, terwijl men
gezegd heeft, dat de opvarenden verzekerd
zijn,'maar niet voor welk bedrag, vermoe
delijk omdat dit zoo gering is.
Wat overigens de postambtenaren betreft,
zij zouden best aan den wal kunnen blijven.
Wat schrijver zegt betreffende den
telegrafist is echter niet juist. De Antenna wordt
neergenomen alleen in het vrijwel veilige
gebied (onder de Eng. kust) en ligt dan
nog steeds gereed om zoonoodig
onmiddelijk even opgezet te worden. De equipage
van de Zeeland zou dus, denken wij, niet
graag den telegrafist missen.
?"?*"*"? « 1»? *
St. Nicolaas
Hulde, dat i£dit jaar niet versaagt"
Een beleend, milddadig stadgenoot.
Kindervrienden!
Het motto, boven dit stukje geplaatst, be
geleidde een mooie gift van een onzer lief
dadige stadgenooten.
Hulde, dat ge niet versaagt!" Neen,
vriendelijke lezeres en lezer, wij versagen
niet! Wij willen wel, maar...
Toen wij dit jaar bijeen kwamen om de
vraag te bespreken, of we een St. Nicolaas
feest mogelijk zouden maken voor ± 50,000
kinderen, waren we het er hartgrondig over
eens, dat dit jaar vooral het Sint
Nicolaasfeest niet onopgemerkt mocht voorbijgaaan.
Dit jaar vooral niet! Immers! ontzettend
veel wordt er in onze goede stad ontbeerd
door dezen rampzaligen oorlogstoestand.
En onze arme schoolkinderen zijn daar
wel in de allereerste p iaat s de dupe van.
Schoot er vroeger al eens wat geld over,
om den kinderen thuis een pretje te be
zorgen, nu kan daar geen sprake van zijn.
En de kinderen praten al weer over Sint
Nicolaas, en met vraagoogjes zien zij op
naar hun onderwijzers en onderwijzeressen,
van die het antwoord wachtend, of ze ten
minste op school den Goeden Sint nog te zien
zullen krijgen. Want thuis ! De moeders
hebben het al gezegd: het gaat niet! Zie
daar de reden, waarom wij dit jaar niet
wilden versagen!
De tweede vraag, die wij ons stelden
was: Zou het ons mogelijk zijn, dit jaar
een St. Nicolaasfeest te doen vieren ? Hierop
konden we niet zoo gemakkelijk een ant
woord geven. Maar we hadden vertrouwen,
vertrouwen in de goedgeefsheid onzer
baret visschen zij in het gemobiliseerde
water. Met geleerde gezichten geven zij
adviezen over oorlogsrecht, waarvan zij
ongeveer niets weten en over de kunst
van zoo weinig mogelijk te betalen,
waarvan zij ongeveer alles weten. Be
beurswet schijnt voornamelijk ter wille
van hun beurs gemaakt te zijn, en de
uitstelwet geldt volgens hen niet tegen
over advocaten. Gelukkig dat te Am
sterdam tenminste een deken is, die er
nog een beetje den wind onder houdt,
en dat de Amsterdamsche rechters niet
allen zoo dom zijn als zij er uitzien.
Hoe weinigen het ook goed en
hoevelen het ook slecht moge gaan, geklaagd
wordt, er niet, en Amsterdam draagt de
misère moedig. Het toonde zelfs nog
veel te kunnen missen, toen de onge
lukkige Belgische uitgewekenen de
Vereeniging tot Bevordering van het Vreem
delingenverkeer tijdelijk overbodig maak
ten. Het is nog de tijd niet om hulde
te brengen aan allen, die toen bewezen,
dat Amsterdammer en Samaritaan eigen
lijk hetzelfde is en niet allén omen
bij de Damstraat , maar het is onmo
gelijk te zwijgen van mannen als Stuart
en jonker.
Stuart, Koninklijk Eerevoorzitter der
Belgische vluchtelingen, onder uw
hoogen. hoed klopt een gevoelig hart.
ZooAmsterdammers en... niet Amsterdammers!
We dorsten het aan, lezers, ook dit jaar
met ons verzoek om steun tot u te komen.
Onze onkosten beperken we tot het hoog
noodige! Vandaar dit jaar geen aparte cir
culaires. Maar, niet waar, dit maakt voor u
geen verschil. Qij stuurt ons uwe gave
toch l Ja, juist daarom!
Alle giften, onder welken vorm ook,
worden dankbaar aanvaard.
Het adres onzer penningmeesteres is Mej.
P. A Barghoorn Ie Helmersstraat 68,
Telephoon 3201 Z.
De Comm. voor het St. Nicolaasfeest
uit de Afd. Amsterdam B.y. N. O.
en den Bond v. Onderwijss. bih.
Fröbelbond.
Inhoud van Tijdschriften
De Nieuwe Gids, Nov. '14: G. van Hulzen,
Aan 't lichtende strand. Aleida van
Pellecom, De erftante. Jac. van Looy, Nieuwe
bijlagen VIII, de vertaling. Frans Erens,
Uit het dagboek van een Grensbewoner
(vervolg). C. F. Gijsberti Hodenpijl, Her
inneringen aan 1870 naar aanleiding van een
bezoek aan Metz. G. Kapteijn-Muysken,
De Oorlog. Maurits Wagenvoort, Het
Pausdom en de opheffing der Jezuitenorde
in de 18e eeuw (slot). H. L. Berckenhoff,
W. G. v. Nouhuys. J. R. van Stuwe Hzn.,
Over Charles Péguy. Joh. W. Broedelet,
Tooneel-notitie. Jules Schürmann; Mijme
ringen van een Mandarijn. Hein Boeken,
Chaos (Gedichten). Willem Kloos, Ter
gedachtenis aan A. E. H. Goekoop. Wil
lem Kloos, Literaire kroniek. Frans
Netscher, Binnel. Staatk. Kroniek. Chr. Nuys,
Buitenl. Staatk. Kroniek.
De Beweging, Nov. '14: P. N. van Eyck,
Bij het bericht van de vernietiging der
Kathedraal van Rheims. W. L. Penning Jr.,
Verzuchtingen in den Bajert. Dr. O. A.
Krijn, De brand op Bergthorshval. Maurits
Uyldert, Onze Lieve Vrouwe van Rheims.
Jacob Israël de Haan, De duitsche rechts
geleerden en de oorlog. Albert Verweij,
Een duitsch dichter en de oorlog. J. Starcke,
Psycho-analyse. Prof. Dr. T. J. de Boer,
Antwoord op het voorgaande. Maurits
Uyldert, De Kathedraal. Prof. Is. P. de
Vooys, De steunbeweging II. Albert
Verwey, Boeken, menschen en stroömingen.
Boekbeoordeelingen.
Onze Eeuw, Nov, '14: P. D. Chantepie de
la Saussaye, Oorlog en beschaving. C. M.
Vissering, Een zeereis I. Dr. E. B.
Kielstra, Nieuw-Guinea. H. van Malsen, Groen
van Prinsterer en Heinrich Leo I.
Jacqueline E. v/d Waals, Als allen u verlaten...
Maurits Sabbe, Hoe Fraulein Damchen be
graven werd. Tie, Van den hak op den,
tak. H.G.,Ekonomische kroniek (oorlog).
Balthazar Verhagen, Glimwormen.
De Vrouw en haar Huis, Nov. '14: C. H. W.,
Naherfst. G. J. Blees Kzn., Houtsnijwerk
van den heer J; F. Roorda te Wezep.
L. de Bussy-Kruysse, Het omgaan met onze
zieken VII. Het werk onzer
Nederlandsche Vrouwencomité's: Zeist, Haarlem enden
Haag door V. Z., Elis. M. Rogge en F. S.
van Balen-Klaar. Willa Polenaar, Zelf
leeren ontwerpen. B. J. Bowier,
Raffiawerk. Wetenswaardigheden van den dag.
Kleedingstukken voor militairen. Elck
wat wils.
De levende natuur, afl. 13: J. Metzelaar,
Parasieten. Jac. P. Thijsse, Over
rogelgeluiden. Ph. A. M., Een overblijvende
toorts. Vragen.
* 9 *
BOEKVERKOOPING
- BIJ
IBÜRGSRSDIJK&HIERMANS hutu SaloiÉ",|
LEIDEN,
van 9 tot 18 Dec. omvattende een b ij zonder u i t g e-1
breide verzameling van waardevolle periodieken,
standaardwerken, nieuwere handboeken, zeldzame uitgaven en
curiosa, op het gebied der Rechtsgeleerdheid, Staatsweten
schap, Staathuishoudkunde, Geschiedenis, Aardrijkskunde,
Ethuographie, Orientalia, Godgeleerdheid, Kerkgeschiedenis,
Philosophie, Klassieke pirilologie, Archeologie, Nieuwe taal en
letteren, Kunstgeschiedenis, Geïllustreerde verken, enz. enz.
Achtereenvolgens zullen verkocht worden de navolgende
rubrieken:
Woensdag en Donderdag 9 en 10 Dec. Rechtsgeleerdheid
en Staatswetenschap, waarbij eene waardevolle verzameling
over Staathuishoudkunde, vooral Geld-, Munt- en Bankwezen,
Handelsgeschiedenis, Verzekeringswetenschap, enz. (1575 nrs.)
Yrydag 11 Dec. Algemeene geschiedenis en aardrijkskunde,
Krijgswetenschap, EufopeescTie oMogen, reizen,
ethnographie. (485 nrs.)
Europeesche rijken (behalve Nederland). Genealogie,
Heraldiek, enz. (316 nrs.)
Zaterdag 12 Dec. Vaderlandsche geschiedenis en plaats
beschrijving, Stedengeschiedenis, enz. (580 nrs.)
Maandag 14 Dec. Geschiedenis, taal en letteren der Oostersche
volken, Afrika, Amerika, Australië (550 nrs.)
Dinsdag 15 Dec. Godgeleerdh. en Kerkgeschiedenis. (734 nrs.)
Woensdag 16 Dec. Philosophie. Klassieke philologie
en geschiedenis der oudheid.
Donderdag 17 Dec. Hoogduitsch, Engelsch, Noorsch,
Nederlandsche taal- en letteren.
Vrijdag 18 Dec. Fransch, Italiaansch, Spaansch, Kunst
geschiedenis, Geïllustreerde werken, Muziekgeschiedenis, enz.
IWF" O. m. afkomstig uit de nalatenschappen van Mr. J.
ORT, advocaat en procureur te Amsterdam ; R. N. L.
MIRANDOLLE, president van de bijbank der Nederlandsche bank
te Rotterdam; Ds. R. BEUNK, predikant te Norg; B. C.
BRENNAN, leeraar in het Engelsch aan R. H. B. school en
het Gymnasium te Zwolle, de bibliotheek van een O u
dHoogleeraar in de klassieke philologie, enz.enz.
IHT" De catalogus (pi.m. 5700 nrs.) is verkrijgbaar. Toe- |
zending tegen 25 ets.
Te bezichtigen Maandag en Dinsdag 7 en 8 Dec. |
Begin Maart a.s. uitgebreide auctie hoofd
zakelijk op het gebied der Geneeskunde en aanverwante vakken,
Chemie, Pharmacie, Natuur- en Wiskunde, Technologie, \
Zoölogie, Botanie, Geologie.
Nieuwe Magazijn Catalogi
Bulletin 3e serie No. 5 bevattende 850 oude en zeldzame |
werken, platen en kaarten over ZEELAND.
Bulletin 3e serie No. 6 bevattende 1300 nummers, werken l
over Internationaal recht, Zeerecht, Romeinsch recht, Oud-1
Hollandsch recht, tractatenrecht, enz.
IIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIlllllltlllllllllllHIIMIIIIIIIII
lang er op de wereld Belgisch zal ge
sproken worden, zoolang zal men uw
naam noemen naast dien van Jonker.
Jonker! Welk een man! Geef hem
duizend uitgehongerde zwervers, met of
zonder jeuk, met of zonder hun schuld
aan den drank, met of zonder lompen,
draai u even om en daar staan duizend
opgewekte, verzadigde onbehuisden, allen
eenvoudig doch smaakvol gekleed en
allen buiten hun schuld nuchter.
Aan hem is Amsterdam ontzettend veel
verplicht. Al komen zij met tienduizenden
aanrukken, de landloopers, de bedelaars,
de zwervers, de kozakken der gemeen
schap: Hindenburg-Jonker is tegen hen
opgewassen. Doch niet in de Mazurische
meren drijft hij de ongelukkigen, doch naar
de Elyseeische velden zijner Toevlucht
voor Onbehuisden. Zijn koffie is als het
water der Lethe, dat alle ellende doet
vergeten, zijn brood is als de manna,
dat alle smaken had, zijn bed is als de
rozen, waarop de elfen rusten.
Hoe diep gevoelen wij berouw over
de tallooze malen, dat wij een boekje
van den heer Jonker in de prullenmand
gooiden. Het zijn toch zulke aardige
boekjes met zulke lieve prentjes. Bijna
altijd met het portret van den heer en
mevrouw Jonker en van ongelukkige
kindertjes, die er zoo knap uitzien.
Voorwaar de heer Jonker is een
beweegkracht ten goede, zooals mijn hoog
geachte collega van het Handelsblad
zou zeggen. Kwam er , vroeger een
zwerver aan onze deur, dan snauwden
wij hem maar al te dikwijls af met een
Loop naar den duivel", thans verwijzen
wij hem eenvoudig naar Jonker.
Hoe bemind deze is bij zijn logé's,
daarvan heeft men in Amsterdam waarlijk
geen flauw denkbeeld. Wanneer men
het den menschen eens vroeg, zou men
stellig verbaasd staan. Maar men spreekt
natuurlijk niet met zulke gestrande
Nederlanders.
En toch, een Palace-Hotel is de Toe
vlucht allerminst; gezonde filantropie
weet maat te houden. Laat daarom ons
Gemeentebestuur een voorbeeld nemen
bij Jonker, want inderdaad belachelijk
overdreven is de luxe in de loodsen aan
de Ykade, waarin de overgebleven Bel
gische vluchtelingen gehuisvest zijn.
Wij gunnen het ieder graag zoo goed
mogelijk, maar zelfs het trotsche Amster
dam moet er toch op bedacht zijn de
tering naar de nering te zetten. Wordt
die nering wel voldoende in het oog
gehouden en denkt men niet te licht
zinnig over de tering?