De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 22 november pagina 10

22 november 1914 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 22 Nov. '14. No. 1952 Teekening van P. de Jong Het einde van de Emden: het nieuwe sagenschip: de nieuwe Vliegende Hollander IHIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIII1IIIIIIIMII1III plus van minstens vijf procent de obligaties te beleenen, waarbij natuurlijk tegen mis bruiken, zooals speculatieve bedoelingen, zal worden gewaakt. Het is opmerkelijk, hoe in Engeland op eene dergelijke wijze aan het publiek zal worden tegemoet gekomen. De Engelsche regeering n.l. gaat voorloopig over tot eene oorlogsleening van 350 millioen, welke 3 V»pCt. rente zal dragen en a 95 pCt. wordt uitgegeven en nu heeft, naar men uit Londen bericht, de Engelsche Bank zich bereid verklaard aan de inschrijvers het geheele te storten bedrag voor te schieten tegen eene rente van l pCt. beneden het bankdisconto, en zulks voor den duur van drie jaren. Uit den aard der zaak zijn deze faciliteiten nog breeder dan die hier zullen worden toegestaan, doch in beginsel wijken ze niet van elkaar af. ? ' Ongetwijfeld zullen de aanstaande dis cussies over dit wetsontwerp zeer belang wekkend zijn en zien wij die verlangend tegemoet. Te hopen is o.i. echter, dat het er ten slotte met vlag en wimpel doorgaat. Men zal wellicht nog eene 4V»pCt. lee ning voor iets beneden pari bepleiten en daarvoor zou zeker veel te zeggen zijn, doch op den duur zou de koers daarvan op of boven pari komen en vermoedelijk .heeft de Min. overwogen, dat het verkiesIQker is den deelnemers deze faveur niet te geven. 20 Nov. v. D. M. P.S. De in de vergadering van aandeel houders d.d. 24 Juni jl. gemachtigde, doch door het uitbreken van den oorlog gestrande uitgifte van ? 4.000.000.?, opligaties der Semarang?Cheribon Stoomtram Mij. komt thans ter inschrijving, echter voor een be drag van ?8 millioen en op een rentevoet ' van 6 pCt. De koers van uitgifte is 98 pCt.; de inschrijijing is op 27 Nov. a.s. openge steld bij de Amsterdamsche Bank alhier, de firma A. van Hoboben & Co. te Rotterdam. Mét het oog op den algemeenen toestand zijn de termijnen van storting op de toege wezen obligaties over 4 maanden verdeeld, zoodat 8 Dec. a. s. 23 pCt., 7 Jan., 10 Febr. en 10 Maart 1915 telkens 25 pCt. zullen moeten worden behaald. Waar de leening een tijdelijk karakter draagl, zal zij l Dec. 1919 a pari worden afgelost, zoodat het netto-rendement 6Va pCt. per aandeel bedraagt. De Maatschappij Zeeland" en het mijnengevaar Men schrijft ons: Het behoeft geen verwondering te wekken, dat in dezen tijd van mijnengevaar de toe stand van de bemanning en het personeel, dienstdoende op zeeschepen, welke de Noord zee bevaren, allesbehalve genoegelijk is. Behalve het vooruitzicht om misschien op betrekkelijk jongen leeftijd het leven te ver liezen, komt daarbij vopr velen het treurige besef in dat geval hunne nabestaanden in kommervolle positie te moeten achterlaten. De uiterst lage traktementen, 8ie zeevaren den voor hunne gevaarlijke en verantwoor delijkebetrekking over het algemeen genieten, laat hun geen gelegenheid door het sluiten van eene ruime levensverzekering, hun echtgenooten en kinderen een ietwat onbezorgde toekomst te waarborgen. Dit nog te meer, daar door een noodlottige wisselwerking 'HtiiMtmimfiUfiiiiifiiiilHiiiffifiUffffiiiiiiiiiiiHiffffMiiiiiiiutfiififffiriH BRIEVEN VAN OOM LOUIS VII De tijden zijn waarlijk slecht. In de zaken gaat niets om, behalve dan in tabak, cacao, koffie, suiker, rijst, spece rijen, rubber, boter, kaas, eieren en groente. Niemand weet waar hij aan toe is. Alles staat op zijn kop. Wie vroeger in een auto reed, staat nu achter op lijn 2 en wie vroeger een te kaal jasje had voor de tram, snort nu in een auto van de stelling Amsterdam met een officier als gast. Wie vroeger naar den schouwburg ging, blijft tegenwoordig thuis, en wie vroeger geen vijftien centen voor de bioscoop had, krijgt die nu van het steuncomité. Wie vroeger spiegel eieren met ham at, is al heel tevreden als hij tegenwoordig ham met spiegel eieren krijgt en wie vroeger heelemaal niet at, moet nu oorlogsbrood eten. Wie vroeger op zijn tijd een oestertje inslikte, eet zich nu een driedaagsche ziekte aan mosselen, en de liefhebbers van Hollandschen zalm zijn nu a) erg blij, als zij geen blei behoeven te eten. Wie Vroeger in caviaar baadde, snijdt nu ramenas op zijn ongebuilde boterham. Wie vroeger zijn rijksdaalders op de beurs verdubbelde, moet nu zijn smerige zilverbons in den zak houden.Wie vroeger juist voor hen wier groote sterftekans het afsluiten eener behoorlijke levensverzekering bijna tot eene moreele verplichting.maakt, de geëischte premiën meestal van dien aard zijn, dat zij hun draagkracht te boven gaan. We kunnen daarom veilig aannemen dat in deze tijden van verhoogd levensrisico herhaaldelijk botsingen zullen zijn ontstaan tusschen de opvarenden, die hun eigen leven en de toekomst der hunnen zooveel mogelijk zullen trachten te sparen, en de reederijen wier winst aanzienlijk beperkt of opgeheven zoude worden, indien zij wilden toegeven aan alle geëischte maatregelen van voor zichtigheid en veiligheid, of het beperken der vaart en het zooveel mogelijk bemannen der schepen met ongehuwd, zich vrijwillig daartoe beschikbaar stellend personeel. Een berichtje als we onlangs in een der dagbladen lazen, dat verschillende haringschepen in IJmuiden niet konden vertrekken, omdat onder de opvarenden zich personen bevonden, die bang geworden waren voor de in de Noordzee liggende mijnen, zal dan ook wel het resultaat zijn van een dergelijken stillen strijd, die langen tijd gevoerd werd tusschen personeel en reederij buiten medeweten van het publiek. Merkwaardig is onder deze omstandig heden de gedragslijn van het Hoofdbestuur der Posterijen en Telegrafie tegenover het rijkspersoneel, dienstdoende op de schepen der maatschappij Zeeland. Toen begin September drijvende mijnen gerapporteerd werden op de route der mailbooten, werd door den minister van marine aan den Hollandschen loods toegestaan het schip voorbij West-Kapelle te verlaten in plaats van de geheele reis mede te reaken; een zelfde vrijheid werd nu verzocht door de post- en telegraafambtenaren aan boord, waarop echter afwijzend werd beschikt, zonder opgaaf van redenen. Toch kan moei lijk worden aangenomen, dat het overwe gingen waren van dienstbelang, die hier den doorslag gaven. Wat het telegraafpersoneel aangaat moet worden opgemerkt, dat dit vrijwel nutteloos geworden is nu op last van de Engelsche admiraliteit, dadelijk na het verlaten van Hollandsch vaarwater de antenne moet worden neergehaald, zoodat juist in de gevaarlijke zone bij een scheepsramp niet om hulp kan worden geseind. Ook voor de postambtenaren echter be staat geen enkele geldige rede'n om hen te dwingen hunne functie aan boord te blijven uitoefenen. De correspondentie naar Enge land komt des avonds te 11 uur te Vlissingen aan en zou dus des nachts verwerkt" kunnen worden en dan onder geleide van het personeel der Mij. Zeeland naar Engeland worden vervoerd, een maatregel die eenige jaren, geleden uit zuinigheidsoverwegingen op de dagbooten regel was. De correspon dentie uit Engeland, welke toch al reeds 2 a 3 dagen vertraging ondergaat door den censor, zou na aankomst van de boot door het postpersoneel in den trein verwerkt" kunnen worden en verder, evenals thans geschiedt, op de expeditiebureelen te Rot terdam en te Amsterdam. Dit alles werd uitvoerig 'ter kennis van den heer directeur-generaal der posterijen en telegrafie gebracht en had tot gevolg, dat het personeel werd afgescheept met de mededeeling, dat het niet op den weg van het personeel lag voorstellen te doen... Het eenige wat verkregen werd was de belofte op een toeslag van 50 pCt. op het eventueel uit te keeren weduwenpensioen, dat daar mede evenwel nog veel te laag blijft om de achtergeblevenen voor gebrek te behoeden. Ondertusschen is de toestand meer en meer verergerd. Sinds de route om de Engelsche mijnen te ontgaan meer naar het noorden verlegd werd, worden dagelijks mijnen gepasseerd, soms zelfs in vrij belangrijk aantal. Dat deze mijnen niet gevaarloos zijn blijkt wel uit het groote aantal mine-sweepers op deze route, booten welke door de Engelsche ad miraliteit met het opvisschen van mijnen belast zijn, alsook door déverschillende ongelukken, die reeds met dergelijke mijnen zijn gebeurd. Zoo zag men langzamerhand alle personen, die van de Maatschappij Zeeland" onafhan kelijk zijn, het schip verlaten. De Engelsche loods, die vroeger steeds de geheele reis medemaakte, eischte nu bij den Theemsmond te worden afgezet, na welk punt men n.l. van zijn diensten geen gebruik meer maakt; den klerken van de South-EasternMaatschappij, werd eveneens door hunne maatschappij vergund de reizen niet meer mede te maken. Zij allen kregen verlof het schip te verlaten, alleen het post- en telegraafpersoneel niet. Is het wonder dat in deze kringen gegist wordt naar de hardnekkigheid van deze weigering, dat men hierin meent te zien een maatregel, welke genomen werd in over leg of op verzoek van de Maatschappij Zeeland", teneinde de passagiers, die zulks zeker zouden bemerken niet noodeloos te verontrusten. Hiervoor zoude ook pleiten de zijn schulden betaalde, is er nu af, en wie ze vroeger niet betaalde, is er nu ook af. Wie vroeger over het Handelsblad gaapte, vindt tegenwoordig het Nieuws van den Dag prachtig. Wie vroeger door den deurwaarder op straat werd gezet, is nu genoodzaakt in zjjn schamele woning te blijven zonder quitanties voor de huis huur. Wie vroeger zijn portefeuille vol diamanten had, loopt nu te schreeuwen met de middageditie, en wie vroeger een paar maal in het jaar naar Parijs ging, maakt nu op zijn atlas goedkoope uit stapjes naar Dixmuiden en Kiautchau. Wie vroeger zijn coupons knipte, heeft nu geen werk, en wie vroeger niets te doen had, knipt nu ondergoed voor den minderen man. Wie vroeger graag een fatsoenlijk baantje had, wordt nu lid van een steuncomité. Wie vroeger.... Doch genoeg hiervan: de tijden zijn vreeselijk. Wie nog het minst te klagen hebben, zijn de doctoren en de advocaten. De oorlog schijnt geen ongunstigen invloed te hebben op de volksgezondheid; al thans het sterftecijfer is niet gedaald. De omzet in dit artikel is niet verminderd: de uitvoer naar betere gewesten kan be zwaarlijk verboden worden. En dan de advocaten! Die hebben een gouden tijd! Gedoken in toga en omstandigheid, dat door de Maatschappij in de bladen geen melding gemaakt wordt van de mijnen, die telkens worden gepasseerd. Tot op zekere hoogte is een dergelijke maatregel toe te juichen. Tegenover toe komstige passagiers, die den overtocht moeten medemaken zoude het een noodelooze wreedheid zijn hen te verontrusten met deze uiteenzetting van het gevaar, dat hen bedreigt. Maar er zijn ook velen geweest die noo deloos den overtocht maakten juist omdat zij onkundig waren van het gevaar. Zijn niet in den loop van de vorige maand, duizende en nog eens duizende vluchtelingen naar Engeland overgestoken, die zich van geen gevaar waren bewust! Zeker, er zijn op die tochten geen onge lukken gebeurt. Het personeel der maat schappij Zeeland" heeft tot nu toe steeds de mijnen tijdig gezien, steeds heeft ze kans gevonden een botsing te vermijden. Maar al ligt hierin een niet te onderschat) en com pliment aan dat personeel, toch blijft het gevaar bestaan. Onwillekeurig dringt zich dan de vraag in ons op of het wel goed was gezien, dit gevaar te verzwijgen ? Wanneer toch tijdens het enorme vluiphtelingenvervoer in den loop van de afgeloopen maand een ongeval ware gebeurd, zoude hoogst waarschijnlijk bij deze opeenhooplng van menschen, waar van de meesten nooit de zee bevaren hadden, een paniek zijn ontstaan, die redding hoogst bezwaarlijk zoo niet onmogelijk hadde ge maakt. * * * Van andere zijde schrijft men ons: Volkomen waar is- het, dat het varen thans zooveel gevaarlijker is, maar de vrij algemeene opinie is, dat het 't verkieselijkste is te blijven varen. Het is trouwens niet allén de Zeeland die vaart. Voorts volgt de Zee land strikt de voorschriften van de Engel sche Admiraliteit en wordt er alleen bij dag gevaren. Een andere zaak is dat dit grootere gevaar voor het personeel van de Zeeland, zoo slecht betaald wordt. Aan de Batavierlijn heeft het geheele personeel van hoog tot laag van den aan vang van den oorlog af 25 pCt. verhooging van gage gekregen en sedert l November 50 pCt. behalve nog de verzekering bij ongeval, en dit alles uit eigen beweging der Directie. De Zeeland is zoo ridderlijk niet, maar heeft eerst op aandringen van l November af, 25 pCt. op de gage gelegd, terwijl men gezegd heeft, dat de opvarenden verzekerd zijn,'maar niet voor welk bedrag, vermoe delijk omdat dit zoo gering is. Wat overigens de postambtenaren betreft, zij zouden best aan den wal kunnen blijven. Wat schrijver zegt betreffende den telegrafist is echter niet juist. De Antenna wordt neergenomen alleen in het vrijwel veilige gebied (onder de Eng. kust) en ligt dan nog steeds gereed om zoonoodig onmiddelijk even opgezet te worden. De equipage van de Zeeland zou dus, denken wij, niet graag den telegrafist missen. ?"?*"*"? « 1»? * St. Nicolaas Hulde, dat i£dit jaar niet versaagt" Een beleend, milddadig stadgenoot. Kindervrienden! Het motto, boven dit stukje geplaatst, be geleidde een mooie gift van een onzer lief dadige stadgenooten. Hulde, dat ge niet versaagt!" Neen, vriendelijke lezeres en lezer, wij versagen niet! Wij willen wel, maar... Toen wij dit jaar bijeen kwamen om de vraag te bespreken, of we een St. Nicolaas feest mogelijk zouden maken voor ± 50,000 kinderen, waren we het er hartgrondig over eens, dat dit jaar vooral het Sint Nicolaasfeest niet onopgemerkt mocht voorbijgaaan. Dit jaar vooral niet! Immers! ontzettend veel wordt er in onze goede stad ontbeerd door dezen rampzaligen oorlogstoestand. En onze arme schoolkinderen zijn daar wel in de allereerste p iaat s de dupe van. Schoot er vroeger al eens wat geld over, om den kinderen thuis een pretje te be zorgen, nu kan daar geen sprake van zijn. En de kinderen praten al weer over Sint Nicolaas, en met vraagoogjes zien zij op naar hun onderwijzers en onderwijzeressen, van die het antwoord wachtend, of ze ten minste op school den Goeden Sint nog te zien zullen krijgen. Want thuis ! De moeders hebben het al gezegd: het gaat niet! Zie daar de reden, waarom wij dit jaar niet wilden versagen! De tweede vraag, die wij ons stelden was: Zou het ons mogelijk zijn, dit jaar een St. Nicolaasfeest te doen vieren ? Hierop konden we niet zoo gemakkelijk een ant woord geven. Maar we hadden vertrouwen, vertrouwen in de goedgeefsheid onzer baret visschen zij in het gemobiliseerde water. Met geleerde gezichten geven zij adviezen over oorlogsrecht, waarvan zij ongeveer niets weten en over de kunst van zoo weinig mogelijk te betalen, waarvan zij ongeveer alles weten. Be beurswet schijnt voornamelijk ter wille van hun beurs gemaakt te zijn, en de uitstelwet geldt volgens hen niet tegen over advocaten. Gelukkig dat te Am sterdam tenminste een deken is, die er nog een beetje den wind onder houdt, en dat de Amsterdamsche rechters niet allen zoo dom zijn als zij er uitzien. Hoe weinigen het ook goed en hoevelen het ook slecht moge gaan, geklaagd wordt, er niet, en Amsterdam draagt de misère moedig. Het toonde zelfs nog veel te kunnen missen, toen de onge lukkige Belgische uitgewekenen de Vereeniging tot Bevordering van het Vreem delingenverkeer tijdelijk overbodig maak ten. Het is nog de tijd niet om hulde te brengen aan allen, die toen bewezen, dat Amsterdammer en Samaritaan eigen lijk hetzelfde is en niet allén omen bij de Damstraat , maar het is onmo gelijk te zwijgen van mannen als Stuart en jonker. Stuart, Koninklijk Eerevoorzitter der Belgische vluchtelingen, onder uw hoogen. hoed klopt een gevoelig hart. ZooAmsterdammers en... niet Amsterdammers! We dorsten het aan, lezers, ook dit jaar met ons verzoek om steun tot u te komen. Onze onkosten beperken we tot het hoog noodige! Vandaar dit jaar geen aparte cir culaires. Maar, niet waar, dit maakt voor u geen verschil. Qij stuurt ons uwe gave toch l Ja, juist daarom! Alle giften, onder welken vorm ook, worden dankbaar aanvaard. Het adres onzer penningmeesteres is Mej. P. A Barghoorn Ie Helmersstraat 68, Telephoon 3201 Z. De Comm. voor het St. Nicolaasfeest uit de Afd. Amsterdam B.y. N. O. en den Bond v. Onderwijss. bih. Fröbelbond. Inhoud van Tijdschriften De Nieuwe Gids, Nov. '14: G. van Hulzen, Aan 't lichtende strand. Aleida van Pellecom, De erftante. Jac. van Looy, Nieuwe bijlagen VIII, de vertaling. Frans Erens, Uit het dagboek van een Grensbewoner (vervolg). C. F. Gijsberti Hodenpijl, Her inneringen aan 1870 naar aanleiding van een bezoek aan Metz. G. Kapteijn-Muysken, De Oorlog. Maurits Wagenvoort, Het Pausdom en de opheffing der Jezuitenorde in de 18e eeuw (slot). H. L. Berckenhoff, W. G. v. Nouhuys. J. R. van Stuwe Hzn., Over Charles Péguy. Joh. W. Broedelet, Tooneel-notitie. Jules Schürmann; Mijme ringen van een Mandarijn. Hein Boeken, Chaos (Gedichten). Willem Kloos, Ter gedachtenis aan A. E. H. Goekoop. Wil lem Kloos, Literaire kroniek. Frans Netscher, Binnel. Staatk. Kroniek. Chr. Nuys, Buitenl. Staatk. Kroniek. De Beweging, Nov. '14: P. N. van Eyck, Bij het bericht van de vernietiging der Kathedraal van Rheims. W. L. Penning Jr., Verzuchtingen in den Bajert. Dr. O. A. Krijn, De brand op Bergthorshval. Maurits Uyldert, Onze Lieve Vrouwe van Rheims. Jacob Israël de Haan, De duitsche rechts geleerden en de oorlog. Albert Verweij, Een duitsch dichter en de oorlog. J. Starcke, Psycho-analyse. Prof. Dr. T. J. de Boer, Antwoord op het voorgaande. Maurits Uyldert, De Kathedraal. Prof. Is. P. de Vooys, De steunbeweging II. Albert Verwey, Boeken, menschen en stroömingen. Boekbeoordeelingen. Onze Eeuw, Nov, '14: P. D. Chantepie de la Saussaye, Oorlog en beschaving. C. M. Vissering, Een zeereis I. Dr. E. B. Kielstra, Nieuw-Guinea. H. van Malsen, Groen van Prinsterer en Heinrich Leo I. Jacqueline E. v/d Waals, Als allen u verlaten... Maurits Sabbe, Hoe Fraulein Damchen be graven werd. Tie, Van den hak op den, tak. H.G.,Ekonomische kroniek (oorlog). Balthazar Verhagen, Glimwormen. De Vrouw en haar Huis, Nov. '14: C. H. W., Naherfst. G. J. Blees Kzn., Houtsnijwerk van den heer J; F. Roorda te Wezep. L. de Bussy-Kruysse, Het omgaan met onze zieken VII. Het werk onzer Nederlandsche Vrouwencomité's: Zeist, Haarlem enden Haag door V. Z., Elis. M. Rogge en F. S. van Balen-Klaar. Willa Polenaar, Zelf leeren ontwerpen. B. J. Bowier, Raffiawerk. Wetenswaardigheden van den dag. Kleedingstukken voor militairen. Elck wat wils. De levende natuur, afl. 13: J. Metzelaar, Parasieten. Jac. P. Thijsse, Over rogelgeluiden. Ph. A. M., Een overblijvende toorts. Vragen. * 9 * BOEKVERKOOPING - BIJ IBÜRGSRSDIJK&HIERMANS hutu SaloiÉ",| LEIDEN, van 9 tot 18 Dec. omvattende een b ij zonder u i t g e-1 breide verzameling van waardevolle periodieken, standaardwerken, nieuwere handboeken, zeldzame uitgaven en curiosa, op het gebied der Rechtsgeleerdheid, Staatsweten schap, Staathuishoudkunde, Geschiedenis, Aardrijkskunde, Ethuographie, Orientalia, Godgeleerdheid, Kerkgeschiedenis, Philosophie, Klassieke pirilologie, Archeologie, Nieuwe taal en letteren, Kunstgeschiedenis, Geïllustreerde verken, enz. enz. Achtereenvolgens zullen verkocht worden de navolgende rubrieken: Woensdag en Donderdag 9 en 10 Dec. Rechtsgeleerdheid en Staatswetenschap, waarbij eene waardevolle verzameling over Staathuishoudkunde, vooral Geld-, Munt- en Bankwezen, Handelsgeschiedenis, Verzekeringswetenschap, enz. (1575 nrs.) Yrydag 11 Dec. Algemeene geschiedenis en aardrijkskunde, Krijgswetenschap, EufopeescTie oMogen, reizen, ethnographie. (485 nrs.) Europeesche rijken (behalve Nederland). Genealogie, Heraldiek, enz. (316 nrs.) Zaterdag 12 Dec. Vaderlandsche geschiedenis en plaats beschrijving, Stedengeschiedenis, enz. (580 nrs.) Maandag 14 Dec. Geschiedenis, taal en letteren der Oostersche volken, Afrika, Amerika, Australië (550 nrs.) Dinsdag 15 Dec. Godgeleerdh. en Kerkgeschiedenis. (734 nrs.) Woensdag 16 Dec. Philosophie. Klassieke philologie en geschiedenis der oudheid. Donderdag 17 Dec. Hoogduitsch, Engelsch, Noorsch, Nederlandsche taal- en letteren. Vrijdag 18 Dec. Fransch, Italiaansch, Spaansch, Kunst geschiedenis, Geïllustreerde werken, Muziekgeschiedenis, enz. IWF" O. m. afkomstig uit de nalatenschappen van Mr. J. ORT, advocaat en procureur te Amsterdam ; R. N. L. MIRANDOLLE, president van de bijbank der Nederlandsche bank te Rotterdam; Ds. R. BEUNK, predikant te Norg; B. C. BRENNAN, leeraar in het Engelsch aan R. H. B. school en het Gymnasium te Zwolle, de bibliotheek van een O u dHoogleeraar in de klassieke philologie, enz.enz. IHT" De catalogus (pi.m. 5700 nrs.) is verkrijgbaar. Toe- | zending tegen 25 ets. Te bezichtigen Maandag en Dinsdag 7 en 8 Dec. | Begin Maart a.s. uitgebreide auctie hoofd zakelijk op het gebied der Geneeskunde en aanverwante vakken, Chemie, Pharmacie, Natuur- en Wiskunde, Technologie, \ Zoölogie, Botanie, Geologie. Nieuwe Magazijn Catalogi Bulletin 3e serie No. 5 bevattende 850 oude en zeldzame | werken, platen en kaarten over ZEELAND. Bulletin 3e serie No. 6 bevattende 1300 nummers, werken l over Internationaal recht, Zeerecht, Romeinsch recht, Oud-1 Hollandsch recht, tractatenrecht, enz. IIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIlllllltlllllllllllHIIMIIIIIIIII lang er op de wereld Belgisch zal ge sproken worden, zoolang zal men uw naam noemen naast dien van Jonker. Jonker! Welk een man! Geef hem duizend uitgehongerde zwervers, met of zonder jeuk, met of zonder hun schuld aan den drank, met of zonder lompen, draai u even om en daar staan duizend opgewekte, verzadigde onbehuisden, allen eenvoudig doch smaakvol gekleed en allen buiten hun schuld nuchter. Aan hem is Amsterdam ontzettend veel verplicht. Al komen zij met tienduizenden aanrukken, de landloopers, de bedelaars, de zwervers, de kozakken der gemeen schap: Hindenburg-Jonker is tegen hen opgewassen. Doch niet in de Mazurische meren drijft hij de ongelukkigen, doch naar de Elyseeische velden zijner Toevlucht voor Onbehuisden. Zijn koffie is als het water der Lethe, dat alle ellende doet vergeten, zijn brood is als de manna, dat alle smaken had, zijn bed is als de rozen, waarop de elfen rusten. Hoe diep gevoelen wij berouw over de tallooze malen, dat wij een boekje van den heer Jonker in de prullenmand gooiden. Het zijn toch zulke aardige boekjes met zulke lieve prentjes. Bijna altijd met het portret van den heer en mevrouw Jonker en van ongelukkige kindertjes, die er zoo knap uitzien. Voorwaar de heer Jonker is een beweegkracht ten goede, zooals mijn hoog geachte collega van het Handelsblad zou zeggen. Kwam er , vroeger een zwerver aan onze deur, dan snauwden wij hem maar al te dikwijls af met een Loop naar den duivel", thans verwijzen wij hem eenvoudig naar Jonker. Hoe bemind deze is bij zijn logé's, daarvan heeft men in Amsterdam waarlijk geen flauw denkbeeld. Wanneer men het den menschen eens vroeg, zou men stellig verbaasd staan. Maar men spreekt natuurlijk niet met zulke gestrande Nederlanders. En toch, een Palace-Hotel is de Toe vlucht allerminst; gezonde filantropie weet maat te houden. Laat daarom ons Gemeentebestuur een voorbeeld nemen bij Jonker, want inderdaad belachelijk overdreven is de luxe in de loodsen aan de Ykade, waarin de overgebleven Bel gische vluchtelingen gehuisvest zijn. Wij gunnen het ieder graag zoo goed mogelijk, maar zelfs het trotsche Amster dam moet er toch op bedacht zijn de tering naar de nering te zetten. Wordt die nering wel voldoende in het oog gehouden en denkt men niet te licht zinnig over de tering?

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl