De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 22 november pagina 5

22 november 1914 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

22 Nov. '14. No. 1952 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND VROUWENRUBRIEK^ Moedertje Als een kind niet doet, wat Moeder wil, dan is het stout en 't moet volgens alle re gelen van opvoeding straf hebben. Hoe oud zoo'n kind kan zijn? Een opvoeder, die zich in evenwicht voelt, kan zich niet voorstel len, dat zoo'n kind ouder dan zes jaar is. De gehoorzaamheid dient er dan muurvast in te zitten. Maar drie of vier jaar mag het patientje zijn en dan nog jonger natuur lijk, hél jong zelfs. , Onlangs zag ik een pas gepromoveerd opvoedster aan 't werk met een kindje van ruim een half jaar misschien. Het lag in 't wagentje en greep telkens weer naar 't arm bandje van blauwe kraaltjes. Het trok er aan en 't was verboden, met een zacht, fkiweelig tikje op 't mollig handje. De zachte tikken werden vinnig, vinniger al spoedig en de moederlijke ernst werd verontwaar diging en straalde telkens feller in de groote blauwe kijkertjes onder de wagenkap. Die keken er niet minder helder om en regel matig greep telkens het kleine handje weer naar 't verboden spel. Maar eindelijk, na een goed gemikten en nauwkeurig berekenden klets, brak er een stroom van kostelijke traantjes los en 't lachende gezichtje werd ongemotiveerd plotseling omgetooverd in een erbarmelijk huilsnoetje. Moedertje schrok er even van, maar schaamde zich. Zoo móest het immers komen! 't Eenige vreemde van 't geval was, dat het effect zólang op zich had laten wachten en toen al te plotseling zich ver toonde. Maar 't voorloopig doel was be reikt; het geval zou nu geregeld verloopen. Ze zag het zoo: overtreding, pijn, verdriet = berouw niet waar? Dan verzoening en beterschap. Herhaling der overtreding? Ja, ze moest er wel op rekenen; maar 't zou haar toch benieuwen of haar kind zoo hardleersch zou zijn. Och, opvoeden, ze had er nooit tegen opgezien; zich altijd geërgerd over 't gedrag van kinderen uit haar omgeving' En 't was toch zoo eenvoudig: verbieden, overtreding, straf en tusschen de laatste leden den scha kel der onverbiddelijkheid. Toegeven ? Wer kelijkheid? 't Is de ergste wreedheid.'t Maakt overtreders en leidt tot zwaarder straffen. Haar paedagogisch stelsel sloot als een bus. 't Kwam maar aan op aanpakken en vol houden en precies gaan langs het lijntje, dat zich voor ieder geval nauwkeurig zou laten uitstippelen. Bij dit jonge kind ook. Ja immers? Jong gewend, oud gedaan. Jonge boompjes buigen. Beginnen bij 't begin?de paedogogiek is toch al erg oud. Wonderlijk, dat de menschen er altijd nog zoo mee sukkelen. Zwakheid natuurlijk; niets dan onvergeef lijke zwakheid. Moedertje rijdt tevreden voort met het schreiend kjnd. ledere traan is een parel van berouw, in elk geval een succes en een belofte voor de toekomst. ? Maar 't leed is gauw voorbij. Een traantje gleed langs 't uitgestoken vingertje en schutterde er een oogenblik. De blauwe oogen richten zich erop en 't andere handje grijpt er onbeholpen naar. Het glinsterend vocht ontsnapt en 't handje, stuurloos, komt op het verboden terrein der blauwe kraalt jes. Het aardig spel van grijpen en trekken begint opnieuw en de moederlijke opvoeiiiiiimiiitiiiMiimiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiMiMiiiiiMiiHiiiiiiiiii NATUUR EN TECHNIEK IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIII1I1IIIIIII1I1IIIIIIIIIIIIBIIIII VII Het hooren" van gedrukte letters' Het Brailleschrift is een niet genoeg te waardeeren hulpmiddel om blinden in nauwer contact te brengen met datgene, wat zij anders uit den aard van hun gebrek zouden moeten missen, tenzij iemand anders hun gezonde oogen leende door voor te lezen. De heele wereld, die in drukletters is neer gelegd, zou voor hen anders gesloten blijven. Bij het Brailleschrift maakt men gebruik van de tastzin, om de in relief gebrachte letterteekens door zintuigelijke waarneming be kend te maken aan de hersenen. Zonder eenigen twijfel is dit een prachtige methode, die voor de meeste blinden het gedrukte toegankelijk maakt. Maar het is een om slachtige methode wat de voorbereiding be treft; een boek met Brailleschrift geschreven neemt onrustbarend in omvang toe, terwijl het overbrengen van boeken in Brailleschrift een tijdroovende bezigheid is. Hoeveel ge makkelijker zou het niet zijn het drukwerk dadelijk als zoodanig, dus door de bestaande letterteekens binnen het bereik te brengen der zintuigelijke waarneming der blinden. Men is natuurlijk niet verplicht het tastgevpel te gebruiken als band tusschen omteving en hersenen bij hen wier oogen den ienst weigeren. Er zijn nog meer toegangs poorten voor mededeelingen der omgeving, b.v. het gehoor. Zou het nu niet mogelijk zijn drukletters op een of andere wijze om te zetten in geluiden, natuurlijk zonder ge ding eischt tusschenkomst, onverbiddelijk. Een vage teleurstelling, een zachte schijning voelt ze bij de noodzakelijkheid van 't op nieuw pijn veroorzaken. Maar 't moet en ze zou geen moeder zijn, zooals ze zich zelf gedacht heeft, als ze 't nu al opgaf. Het wegduwen wordt weer tikken en het tikken kletsen. Maar nog kijken de blauwtjes onverstoorbaar in de donkere, die pogen te dwingen. Het verdriet kondigt zich niet aan en het handje, dat heusch al rood ziet, schijnt maar geen pijnindrukken over te brengen.. Moet het nu nog al harder ? Er komt ongerustheid en de toepassing van het dwangsysteem wordt -eenigszins onre gelmatig. Moedertje voelt zich verlicht als eindelijk hetzelfde succes van straks weer bereikt is. De stroomende traantjes en 't huilgezichtje zijn een weinig verkwikkend, maar toch een onbetwistbaar resultaat van haar stelsel, dat tot zoover tenminste deugdelijk is gebleken. Als ze thuiskomt en vermoeid van 't op voeden het kind even verlaten kan, dan is de tevredenheid over de wandeling niet groot. Maar ze bestrijdt de opkomende twij fel aan haar systeem; dat is immers de zwakheid ? Ze vindt weer kracht in 't redeneeren met zichzelf. Ze onderzocht de deugdelijkheid en 't verband der schakels van den keten, dien ze om haar kind geslagen heeft; die het aan uiterlijke gehoorzaamheid moet ge wennen. En die gehoorzaamheid zal komen; vandaag niet, morgen niet, maar toch hél spoedig. En ze zal er mee kunnen pronken. Haar kind zal opgevoed worden en ieder zal 't weten, zal 't zien. Of 't haar pijn doet, dat is de vraag niet, mag de vraag niet zijn. Het hart het zwijgen opleggen, als de plicht tot handelen dwingt. . . . Ja, ze begrijpt het, niet iedere moeder vermag het, maar... haar zal 't gelukken, Als 't moedertje weer binnenkomt en 't wiegje naderen wil, dan is het of iemand haar met vinger op den mond waarschu wend tegentreedt. Ze moet stil blijven staan en komt onder de macht van vreemde bekoring, die uitgaat van het rose omhulsel van 't wiegje. Het schudt en wuift en iedere beweging, zoo geheimzinnig in 't stille ver trek, is voor haar een levenstrilling, die in haar diepste wezen van het moederlijk voe len roert. Ze geraakt er door als in een openbaring en staat plotseling geheel buiten de wereld, waarin ze zooeven nog koel en verstandig kon redeneeren. Het lijkt haar nu, alsof die redeneeringen een ander kind en een andere moeder golden. Ze ziet het verboden speelgoed weer, maar herinnert zich nauwlijks de overleggingen die het heeft opgeroepen. Ze staat daar en kijkt in 't wiegje en wordt geboeid door 't wonderschoone, het spelend kind, haar kind, dat ze nu plotseling niet meer ziet door 't waas van redeneering, maar met onbevangen blik, met moederoogen. Het mooie armbandje is vermeesterd, afge rukt; zwaait met heftige bewegingen om hoog, omlaag en zweeft dan boven de groote begeerige oogen, die 't willen verslinden. De armen en beenen, de vreemd vertrok ken lipjes, hel heele lichaampje is in bewe ging om het heftigst begeeren, het hoogste genieten uitdrukking te geven. Hier ligt het leven, het krachtige leven en het wondere schouwspel is voor de moeder imposanter kan het hevigst natuurtooneel. Het moederlijk voelen doet haar de volle bruik te maken van een tweede persoon, die voorleest, maar zoo dat de drukletter zelf het geluid veroorzaakt dat het oor van den blinde bereikt. Fournier d'Albe behoort tot degenen die deze vraag belangrijk genoeg vinden om te trachten haar te beantwoorden. Hij heeft verschillende toestellen bedacht om optische prikkels om te zetten in gehoorprikkels, waardoor dus het oog gedeeltelijk vervangen wordt door het oor. Hij noemt zijn toestellen optophoon"; wij zouden kunnen spreken van een lichthoortoestel" of een kijkvergeluider". Een dezer appara ten heeft hij onlangs kortelijk beschreven in Nature", met de afbeelding die ook bij dit artikel gevoegd is (h'g. 1). De beschrijving die hij geeft is eenigszins fragmentarisch, maar ik maak er het volgende uit op; is de werkelijke methode iets anders, dan geef ik de mijne er voor in de plaats. Vooraf eenige algemeene opmerkingen. In de eerste plaats: selenium is een eigen aardige stof, reeds eerder in deze rubriek eens vermeld, die de eigenschap heeft, in metallischen toestand de electriciteit te ge leiden, maar niet steeds in dezelfde mate; dit geleidingsvermogen neemt n.l. toe of af met veranderingen in de hoeveelheid licht, die op het selenium valt. Laat men dus een electrische stroom door een stuk seleen gaan, en valt er op dit element nu eens veel dan weer weinig of geen licht, dan kan de electrische stroom nu eens gemakkelijk dan weer lastig passeeren, zoodat de stroomsterkte wisselt tegelijk met de lichthoeveelheid. In de tweede plaats: de hoogte van een toon hangt af van het aantal trillingen. Fig. 1. TOESTEL OM DRUKWERK TE HOOREN. N. lichtsterke lamp; S. schijf met rijen gaten (sirene-schijf), rondgedraaid door een motor; de lichtstralen van N die S passeeren worden door een prisma gekaatst naar een portretlens (P) die er een beeld van maakt bij H, waar het licht tegen het te lezen papier komt, dat het terugkaatst op het seleen Se, dat ingeschakeld is in een telefoonleiding (met relais), die naar de hoorn gaat. Werking: zie bijgaand artikel schoonheid er van verstaan en haar bewon dering grenst aan eerbied. Dan plotseling, verandert de actie. Het kralenbandje ontsnapt aan de onbeholpen vingertjes en 't spel is verstoord. De grijpertjes missen het speelgoed, en de oogjes de heerlijkheid van kleur en schittering. Zie, daar zijn de traantjes al en 't verdriet komt dreigend over 't rose gezichtje geslopea. Het erbarmelijk huilen, dat in 't wa gentje zoo lang op zich liet wachten, is er nu bijna onmiddellijk. Moedertje ziet- het, ze merkt het even op. maar ze heeft zich al gebukt en zonder te overleggen of 't eigenlijk wel goed is, heeft ze het ontsnapte armbandje, het verboden speelgoed in de grijpende vingertjes gegeven en weer geniet ze van de vreugde en van de zalige bekoring. Wie is de goede moeder ? Die 't wagentje reed, of de vrouw, die hier bij 't wiegje staat ? De koelbloedigste opvoedster of de inconsequentie, die zelf het verboden speel goed geeft? Moedertje vraagt het zich af, als ze eenige oogenblikken later weer nadenken kan. Maar ze lacht er bij na deze ondervinding, Ze heeft haar wijze redeneeringen herkend als ijdele praatjes over onbegrepen djngen. Toen zag ze in het kind slechts een voor werp van opvoeding, nu heeft ze in 't wiegje het groote wonder" opgemerkt, dat al haar redeneeren tot kinderpraat zal maken. Het zal haar voortaan onderrichten, inwijden in de groote geheimen van het zich ontwik kelende leven. En die ontwikkeling mag ze bijwonen, bewonderen, beschermen en misschien bevorderen. Maar dan moet ze leeren opmerken en acht geven op al de uitingen van het jonge leven, die immers spotten met vooropge stelde meeningen. Geen dwingende keten zal het kind om vatten, maar beschermende armen en trouwe zorgen mogen het omgeven. Of er dan geen tijd van buigen en snoeien' kan zijn ? Misschien wel; maar dit weet ze al vast, dat het kind nu ruimte noodig heeft, om te laten zien, wat het worden wil. Men zal opmerken, dat het proces zich in 't Moedertje met eenigizins cinemato grafische snelheid ontwikkelt, 't Was me om 't proces te doen en niet om 't schetsen der geleidelijke ontwikkeling. ledere moeder zij 't nochtans gegeven, even snel te ont komen aan beunhazerij op 't gebied van systematische opvoeding, die vooral op zeer jonge ouders en andere buitenstaanders loert. Aug. '14 A. TRELKER Allerlei Oorlogsloterij Toen in 1672 de Republiek der Vereenigde Nederlanden in nood verkeerde, en zich aan alle kanten bedreigd zag, werden hoogstmerkwaardige middelen aangewend, om soldaten te werven, getuige het volgende officieele stuk dat ik bij toeval aantrof. De krijg werd op deze wijze- bijna een loterij zonder nieten. Ik schrijf dit komi-tragische wervingsbulletin in zijn geheel af: De Staten Generaal der Vereenigde Ne derlanden, Allen die genen, die desen sullen sien en hooren lesen, salut. Doen te weten, Dat wij tot encouragement, van de goede IIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItllMlllltlllllllllltlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll Maakt een stemvork b.v. 440 trillingen per seconde, dan hoort men de a (n.l. de toon!). Wordt het aantal trillingen vijf kwart, drie tweede, en tweemaal grooter dan hoort men achtereenvolgens de bij deze grondtoon behoorende terts, quint en octaaftoon. Alle vier samen vormen een accoord, dat ons oor aangenaam aandoet. Ontbreekt er een of meer der vier tonen, dan kan een niet al te slecht gehoor duidelijk onderscheiden welke toon of toonen er ontbreken in het accoord. In de derde plaats: met een telefoonhoorn kan men wisselingen in electrische stroomsterkte omzetten in trillingen van een metaalplaalje, en deze trillingen hoort ons oor als geluid. Deze omzetting zal iedereen wel willen gelooven die ooit een telefoonhoorn in handen heeft gehad. Laat ik nu prpbeeren het toestel te be schrijven dat in figuur l schematisch is af gebeeld. Het licht van de heldere electrische lamp N (links) passeert een schijf S, die door een motor snel kan rondgedraaid worden en waarin een aantal rijen gaten zijn; laat mij voor het gemak veronderstellen dat er 4 rijen gaten zijn, in cirkels gerangschikt om een gemeenschappelijk middelpunt, de draaings-as. Het aantal der gaten is in de buitenste rij b v. 48, in de tweede rij 36, in de derde rij 30, en in de vierde of binnenste rij 24. Draait de schijf S nu tien keer in de seconde rond, dan passeeren vier lamp lichtstralen de schijf, nl. een bovenste straal met 480 flikkeringen per seconde, daaronder een met 360, daaronder een met 300 en ein delijk een onderste straal met240flikkeringen per seconde. Deze vier stralen worden door een prisma omhooggekaatst en door een por tretlens P vervormd tot 4 flikkerende lichtvlekken op een rijtje, bij H. Dit punt H is een klein gaatje in een platte tafel waarop drukwerk ligt, zoo bewogen dat elke regel schrift het gaatje H passeert, zoodat telkens een aparte letter ervan voor het gaatje komt. Onder H bevindt zich een stuk seleen, ingeschakeld in een geleiddraad, die op hier niet nader aan te duiden wijze (die niets te maken heeft met de werking van het toestel) door een telefonisch relais de eventueele stroomsterkte-wisselingen op versterkte wijze overbrengt op de telefoonhoorn, waar men slechts te luisteren heeft. Om te begrijpen hoe het toestel werkt, zullen we niet te veel op eens van het voor stellingsvermogen vragen i neem eerst aan dat slechts n lichtstraal van 480 flikke ringen per seconde door de lens geconcen treerd wordt op het (voorloopig nog maar) witte papierbij H. Hetlicht wordt doordit witte papier teruggekaatst als verstrooid (zooge naamd diffuus) licht dat o. a. valt op de seleen-stukken bij Se. Dit ondervindt dus 480 keer per seconde sterker licht en zwak ker licht Het geleidingsvermogen wisselt dan ook 480 keer per seconde, dus ook de doorgelaten stroomsterkte, zoodat de tele foonhoorn 480 trillingen doet hooren. Pas seert nu bij H een zwart bedrukt papier, dus b.v. een drukletter, dan kaatst dit dofm m Ingesetenen van desen Staat, goet gevonden hebben bij de tegenwoordige Publicatie eenen yegelijken te notificeren, en bektnt te maken, ook te versekeren, dat alle die geenen, die in 's Landts dienst ten Oorloge te Water, soodanig sullen komen verminkt te worden, dat deselve onbequaem sall sijn sich te konnen geneeren, bij soo verre sij by uytkoop begeren gesoulageert te wesen, sullen genieten na de qualiteyt van hunne verminktheydt, als hier onder staet gespecificeert, te weten: l. Voor het verlies van beyde de Oogen 1500 guldens. Voor het verliesvan n oog, 350 guldens. En voor andere accidenten of verminktheden als deselve, beneden de voorz. respective sommen, ter discretie van de Collegiën ter Admiraliteit daeronder yder resorteert. 2. Voor het verlies van beyde Armen 1500 gulden. Voor het verlies van den rechter Arm 450 gulden. Voor het verlies van den Slinker Arm 350 gulden. En voor andere accidenten als... vooren. 3. Voor het verlies van beyde de handen 1200 gulden. Voor het verlies van de rechter handt 350 gulden. Voor het verlies van de slinker handt 300 guld. Voor minder acci denten als... vooren. 4. Voor het verlies van beyde de Beenen 700 gulden. Voor het verlies van n Been 350 guld. En voor minder Accidenten... als vooren. 5. Voor het verlies van beyde de voeten 450 Gul. Voor het verlies van n voet 200 Gul. En voor andere accidenten ... als vooren. Ofte dat aan alle die geenen, dewelke in 's Landts dienst, als boven, soodanig sullen komen verminkt te worden, dat deselve daer door onbequaem sullen zijn geworden, om haer te komen geneeren, of yets te con tribueren tot haer eygen onderhoudt en alimentatie, een silvere Ducaton ter weeke te haerder begeerte, haer leven lang, ge durende, toegevoegt sal werden. En dat verders alle andere verminktheden van ge ringe conditie na advenant sullen werden betaalt. Tot welker eynde dese onse publi catie aen de respective collegiën ter Ad miraliteit gesonden sal werden, om by deselve alomme in haer districten gepubliceert te werden. Aldus gedaen, gearresteert, gerenoveert en geampleert in onse Vergaderinge, in den Hage, op den 14 April 1672. Het is merkwaardig, dat Hunne Hoogmogenden, die geen ijzeren kruisen, maar zil veren Ducatons uitdeelden, in dit stuk het verlies van een voet lager aanslaan, dan het verlies van een been, en het verlies van een hand lager dan het verlies van een arm, en ik vraag ? u, wat heeft men aan een been zonder voet, en aan een arm zonder hand? *** Aangenaam discours Een kennis van mij ontmoette in den trein een vurigen pan-germaan. Het gesprek nam de volgende liefelijke wending: Nah!... warten sie nur", zei de Duitscher, wenn wir's mit den Franzosen und Englandern abgemacht haben, dan kommen wir auch 'mal auf Besuch nach Rotterdam!" Mijn kennis troefde onmiddelijk terug: Aber, bitte sehr, Herr Meyer, kommen Sie recht bald! Leider konnen wir aber beim Festessen kein Weisswein Serviren: bei uns zu Hause wachsen kelne Reben. Aber das hollandische Wasser ist ganz vorzüglich!. . . . Die Herrschaften werden zwarte papierdeel de er op vallende lichtflikkeringen niet terug, zoodat het seleen niet bestraald wordt en de telefoon dus zwijgt. Nu onderstellen we een moeilijker com binatie, nl. dat er door de schijf S vier lichtstralen met verschillendaantal flikkeringen per seconde passeeren, zooals ik beschreef. Wit papier bij H krijgt dan vier verschil; lend soort flikkeringen (op een rijtje, onder elkaar). Het kaatst deze terug maar het seleen dat dus 480, 360, 300 en 240 licht sterkte wisselingen per seconde doormaakt, die het alle uit elkaar kan houden (even goed als ons gehoor 't doen kan) en gehoor zaam omzet in de even talrijke wisselingen in geleidingsvermogen voor de electrische stroom, die in de telefoon dus vier tonen veroorzaakt, nl. een of andere grondtoon (hier 240 trillingen), haar terts, quint en octaaf. Men hoort dus een accoord. Passeert nu een zwart bedrukt papier dan wordt dit accoord tijdelijk onderbroken door absolute stilte. Nu pakken wij de letters zelf bij de kop. Stel dat de drukletter N de plaats H passeert, waar de lichtflikkeringen geconcentreerd wor den. Wat gebeurt er dan ? Dit is verduidelijkt door h'g. 2 waar de vier licht flikkeringen door vier cirkeltjes voorgesteld zijn, en de letter N in vijf verschillende standen geteekend is van haar schuifbeweging langs de plaats der flikkeringen. Bij a vallen de flikkeringen op wit papier, dus men hoort voortdurend het volledig accoord; bij b vallen alle flikkeringen op het rechtsche (natuurlijk zwarte) been der N, en men hoort niels. Bij c is de schuine streep bezig de terts onhoorbaar te maken, en men hoort het accoord behalve de terts. Zoo wordt in d het accoord gehoord behalve de quint. Eindelijk in e vallen alle flikkeringen op het linksche zwarte been der N en men hoort weer niets. Is de letter gepasseerd dan wordt het accoord weer gehoord. De opeenvolging: accoord, stilte, accoord min terts, accoord min quint, stilte, accooid, is dus typisch voor de letter N. Dezelfde figuur 2 nagaande zal men inzien dat de letter l gekenmerkt wordt door: accoord, stilte, accoord. De letter L door: accoord, accoord min grondtoon, stilte, ac coord. Als een O passeert zal men krijgen: accoord, accoord min terts en quint, ac coord min grondtoon en octaaftoon, accoord min terts en quint, accoord. Men zal gemak kelijk inzien dat elke lettervorm met een bepaalde geluidenserie is aangeduid. Een blinde met een eenigermate goed gehoor kan deze lettergeluiden" gauw genoeg leeren om in een paar maanden even vlug op geluid drukwerk te lezen" als wij het doen met onze oogen. Gewone hranten drukletters blijken bij de proefnemingen zelfs reeds leesbare" geluidsverschillen te geven. Als bijkomstige zaken zijn natuurlijk nog eenige inrichtingen noodig om de regel druk werk recht de sleuf bij H te laten passeeren, en om de regels nauwkeurig elkaar te doen opvolgen en vervangen. Het is zelfs niet noodig om een beoaald lettertype te gebrui ken daar een blinde die voldoende geoefend Frits, betaal vandaag bij Mixdorf mijn voorjaars-kleerenrekening: 't is 760 mark En ik wou wel een boek lezen. Maar koop er geen. Ga maar even naar de leesbibliotheek (Jugend) sich's höffentlich wundervoll schmecken lassen. * * ? In 't schuitje De Duitsche Zeppelins" voeren een nacelle (ballonschuitje) mee, dat aan een sterken kabel wordt neergelaten meer dan honderd vijftig meter onder het luchtschip. Uit deze nacelle worden de bommen geworpen op den vijand, terwijl het luchtschip zelf op zulk een hoogte zweeft, dat het buiten het bereik der kanonnen blijft. Het lijkt me een bizonder aangename bezigheid in dit schuitje te moeten varen Het is een post van ver trouwen, die ik niet ambieeren zou. ? ALLEQRA * * * Recepten MAGERE SOEP a LA JTJLIENNE Neem verschillende soepgroenten als sel derie, kervel, worteltjes, bloemkool enz. enz. Maak deze schoon, laat het zand bezinken, wasch ze nog eens, hak al deze groenten goed door elkaar, bruin de boter als boven voor de prei-soep is aangegeven, voeg er zout en peper naar smaak bij, laat dit alles smoren, voeg er het vereischte water bij, strooi er wat rijst in, laat deze vijf minuten koken, plaats de soep in de hooikist, waarin ze verder gaar wordt. * , * WARME WIJN l flesch rpode wijn, l flesch bessenwijn, 100 gram suiker, l sinaasappel bestoken met 20 kruidnagelen en een paar stukjes pijpkaneel. Wasch den sinaasappel, steek er de kruidnagelen en een paar stukjes pijpkaneel in, doe hem in den wijn, die in een melkketeltje gegoten is. Sluit tuit en deksel goed af en verwarm de vloeistof langzamerhand op een zacht vuur. Laat ze eenigen tijd trekken, voeg er de suiker bij en schenk ze zoo warm mogelijk. A. H. iiMiiiiimtmiiiimiiMiiiiitiiMiMiiiiiiiiiiMHiiiminui MIIIIIIIIMIIIIIIIIIII Fig. 2. VOORBEELDEN VAN LETTERS, DIE DE SERIE LICHTFLIKKERINGEN PAS SEEREN. De vier cirkeltjes stellen telkens de vier lichtflikkeringen voor; b.v. het onderste met 240, het tweede met 300, het derde met 360 en het bovenste met 480 flikkeringen per seconde; a?e voor het passeeren der letter N; f?h voor de l; i?j voor de L. Gevolg: zie bijgaand artikel is met een bepaald lettertype denkelijk reeds heel gauw de eigenaardige geluiden van een ander iets verschillend lettertype ook zal omzetten in de juiste letters. Met meer dan vier flikkeringeiwsoprten, b.v. met een zevental verschillende, die een toonladder vormen kan men natuurlijk nog fijn vormverschillen der letters onderschei den alhoewel hiervoor een veel beter muzi kaal gehoor voor noodig is. Maar voor vlug lezen is het weten der kleinere letter details niet noodig daar het alleen noodig is de algemeene lettervorm te kennen; de letter details komen toch vooral tepas bij het algemeen aspect van het drukwerk, uit een kunst-oogpunt. Het is immers zelfs mogelijk (iedereen kan het dadelijk probeeren) vrij vlot te lezen als men van elke regel telkens de onderhelft der letters bedekt houdt. Het eenige groote voordeel van Braille schrift blijft dat het voor vrijwel iedereen toegankelijk is, terwijl de hier beschreven methode een goed gehoor eischt. P. VAN OLST

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl