De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 29 november pagina 7

29 november 1914 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

29 Nov. '14. No. 1953 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND tefceikamp der.Belgiscke VluékLeliRjen. te Bergen, op Zoons* \t Veldwachter vaTtB,opZ.:/,Benn.ejülli£nou ui e l blij datje.'tkier zoojjoedl Betrof ftTikeU?" hulpbehoevende menschen daar in Bergen op Zoom dit ook zoo vinden? Dit geval bracht mij er toe nevensgaande teekening te ontwerpen, en ter wille van de goede zaak verzoek ik u beleefd deze ter plaatsing in uw blad aan te willen nemen. U vraagt om zoo mogelijk goeden raad in deze. Ik weet niet, ja ik twijfel zelfs of ?dit denkbeeld geheel nieuw voor u zijn zal, maar ik wil u gaarne meedeelen wat hier in Utrecht gedaan werd door families, die om verschillende redenen, geen gedeelte van hunne woningen beschikbaar konden stellen. Zij vormden groepen, welke voor gemeen schappelijke rekening leegstaande huizen huurden voor drie of meer families te samen. Ieder offerde zijn penningske naar eigen draagkracht en bovendien aan meubilair en kleeding wat zij missen konden, desnoods het meubilair in bruikleen. Ik veronderstel dat, als deze maatregel meer algemeene ingang vond, het toch niet noodig zou zijn deze menschen moedwillig .gebrek te laten lijden, in de stille hoop ze zoo'gauw mogelijk weer kwijt te zijn? J. H. BOOT * * * Muziek in de Hoofdstad Solisten Waar zijn de tijden der Malibran, der Gafforini, der Catalani die chromatische gamma's zong, op iedere noot een triller plaatsend, welke vonkelde als een diamant van het zuiverste water," gelijk Scudo haar bezong, en te Londen, wanneer Napoleon een zijner epische overwinningen had be haald op de coalitie, God save the King uitvoerde of Rule Brittannia voor de bezoe kers van Drury-Lane, die het enthousiasme noodig hadden. Wanneer men denkt aan ?de uitroeiing van deze betooverende vogels, ?die zonder twijfel dom waren, doch het zingen verstonden gelijk Cagliostro de tech niek van het goochelen en Casanova de kunsten der liefde, dan kan men de negen tiende eeuw slechts beschouwen als een ?onmetelijke afgrond, die de laatste hoeken eener gelukkige aarde en al hare sibyllen verzwolgen heeft. Men bladert in oude mémoires van een of anderen Don Juan, men bladert in de boeken van Stendhal of in een oude operette van Grétry en men kan ze slechts lezen als Don Quichotte zijne ridderromans, als dilettant of als pessi mist ; gelijk er vroeger eene pest kwam over de menschheid, zoo is er gedurende de vorige eeuw eene universeele pest gekomen ?over de psyche en wat nu vernietigd wordt te Reims, Leuven, Yperen en Arras kan niet vergeleken worden met de waanzinnige destructie, welke sinds meer dan zeventig jaren het intellect der wereld ontzielt. Elk monument van gracie, liefelijkheid, bekoring, geluk en alles wat de aarde bewoonbaar maakte is vernield door waarlijk diabolieke orkanen van de hartstochtelijkste machteloos heid en vervangen door het handenwringen eener onafzienbare, passioneele mediocriteit, die zichzelf en anderen geen rust gunt. En elk kunstwerk, elke schoonheid draagt voor taan zijne kwelling met zich en zijne pijn over de menschen, die blijven reageeren met een immer vermeerderenden haat; het is onnoemelijk wederkeerig: ieder muziekstuk kost den componist buitengewone inspan ning, het kost den dirigent of de spelers nog meer inspanning, de hoorders de meeste ellende en zij verfoeien elkaar in het on? eindige. Daartusschen de vriendelijke solisten van het tegenwoorde Duitschland, die de plaats der Catalani's innemen! Uit de verte gezien lijkt eene mevrouw Eva von der Osten op sommige figuren van Alma Tadema's helleniseerende schilderijen. De stem is even kostbaar als de gestalte en gebreveteerd door de pers; de dame zingt een paar stukjes, welke zij reeds tienduizend malen gezongen heeft en keert terug naar Berlijn of Dresden met een duizend mark meer in de portfeuille^ En dezelfde stupide kans hebben de Gërtrud Förstels, de Hermine Bosetti's met alle anderen. Welk een luxueus bezit is eene soliste (of solist) voor de maatschappij! Zij ver? dienen gemakkelijker hun kost dan een papegaai, die heel wat moeite moet doen om zijne liedjes te leeren en vervelen ons bovendien meer dan zij ons behagen. Is het niet te veel gevraagd nu half Europa tegen over elkaar staat in de loopgraven, om te luisteren naar de sentimentaliteit (excusez...) van Wagners vijf beroemde gedichten, als of het nu tijd was zich te vermaken met dilet tantische en gefantaseerde zuchten, terwijl de werkelijke rampen nabij zijn? Welk een weelde zulk eene soliste, die onvermijdelijk een register heeft, waarin zij niet best gedisponeerd is of zich niet lang genoeg oefende! Is het de schuld van den oorlog, dat men de kleinste oneffenheid in een geluid minder koelbloedig hoort? Het schijnt zoo; wij hooren nog maar kolossale" zangeressen en gedurende de vorige eeuw heeft de menschelijke stem onafgebroken in volumen moeten toenemen gelijk het negentiende-eeuwsch kanon. En zij hebben alle maal hetzelfde gebrek aan diepere charme, aan nuances, bezitten diezelfde overmaat van koelheid en domme bluf, dezelfde manifesteerende voordracht, dezelfde middelmatig heid, dezelfde onbuigzaamheid en burgerlijke intonaties. Ach! deze dure schreeuwers zijn sinds veertig jaar onze leermeesters! Op hetzelfde concert (onder leiding van Dopper) stond Schêhérazade van Rimsky Korsakow, tegenover Wagner en Strauss, de antieke modus tggenover de jongere tona liteit van het c-dur en c-moll. De folklorist Bourgault-Ducoudray beschouwt den antie ken modus als de voornaamste eigenschap eener arische muziek, wijl men hem ontmoet in Bretagne, in Griekenland, in Wales, op Ierland, in Rusland, in Italië, zoowel in de antieke als in de moderne tijden en onafhan kelijk van het klimaat. Hij had niet de minste bedoeling om de Germanen buiten de arische gemeenschap te sluiten, doch intusschen werd het een belangrijke vraag of de Duitsche tonaliteit van c-dur en c-moll, welke in de zestiende eeuw de overhand kreeg op de antieke, wederom verslagen zal worden door de componisten der oude modi. Dit zou de grootste ramp zijn, die de Duitsche cultuur" kan treffen, doch zij schijnt imminent, wanneer men rekening houdt met de verschijnselen van uitputting, welke de nieuwste Duitsche muziek bege leidden en met de onbedwingbare stroo mingen, die haar bedreigen vanuit occulte stellingen. Sinds de zeventiende eeuw beoefent Frankrijk eene muziek, welke niet tot zijn ras behoort. Pas sinds dertig jaar merkte 't dit en heroverde langzaam zijne nationa liteit ; zoo ook Rusland met de andere Slavi sche volken en zonder overdrijving kan men zeggen, dat de algemeene oorlog reeds een kwart eeuw woedt tusschen de rassen. Men strijdt ook een weinig om de muzikale suprematie. MATTHIJS VERMEULEN Carduus Mysticus III (Slot) Doch ,zijn op'den grootschendichterdroom van dit boek ook aanmerkingen te maken van rationalistischen aard, voor wie andere dan zuiver intellectueele grootheid genieten kan, is het heerlijk mooie lectuur. En wie wil komen tot het besef van wat het wezenlijk katholicisme is, vindt hier een bijzondere openbaring; een volkomen echte, zuivere openbaring. Wat ik met dat zuivere bedoel, zou ik willen toelichten door een vergelijking met b.v. het werk van Huysmans, die in werken als 'La Cathédrale' en het meer malen reeds geciteerde 'Les Poules de Lourdes' zich iemand toont die langs rationalis tischen weg den kern van het Katholicisme zoekt te naderen dat zich toch alleen waarlijk kenbaar maakt door het gevoel. Voor wie nu het innig Katholiek gevoeld werkje van Grillot de Givry in zijn wezen heeft be grepen, voor dien is dan ook zoomin de kettersche gelijkstelling van voor-evangelische openbaringen met die welke de Kerk leert, als de kinderlijke wijze van etymologiseeren een belangrijke hindernis. Integen deel. Hindernis en vooral belangrijk" zijn dergelijke denkfouten" en inconsequen ties ' voor de intellectualisten, die ons hebben wijs gemaakt, dat hun zienswijze de belang rijke is; en dat de fouten tegen de logica" de ergste zijn. De logica nu springt als we 't zoo mogen zeggen langs horizontale lijn verder; het Eeuwigheidsbesef, het geloof, welt ons, verticaal, van 't hart naar de keel, en doet ons zoo noodwendig alle dingen anders van-waarde zien.... In het werk van Grillot de Givry leeft een schoon leven van geloof. Hoe wordt hier in alle dingen het Eeuwig-stand-vaste, het onveranderlijke, en dus niet voort gaande gevoeld. Wie voor de voortdurende aanschouwing van de teekenen des gejoofs overal waar zij die niet zien, slechts een schouderophalen over hebben, zelfs zij zullen toch de diepe waarachtigheid voelen van des schrijvers vroomheid in het accent waarmee hij, zoo maar even in 't voorbijgaan 16) van dorpskerkjes spreekt, en vooral in het tweede deel van dit werk, l'Esthétique", dat alle kunstgevoeligen doet begrijpen, welk een achtergrond vol diep licht de. Roomsche esthetica doorschijnt, welke de zweverigheden der rart-pour-1'art-menschen moeten missen. Over den uiterlijken wansmaak te Lourdes is door de estheten veel geschreven; ook Grillot de Givry schrijft erover, en ner gens vond ik zoo fijn artistieken geest met zoo christelijke innerlijkheid gepaard 17). Wanneer ik in deze rubriek iets schrijf over een eminent werk als dit, mag ik niet volstaan met het uiten mijner bewondering voor de fijne en hoog-dichterlijke architectuur van zijn synthese-bouw. We moeten zien : wat leeren wij uit de mysterie-verhalen betreffende Lourdes? Er is daar een wonderbaar contact met onzienlijke machten. Het wezen van die macht en haar aangrijpingspunten in de menschelijkheid zouden we echter niet zoo-maar durven aanduiden. Zeker zijn de verschijningen waarvan het lieve kind Bernadette verhaalde, ontroerend. De aanwijzigingen van een bron, haar door die verschijning gegeven, hebben uitteraard de grootst mogelijke belangstelling gewekt; vooral toen die bron bij onderdompeling van geloovigen wonderen deed ontstaan. Echter . . . die wonderen zijn k geschied ten opzichte van lieden die de bron slechts hadden bezocht. Ze zijn ook geschied ten opzichte van volslagen ongeloovigen. Ze zijn ook geschied ten opzichte van wie geen gene zing schenen te wenschen ; en van geestelijk nog totaal onbewuste kinderen. Anderzijds bleek het water in de bekende filialen" van Lourdes (te Oostakker in België, te Constantinopel) even geneeskrachtig.... evenwel, men moet hierbij opmerken, dat het nagebootst voorkomen van de Lourdesgrot hier k element van genezing kan zijn. Hoezeer bij overdracht van een ver schijning in een beeld eigenschappen van het oorspronkelijke bewaard kunnen blijven, weten allen die wel eens clairvoyanten fo tografieën hebben zien behandelen. Toch, het uit Lourdes overgebrachte water bleek wel het hoofdbestanddeel der miraculeuze werking; en terwijl ik dit schrijf, denk ik eraan hoe b v. een enkel stuk steen in staat was op een onzer sterkste media, den Engelschman Vout Peters de indruk over te brengen van de geheele omgeving, waarin dat eeuwen had gelegen; en aanschouwing van die omgevi«g niet gedurende n oogenblik maar op verschillende tijden. . . De lezer ziet: we werken weer met verlijkingen, waar definitie der zoo veelszins Jhr. mr. S. LAMAN TRIP t Voorsitter van den Hoogen Raad der Nederlanden uiiiiiiiiiimiiMiimiiiMimiiiiiniiiiMin zich openbarende occulte krachten ons niet mogelijk is... Maar in dit deel onzer conclusie spraken we nog alleen over de van buiten komende wondermacht-zelf. Het is echter, door het nu en dan optreden daarvan, zeer blijkbaar, dat die Wondermacht een aangrijpingspunt moet vinden in een bepaalde menschelijke zielsgesteldheid. Als we nu trachten van die zijde tot eenige meerdere klaarheid te komen, is ons resultaat ook uiterst vaag. Ons resultaat dat is: dat des agnostici, die niet geheel aan de kerkelijk-dogmatende uitlegging der Openbaring gelooven kan.... Verder ontwikkeling van de vermogens die in ons sluimeren, zal mogelijk tot wijder waarneming en scher per [bewustwording voeren.... Nu zie ik voor mij, voor zoover ik kan nagaan weinig van een criterium voor 't psychisch aan grijpingspunt van de wondermacht. Een ge voel van ondergeschiktheid; van individueele onmacht? Het is een geloofs-element; en voor mij geldt het als het zuiverste ... doch wie kan beweren, dat deze onderstelling meer is dan een onderstelling; wie zou durven decreteeren dat inderdaad deze eigeschap alle Lourdes-genezenen in bijzondere mate onderscheidde? 18) Misschien waren er proeven te nemen. Materiaal konden dan die sublieme kloosterIIIHIIIIIIIIIItnillllMIIMIIIIIIMIHIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII PHILIPS 54 WATT LAMPEN GROOTE STBOOIBESPARIHG VERÏANGEN ALLE BOOGLAMPEN. l Brabantsche [= = Eetkamer. Buffet. Tafel. . . 4 Stoelen. 2 Fauteuils Geëxposeerd in de Magazijnen van J. BAPTIST VALLEGGIA SINGEL 428-430-432, AMSTERDAM. J. H. DE BOIS, - HAARLEM. PRKNTKUJfST Het maandbericht van Jfov. bevat-een magazijn-catalogus van oorspr. etsen etc., welke den prys van vijftien gulden niet overschrijden en bewijzen dat ook voor een betrekkelijk klein bedrag goede artistieke en oorspr. prentkunst verkrijgbaar is. Toezending franco. Haarlem Kruisweg 68. D. OBER1NK & Co.. AMSTERDAM PRINSENGRACHT 456 b/<U-IDSCHESTRAAT TELEFOON NOORD 1452 TOEPASSINGDERELECTR1C1TEITOPELKGEBIED T BINNENHUIS INRICHTING TOT MEUBELEERING EN VERSIERING DER WONING DIRECTEUREN JAC VAN DEN BOSCH EN W. GIEBEN GED-COMMIS5~ MP BERLAGE EN L SIMONS RAADHUISSTRAAT 48*50 AMSTERDAM VORMEN. Een Handboek voor Dames BEWKRKT DOOE JOH ANNA VAN WOUDE. lat aieuwite ei volledigste hudboek itt Etifattu. [n prachtband ?2.50. Ia satijn ?2.90 'TUg. van r. Holkama & Waren dorf, A.mai. CHEMIGRAFISCHE KUNSTINRICHTINf, % DIRK SCHNABEL AMSTERDAM Mi e H ES VOOR ZWART- EN KLEURENDRUK .ONS NIEÜVy PROCÉDÉIS KOPERDIEPDRUK .GESCHIKT VOOR ELK: PAPIER

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl