De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1914 13 december pagina 2

13 december 1914 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

2 . DE.AMSTERDA.MMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.. 13 Dec. '1.4. . No. 1955 voor zijne fractie geen gewicht in de schaal legde; zij bleef bij de meening, die op 4 Augustus door den kanselier zelf was uitgesproken, dat tegenover België onrecht was begaan, alleen te verontschuldigen door oorlogsnoodzakelijkheid. Het valt ons mede, dat de Duitsche sociaal-democraten nog niet zoozeer door den oorlogsroes zijn bevangen, dat zij de schending van België's onzijdigheid ge rechtvaardigd achten door hetgeen er be kend is geworden over onderhandelingen van België met Engeland en Frankrijk. Zelfs sommige Belgen-vrienden in Neder land hebben immers een verlegen gezicht, gezet bij deze onthullingen". Maar ont hullingen waren het eigenlijk niet. Heeft men in Duitschland al niet lang geloofd, dat bv. in 1911, na Agadir, Engeland-op het punt was geweest om 150.000 man in België te ontschepen, als hulptroepen voor Frankrijk? Dat staat zelfs te lezen . in Egelhaaf's Geschichte der neuesten Zeit" (4de druk 1913, blz. -568). Hoog stens kan men zeggen, dat nu bewijzen ,;? waren geleverd voor wat de Duitsche regeering al lang wist. Maar is daarom de reden vervallen, Duitschland's inval in België een rechtschennis te noemen? Laat het waar zijn, dat België zich tegen over Duitschland niet zou mogen beroe pen op zijne gewaarborgde onzijdigheid, omdat het door zijne besprekingen met Engeland en Frankrijk die gewaarborgde onzijdigheid had verbeurd was dat het eenige recht van België? Kwam niet bovendien aan België hetzelfde recht toe als aan Nederland waarvan de onzij digheid ook niet gewaarborgd" is om buiten een oorlog te blijven, waarin het niet zelf verkoos zich te mengen? En heeft iemand kunnen aantoonen, dat Bel gië aan den tegenwoordigen oorlog had willen deelnemen, wanneer de Duitsche legers niet over zijne grenzen waren ge trokken? In de redevoering van den afgevaar digde Haase trok nog iets onze aandacht. Hij heeft opnieuw verzekerd, dat voor de sociaaldemocratische fractie de diepere oorzaak van den oorlog ligt in econo mische tegenstellingen". Zeker, deze oor log .is vooral een strijd om economische belangen. Maar niet alleen om belangen ook om macht; niet alleen om meer koloniën en nieuwe afzetmarkten wordt er'strijd gevoerd, maar ook om de glorie van het Duitsche volk. Zou een strijd alleen over economische belangen die §eweldige ontroering hebben teweeggeracht, die ook de Duitsche sociaaldemocraten hebben gevoeld, toen zij wisten dat hun land in oorlog was? Is het nationaliteitsgevoel niet een veel sterker beweègkracht gebleken dan alle econo mische krachten, die de sociaaldemocra tische theorie in laatste instantie" pleegt aan te voeren? Of is ook dit bij alle klassen in even sterke mate gebleken nationaliteitsgevoel in laatste instantie" te verklaren uit den klassenstrijd? Om honderd betere redenen mogen wij naar het einde van den oorlog verlangen; maar wij zijn toch ook wel een beetje nieuwsgierig, hoe de Duitsche sociaaldemocratie na den vrede de Marxistische; verklaring zal vinden voor hare houding tijdens dezen oorlog, In de Italiaansche Kamer was de een stemmigheid al even groot als in den Rijksdag. De minister-president Salandra deelde aan de volksvertegenwoordiging mede, dat de Regeering na nauwgezet minimum imimiii inmiii nm " in FEUILLETON MiHttHmimimuuiimmmiiuiiiimiiiiiiuiiHHUNimiuiiiiiimmilJUi LUXE-AUTO DOOR M1NCA VERSTER-BOSCH RE1TZ Mevrouw Niels' vroolijk-vriendelijke glim lach was bij de gasten, maar haar gedachten waren bij de petroleumlamp. De petroleumlamp die nauwelijks meer een uur zou kunnen branden, en eigenlijk nu al te tanen begon ... Wat bezielde hen toch om van avond op visite te komen; ze had niemand gevraagd, niemand,.. kon ze missen als kiespijn; vooral van avond!... tjee, tjee, als de lamp nu toch eens uitging vór ze weg waren;... geen drop olie was er in huis, geen drop... 't zou gewoon morgen 't heele dorp over gaan... dat ze daarom bij Niels altijd zoo vroeg naar bed gingen, om de petrolie uit te sparen!... Waren er al niet vaak genoeg zuur-zoete moppen getapt over hun met de kippen op stok gaan ?... en dan mekaar aankijken, geamuseerd... omdat ze 't nu wisten... en dan lachen... 'n beelje mee warig ... ja, ja... ze kende dat leedvermaak. Mevrouw Niels schokte uit haar peinzen op; Ze had duidelijk het woord weggaan" opgevangen ,.. dat- gaf haar 'n overmoedig gevoel... ze ging met vuur spelen. Kom, kom, wie praat er nu van weggaan! Mevrouw Pluijsgat, u nog een kopje thee? en jij Mies?"... Maar 't dokter's dochtertje dat, hoewel zeventien, wat enfant terrible, en groote vriendin van mevrouw Melsert, de heel-jonge vrouw van den candidaat-notaris was, streek haar vriendin bliksemsnel met den vinger langs de ruggegraat, zoodat 't jonge vrouwtje in eens kaarsrecht opschokte en quasi veront waardigd jasses Mies, laat dat nou" zei. Mies proestte 't uit en mevrouw Pluijsgat meesmuilde: niemand had't over weggaan, lieve... ik vertelde van mijn broer die op Deli is, en waar juist de administrateur weggaat"... Och wat sneu" klaagde mevrouw Niels dadelijk meevoelend. Maar mevrouw Pluijs gat, beminnelijker dan ooit, nu ze zoetsappiglijk kon aantoonen dat mevrouw Niels heelemaal niet geluisterd had, zei lief: och ja... voor de administrateur is 't natuurlijk jammer maar, nietwaar, 't hemd is nader onderzeek van letter en geest der met Duitschland en Oostenrijk gesloten ver dragen, en van den oorsprong en het vermoedelijk einddoel van den tegen woordigen oorlog de overtuiging had gekregen, dat Italië niet verplicht was zich erin te mengen. Dit was bekend; ook de voorstanders der Triple-Alliantie in Italië hebben niet verkondigd, dat Italië zijn plicht als bond genoot schond door zich buiten den oor log te houden. Maar waar men zich op spitste was, welke verklaring de Regeering af zou leggen betreffende de toekomstige hou ding van Italië en of 'slands belang eischte, dat Italië aan den oorlog ging deelnemen. Daaromtrent verklaarde Salandra: Italië zal e,ën waakzame en sterk gewapende onzijdigheid betrachten, die het in staat stelt zijne levensbelangen te beschermen en zijn rechtmatige aanspraken te hand haven.. Het moet alleen zorgen, dat zijne positie als groote mogendheid onaange tast blijft, maar ook dat het niet relatief verzwakt wordt door een mogelijke uit breiding van andere staten. Alleen door een sterke toerusting van leger en vloot kan Italië bij elke gebeurlijkheid gereed zijn. Deze woorden hebben bij alle partijen instemming gevonden; zoowel de aan hangers der Triple-Alliantie als de voor standers der Triple-Entente kunnen ze uitleggen naar hun wensch. Want de vraag, waar het op aankomt, is nog altijd onbeantwoord gebleven: tegen wien of wie zal Italië zijne belangen hebben te beschermen, hetzij in den loop van den oorlog, hetzij" bij latere vredes onderhandelingen? Zal Italië met een eventueele neder laag van Frankrijk zijn voordeel doen om Tunis te verwerven? Zal het van een voor Oostenrijk ongunstigen loop der dingen gebruik maken om Triest en Zuid-Tyrol met Italië te hereenigen? Zal het deze landstreken krijgen, in ruil voor aan Oostenrijk te verleenen hulp, of zal het ze veroveren in den strijd tegen Oostenrijk? Op deze en dergelijke vragen blijft de Italiaansche regeering voorloopig het antwoord schuldig. Als de tijd gekomen is, zal zij spreken. En in afwachting daarvan is men overal aan het gissen naar hare eigenlijke bedoelingen. Niet het minst in Duitschland en Oosten rijk. Voor deze beide mogendheden zou het een ramp kunnen worden, als Italië meeging met de Triple-Entente, en door een inval in Oostenrijksch gebied dezen staat noodzaakte een groot deel van zijn leger tegen Italië in het veld te brengen. Gerust schijnt men er niet over, aller minst in Duitschland. Zoo kwam voor eenige dagen het bericht, dat de Duitsche gezant bij het Quiirnaal, Von Flotow, wegens ziekte voor eenige maanden ver lof heeft gekregen en op zijn post zal worden vervangen door den gewezen kanselier Von Bülow. Dat Von Bülow als gezant naar Rome gaat, bewijst hoe groot gewicht de Duit sche regeering op dit oogenblik aan dezen post hecht. Een gewezen kanselier pleegt een dergelijk ambt niet meer te vervullen, ook moet het den Keizer i eenige moeite hebben gekost, aan Von Bülow dezen dienst te vragen. Zoo iemand er in slagen kan, voor Duitschland te redden wat er nog in Italië te redden is, dan de gewezen kan selier. Niet alleen, om zijn onbetwistbare imiMiiMiMiiimimiiMMiiiimimiMiiiiiHiiiiiMiuiimiimimiiMimiMiiii dan de rok, en ik vertelde juist dat mijn broer die betrekking nu had gekregen... maar je was misschien ergens anders met je gedachten"... Nee, guns^... toch niet" zei mevrouw Niels triomfantelijk, niet hoog opgetrokken wenkbrauwen van verbazing over die ver onderstelling; en toen.-iuitbundig omdat ze nu wist, weer op de hoogte van 't gesprek was, nu 't doet me verschrikkelijk veel plezier hoor... verschrikkelijk veel"... toen flitste als 'n felle waarschuwing door haar brein, dat zij de stemming niet in banen van feestelijkheid moest leiden,... en ze zweeg, wat kortaf. Want 't moest blijven bij 'n kopje thee, omdat er geen spoor van wijn in huis was, zelfs geen Varossieau, zelfs geen limonade ... En terwijl haar mond nu verder plicht matig glimlachte, beaamde, ontkende, ja zelfs vage zinnen mee, 't gesprek in liet drijven, was gansch haar denken bezig met de vraag wat zij toch allemaal van avond, juist van avond, kwamen doen. Aanloop, nu ja, dien had ze wel altijd,... daarvoor woon je ook zooveel jaren in de kom der gemeente; gunst, dan weet je zoo langzamerhand ieders hebben en houwen... Bij die gedachtewending begon mevrouw Niels 't opeens warm te krijgen en haar hart tikte gansch jachtig... Ze was niet geheel onbekwaam tot logisch redeneeren... dus... als zij zelf voelde dat zij langzamerhand ieders hebben en houwen te weten was ge komen, dan... dan, omgekeerd, wisten ook de anderen... Ik geef je de verzekering dat ze 'm ge kocht heeft... gekocht van de kokkin van mevrouw van Ellickhoven, voor... enfin, voor 'n prikje".... hoorde ze opeens de vroolijke jonge stem van 't candidaat-notaris vrouwtje. Ochjulie, je meent't niet.. .heusch, ik kan 't niet gelooven"... zei mevrouw Pluijsgat met glinsterende oogen van nieuwsgierige pret, quasi afkeurend 't pra atje dat daareven door de jonge mevrouw Melsert was ge lanceerd. Nu... 't is toch heusch waar!... en dat vind ik allemaal niks, maar nu geurt ze ermee dat 't 'n staart is van 'n fazant die ze zélf gegeten hebben... verb eeld-je... of er ooit een stuk wild, laat staan 'n fazant bij de Heeleveldts op tafel komt !" Ik heb ze toch heusch wel eens konijnen zien koopen," zei Mies goedi g. Konijnen is geen wild", verklaarde mebekwaamheid en handigheid; maar hij kent in Rome menschen en zaken; vór 1897, toen hij staatssecretaris werd voor buitenlandsche zaken, was hij gezant bij het Quirinaal; zijn vrouw, Donna Laura Minghetti, is een Italiaansche; hij [heeft te Rome een villa, waar hij o. a. den eersten tijd na zijn. aftreden als rijkskanselier heeft doorgebracht. De diplomatie heeft door den oorlog nog niet geheel vrijaf gekregen zoo wel in Italië als op het Balkan-Schier eiland is er werk voor haar aan den winkel! 9 Dec. 1914. G. W. KERNRAMP Generaal Beyers Met grote ontroering heb ik kennis genomen van het bericht als zou Gene raal Beyers gesneuveld zijn. De biezonderheden ons vermeld laten weinig twijfel over, of de treurige tijding zal blijken waar te zijn. Voor de opstandelingen betekent zijn dood een zeer ernstig ver lies en het zou mij niets verwonderen, wanneer het verzet nu spoedig onder drukt zal zijn. Maar ook voor het gehele Afrikaanse volk is zijn heengaan een zwaar verlies, want het was niet geheel uitge sloten, dat hij eenmaal nog een politieke rol zou spelen in Zuid-Afrika. Hij was nog jong en het was dus niet onmogelik, dat hij, na een gedeelte van zijn straf te hebben ondergaan, begenadigd zou zijn. Er zullen natuurlik niet weinigen zijn, die zijn laatste daad zullen be schouwen als een vlek op een overigens zeer eervolle loopbaan, bij het Afrikaanse volk zal hij blijven voortleven als een van de nationale helden. Nu een oordeel uit te spreken over zijn aandeel aan de jongste gebeurtenissen in Zuid-Afrika, is uiterst moeilik, omdat wij onbekend zijn met het doel, dat hij voor ogen had en de motieven, die hem ertoe hebben geleid. In het verleden heeft hij zich altijd doen kennen als een ware Afrikaner, rondborstig soldaat meer dan fijn politikus, een.man van sterk karakter en van diep godsdienstige aanleg. Zijn openhartigheid was een gevaar voor Botha's politiek en daarom wist deze te bewerken, dat Beyers, toen eenmaal aan Transvaal zelfbestuur was verleend, voorzitter werd van de iiiilliliiillil vrouw Pluijsgat apodictisch,... konijnen... konijnen zijn ongedierte." Tjasses," prevelde Julie Melsert, en kneep rillend haar oogen dicht. Toch zag ze in haar verbeelding de gestoofde konijnen met beschuit en citroen waar zij en haar man verleden week drie middagen van gesmuld hadden; ze waren zoo goedkoop... Amper zeven stuivers... je zou wel mal zijn als je daar geen gebruik van maakte,... en bovendien... niemand hoefde 't te weten ... ze maakte ze zelf klaar, en d'r meidje ging vór 't middageten naar huis. Gelukkig voor mevrouw Niels was ze ineens erin". Ja, zij had ook de nieuwe najaarsbaret van Agaat Heeleveldt gezien ... Wanneer was 't ook weer ?.... gisteren ? Ja juist, gisteren, toen ze even met t lokaaltje naar stad was geweest... Ze was niet ge woon tweede klas te reizen... daarom had ze maar niet eens gekeken of ze kennissen zag... Maar dat hoedje had haar gefrap peerd ... goudbruin fluweel, heel flatteus opgedofd, en opzij, 'n pracht van 'n fazantenstaart... Nou, niet waar? chichoor l" lachte Julie. Maar mevrouw Pluysgat nam nu 't oogenblik waar waarop zij den ganschen avond gevigileerd had, en, datzelfde oogenblik zou mevrouw Niels de reden openbaren waarom haar beide naaste buren n een overbuur, dien avond zoo roerend eendrachtig, een kopje thee waren komen halen ... O, dan was je gisteren zeker net naar stad toen die magnifique auto bij je stilhield? Och, ik let anders zoo niet op die dingen ... wat kan 't me eigenlijk schelen hè... je ziet ze zoo dagelijks, maar"... Ja," viel mevrouw Julie ijverig bij, wij hebben ook gekeken... eerst was-ie voorbijgestoven"... Tot bij ns" vulde Mies aan, mama was nog bang dat-ie voor Pa kwam, Pa was de boer op ... er is veel diphterie" ... Maar toen is-ie weer achteruit gemanoeu vreerd tot in jelui hek" vervolgde mevrouw Pluijsgat, en dat was 'n heele hijsch hoor! kolossaal, met 'n wagen!" ... Ja, kolossaal!" beaamde mevrouw Julie bewonderend. Nu wist mevrouw Niels. Dus dat was 't, dat... dat moesten ze weten!... ze had wel op haar vingers kun nen uittellen dat er zoo iets achter stak. Ze antwoordde niet dadelijk, genoot stil haar triumf. Binnen haar hek was een luxe auto gereden ... 'n ... 'n kolossale prachtVolksraad. Door zijn strikte onpartijdig heid won hij hier de achting van alle partijen en wist hij zich zo populair te maken, dat zijn benoeming tot Kommandant-Generaal van de wordende Burger macht in 1912 van alle kanten met in stemming werd begroet. Hoe hoog zijn verdiensten door de boeren werden ge steld, blijkt uit het feit, dat hij, niet tegenstaande hij toen pas 32 jaar oud was, in 1902 als Voorzitter werd ver kozen van de vergadering van afgevaar digden, die hadden te beslissen over de vraag, of er al dan niet vrede zou worden gesloten. Van grote zedelike moed getuigde ook zijn bedanking als Kommandant-Generaal, toen de regeering had besloten tot iets wat hij afkeurde. Er waren dan ook velen, die in hem reeds zagen de toekomstige leider van het Hollands element, nu Botha door zijn politiek hen al meer en meer van zich vervreemdde. In de omgang was hij de beminnelikheid in eigen persoon, en vele Hollan ders zullen zich nog herinneren zijn ver blijf in Amsterdam en de prettige oogenblikken in zijn tegenwoordigheid door gebracht. Ondanks de jongste gebeurtenissen, of misschien juist te meer daarom, zal in de harten van de Hollandse bevolking de naam van Christiaan Beyers blijven voortleven, en met weemoed zal men zijn heengaan betreuren, omdat men nog zoveel van hem had verwacht. Prof. H. D. J. BODENSTEIN Averechtsche bezuiniging Nu de zorg, die onze Regeering draagt, om ons land buiten den oorlog te houden, van de schatkist zware offers vergt, offers, die nog vermeerderd worden door de on middellijke en middellijke nadeelen, welke deze wereldstrijd aan handel en nijverheid toebrengt, moest het Kabinet op bezuini gingen bedacht zijn en heeft het dan ook de Tweede Kamer op de reeds ingediende begrootingen een aantal nota's van wijziging doen toekomen, waardoor het eindbedrag vrij aanzienlijk wordt verminderd. Alsalgemeene regel is daarbij aangenomen, dat voorgestelde verhoogingen van tractementen en geheel nieuwe posten zouden worden geschrapt, een gedragslijn die in het alge meen dan ook ieders goedkeuring in en buiten de Kamer zal dragen. In het algemeen. Maar houdt dit nu in, dat ook alle nieuwe uitgaven moeten ver dwijnen? Beteekent dit, dat uitgaven die voor de toekomst van ons land van het hoogste gewicht zijn, zij het dan ook, dat zij tot heden toe niet op de begrooting waren uit getrokken, eenvoudig moeten worden ge schrapt? Een dergelijke opvatting zou blijk geven van een kortzichtigheid der Regeering, die wij van haar zeker niet zouden hebben verwacht. En toch de Minister van Binnenlandsche Zaken heeft in zijn overigens gerechtvaardigden bezuinigingsijver pok een groep uitgaven doen vervallen die waar lijk niet gemist kunnen worden. Wij bedoelen hier die voor de omzetting van driejarige in vijfjarige hoogere burgerscholen te Heeren veen en Coevorden, de overneming der gemeentelijke hoogere burgerscholen te Zaltbommel en Brielle, de stichting van nieuwe hoogere burgerscholen te Middelharnis, OudBeijerland, Dokkum en Appingedam en niet het minst de talrijke nieuwe verhoogingen van subsidies voor inrichtingen van vak onderwijs. Het middelbaar onderwijs hier te lande aan hoogere burgerscholen is in het laatste tiental jaren slechts weinig uitgebreid. Minister Heemskerk staakte de oprichting van Rijks hoogere burgerscholen geheel en eindelijk onder Minister Cort van der Linden kwam weer een betere toestand in het voorlllllllllmlIlltDIIIIIIIIIImlIMIlMlllllllllMlltlllllllMttlll wagen... en dat hadden ze allemaal gezien!... Even deed ze, alsof ze 't zich herinneren moest, fronsde de wenkbrauwen, trok die, quasi verbaasd, hoog op. ,,'n Auto?"... Toen 'n schokje van haar hoofd achterover, 'n klapje van haar hand op tafel, als van zelfvoldoening over de weergekeerde herinnering, och ja... dat is waar ook,... ja als je oud begint te worden 't is gek hè, dingen die je in je kinderjaren be leefde, weet je nog precies... en 't een of ander van 'n paar dagen geleden gaat glad uit je hoofd... Wil je wel gelooven dat ik soms moeite heb om mij dingen van 'n week of veertien dagen geleden in m'n geheugen te halen?" En terwijl ze met overleg, zoo omslachtig doorzeurde, met overleg, die wachtende, kijkende, loerende vriendinnen, op de pijn bank der nieuwsgierigheid bond, bedacht, peinsde ze, hoe ze 't voordeeligst tot ver meerdering van eigen aanzien, 't glorieus verschijnen van de luxe-auto zou kunnen exploiteeren,... de luxe-auto waarvan zij zelf ook niets afwist, en die als 'n meteoor in 't dorp verschenen en verdwenen was. 't Bleef stil; men wachtte. Mevrouw Niels wreef d'r handen,... de rug van de linker met 't binnenvlak van de rechter; dat deed ze altijd als ze niet geheel op haar gemak was. Ja, ja"... zei Julie vaag. Nietwaar ?" beet mevrouw Niels dadelijk toe, toen, zér beminnelijk, maar daarover kan jij nog heelemaal niet meespreken... hoe oud ben je eigenlijk? amper vijf en twintig?"... Nee ... pas drie en twintig" ... Mies Steynen's lieve glundere oogen fonkelden uitbundig... als zij nu eens met een verklapte dat Julie over vijf dagen jarig was... dus nu eigenlijk al haast vier en twintig!... flauw van Julie om zich jonger te willen voordoen ... Mevrouw Pluijsgat echter hield voet bij stuk; ze was er voor gekomen, ze ging niet eer weg; nog eens stak ze haar voelhorens uit. Toen ik naderhand langs kwam, heb ik nog eens geneusd of-ie je hek niet bescha digd had"... Wie?" komedie-speelde mevrouw Niels, nu werkelijk hyper-onnoozel. Wel... de auto natuurlijk", zei mevrouw Pluijsgat die kittelig begon te worden en daarom meteen een giftigheidje liet vallen, jelui oprij is eigenlijk heelemaal niet voor uitzicht. Bij de behandeling der begrooting voor het loopende jaar deed de Minister zeer bevredigende mededeelingen omtrent zijn plannen en bij de oorspronkelijke be grooting voor 1915 werden deze plannen in voorstellen omgezet; in de toelichting wordt zeer terecht gezegd: de behoefte aan in richtingen van middelbaar onderwijs voor algemeene ontwikkeling neemt over het algemeen toe." Het gaat niet aan stadjes als Zaltbommel en Brielle met een bevolking van ongeveer vier duizend zielen te belasten met de uit gaven voor een hoogere burgerschool, die voor een goed deel haar leerlingen uit de omgeving betrekt, zonder dat de omliggende gemeente besturen iets bijdragen. Zoo bedraagt het aantal leerlingen uit Brielle zelf 39 en dat uit andere gemeenten 56. En evenmin mag natuurlijk zulk een inrichting verdwijnen, omdat dan de drang naar middelbaar onder wijs, die zich gelukkig ook op het platteland meer en meer openbaart, op droevige wijze zou worden gestuit. Dat zulk een drang werkelijk bestaat, blijkt uit de vele aanvragen, die de Minister ont vangen heeft tot oprichting van nieuwe mid delbare scholen en waaruit hij dan ook aan vankelijk de vier bovengenoemde als het eerst voor inwilliging in aanmerking komende, had gekozen. Wie had voor twintig jaren nog gedacht, dat een toch goeddeels platte landsbevolking als van Goeree en Overflakkee en van Hpeksche Waard zou snakken naar de oprichting van een hoogere burgerschool op die afgelegen en geïsoleerde eilanden ? Welk een evolutie moet er in de geesten van de bevolking hebben plaatsgehad, om in zulke mate tot het gevoelen van de be hoefte aan meerdere ontwikkeling te komen! En nu zal men dit plotseling stopzetten! En wel op een oogenblik, dat ieder vooruit zien kan, welk een toekomst voor onze jongelingschap binnen eenige jaren openligt. De groote ontwikkeling, waartoe ons land in de laatste jaren op gebied van landbouw, handel en nijverheid is gekomen, is immers bijna geheel te danken aan de ontwikkeling van het middelbaar en vakonderwijs. Wat de hoogere burgerscholen betreft, zou hier nog even maar ten onrechte kunnen gedacht worden aan de verstoring van den godsvrede." En dit willen de heeren van de rechterzijde dan ook wel beweren. Maar evenals Minister Pleyte den post voor de hoogere burgerschool te Bandoeng handhaafde, omdat daarover reeds feitelijk ten vorigen jare was beslist, had Minister Cort van der Linden, dit ten opzichte van deze posten kunnen en moeten doen, daar de Minister bij de loopende begrooting reeds zijn plannen had mede gedeeld en in elk geval ten opzichte van Middelharnis bepaald beloofd had, dat deze plaats het eerst in aanmerking zou komen. Voor de nieuwe hoogere burgerscholen was bovendien slechts een memoriepost itgetrokken en wel voor de jaarwedden der leeraren, welke post derhalve eerst bij de opening der inrichtingen in September 1916, dus over ongeveer twee jaren in een wer kelijk bedrag zou moeten worden omgezet, dat dan nog slechts zou loopen over de laatste vier maanden van 1916. En men vergete niet, dat de gemeentebestureu reeds alles nagenoeg in orde had den, daar zij n bepaalde toezegging van den Minister hadden ontvangen, dat deze scholen zouden worden opgericht; een toe zegging, die op het allerlaatste oogenblik werd ingetrokken. Zooals boven gezegd, mocht er echter, geheel ten onrechte, een schijn van ver storing der eensgezindheid in den lande kunnen gewekt worden door dezen post, welke beteekenis zou dit hebben voor het vakonderwijs, dat gelukkig in de Kamer nooit tot eenig politiek tournooi heeft aanleiding gegeven, sinds in 1891 het eerste subsidie voor een vakschool werd toegestaan ? En nu... bijna alles wat nieuw is, bijna alles, wat voor verhooging in aanmerking kwam, werd geschrapt. Niet dus om poli tieke, zuiver uit geldelijke overwegingen. Twee nieuwe middelbare technische scholen imiiimiiiiim 'n oprij berekend ... maar jelui maken er ook geloof ik nooit gebruik van, wel ?"... Mevrouw Niels' rechterhand wreef 'n oogenblik veel langzamer over de linker, toen zei mevrouw Niels heel waardig: Nee... daar heb je gelijk in, zulke dorpsvoortuinen zooals jij en ik hebben zijn net groot genoeg voor de groentekar en de steenkolenwagen... Maar enfin, die komen ook meer voor dan luxe-auto's... wat jij, zeg, enne ... als ik vooruit geweten had dat we gisteren dat bezoek zouden krijgen, dan had ik zeker van te voren geschreven om de wagen maar in de garage van 't hotel te rijden."... En dan was u natuurlijk ook thuis ge bleven," voegde mevrouw Julie er gevat bij. Ja... natuurlijk... hèhèhè..." lachte me vrouw Niels... dat spreekt van zelf..." En weer viel stilte. Mies Steynen keek tersluiks naar Julie; zouden ze maar niet heengaan, zoo kwamen zij er toch niet achter; Julie had haar mee getroond omdat zij geen puf had om 't alleen uit te hengelen, en ma brandde ook om 't te weten ... maar haar liet 't koud. Als je 't makkelijk te weten kwam was't wel leuk, maar om er zooveel moeite voor te doen, en er je halve avond voor te verknoeien... bah!... Kom," zei ze, en stond meteen op, zullen we maar weer eens gaan ? 't Wordt zoo laat anders." Julie leunde tegen haar stoel; haar fijne rug rekte zich, haar borst spande; toen keek ze spottend naar 't meisje op. Wat is er nou Miesekind, krijg je slaap ? Moet je naar bed ?" Nee, dat weet je nu ook wel," zei Mies in haar eer getast, maar ik wou nog wel wat aan mijn avond hebben..." Mevrouw Niels lachte ironisch. O, ze wist 't nu zoo puik, zoo opperbest, dat ze alleen gekomen waren om te weten; en dat was nou mislukt! ze zouden niets weten, niets... niemendal!... Mies was weer gaan zitten. 't Gesprek loomde. Ze praatten allen om 't ding heen, 't ding dat niemand zag en dat toch aanwezig was, groot, geheimzinnig en ontastbaar; 't ding dat hun gedachten vulde, en hen vasthield op hun stoelen, wachtend, vorschend, peilend... de auto... de onbe kende, prachtige luxe-auto De lamp knetterde even, sputterde toen hoog op, met veel kleine vonkjes. Je lamp gaat uit" zei mevrouw Pluysgat minzaam.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl