De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1915 7 februari pagina 5

7 februari 1915 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

7 Febr. '15. No. 1963 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Pierre de Coulevain Het Weekblad voor Indië" van 6 Sept. j.l., geeft onder pseudoniem van Anne Marie, de beschrijving van een bezoek, gebracht te Parijs bij de ook in Nederland zér be kende Fransche schrijfster Pierre de Cou levain. Wij meenen dat onze lezeressen met belangstelling van het korte onderhoud dat plaats had in het Bellevue-hótel zullen ken nis nemen. Klokke half drie," zoo wordt ons verhaald, betrad ik de hall van het Bellevue-hötel, gelegen aan de Boulevard de l'Opéra." Luierende, babbelende, lezende, in rocking chairs wiebelende dames en heeren siësta houdend in 't koele voorportaal van 't hotel, brachten mij op 't denkbeeld, toen ik de groep vreemdelingen, naar de ons vrouwen eigen, ietwat onbescheiden wijze monsterde, dat de schrijfster van Noblesse Américaine vol maakt paste in deze Amerikaansche om geving. Mijn visitekaartje, plus mijn verlangen, een onderhoud te mogen hebben met Madame Pierre de Coulevain had ik bij 't binnen komen overhandigd, en kenbaar gemaakt aan den portier. Spoedig daarop zag ik, mijn kaartje in de hand geklemd, een schriele, oude, poovertjes gekleede juffrouw op mij afkomen. Ik peinsde:" hoe is 'tbestaanbaar, dat Madame alias Pierre de Coulevain" er zulk een armzalige kamenier van 't jaar 1820 op nahoudt. Een ietsje koel, herhaalde ik aan de in 't zwart gekleede ouwe juffrouw met grooten, beenigen neus, opwippenden kin, een wrat onder 't linkeroog, dat ik gaarne aan Madame de Coulevain mijn opwachting zou maken. Enchantée de vous voir, Pierre de Cou levain, c'est moi." Heel even was 't mij te moede, of al die wiegelende dames en heeren, hun kriegelmakend geschommel versnelden, verdub belden. Met een leeg, wee gevoel in mijn hoofd, herhaalde ik werktuigelijk met een zuurzoet lachje: Vous tes l'auteur Pierre de Cou levain ?" Montez avec moi, a ma chambre, je vous prie, nous y serons plus a notre aise pour faire la causette. Ik nam plaats in de lift met de sjovele, ietwat gebogen destijds circa 60 jarige vrouw. Het is tien jaar geleden, dat ik haar bezocht. Stijgend, verwenschte ik de -wiebelstoelen. Waren die oorzaak van mijn draaierigheid of was ik onder den invloed van een niet bezonken schrik? Pierre de Coulevain's appartement was de armzalige reproductie van de chambre toute fleurie" der helden uit Coulevain's zoo bekoorlijk werk: Sur la branche." Op den schoorsteen kwijnden een paar verlepte seringen-takken (het was eind April) in plompe, stijlloose hotel-vazen. Keurig, van onberispelijke orde en netheid, was de schrijftafel der Fransche romancière. Ik sprak in den breede over haar werken; was onuitputtelijk in lof over de producti viteit harer vlotte gracieuse pen. Zij deelde mij mede, dat ze juist aan 't drukproeven corrigeeren was van haar nieuwen roman: l'Ile inconnue." Zoodra 't uitkomt, zend ik u een exemplaar. Even warm en hartelijk, als zij mij 't boek geschenk toezegde, nam ik het dankend, lachend en buigend in ontvangst; terwijl een kleine demon mij hoonend influisterde: Promesse bleue, promesse d'artiste, naar dat boekgeschenk kan je fluiten, ma belle! Zoo was 't. Doch, Het onbekende Eiland" vriend schappelijk en gul aangeboden, met effusie in ontvangst genomen, was toch, un beau moment." En, op de schone Momente im Leben" komt 't aan, zooals Arthur Schopenhauer leeraart. Bij haar vele talenten bezat Pierre de Coulevain de verrukkelijke gave, een brilDe Hazelaar Ofschoon ons land niet zoo speciaal be genadigd is als vroegere geslachten dat wel hebben willen doen voorkomen, is het toch een van de merkwaardigste plekjes van de wereld, zelfs wanneer we de diepe polders en de locale kleedages niet laten meetellen. Gelegen ongeveer halfweg tusschen den evenaar en de Noordpool, aan het westelijk uiteinde van de Oeral-Baltische laagvlakte en in het gebied, waar tijdens het glaciaal tijdperk het landijs zijn zuidgrens vond, geeft het binnen een kleine ruimte belang rijke tegenstellingen te aanschouwen, vooral op het gebied van flora en fauna. In som mige opzichten liggen Maastricht en Gro ningen haast ever ver uit elkaar als Spanje en Spitsbergen. Dit blijkt het duidelijkst in 't vroege voor jaar, wanneer een temperatuurverschil van weinige graden beslissend is voor het ont luiken van knoppen, het ontwaken van over winteraars of den terugkeer van trekvogels. In den zomer maakt het weinig verschil, of de thermometer staat op 22°of op 25°, maar nu, in Februari, scheelt het heel wat of we 1°C. hebben of + 2°en nog meer verandert het uiterlijk van eenlandschap, wan neer, al is 't maar gedurende enkele uren op een dag, de temperatuur stijgt van 7°tot 10°C. Bij deze laatste temperatuur openen zich sneeuwklokjes en crocussen, hoefblad en speenkruid, stuiven de hazelaars en gaan de bijen aan 't werk. Deze verschijnselen zijn als het ware aanwijzingen voor de vorderin gen, die de lente maakt en ook stellen ze ons in staat om te ontdekken, dat het eene hoekje van den tuin warmer is dan het andere, dat het Maastrichtsche hoekje van ons land twee, drie weken voorlijker is dan het Groningsche. Een van de gevoeligste van die voorjaarsbloeiers is de hazelaar, die buitengewoon snel reageert op temperatuurverschillen in de buurt van die beroemde 10°C, tusschen lante, ik zou haast zeggen 18de eeuwsche tintelende conversatie te bezitten. Haar stem en gebaren waren onwelluidend, hoekig, onsierlijk: doch haar ongedwongen, geestige kout, was in de hoogste matefascineerend; zoozeer, dat ik niet meer zag hoe leelijk, schriel en dor van gedaante zij was. Ik informeerde naar haar familienaam. Zij antwoordde: Je me nomme Favre de Coulevain." Ik lachte instemmend en dacht: dat de Coulevain" is louter romantische blague; maar wat doet 't goed, en hoe over tuigend zou 't voor goedgeloovigen klinken door 't aplomb waarmee zij 't zegt. Mademoiselle Favre is de naam der gees tige, ongehuwde naar ik meen, Joodsche schrijfster, die ons als Pierre de Coulevain een reeks kostelijke schrifturen heeft na gelaten. Pierre de Couvelain was dikwijls in En geland. Ik vermoed, dat de scherpzinnige, schrandere Frangaise, ook wel een aardig mondje Engelsch sprak; in haar v/erken coquetteert zij gaarne met Engelsche woord jes en kleine volzinnen. Op mijn verzoek, mij haar portret te willen geven, begon zij aanstekelijk te lachen en riep uit: Mon portrait!" Dat heb ik nooit laten maken, si j'étais jeune et jolie" dan zou 't wat anders zijn! Als 't publiek mij wil leeren kennen, dan moet 't mijn werken lezen. Ik informeerde, of haar schrijverstalent in de familie zat; of misschien haar moeder ook de pen gevoerd had, waarop zij met fiere overtuiging zei: Non! ma mère n'ëcrivait pas, mais elle tait une femme, qui avait normément d'esprit." Alors, vous ressemblez comme deux gouttes d'eau a Madame votre mère' ant woordde ik. Fransche artisten zijn verzot op complimentjes; en ik was heeleniaal niet karig in 't uitspreken van lieve, prettige, zonnige dingetjes, die stroeve, niet artis tieke Hollanders als minderwaardige vleierij" van zich werpen, zelden aanvaarden, om den dood ook, nooit over hun lippen brengen. Wij, Hollanders willen of kunnen maar niet begrijpen, dat zoo'n change de civilités" een bekoorlijke vorm is, even onschuldig en onmisbaar als zich gemakkelijk in ge zelschap bewegen, sierlijk en innemend groeten, correct en toch ongedwongen een salon binnentreden, onmiddellijk aanspreken van gastvrouw en gastheer, snel overzien der gasten, zich doen voorstellen aan die genen onder hen, die wij niet kennen. Onder Franschen van goeden huize gaat dit alles van zelf. Wij denken er te veel bij; dat geeft 't stroeve aan houding, dat maakt, dat wij onze woorden op een goud schaaltje wegen, als hing van onze sponta niteit de veiligheid van Patria en hare koloniën af! Pierre de Coulevain vertelde mij, dat zij dol was op bridge"; dat zij soms, met haar Engelsche en Amerikaansche vrienden tot diep in den nacht aan de speeltafel zat. Van 4 tot 6 uur in den namiddag slen terde zij langs de boulevards. Je rode, je rode" zei ze met kennelijk welbehagen. Zij nam haar afternoon tea" in een of ander tablissement a la mode" om bezoe kers en bezoeksters goed te observeeren. Moi, j'adore Ie thé, mais les Frangaises ne savons ni préparer ni boire Ie thé." Dit was ik absoluut met haar eens, nu eens niet uit hoffelijkheid, maar uit volle overtuiging. De morgenuren besteedde de ijverige vrouw aan haar letterkundigen arbeid. Ik schrijf slechts op, wat mijn geest" mij dicteert; ik ben 't willig instrument van den geest, die mij leidt." Als spiritiste, zoo als wij haar ook in eenige harer werken leeren kennen, geeft zij al de eere van haar succes aan den geest, die haar dwingt te schrijven, haar niet los laat, haar inspireert. Telkens, wanneer een werk van mij ver schijnt, dan bekijk, dan betast ik het boek met opperste verbazing," vertelde zij, en ik kan niet nalaten uit te roepen:" C'est toi, qui as crit ce livre? Non! impossible! ce n'est pas toi". Inderdaad, voegde zij er met wijding aan toe: Ik schrijf niet, maar de geest, die mijn pen bestuurt." De nijvere hand van Pierre de Coulevain schrijft niet meer; geloken voor immer zijn Kleeding van de maand twee haakjes de gemiddelde jaartemperatuur van ons land. En wanneer we op het oogenblik eens heel Nederland tegelijk konden overzien, dan zouden we ontwaren, dat in Brabant en Limburg en in een groot deel van Gelderland de hazelaren in vollen bloei staan of reeds zijn uitgebloeid, terwijl op de Noordzee-eilanden slechts enkele voorbarige struikjes hun katjes hebben gestrekt. Ze komen daar trouwens niet eens veel voor. Langs de steile hellingen van de Limburgsche heuvels echter zijn uitgestrekte hazelaarsbosschen te vinden, die in dezen tijd met hun bloesempraal breede gordels van heldergeel vormen langs de donkere beuken of tusschen weiden en akkers. Als de droge wind langs de takken strijkt, wal men de stuifmeelwolken omhoog, om wie weet hoe ver terecht te komen op de roode stempeltjes van de struiken, die daar weer in bloei staan. Er heeft in de laatste weken door de dag bladen een waarschuwing de rondte gedaan tegen het in huis houden van bloeiende hazeltwijgen. Een heel gezin heeft koortsen gekregen, doordat daar in huis de hazelaars gestoven hadden. De krant bracht zelfs hooikoorts in herinnering, maar voegde er gelukkig bij, dat de stuifmeelkorrels van onze boomen op zichzelf niet gevaarlijk zijn, en dat in het onderhavig geval de oorzaak van de ongesteldheid meer te zoeken was in het langdurige en overvloedige van de prikkeling. Inderdaad hebben vele bloemenvrienden wel iets schrokkerigs over zich, een ergerlijke onmatigheid, een gebrek aan goeden smaak. Wanneer men echter in plaats van een heele takkebos enkele twijgjes in een vaasje plaatst en ze dan zoo kiest, dat ze daarin denzelfden stand krijgen, als ze in de natuur hadden, dan is daar niet alleen niet het minste gevaar bij, maar men krijgt dan den bloei van deze fraaie struik in al zijn sier lijkheid te aanschouwen, vooral wanneer het in die kamer niet veel warmer is dan 10 Q. Het is dan, alsof de meeldraadkatjes zich schoksgewijze strekken, de schutblaadjes waar de bloempjes onder tegenaan zitten plaatsen zich precies horizontaal en weldra zie je in de stille ruimte het stuitmeel uit de gevorkte helmknoppen neervallen op de lager gelegen vlakken, om daar te blijven ligA B A Onderjapon van zwart satijn. Overkleed van donkerblauwe serge. Kraag en mouwen van zwarte tule, ceintuur van zwart satijn. B Eenvoudige japon van steenrood crêpe de laine met onderblouse van crème zijden crepon, waarop moezen in steenrood zijn geborduurd. Moezen borduurt men heel gemakke lijk met een kettingsteekje van uit het middenpunt spiraalsgewijze tot de gewenschte grootte. haar scherp kijkende oogen, waarvoor zoo menigeen onbewust poseerde." Zij stierf sur la branche. Tijdens een ver blijf te Montreux ontgleed haar de levens kracht. Zonder pronk of praal werd zij ter eeuwige ruste gevleid. De zerk die haar graf sluit, vermeldt niet eens den naam van de talent volle schrijfster, wier werken grif een waar deerend publiek vonden." De Vrouw en de Mode Meer dan ooit is in dezen tijd elke natie op zichzelf aangewezen. Uit- en invoer van nijverheids- en industrieproducten, zoo ze al niet geheel stil liegen, gaan met reus achtige onkosten gepaa'rd. Ieder land dient het dus erop aan te leg gen, vreemde hulp te leeren ontberen en zooveel mogelijk de voor eigen gebruik geschikte artikelen terug te houden. Zooveel mogelijk moet door eigen fabri kaat vervangen worden, wat vroeger uit het buitenland betrokken werd. Gelukkig dat onze industrieele onderne mingen in veel opzichten niet voor die in het buitenland behoeven onder te doen! In Nederland worden genoeg menschen met initiatief gevonden en even zoovele willige handen staan klaar, die, o zoo gaarne, de goede denkbeelden ten uitvoer zullen brengen. Zoude thans niet het goede tijdstip ge komen zijn om ook voor onze Vrouwenkleeding" eene herziening der heerschende Mode" ter hand te nemen? Is er wel iets dat van oudsher meer tegen spraak verwekt heeft, dan de dwang door koningin Mode opgelegd? En evenwel blijft men zich aan hare grillen onderwerpen! Bloeiend takje van den Hazelaar gen tot de wind of een tochtje het wegblaast. Uit kleine groene knopjes komen purperroode stempeltjes te voorschijn die eersteen kort pluimpje vormen, maar later stervormig uiteenstaan; dat zijn de vrouwelijke bloempjes. Wie van 't bestaan van die vrouwelijke bloempjes niet afweet, zal' ze in de vrije natuur niet eens zoo spoedig opmerken, maar wie ze eenmaal kent, ziet ze op zon nige dagen al van verre gloren. Hieromtrent zijn weer allerlei interessante waarnemingen te doen want onze hazelaar is ook alweer zeer variabel. Er zijn er, die bijna alleen vrouwelijke bloemen voortbrengen, andere hebben haast niet anders dan mannelijke katjes, de hazelaar vertoont dus een neiging tot tweehuizigheid. Misschien komt hier ook de leeftijd bij in het spel; Knuth vermeldt, dat de hazelaar omstreeks zijn tiende jaar bloemen begint te produceeren en dat zijn dan in 't eerst hoofdzakelijk vronwelijke. Dit komt met mijn ervaringen niet overeen, ik vind bij hazelaars en ook bij berken, elzen en zeedennen in hun jeugd vooral manDe meest zelfstandige vrouw zelfs, volgt getrouw hare voorschriften op, onverschillig of ze haar onlogisch en onpractisch voor komen, en of ze ongeschikt blijken voor hare persoonlijkheid en behoeften. Eenvoudige vrouwen, zoowel als veeleischende van aard, aanzienlijke en geringe, allen schikken zij zich naar wat zij als hoogste gebod belieft uit te vaardigen. Zonder zich te storen aan edele vormen, zonder te letten op seizoen of klimaat maakt zij hare volgelingen nu eens als een ton netje zoo rond, dan weer als eene stopnaald zoo dun. Soms doet ze ons onder te zware kleeding bezwijken, soms ook laat ze ons door al te groote luchtigheid eene influenza op den hals halen! Is het niet onbegrijpelijk dat we op haar commando zelfs onze organen in hunne functie belemmeren en ons lichaam in schadelijke houdingen wringen? Zou thans niet de tijd gekomen zijn, zoo wensch ik u te vragen, om met eiken vreem den invloed te breken en eene mode te ver langen die overeenkomt met onzen landaard en onze levensomstandigheden? Reeds sedert den oorlog van '70 heeft Engeland, op zichzelf aangewezen, zich van de Fransche mode vrijgemaakt. Men heeft zich daar eene kleedij in volkomen over eenstemming met den Engelschen geest uit gedacht. Zoo juist is Duitschland, noodgedwongen, overgegaan tot het scheppen eener zelf standige mode, strikt Duitsch van karakter, die zoowel 't Fransche als Engelsche genre vervangen moet. Wanneer de pogingen resultaat opleveren, zal men misschien trachten ze ook in ons land te doen inburgeren. Zou het in ons belang zijn, indien het zoover kwam ? Hebben wij niet zelve groote modehuizen met hunne ontwerpers en confectionneurs, allen toegerust met zakelijke kennis, goeden smaak en routine op modegebied? Zouden zij niet in vereeniging met onze eigen textielindustrie, kunnen trachten ons van modellen te voorzien, die, bij meerdere oorspronkelijkheid zeker veel minder kost baar zouden wezen. En zij die ons op het tooneel zoo schoone en decoratieve gewaden doen bewonderen, kunnen ook zij hunne fantasie niet eens den vrijen teugel laten ten behoeve der gewone-, feest- en wandelkleeding der Nederlandsche vrouwen? Zoo zouden wij in het bezit raken eener serie modellen, uitmuntend door schoonheid van lijn en vorm, opvallend door sierlijkheid en harmonische kleurencombinatie. Wellicht ook ligt hier een veld braak voor onze beeldende kunstenaars, 't Ware te probeeren of zij, speciaal in dezen tijd, niet bereid zouden gevonden worden, om zich van het regelrechte pad der kunst op een zijwegje te begeven. Hunne groote kennis van het menschelijk lichaam, hun aangeboren gevoel voor kleur en lijn, mogen ons hier vél doen verwachten. Zouden zij, die verschillende stijlen tot in bijzonderheden doorvorschen, wier fijne smaak door kunstzin tot groote hoogte is opgevoerd, ons niet willen voorgaan op den weg die leiden kan tot rationeele en inder daad fraaie kleeding? Hun geoefend oog zou zeer zeker de juiste samenstelling voor ieder figuur weten te treffen. Wie weet, zouden ze ons voor het feestkleed terugbrengen tot het Grieksche gewaad der oudheid, dat in zijn sierlijken. eenvoud zijns gelijke niet heeft. In ieder. geval, zouden zij, het innerlijk wezen der Nederlandsche vrouw bestudeerend, de schoonheid van karakter en intellect door passende kleedij weten uit te drukken. Zouden al deze elementen, vereenigd, niet eene actie kunnen voorbereiden, ten doel hebbend, tegen het a. s. seizoen met eene echt Nederlandsche modellencollectie uit te komen? Waar de Vakschool voor Verbeterde Vrouwenkleeding onlangs daartoe het voor beeld gaf, zij dit aan alle gezaghebbenden op het gebied der mode, ter navolging aan geprezen. L. K. nelijke bloemen, later vooral vrouwelijke. Er bestaan echter individueele afwijkingen, ja het komt voor, dat aan eenzelfden boom takken van denzelfden leeftijd zidh ver schillend gedragen. Wanneer nu een hazelaar mannelijke en vrouwelijke bloemen beide heeft, dan kan 't weer gebeuren, dat de eerste eerder bloeien dan de tweede, maar ook is vaak, in ons land zelfs in den regel, het laatste het geval. De hazelaar in mijn tuin zit op't oogenblik al vol purperen sterretjes van de bloeiende vrouwelijke bloemen, terwijl de mannelijke katjes nog kort en stijf blijven. Op deze manier hebben die eerste veel kans om bevrucht te worden met stuifmeel van andere struiken afkomstig, die wat vroeger hebben gebloeid, of waarbij de mannelijke katjes bloeien vór de vrouwelijke: de heesters zijn dus duidelijk ingericht op kruisbestuiving. 't Is moeilijk uit te maken, of in dit geval kruisbestuiving werkelijk meer en betere vruchten oplevert. De vruchtzetting van den hazelaar raakt nog al licht in het ongereede, doordat de stempels, die buiten het groene bloeiknopje uitsteken, bij ruw en ongunstig weer onbeschermd moeten blijven. Sneeuw klokje en crocus, hoefblad en speenkruid sluiten zich, zoodra de temperatuur daalt beneden acht of negen graden en hun gevoe lige stempels worden zoodoende beschermd tegen vorst en vlagen. De hazelaarstem peltjes echter kunnen niet weer terugkruipen in hun knop en als ze nu een poosje zijn blootgesteld geweest aan een felle sneeuwjacht of aan drogen wind bij vriezend weer dan gaan ze verschrompelen, ze worden zwart en zijn niets meer waard. Alleen de nabloei geeft dan nog kans op een beetje vruchten. De vrucht rijpt heel langzaam. Eigenlijk is het vruchtbeginsel nog niet eens kant en klaar, wanneer de stempels buiten de knop gaan uitsteken. Raken ze nu goed en wel bestoven, dan is weldra van de rijpende vrucht zoo goed als niets te zien, want de knop bevatte niet alleen bloemen, maar ook bladeren, en als die in April zich gaan ont plooien houden ze het eindje van de twijg geheel verborgen. Het vruchtje rijpt nu rustig in de schaduw. Eerst in 't najaar gaan de laatste leden van den tak zich Winkelen Lieve Lizzy.' Un mot a la poste?" Verlaat dezer dagen je stille dorpje en kom naar de grootstad ! Er is iets leerzaams voor je te aanschouwen. De firma Vroom en Dreesman in de Kalverstraat heeft in de talagekast van haar winkelpaleis ter eere van de Witte Week" niet meer of minder staan dan een ijzeren Jaquard weefgetouw werkend met patroonkaarten. Een wever laat de machine snorren en weeft witte doekjes met gekleurde randstrepén. Aan den eenen kant de woorden : Vroom en Drees man", aan den anderen kant : Witte Week 1915". Voor het weven van die letterranden zijn de kaarten noodig weet je. Alle weefmateriaal ligt er bij. Gisteren liep ik er even in. De wever uit Strijp bij Eindhoven vertrouwde dien vrouwenblik maar half, in gedachte zag hij elk damesboudoir al prijken met een Jaquardgetouw en wee dan de concurrentie aan zijn weefkunde! Doch de chef der firma, beleefd en voorkomend, beloofde aan alle belangstellende dames de weverij van nabij te laten zien. Charmant hé! Dus stel je komst niet uit. JE EMMY Ons Kookboek BRUIN-BROOD PUDDING Men gebruikt hiervoor 250 gram oud bruinbrood zonder korst, 2 d. L. melk, 2 eieren, 40 Gr. boter, 70 Gr. suiker, 70 Gr. krenten, 30 Gr. sucade, schil van l citroen. Het brood wrijft men zoo fijn mogelijk door de melk, en voegt er achtereenvolgens de andere opgegeven bestanddeelen aan toe, doet daarna het mengsel over in een goed met boter en met paneermeel ingesmeerden vorm en laat dit alles l Va uur au bain Marie" koken. Men dient er een warme wijn- of bessensapsaus bij. H. VOOR DE MIDDAG-THEE CAKE Een zeer smakelijke en eenvoudige cake is te bereiden als volgt : Men neemt 2 eieren, weegt deze in de schaal en neemt nu het gewicht hiervan aan boter, bloem en suiker. Meng dit alles dooreen, doe het in een met boterbesmeerden springvorm of een bakblikjeen zet dit Vs a h uur in een matig verwarmde oven. Men kan in het mengsel nog wat geconfijte gember of rozijnen doen. H. ** * Het plan bestaat om Ons Kookboek'' later gecombineerd met Vragen van den Dag" in boekvorm uit te geven. Alle mede werkers van deze beide rubrieken ontvangen dan een present-exemplaar. Wij stellen 't dus zeer op prijs een zoo groot mogelijk aantal lekkere familie- recepten, fraaie schotelversieringen, en beproefde raad gevingen op huishoudelijk gebied te mogen ontvangen. E. M. R. Correspondentie Mevr. W. te B. Mej. G. Hoevers heeft mevr. van Balen?Klaar gevraagd, hoe zij dacht over de keerzijde van de medaille". Mevr. v. Balen heeft hierop het antwoord gegeven. Thans gebiedt tot ons leedwezen de weinige plaatsruimte ons van verdere gedachtewisseling over dit onderwerp, waar over nog zooveel is te zeggen, af te zien. Mevr. J. - K. H. Uw stukje komt ons ter plaatsing niet geschikt voor. iiiitiiiiiiiiiirrmiiiiimnmiiniiiimiiimimiMiiiiiiiiiiimiiiiiiMiiMMiMn Wederom uit voorraad leverbaar de verschillende typen A U L E R- Automobielen. Prima materialen,zuivere af werking en zeer nauwkeurig monteeren maakt de Adlerauto tot een der meest gewilde merken. GARAGE WEFKENS, Jacob Obrechtstr. 26, Amsterd. strekken en dan zie je opeens over de heele struik de mat groenachtig bruine vruchtjes in hun aardige krulkraagjes, juist in den tijd, dat de eekhoorntjes en de hamsters, de gaaien en de boomklevers het gevoel begin nen te krijgen, dat ze moeten gaan be ginnen met het inzamelen van hun winter voorraden. Ongetwijfeld hebben deze dieren de haze laars uitgezaaid over Midden- en NoordEuropa, naarmate op het einde van het ijstijdperk de gletschers terugweken naar het noorden en hun danken wij ook de oudste eiken- en beukenbosschen. Weldra ging de mensch zich er ook mee bemoeien, die zeer zeker heel spoedig ontdekt heeft dat hazelnoten aangenamer en beter voedsel opleveren dan eikels en men heeft dan ook in voorhistorische vuilnishoopen behoorlijk de leege doppen aangetroffen. Het is ook zoo goed als zeker, dat de hazelaars van de duinstreek en van de Noordzee-eilanden in den historischen tijd zelve door de men schen zijn aangeplant, want die streeken zijn betrekkelijk jong en waren vanuit het oude diluviale gebied aanvankelijk zeer moeilijk te bereiken. Tegenwoordig worden hazelaars niet veel aangeplant, ik weet heusch niet waarom, want een flinke hazelstruik is een sieraad voor park en tuin. Hun bladeren zijn al even mooi als de bloemen en geven, als ze in 't najaar afvallen en spoedig vergaan, een zeer milden humus. Ik heb wel eens gehoord. dat men in parken geen hazelaars plant uit vrees voor de kinderen, die dan in het voor jaar de struiken zouden schenden om de katjes, in 't najaar om de vruchten ; maar dat wil ik liever niet gelooven. De heester groeit en bloeit namelijk zoo snel, dat hij die aanranding best kan verduren en is dus juist geschikt, om in groote hoeveelheid geplant te worden in het park van de naar ik hoop niet al te verre toekomst, waar de j kinderen niet kort gehouden behoeven te worden en gelegenheid vinden om op te groeien, zooals het behoort. Ik ben er zeer benieuwd naar, welke gemeente er een begin mee zal maken, om aan de kinderen in haar park nog iets anders aan te bieden dan een hoopje vuil zand voor het maken van moddertaartjes. JAC. P. THIJSSE

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl