Historisch Archief 1877-1940
7 Febr. '15. No. 1963
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Pierre de Coulevain
Het Weekblad voor Indië" van 6 Sept. j.l.,
geeft onder pseudoniem van Anne Marie,
de beschrijving van een bezoek, gebracht
te Parijs bij de ook in Nederland zér be
kende Fransche schrijfster Pierre de Cou
levain. Wij meenen dat onze lezeressen met
belangstelling van het korte onderhoud dat
plaats had in het Bellevue-hótel zullen ken
nis nemen.
Klokke half drie," zoo wordt ons verhaald,
betrad ik de hall van het Bellevue-hötel,
gelegen aan de Boulevard de l'Opéra."
Luierende, babbelende, lezende, in rocking
chairs wiebelende dames en heeren siësta
houdend in 't koele voorportaal van 't hotel,
brachten mij op 't denkbeeld, toen ik de groep
vreemdelingen, naar de ons vrouwen eigen,
ietwat onbescheiden wijze monsterde, dat
de schrijfster van Noblesse Américaine vol
maakt paste in deze Amerikaansche om
geving.
Mijn visitekaartje, plus mijn verlangen,
een onderhoud te mogen hebben met Madame
Pierre de Coulevain had ik bij 't binnen
komen overhandigd, en kenbaar gemaakt
aan den portier.
Spoedig daarop zag ik, mijn kaartje in
de hand geklemd, een schriele, oude,
poovertjes gekleede juffrouw op mij afkomen.
Ik peinsde:" hoe is 'tbestaanbaar, dat
Madame alias Pierre de Coulevain" er zulk
een armzalige kamenier van 't jaar 1820 op
nahoudt.
Een ietsje koel, herhaalde ik aan de in
't zwart gekleede ouwe juffrouw met grooten,
beenigen neus, opwippenden kin, een wrat
onder 't linkeroog, dat ik gaarne aan Madame
de Coulevain mijn opwachting zou maken.
Enchantée de vous voir, Pierre de Cou
levain, c'est moi."
Heel even was 't mij te moede, of al die
wiegelende dames en heeren, hun
kriegelmakend geschommel versnelden, verdub
belden.
Met een leeg, wee gevoel in mijn hoofd,
herhaalde ik werktuigelijk met een zuurzoet
lachje: Vous tes l'auteur Pierre de Cou
levain ?"
Montez avec moi, a ma chambre, je vous
prie, nous y serons plus a notre aise pour
faire la causette.
Ik nam plaats in de lift met de sjovele,
ietwat gebogen destijds circa 60 jarige vrouw.
Het is tien jaar geleden, dat ik haar bezocht.
Stijgend, verwenschte ik de -wiebelstoelen.
Waren die oorzaak van mijn draaierigheid
of was ik onder den invloed van een niet
bezonken schrik?
Pierre de Coulevain's appartement was
de armzalige reproductie van de chambre
toute fleurie" der helden uit Coulevain's zoo
bekoorlijk werk: Sur la branche."
Op den schoorsteen kwijnden een paar
verlepte seringen-takken (het was eind April)
in plompe, stijlloose hotel-vazen.
Keurig, van onberispelijke orde en netheid,
was de schrijftafel der Fransche romancière.
Ik sprak in den breede over haar werken;
was onuitputtelijk in lof over de producti
viteit harer vlotte gracieuse pen.
Zij deelde mij mede, dat ze juist aan
't drukproeven corrigeeren was van haar
nieuwen roman: l'Ile inconnue." Zoodra 't
uitkomt, zend ik u een exemplaar.
Even warm en hartelijk, als zij mij 't boek
geschenk toezegde, nam ik het dankend,
lachend en buigend in ontvangst; terwijl
een kleine demon mij hoonend influisterde:
Promesse bleue, promesse d'artiste, naar dat
boekgeschenk kan je fluiten, ma belle!
Zoo was 't.
Doch, Het onbekende Eiland" vriend
schappelijk en gul aangeboden, met effusie
in ontvangst genomen, was toch, un beau
moment." En, op de schone Momente
im Leben" komt 't aan, zooals Arthur
Schopenhauer leeraart.
Bij haar vele talenten bezat Pierre de
Coulevain de verrukkelijke gave, een
brilDe Hazelaar
Ofschoon ons land niet zoo speciaal be
genadigd is als vroegere geslachten dat wel
hebben willen doen voorkomen, is het toch
een van de merkwaardigste plekjes van de
wereld, zelfs wanneer we de diepe polders
en de locale kleedages niet laten meetellen.
Gelegen ongeveer halfweg tusschen den
evenaar en de Noordpool, aan het westelijk
uiteinde van de Oeral-Baltische laagvlakte
en in het gebied, waar tijdens het glaciaal
tijdperk het landijs zijn zuidgrens vond,
geeft het binnen een kleine ruimte belang
rijke tegenstellingen te aanschouwen, vooral
op het gebied van flora en fauna. In som
mige opzichten liggen Maastricht en Gro
ningen haast ever ver uit elkaar als Spanje
en Spitsbergen.
Dit blijkt het duidelijkst in 't vroege voor
jaar, wanneer een temperatuurverschil van
weinige graden beslissend is voor het ont
luiken van knoppen, het ontwaken van over
winteraars of den terugkeer van trekvogels.
In den zomer maakt het weinig verschil,
of de thermometer staat op 22°of op 25°,
maar nu, in Februari, scheelt het heel wat
of we 1°C. hebben of + 2°en nog meer
verandert het uiterlijk van eenlandschap, wan
neer, al is 't maar gedurende enkele uren op
een dag, de temperatuur stijgt van 7°tot
10°C. Bij deze laatste temperatuur openen
zich sneeuwklokjes en crocussen, hoefblad
en speenkruid, stuiven de hazelaars en gaan
de bijen aan 't werk. Deze verschijnselen zijn
als het ware aanwijzingen voor de vorderin
gen, die de lente maakt en ook stellen ze ons
in staat om te ontdekken, dat het eene hoekje
van den tuin warmer is dan het andere, dat
het Maastrichtsche hoekje van ons land twee,
drie weken voorlijker is dan het Groningsche.
Een van de gevoeligste van die
voorjaarsbloeiers is de hazelaar, die buitengewoon
snel reageert op temperatuurverschillen in
de buurt van die beroemde 10°C, tusschen
lante, ik zou haast zeggen 18de eeuwsche
tintelende conversatie te bezitten.
Haar stem en gebaren waren onwelluidend,
hoekig, onsierlijk: doch haar ongedwongen,
geestige kout, was in de hoogste
matefascineerend; zoozeer, dat ik niet meer zag hoe
leelijk, schriel en dor van gedaante zij was.
Ik informeerde naar haar familienaam.
Zij antwoordde: Je me nomme Favre de
Coulevain." Ik lachte instemmend en dacht:
dat de Coulevain" is louter romantische
blague; maar wat doet 't goed, en hoe over
tuigend zou 't voor goedgeloovigen klinken
door 't aplomb waarmee zij 't zegt.
Mademoiselle Favre is de naam der gees
tige, ongehuwde naar ik meen, Joodsche
schrijfster, die ons als Pierre de Coulevain
een reeks kostelijke schrifturen heeft na
gelaten.
Pierre de Couvelain was dikwijls in En
geland. Ik vermoed, dat de scherpzinnige,
schrandere Frangaise, ook wel een aardig
mondje Engelsch sprak; in haar v/erken
coquetteert zij gaarne met Engelsche woord
jes en kleine volzinnen.
Op mijn verzoek, mij haar portret te willen
geven, begon zij aanstekelijk te lachen en riep
uit: Mon portrait!"
Dat heb ik nooit laten maken, si j'étais
jeune et jolie" dan zou 't wat anders zijn!
Als 't publiek mij wil leeren kennen, dan
moet 't mijn werken lezen.
Ik informeerde, of haar schrijverstalent in
de familie zat; of misschien haar moeder
ook de pen gevoerd had, waarop zij met
fiere overtuiging zei: Non! ma mère
n'ëcrivait pas, mais elle tait une femme, qui avait
normément d'esprit."
Alors, vous ressemblez comme deux
gouttes d'eau a Madame votre mère' ant
woordde ik. Fransche artisten zijn verzot
op complimentjes; en ik was heeleniaal
niet karig in 't uitspreken van lieve, prettige,
zonnige dingetjes, die stroeve, niet artis
tieke Hollanders als minderwaardige vleierij"
van zich werpen, zelden aanvaarden, om den
dood ook, nooit over hun lippen brengen.
Wij, Hollanders willen of kunnen maar niet
begrijpen, dat zoo'n change de civilités"
een bekoorlijke vorm is, even onschuldig
en onmisbaar als zich gemakkelijk in ge
zelschap bewegen, sierlijk en innemend
groeten, correct en toch ongedwongen een
salon binnentreden, onmiddellijk aanspreken
van gastvrouw en gastheer, snel overzien
der gasten, zich doen voorstellen aan die
genen onder hen, die wij niet kennen.
Onder Franschen van goeden huize gaat
dit alles van zelf. Wij denken er te veel
bij; dat geeft 't stroeve aan houding, dat
maakt, dat wij onze woorden op een goud
schaaltje wegen, als hing van onze sponta
niteit de veiligheid van Patria en hare
koloniën af!
Pierre de Coulevain vertelde mij, dat zij
dol was op bridge"; dat zij soms, met haar
Engelsche en Amerikaansche vrienden tot
diep in den nacht aan de speeltafel zat.
Van 4 tot 6 uur in den namiddag slen
terde zij langs de boulevards.
Je rode, je rode" zei ze met kennelijk
welbehagen.
Zij nam haar afternoon tea" in een of
ander tablissement a la mode" om bezoe
kers en bezoeksters goed te observeeren.
Moi, j'adore Ie thé, mais les Frangaises
ne savons ni préparer ni boire Ie thé."
Dit was ik absoluut met haar eens, nu
eens niet uit hoffelijkheid, maar uit volle
overtuiging.
De morgenuren besteedde de ijverige
vrouw aan haar letterkundigen arbeid.
Ik schrijf slechts op, wat mijn geest"
mij dicteert; ik ben 't willig instrument van
den geest, die mij leidt."
Als spiritiste, zoo als wij haar ook in
eenige harer werken leeren kennen, geeft
zij al de eere van haar succes aan den geest,
die haar dwingt te schrijven, haar niet los
laat, haar inspireert.
Telkens, wanneer een werk van mij ver
schijnt, dan bekijk, dan betast ik het boek
met opperste verbazing," vertelde zij, en
ik kan niet nalaten uit te roepen:" C'est
toi, qui as crit ce livre? Non! impossible!
ce n'est pas toi". Inderdaad, voegde zij er
met wijding aan toe: Ik schrijf niet, maar
de geest, die mijn pen bestuurt."
De nijvere hand van Pierre de Coulevain
schrijft niet meer; geloken voor immer zijn
Kleeding van de maand
twee haakjes de gemiddelde jaartemperatuur
van ons land. En wanneer we op het
oogenblik eens heel Nederland tegelijk konden
overzien, dan zouden we ontwaren, dat in
Brabant en Limburg en in een groot deel
van Gelderland de hazelaren in vollen bloei
staan of reeds zijn uitgebloeid, terwijl op de
Noordzee-eilanden slechts enkele voorbarige
struikjes hun katjes hebben gestrekt.
Ze komen daar trouwens niet eens veel
voor. Langs de steile hellingen van de
Limburgsche heuvels echter zijn uitgestrekte
hazelaarsbosschen te vinden, die in dezen
tijd met hun bloesempraal breede gordels
van heldergeel vormen langs de donkere
beuken of tusschen weiden en akkers. Als
de droge wind langs de takken strijkt, wal
men de stuifmeelwolken omhoog, om wie
weet hoe ver terecht te komen op de roode
stempeltjes van de struiken, die daar weer
in bloei staan.
Er heeft in de laatste weken door de dag
bladen een waarschuwing de rondte gedaan
tegen het in huis houden van bloeiende
hazeltwijgen. Een heel gezin heeft koortsen
gekregen, doordat daar in huis de hazelaars
gestoven hadden. De krant bracht zelfs
hooikoorts in herinnering, maar voegde er
gelukkig bij, dat de stuifmeelkorrels van
onze boomen op zichzelf niet gevaarlijk zijn,
en dat in het onderhavig geval de oorzaak
van de ongesteldheid meer te zoeken was
in het langdurige en overvloedige van de
prikkeling. Inderdaad hebben vele
bloemenvrienden wel iets schrokkerigs over zich,
een ergerlijke onmatigheid, een gebrek aan
goeden smaak.
Wanneer men echter in plaats van een
heele takkebos enkele twijgjes in een vaasje
plaatst en ze dan zoo kiest, dat ze daarin
denzelfden stand krijgen, als ze in de natuur
hadden, dan is daar niet alleen niet het
minste gevaar bij, maar men krijgt dan den
bloei van deze fraaie struik in al zijn sier
lijkheid te aanschouwen, vooral wanneer het
in die kamer niet veel warmer is dan 10 Q.
Het is dan, alsof de meeldraadkatjes zich
schoksgewijze strekken, de schutblaadjes
waar de bloempjes onder tegenaan zitten
plaatsen zich precies horizontaal en weldra
zie je in de stille ruimte het stuitmeel uit
de gevorkte helmknoppen neervallen op de
lager gelegen vlakken, om daar te blijven
ligA B
A Onderjapon van zwart satijn. Overkleed
van donkerblauwe serge. Kraag en mouwen
van zwarte tule, ceintuur van zwart satijn.
B Eenvoudige japon van steenrood crêpe
de laine met onderblouse van crème zijden
crepon, waarop moezen in steenrood zijn
geborduurd.
Moezen borduurt men heel gemakke
lijk met een kettingsteekje van uit het
middenpunt spiraalsgewijze tot de
gewenschte grootte.
haar scherp kijkende oogen, waarvoor zoo
menigeen onbewust poseerde."
Zij stierf sur la branche. Tijdens een ver
blijf te Montreux ontgleed haar de levens
kracht.
Zonder pronk of praal werd zij ter eeuwige
ruste gevleid. De zerk die haar graf sluit,
vermeldt niet eens den naam van de talent
volle schrijfster, wier werken grif een waar
deerend publiek vonden."
De Vrouw en de Mode
Meer dan ooit is in dezen tijd elke natie
op zichzelf aangewezen. Uit- en invoer van
nijverheids- en industrieproducten, zoo ze
al niet geheel stil liegen, gaan met reus
achtige onkosten gepaa'rd.
Ieder land dient het dus erop aan te leg
gen, vreemde hulp te leeren ontberen en
zooveel mogelijk de voor eigen gebruik
geschikte artikelen terug te houden.
Zooveel mogelijk moet door eigen fabri
kaat vervangen worden, wat vroeger uit het
buitenland betrokken werd.
Gelukkig dat onze industrieele onderne
mingen in veel opzichten niet voor die in
het buitenland behoeven onder te doen!
In Nederland worden genoeg menschen
met initiatief gevonden en even zoovele
willige handen staan klaar, die, o zoo gaarne,
de goede denkbeelden ten uitvoer zullen
brengen.
Zoude thans niet het goede tijdstip ge
komen zijn om ook voor onze
Vrouwenkleeding" eene herziening der heerschende
Mode" ter hand te nemen?
Is er wel iets dat van oudsher meer tegen
spraak verwekt heeft, dan de dwang door
koningin Mode opgelegd?
En evenwel blijft men zich aan hare grillen
onderwerpen!
Bloeiend takje van den Hazelaar
gen tot de wind of een tochtje het wegblaast.
Uit kleine groene knopjes komen
purperroode stempeltjes te voorschijn die eersteen
kort pluimpje vormen, maar later stervormig
uiteenstaan; dat zijn de vrouwelijke bloempjes.
Wie van 't bestaan van die vrouwelijke
bloempjes niet afweet, zal' ze in de vrije
natuur niet eens zoo spoedig opmerken,
maar wie ze eenmaal kent, ziet ze op zon
nige dagen al van verre gloren. Hieromtrent
zijn weer allerlei interessante waarnemingen
te doen want onze hazelaar is ook alweer
zeer variabel. Er zijn er, die bijna alleen
vrouwelijke bloemen voortbrengen, andere
hebben haast niet anders dan mannelijke
katjes, de hazelaar vertoont dus een neiging
tot tweehuizigheid. Misschien komt hier ook
de leeftijd bij in het spel; Knuth vermeldt,
dat de hazelaar omstreeks zijn tiende jaar
bloemen begint te produceeren en dat zijn
dan in 't eerst hoofdzakelijk vronwelijke.
Dit komt met mijn ervaringen niet overeen,
ik vind bij hazelaars en ook bij berken, elzen
en zeedennen in hun jeugd vooral
manDe meest zelfstandige vrouw zelfs, volgt
getrouw hare voorschriften op, onverschillig
of ze haar onlogisch en onpractisch voor
komen, en of ze ongeschikt blijken voor
hare persoonlijkheid en behoeften.
Eenvoudige vrouwen, zoowel als
veeleischende van aard, aanzienlijke en geringe,
allen schikken zij zich naar wat zij als
hoogste gebod belieft uit te vaardigen.
Zonder zich te storen aan edele vormen,
zonder te letten op seizoen of klimaat maakt
zij hare volgelingen nu eens als een ton
netje zoo rond, dan weer als eene stopnaald
zoo dun. Soms doet ze ons onder te zware
kleeding bezwijken, soms ook laat ze ons
door al te groote luchtigheid eene influenza
op den hals halen!
Is het niet onbegrijpelijk dat we op haar
commando zelfs onze organen in hunne
functie belemmeren en ons lichaam in
schadelijke houdingen wringen?
Zou thans niet de tijd gekomen zijn, zoo
wensch ik u te vragen, om met eiken vreem
den invloed te breken en eene mode te ver
langen die overeenkomt met onzen landaard
en onze levensomstandigheden?
Reeds sedert den oorlog van '70 heeft
Engeland, op zichzelf aangewezen, zich van
de Fransche mode vrijgemaakt. Men heeft
zich daar eene kleedij in volkomen over
eenstemming met den Engelschen geest uit
gedacht.
Zoo juist is Duitschland, noodgedwongen,
overgegaan tot het scheppen eener zelf
standige mode, strikt Duitsch van karakter,
die zoowel 't Fransche als Engelsche genre
vervangen moet.
Wanneer de pogingen resultaat opleveren,
zal men misschien trachten ze ook in ons
land te doen inburgeren.
Zou het in ons belang zijn, indien het
zoover kwam ?
Hebben wij niet zelve groote modehuizen
met hunne ontwerpers en confectionneurs,
allen toegerust met zakelijke kennis, goeden
smaak en routine op modegebied?
Zouden zij niet in vereeniging met onze
eigen textielindustrie, kunnen trachten ons
van modellen te voorzien, die, bij meerdere
oorspronkelijkheid zeker veel minder kost
baar zouden wezen.
En zij die ons op het tooneel zoo schoone
en decoratieve gewaden doen bewonderen,
kunnen ook zij hunne fantasie niet eens den
vrijen teugel laten ten behoeve der gewone-,
feest- en wandelkleeding der Nederlandsche
vrouwen?
Zoo zouden wij in het bezit raken eener
serie modellen, uitmuntend door schoonheid
van lijn en vorm, opvallend door sierlijkheid
en harmonische kleurencombinatie.
Wellicht ook ligt hier een veld braak voor
onze beeldende kunstenaars, 't Ware te
probeeren of zij, speciaal in dezen tijd, niet
bereid zouden gevonden worden, om zich
van het regelrechte pad der kunst op een
zijwegje te begeven.
Hunne groote kennis van het menschelijk
lichaam, hun aangeboren gevoel voor kleur
en lijn, mogen ons hier vél doen verwachten.
Zouden zij, die verschillende stijlen tot in
bijzonderheden doorvorschen, wier fijne
smaak door kunstzin tot groote hoogte is
opgevoerd, ons niet willen voorgaan op den
weg die leiden kan tot rationeele en inder
daad fraaie kleeding?
Hun geoefend oog zou zeer zeker de juiste
samenstelling voor ieder figuur weten te
treffen. Wie weet, zouden ze ons voor
het feestkleed terugbrengen tot het Grieksche
gewaad der oudheid, dat in zijn sierlijken.
eenvoud zijns gelijke niet heeft.
In ieder. geval, zouden zij, het innerlijk
wezen der Nederlandsche vrouw
bestudeerend, de schoonheid van karakter en
intellect door passende kleedij weten uit te
drukken.
Zouden al deze elementen, vereenigd, niet
eene actie kunnen voorbereiden, ten doel
hebbend, tegen het a. s. seizoen met eene
echt Nederlandsche modellencollectie uit te
komen?
Waar de Vakschool voor Verbeterde
Vrouwenkleeding onlangs daartoe het voor
beeld gaf, zij dit aan alle gezaghebbenden
op het gebied der mode, ter navolging aan
geprezen.
L. K.
nelijke bloemen, later vooral vrouwelijke.
Er bestaan echter individueele afwijkingen,
ja het komt voor, dat aan eenzelfden boom
takken van denzelfden leeftijd zidh ver
schillend gedragen.
Wanneer nu een hazelaar mannelijke en
vrouwelijke bloemen beide heeft, dan kan
't weer gebeuren, dat de eerste eerder bloeien
dan de tweede, maar ook is vaak, in ons
land zelfs in den regel, het laatste het geval.
De hazelaar in mijn tuin zit op't oogenblik
al vol purperen sterretjes van de bloeiende
vrouwelijke bloemen, terwijl de mannelijke
katjes nog kort en stijf blijven. Op deze
manier hebben die eerste veel kans om
bevrucht te worden met stuifmeel van
andere struiken afkomstig, die wat vroeger
hebben gebloeid, of waarbij de mannelijke
katjes bloeien vór de vrouwelijke: de
heesters zijn dus duidelijk ingericht op
kruisbestuiving.
't Is moeilijk uit te maken, of in dit geval
kruisbestuiving werkelijk meer en betere
vruchten oplevert. De vruchtzetting van den
hazelaar raakt nog al licht in het ongereede,
doordat de stempels, die buiten het groene
bloeiknopje uitsteken, bij ruw en ongunstig
weer onbeschermd moeten blijven. Sneeuw
klokje en crocus, hoefblad en speenkruid
sluiten zich, zoodra de temperatuur daalt
beneden acht of negen graden en hun gevoe
lige stempels worden zoodoende beschermd
tegen vorst en vlagen. De hazelaarstem
peltjes echter kunnen niet weer terugkruipen
in hun knop en als ze nu een poosje zijn
blootgesteld geweest aan een felle
sneeuwjacht of aan drogen wind bij vriezend weer
dan gaan ze verschrompelen, ze worden
zwart en zijn niets meer waard. Alleen de
nabloei geeft dan nog kans op een beetje
vruchten.
De vrucht rijpt heel langzaam. Eigenlijk
is het vruchtbeginsel nog niet eens kant en
klaar, wanneer de stempels buiten de knop
gaan uitsteken. Raken ze nu goed en wel
bestoven, dan is weldra van de rijpende
vrucht zoo goed als niets te zien, want de
knop bevatte niet alleen bloemen, maar ook
bladeren, en als die in April zich gaan ont
plooien houden ze het eindje van de twijg
geheel verborgen. Het vruchtje rijpt nu
rustig in de schaduw. Eerst in 't najaar
gaan de laatste leden van den tak zich
Winkelen
Lieve Lizzy.'
Un mot a la poste?"
Verlaat dezer dagen je stille dorpje en
kom naar de grootstad ! Er is iets leerzaams
voor je te aanschouwen. De firma Vroom
en Dreesman in de Kalverstraat heeft in de
talagekast van haar winkelpaleis ter eere
van de Witte Week" niet meer of minder
staan dan een ijzeren Jaquard weefgetouw
werkend met patroonkaarten. Een wever
laat de machine snorren en weeft witte
doekjes met gekleurde randstrepén. Aan den
eenen kant de woorden : Vroom en Drees
man", aan den anderen kant : Witte Week
1915". Voor het weven van die letterranden
zijn de kaarten noodig weet je. Alle
weefmateriaal ligt er bij.
Gisteren liep ik er even in. De wever uit
Strijp bij Eindhoven vertrouwde dien
vrouwenblik maar half, in gedachte zag hij elk
damesboudoir al prijken met een
Jaquardgetouw en wee dan de concurrentie aan
zijn weefkunde! Doch de chef der firma,
beleefd en voorkomend, beloofde aan alle
belangstellende dames de weverij van nabij
te laten zien. Charmant hé!
Dus stel je komst niet uit.
JE EMMY
Ons Kookboek
BRUIN-BROOD PUDDING
Men gebruikt hiervoor 250 gram oud
bruinbrood zonder korst, 2 d. L. melk, 2 eieren,
40 Gr. boter, 70 Gr. suiker, 70 Gr. krenten,
30 Gr. sucade, schil van l citroen.
Het brood wrijft men zoo fijn mogelijk
door de melk, en voegt er achtereenvolgens
de andere opgegeven bestanddeelen aan toe,
doet daarna het mengsel over in een goed
met boter en met paneermeel ingesmeerden
vorm en laat dit alles l Va uur au bain Marie"
koken.
Men dient er een warme wijn- of
bessensapsaus bij.
H.
VOOR DE MIDDAG-THEE
CAKE
Een zeer smakelijke en eenvoudige cake
is te bereiden als volgt : Men neemt 2 eieren,
weegt deze in de schaal en neemt nu het
gewicht hiervan aan boter, bloem en suiker.
Meng dit alles dooreen, doe het in een met
boterbesmeerden springvorm of een
bakblikjeen zet dit Vs a h uur in een matig verwarmde
oven.
Men kan in het mengsel nog wat
geconfijte gember of rozijnen doen.
H.
** *
Het plan bestaat om Ons Kookboek''
later gecombineerd met Vragen van den
Dag" in boekvorm uit te geven. Alle mede
werkers van deze beide rubrieken ontvangen
dan een present-exemplaar.
Wij stellen 't dus zeer op prijs een zoo
groot mogelijk aantal lekkere familie- recepten,
fraaie schotelversieringen, en beproefde raad
gevingen op huishoudelijk gebied te mogen
ontvangen.
E. M. R.
Correspondentie
Mevr. W. te B. Mej. G. Hoevers heeft
mevr. van Balen?Klaar gevraagd, hoe zij
dacht over de keerzijde van de medaille".
Mevr. v. Balen heeft hierop het antwoord
gegeven. Thans gebiedt tot ons leedwezen
de weinige plaatsruimte ons van verdere
gedachtewisseling over dit onderwerp, waar
over nog zooveel is te zeggen, af te zien.
Mevr. J. - K. H. Uw stukje komt ons ter
plaatsing niet geschikt voor.
iiiitiiiiiiiiiirrmiiiiimnmiiniiiimiiimimiMiiiiiiiiiiimiiiiiiMiiMMiMn
Wederom uit voorraad leverbaar
de verschillende typen
A U L E R- Automobielen.
Prima materialen,zuivere af werking en zeer
nauwkeurig monteeren maakt de
Adlerauto tot een der meest gewilde merken.
GARAGE WEFKENS,
Jacob Obrechtstr. 26, Amsterd.
strekken en dan zie je opeens over de heele
struik de mat groenachtig bruine vruchtjes
in hun aardige krulkraagjes, juist in den tijd,
dat de eekhoorntjes en de hamsters, de
gaaien en de boomklevers het gevoel begin
nen te krijgen, dat ze moeten gaan be
ginnen met het inzamelen van hun winter
voorraden.
Ongetwijfeld hebben deze dieren de haze
laars uitgezaaid over Midden- en
NoordEuropa, naarmate op het einde van het
ijstijdperk de gletschers terugweken naar
het noorden en hun danken wij ook de
oudste eiken- en beukenbosschen. Weldra
ging de mensch zich er ook mee bemoeien,
die zeer zeker heel spoedig ontdekt heeft
dat hazelnoten aangenamer en beter voedsel
opleveren dan eikels en men heeft dan ook
in voorhistorische vuilnishoopen behoorlijk
de leege doppen aangetroffen. Het is ook
zoo goed als zeker, dat de hazelaars van
de duinstreek en van de Noordzee-eilanden
in den historischen tijd zelve door de men
schen zijn aangeplant, want die streeken
zijn betrekkelijk jong en waren vanuit het
oude diluviale gebied aanvankelijk zeer
moeilijk te bereiken.
Tegenwoordig worden hazelaars niet veel
aangeplant, ik weet heusch niet waarom,
want een flinke hazelstruik is een sieraad
voor park en tuin. Hun bladeren zijn al even
mooi als de bloemen en geven, als ze in 't
najaar afvallen en spoedig vergaan, een zeer
milden humus. Ik heb wel eens gehoord.
dat men in parken geen hazelaars plant uit
vrees voor de kinderen, die dan in het voor
jaar de struiken zouden schenden om de
katjes, in 't najaar om de vruchten ; maar
dat wil ik liever niet gelooven. De heester
groeit en bloeit namelijk zoo snel, dat hij
die aanranding best kan verduren en is dus
juist geschikt, om in groote hoeveelheid
geplant te worden in het park van de naar
ik hoop niet al te verre toekomst, waar de
j kinderen niet kort gehouden behoeven te
worden en gelegenheid vinden om op te
groeien, zooals het behoort. Ik ben er zeer
benieuwd naar, welke gemeente er een
begin mee zal maken, om aan de kinderen
in haar park nog iets anders aan te bieden
dan een hoopje vuil zand voor het maken
van moddertaartjes.
JAC. P. THIJSSE