Historisch Archief 1877-1940
21 Febr. '15. No. 1965
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Klein België
Klein België!
Wij kunnen het hierbij in beeld gegeven
groepje kleinen niet zonder weemoed aan
zien, 't Zijn kinderen, die in ons land zullen
vinden een gastvrije woning waarin ze
kunnen tieren en opgroeien. De ouders zijn
of gestorven, of niet bij machte meer voor
hun kleinen te zorgen. Vertrouwend en hoop
vol geven zij hun liefste bezit in vreemde
handen, beseffend, wetend dat er ten onzent
vrouwen, moeders, zijn met een ruim hart,
die hun kinderen zullen koesteren en ze
zullen bewaren voor ellende, kwade in
vloeden en hongersnood die in de ouderlijke
woning hun deel zou zijn.
Arme ouders! De nood moet wel hoog
zijn gestegen, als zij zelve komen smeeken
de tkinderen van hen weg te nemen en ze
toe te vertrouwen aan de zorgen van vreemde
rnenschen in een ander land!
't Is het R. K. Huisvestings-Comité" te
Leiden, dat zich in verbinding met het
Tehuis voor Belgische kinderen" te Am
sterdam het lot der Belgische kleinen aantrekt.
De heer en mevr. Kellenaers zijn werkzaam
voor het Leidsche, Notaris Brandt voor het
Amsterdamsche Comité.
Telkens en telkens weer worden door
deze personen reizen naar Belgische steden
ondernomen, en tal van kinderen worden
naar Nederland medegebracht.
De heer Kellenaers verhaalt ons:
De eerste reis tot dit doel werd ondernomen
begin December. Er moesten een veertiental
kleintjes (waaronder een zuigeling van tien
maanden) uit Antwerpen worden gehaald.
Ze waren daar geheel onverzorgd en kwamen
van kommer en gebrek schier om.
Vergezeld van Zuster Beumker uit Leiden
werd de tocht ondernomen- Een reis vol hin
dernissen, vol vermoeienissen. Doch niette
genstaande de eindelooze vertraging werden
de kindertjes gevonden, en... in welkeen
deerniswaardigeii toestand! In n gezin, was vader
zoek, moeder ziek, en het huis was geheel
plat geschoten. Vier kleintjes waren op een
zolder achtergebleven toen de doodzieke
moeder naar het ziekenhuis was overgebracht.
De veertien kleinen kwamen na een terug
reis van tien uur behouden te Leiden aan.
Ze zijn in Katholieke gezinnen geplaatst.
Benige hunner zullen terugkeeren als de
vrede is geteekend. Anderen zullen wellicht
voor altijd bij goede menschen blijven.
Begin Januari ondernamen dr. E. Verviers
en de heer en mevr. Kellenaers de reis door
België met het doel om met de Belgische
en Duitsche autoriteiten te bespreken wat
door het Amsterdamsche en Leidsche Comit
kon worden gedaan voor de duizenden
hulpelooze kinderen daar te lande.
Deze reis duurde een volle week en had
tot resultaat dat de Duitsche
civiel-gouverneur van België te Brussel en de gouveneur
te Antwerpen de beide Comités verlof gaven
de Belgische kinderen naar Nederland te
brengen.
Reeds dadelijk werden uit het zwaar
geteisterde Mechelen waar onbeschrijfelijke
ellende heerscht, een twintigtal kinderen
meegenomen en in een doorgangshuis te
Breda voorloop! g ondergebracht.
Sintsdien werden er meerdere reizen onder
nomen. In de vorige week doorkruisten
notaris Brandt en mevr. Kellenaers, in
een tiendaagsche tocht, verschillende, ge
teisterde Belgische provinciën. Zij brach
ten veertig der allerarmste kinderen mede,
die door geestelijken en dames-propagan
disten der beide comité's waren opge
spoord. Daaronder bevonden zich o.a. twaalf
weezen en een kindje van zes maanden,
waarvan vader en moeder op de vlucht
moesten gaan toen het slechts enkele weken
oud en te zwak was om te worden mede
genomen. Het werd uitbesteed bij een
voedster waarvan het thans werd gehaald. Overal
werden de kinderen in de grootste ellende
aangetroffen.
Ook deze kinderen vertoeven hier te lande
nog in doorgangshuizen. De weezen zullen
iliiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiijiiiiiiiijlliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiimii
De droogmaking van de Zuiderzee
II
We bleven verleden week steken bij Piaam,
in extase over de vermoedelijke schoonheden
waarop het tegenwoordige Makkumer-wad
zal kunnen bogen een jaar of tien nadat de
afsluiting is tot stand gekomen. Zuidelijk
van den afsluitdijk blijft de oever zooals hij
nu is en Hindelopen, de jongste onzer bad
plaatsen, zal haar nieuwe carrière kunnen
blijven volgen, alleen wordt het een
zoetwaterbad, maar 't zand blijft er. Stavoren
en het Vrouwenzand blijven onveranderd
en wat mij 't meest pleizier doet, de
hooge zuidrand van Qaasterland blijft
oeverland tot aan het Oudemirdumer klif toe.
Daar begint dan de Meerdijk van de Noord
oostelijke Polder, die, Urk en Schokland in
zich opnemend, tusschen Blokzijl en
Vollenhove weer aan den tegenwoordigen zeedijk
aansluit.
Nu kan ik op de plannen niet goed zien,
waar precies die Meerdijk in het
Gaasterlandsche begint. Iedereen, die het Oude
mirdumer klif kent, zal het met mij eens
zijn, dat wij dat niet mogen verliezen,
want het is een van de schilderachtigste en
interessantste plekjes in ons land, oneindig
veel mooier en rijker dan het Roode klif,
dat door zijn makkelijken naam en door
de Roos van Dekama bij den beschaafden
Nederlander een zeker prestige heeft kunnen
verwerven.
Dat Oudemirdumer klif is een hoog wei
landje, dat naar de zeezijde een steile kale
helling heeft van misschien een meter of
vijf hoog en over een lengte van een paar
honderd meter. De grond bestaat uit zand
en grint met kleine en grootere meest
gladgeslepen keien en een roodachtig leem dat
Klein België op weg naar ons gastvrij Nederland
zooveel mogelijk aan de meest ernstige aan
vragers worden gezonden.
In Dendermonde komen nog ruim twee hon
derd kinderen voor verzending in aanmerking.
Daér heerscht de hongersnood. De stad
gelijkt n groote puinhoop, en in dien
puinhoop wonen duizenden menschen. Ze
smeeken om hulp, ze vragen om brood, de
vrouwen bidden om toch de kinderen mee
te voeren naar Nederland. Ze hebben niets
meer voor hen dan wat soep per dag.
De helpende hand van de comité's greep
ook daar reeds in. Twee en dertig kinderen
werden 3 Februari uit Dendermonde naar
Horst (L.) gebracht, waar zij bij particulieren
tot na den oorlog werden geplaatst.
Mevrouw Delafaille spoorde te Antwerpen
en omgeving vijfhonderd hulpelooze kleinen
op. In groepjes zullen velen hunner in de
eerste weken bij R. K. families hier te lan
den worden ondergebracht.
Het streven der beide comité's schijnt ons
zér sympathiek toe.
Klein België te brengen in een gezonde
atmosfeer waar het zich onbelemmerd kan
ontwikkelen, dit doel zal in veler harten
weerklank vinden.
En juist omdat wij meenen, dat in dezen
de hulp van de Nederlandsche vrouw zoo
veel 'vermag, voegen wij hierbij den wensch
van het R. K. Huisvestings-Comité(adres
dr. E. Verviers, 3 Octoberstraat, Leiden)
dat zich meerdere gemeenten in Nederland
mochten opgeven, die, evenals het welvarende
dorp Horst (L.), groepjes kinderen zouden
willen ontvangen. Ook worden propagan
disten gezocht die zich met de plaatsing
van meerdere kinderen in een gemeente
willen belasten.
Zou de vrouw, thans in hoofdzaak de
R. K. vrouw, hier geen gezegend arbeids
veld vinden ?
ELIS. M. ROGGE
Wij Vrouwen
Qui a Ie coeur bien préparéne cesse
D'espérer en calamité.
Si Ie mal te presse,
L' heure viendra qu'il ne te pressera plus.
CONSTANTIJN HUYQENS.
Onlangs schreef Johanna W. A. Naber over
den Franschen Vrouwenraad in dit blad en
zij deelde ons iets mede van den inhoud
van het jaarverslag van dien Raad. Er blijkt uit
dat ook in Frankrijk, als in bijna alle landen,
de vrouw de helpende hand heeft uitgestrekt
naar de menschheid, dat zij gewonden ver
pleegd, stervenden gesteund heeft, dat zij
vrouwen en kinderen heeft helpen verzorgen,
dat zij getracht heeft iets van de
oorlogssmarten te lenigen. Maar uit het Fransche
verslag, als uit alle mededeelingen en ver
slagen van bijeenkomsten van vrouwen,
hooren wij steeds weer dezelfde roepstem
weerklinken: als de vrouw
medezeggingsschap had er zou geen oorlog meer zijn".
HIK' utuim
van uit zee heel duidelijk te zien is, zooals
het afsteekt tegen het witte zand van den
heuvelvoet, die door den vloed is
schoongewasschen. Geografen en geologen komen
niet altedikwijls snuffelen langs deze hel
ling en vinden er allerlei moois en merk
waardigs uit hun geliefden ijstijd en daarvoor.
De grijze oeverzwaluwtjes graven er hun
holen en vliegen af en aan met monter
gesjirp van midden April tot laat in den herfst.
Een strandstukje aan de Oostzijde is dicht
begroeid met kruisdistels, zoowel de ge
wone grijze als de prachtige blauwe, die
ook zeedistel wordt genoemd en die in alle
badplaatsen langs de Noordzee en Oostzee
zoo'n precair bestaan leidt, op menige plaats
zelfs is uitgeroeid door onnadenkende en
gulzige plukkers. Nergens in ons land vindt
ge de flora van strand en heide zoo bij
elkaar als op dit kleine plekje van
Gaasterland en daarom hoop ik maar dat die Meer
dijk nog een stukje meer naar het Oosten
aan de Friesche kust zal aansluiten. Als het
klif voor steunpunt" dienen moet, en ik
voel wel, dat daar veel kans voor bestaat,
dan is het verloren en dat zou zeer jam
mer zijn.
Nu zal men denken dat de strandflora er
in ieder geval toch geheel van karakter zal
moeten veranderen, wanneer het zoute
Zuiderzeewater vervangen is door het zoete
Yselmeer, maar dat staat nog te bezien.
De Noordoosthoek van de Zuiderzee toch
heeft nu reeds een zoo laag zoutgehalte,
dat de verandering jaren in beslag zou
nemen en zeer geleidelijk zou geschieden.
Zonder twijfel zullen de blauwe zeedistels
zich daar even goed-handhaven als zij het
gedaan hebben aan de oosthelling van de
Berger en Schoorlsche duinen, waar ze ook
al sinds eeuwen geen ander zout tot hun
beschikking krijgen dan er af en toe bij
zeldzaam vliegend stormweer en in minimale
hoeveelheden komt aanwaaien. Neen, ons
klifje moeten we houden en zelfs goed
bewaken in den tijd dat het daar druk
wordt voor het aanleggen van dien dijk.
We hebben nog wel den tijd om er over na
te denken hoe we dat zullen inrichten,
want volgens de voorstellen van de
StaatsEn ik dacht aan het onlangs in n van
onze Hollandsche bladen medegedeelde
Credo" van Henri Lavédan, door den
tooneelspeler De Max voorgedragen in het
Théatre Francais, waar o.a. in voorkomt:
Je crois au prix de la douleur et au
mérite des espoirs.
Je crois a la confiance, au recueillement,
au bon travail quotidien, a l'ordre, a la
charitémilitante.
Je crois aux vivants de la patrie et je
crois a ses morts. Je crois en nous, je crois
en Dieu ... je crois... je crois..."
En ik dacht aan de mededeeling dat men
in de Duitsche schouwburgen een lied voor
draagt, dat steeds de woorden herhaalt
nicht so laut". Maar bovenal komt mij tel
kens in de gedachte het mooie stuk in De
Gids" van 1913 van Jhr. Elout, Een mijl
paal in het Feminisme".
Dat jaar, in Mei, had in den Haag de
groote bijeenkomst plaats gehad van den
Internationalen Vrouwenraad. De vrouwen
van de Raden van 25 verschillende landen
ontmoetten elkaar daar en beraadslaagden te
zamen over internationale vrouwenbelangen.
De Gulden Regel" van den Internationa
len Vrouwenraad, het motto waaronder zij
werkt, is: Doe anderen, zooals gij wenscht
dat zij u doen", maar het werk der vrouwen
voert haar nooit tot zelfzuchtige beperking,
integendeel, het programma van den Inter
nationalen Vrouwenraad is ruim en breed
opgevat. Er zijn vaste commissies die zich
bezighouden met het verzamelen van inter
nationale gegevens over Volksgezondheid,
Opvoeding, Vrede en Arbitrage, de Wetge
ving betreffende de rechtspositie der Vrouw,
Kiesrecht, tegen den handel in vrouwen,
gelijke moraal voor man en vrouw, emigratie
en immigratie. Voor dat alles werken de aan
den Internationalen Vrouwenraad verbonden
Raden van vijf en twintig landen. Zij werken
met ijver, toewijding, nauwkeurigheid, en
het is een groote draadlooze telegrafie voor
de vrouwen over de geheele aarde.
En wat zegt nu de heer Elout over het
werk, de uiting en den indruk, van het op
treden der vrouw ? Hij zegt, en ik meen dat
het belangrijk is voor ons vrouwen, het
oordeel van een man, en dan iemand van
groote kennis en ervaring als de heer Elout,
te hooren; hij zegt in 't kort het volgende:
Deze Raad vormt de internationale syn
these van het wezen der moderne vrouw en
daarom zijn de uitingen van dien Raad zoo
belangrijk ter beoordeeling van den tegen
woordigen geest der vrouwenbeweging,
van de psyche der moderne vrouw. Ieder
onbevooroordeelde, die de beraadslagingen
heeft gevolgd, hebben zij zeer veel ver
trouwen gegeven in het wezen van den
nieuwen kiezer... die een kiezeres zal zijn."
De bijeenkomsten getuigden in de aller
eerste plaats van een geest van vrouwelijk
heid." Na nog eens herinnerd te hebben aan
alles wat de vrouwen, die het eerst voor de
rechten der vrouw in ons land optraden,
geleden hebben, en hoe die vrouwen voor
Schetsplan van de Zuiderzeepolders
commissie komt de indijking van de
Noordoostelijkz polder het laatst, een kwart eeuw
na het steken van de eerste spade voor den
afsluitdijk.
Dat klif heeft ons een tijd bezig gehou
den ; 't is ook echt een plekje om er te
blijven plakken. Nu gaan we weer het bin
nenland in, want Tacozijl, De Lemmer, Kuinre
en Blokzijl worden allemaal landstadjes, ten
minste de laatste drie, want Tacozijl is niets
anders dan een boerderij en een
sluiswachterswoning, maar 't is waar, daar komt nu
nog een stoomgemaal bij voor 't verdronken
Friesland.
Van Blokzijl kan 't mij spijten maar wel
bezien hindert het toch zoo erg niet.'t Ligt
nu toch ook al niet meer vlak aan zee; het
havenkanaaltje wordt eenvoudig wat langer
en buigt wat naar het Zuiden om in aan
sluiting met den meerarm van Vollenhove.
Dat aardige puntje van Overijsel, de Voorst,
een Gaasterlandje in het klein, blijft, zooals
het is. Van hier tot voorbij den IJselmond
blijft een diepe inham bestaan, waarin de
biezen misschien nog weliger zullen groeien
heel wat heetere vuren gestaan hebben,
dan er nu nog branden", maar ook hoe
het feminisme zonder haar in Nederland
zeker nog niet zoo ver zou wezen, zegt
de heer Elout dat het verblijdend is
waar te nemen, dat het feminisme zoowel
in den Internationalen Vrouwenraad als in
ons eigen land het standpunt van gelijke
rechten wegens gelijkheid van wezen bij man
en vrouw heeft verlaten voor dat van gelijke
rechten bij ongelijkheid van wezen; een
ongelijkheid echter die er niet eene van
subordinatie, doch van coördinatie zijn moet.
En ik voeg er bij zijn zal, want, juist als
de vrouw handelt op haar eigene wijze, zal
blijken steeds meer en telkens weer, dat de
ruime, groote, zeer persoonlijke ontwikkeling
van de vrouw in het belang is van de
maatschappij, van de wereld.
De heer Elout zegt: Het internationale
feminisme stelt zich ten eerste op algemeen
maatschappelijk standpunt; ten tweede, het
eischt niet alleen nieuwe rechten, maar zoekt
nu reeds naar daarmede samengaande nieuwe
plichten; ten derde, het vraagt geen be
scherming van de vrouw, doch alleen volle
vrijheid van ontwikkeling. Zoo hebben zich
als kenmerkende eigenschappen der moderne
vrouwenbeweging mede in de uitingen
van den Internationalen Vrouwenraad aan
ons voorgedaan, vrouwelijkheid, zin voor
het algemeen-maatschappelijk plichtbesef en
zelfstandigheid. En het verheugt mij, dat
het beeld van de psyche der moderne vrouw,
die recht komt vragen en niets meer, z
sympathiek is en zóvertrouwenwekkend.''
Ziehier het oordeel van een man over de
vrouwenbeweging in 1913. Wij hebben nog
niet, zooals de heer Elout toen verwachtte,
de grondwetswijziging gekregen, die ook de
vrouw als burgeres van den Staat erkent,
neen, de tijdsomstandigheden hebben ons in
de gelegenheid gesteld, eerst nogtetoonen,
hoe wij onze Gemeenschapsplichten" ver
staan en weten te vervullen.
En onwillekeurig denk ik dan aan de
warme lofspraak in De Ploeger" van den
heer Brocxs, arts te Maastricht, in de aller
eerste plaats op zijn vrouwelijke collega
Van Rood, maar tevens op al die vrouwen
die dadelijk, bij het uitbreken van den oorlog,
met mannenmoed" het woord is van den
heer Brocx en met de grootste doorzetting
en toewijding, geen werk gering achtende,
deden wat hun hand vond om te doen. Te
midden van al de doorgemaakte droeve
nissen staat voor mij toch een lichtend
beeld als symbool van het vrouwelijk
heroïsme."
Het beeld van de psyche der moderne
vrouw is zósympathiek, zóvertrouwen
wekkend". Laten we dit manlijk oordeel niet
vergeten in deze moeielijke tijden. Laat
ons er aan beantwoorden . . . maar, dat
zullen wij doen, want terecht zeggen Helene
Lange en Gertrud Baumer, dat de vrouwen
beweging een gevolg is van eene moderne
geestesevolutie.
Wij voelen het, wij weten het, wij vrou
wen, een nieuwe tijd roept ons ter ver
vulling van al onze gemeenschapsplichten,
en wij bereiden ons voor met moed, met
toewijding van ons geheele hart en ons
geheele verstand.
Wij zullen sympathiek en vertrouwen
wekkend zijn, wij vrouwen.
C. A. WORP-ROLAND HOLST
Bazaar 1915
Ten bate van het Algemeen Steuncomit
Amsterdam
Wij brengen gaarne onder de aandacht
van al onze lezeressen onderstaande circu
laire ons dezer dagen toegezonden:
Groot is de ernst van dezen tijd; maar
groot is ook het verlangen om aan de
eisenen, die den nood ons stelt, tegemoet
te komen. Met inspanning van krachten
hebben daarom ook de vrouwen
medegearbeid aan de huisvesting, kleeding en
voeding van vluchtelingen, aan de voor
ziening in de behoeften van onze soldaten
en van de nabestaanden van dezen, aan
het bijeenbrengen van gelden, om niet te
spreken van den arbeid in de steuncomité's
zelve. In veel werd reeds afdoend voor
zien; maar het verzekeren van geldelijken
steun blijft nog even dringend als in het
begin van den oorlogstijd.
dan tot nu toe. Een paar strekdammen, ki
lometers en kilometers lang zullen het water
uit den IJsel en uit het Zwarte Water ge
leiden tot op de hoogte van Schokland, dat
zelf een deel gaat uitmaken van den
Noordoostelijken polder, nadat het tot in onze
dagen zijn bestaan als eiland zoo dapper
heeft gehandhaafd. Deze inham zal ongetwij
feld zeer interesante aansluitingsverschijn
selen te aanschouwen geven, vooral voor
het front van dat voordeelige Kamper eiland.
In het eenentwintigste jaar van het werk
zal begonnen worden met de indijking van
den Zuidwestelijken polder, die alleen grooter
zal zijn dan de drie andere te zamen, en
die het prachtige Veluwe-strand zal doen
verdwijnen. Elburg wordt een landstadje.
Harderwijk komt dan evenver van het
IJselmeer te liggen als Apeldoorn thans van de
Zuiderzee en de streek tusschen Harderwijk
en dat meer zal, vrees ik, lang zoo mooi
niet zijn, als die tusschen Harderwijk en
Apeldoorn.
Waarom eigenlijk ? Is het noodig dat die
droogmakerijen er zoo beestachtig vervelend
uitzien, zooals, om er maar eens een te
noemen, de Legmeer? Is er geen andere manier
van verkaveling, draineering en waterberging
mogelijk dan door lijnrechte, elkander lood
recht snijdende greppels, slooten, vaarten en
kanalen? Is het noodig dat men de helft van
den tijd in zoo'n droogmakerij gedwongen
is, tangentiaal op zijn doel af te gaan ? In
hun geheel vind ik de Haarlemmermeer, de
Ijpolders, de Beemster wel indrukwekkend,
maar werkelijk mooie plekjes zijn er bijzonder
schaarsch.
Wij hopen dan ook, dat de verkaveling
van de nieuwe polders niet zal geschieden
volgens het blokjes-stelsel, dat de grond niet
tot den laatsten vierkanten meter uitgebuit
zal worden voor het opleveren van gelds
waarde. Het kwart millioen menschen, dat
er zal komen te wonen, hebben nog iets
anders noodig dan stoffelijke welvaart en
ze moeten behoed worden tegen verveling
en eenzijdigheid. Die polders moeten mooi
worden en ook,laat ons maar zeggen, amusant.
Er zullen op de een of andere wijze
bevolkingscentra moeten ontstaan en dat mag
Wederom uit voorraad leverbaar
de verschillende typen
ADL.E K-Automobielen.
Prima materialen.zuivere afwerking en zeer
nauwkeurig monteeren maakt de
Adlerauto tot een der meest gewilde merken.
GARAGE NEFKENS,
Jacob Obrechtstr. 26, Amsterd.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiniiiiiiiiiiiiiiiiii
De vraag mag daarom worden gesteld,
of reeds voldoende gelegenheid is gevonden
om den arbeid onzer vrouwen en meisjes
naar gelang van ieders individueelen aanleg
en bizonder talent ten volle productief te
maken zonder afbreuk te doen aan anderer
loonarbeid. Bij herhaling is reeds ge
bleken, dat velen bekwaam zijn tot meer dan
tot het breien van mutsen, sokken en wanten;
en zouden proeven van wat haar vinding
rijke geest, haar vaardige vingers, haar
geoefende smaak en fijne kunstzin vermo
gen, niet bijeen te brengen zijn . in eene
mooie, aantrekkelijke verzameling om te
gelde te worden gemaakt ten bate van het
Amsterdamsche Steuncomité?
De ondergeteekenden, allen overtuigd
van het practisch uitvoerbare van dit plan,
hebben zich daarom vereenigd tot een
Comitéter organisatie van een Bazaar,
waartoe men niet alleen zal kunnen bijdra
gen eigen werk maar ook werk besteld bij
anderen, bijvoorbeeld bij Arbeid Adelt"
en Tesschelschade," welke vereenigingen
dit jaar van het houden van een Bazar
meenden te moeten afzien; terwijl reeds
samenwerking is verkregen met de aan het
Algemeen Steuncomitéverbonden Com
missie van werkverschaffing op
huisvlijtgebied.
De Bazaar zal worden gehouden 24, 25
en 26 Maart in de zalen van de Maatschappij
Arti et Amicitia;," belangeloos afgestaan
voor dit doel.
Tot het geven van nadere inlichtingen
zijn gaarne bereid de dames bestuursleden.
Mevr. Douair. TH. Bar. SLOET v. HAGENSDORP,
Pres., Sarphatikade 1.
Mevr. D. M. JOSEPHUS JITTA-WERTHEIM,
Vice-Pres., Keizersgracht 808.
Mejuffrouw ROSA MANUS,
Secret., Plantage Parklaan 15.
Mevr. M. C. DE MAREZ OYENS-REYNVAAN,
Penningm., Museumplein 6.
Mevr. J. W. VAN HAREN NOMAN-SCHIFF,
Heerengracht 556.
Mevr. A. FLECK-STEIN,
Koningslaan 32.
Mejuffrouw A. M. SCHOLTEN,
Heerengracht 584.
* * *
Ons Kookboek
FlLETS VAN TONG, OP ENGELSCHE WIJZE
12 mooie filets van tong plet men lang
uit met een zwaar mes. Nu strooit men er
wat zout en peper op, vervolgens haalt men
ze door bloem, daarna haalt men ze door
wat eiwit en door gemalen beschuit of
paneermeel.
Bak de filets in geklaarde boter licht
bruin. Leg ze daarna op een ovalen schotel
en leg op elke filet een stukje peterselie
boter.
PETERSELIE BOTER
Roer een stukje boter goed glad, werk
er het sap van een halve citroen, een weinig
Cayenne peper en wat fijn gehakte peter
selie door.
E. v. D.
VOOR HET DESSERT
* MOKKA
Men gebruikt hiervoor 150 Gr. ongezouten
boter, 60 Gr. poeder-suiker en ongeveer "^
d.L. koffie-extract.
Om de boter ongezouten te maken wordt
ze eerst gesmolten, dan afgekoeld en daarna
worden er de witte stippen uitgehaald. Deze
ongezouten boter wordt tot room geroerd,
en langzaam voegt men bij kleine hoeveel
heden er al roerende de suiker en 't extract
aan toe.
R. V.
* * >&
Verzoeke alle stukken voor de
rubriek Voor Vrouwen" in te zenden:
Koninginneweg 93, Haarlem.
niet bemoeilijkt worden. Zie eens, hoe de
Haarlemmermeer daarmee sukkelt, ook
alweer door de moeilijkheid, om er
convergeerende wegen aan te leggen. Een
geniaal mensch moest in die nieuwe polders
eigenlijk de centrale punten bij voorbaat
kunnen aanwijzen. Dat lijkt mij in den
Zuidoostelijken polder nog het makkelijkst
omdat die aansluit bij het Gooi en de Veluwe
en nog al verscheidenheid van grond heeft.
Ook krijgt die te zorgen voor de af watering
van de Eem en de'verschillende Veiuwsche
beekjes en daaruit kon wel eens de moge
lijkheid ontstaan om in die polder zelf weer
een paar meertjes te maken, die al dadelijk
het landschap meer leven geven. Er zullen
ook scholen gebouwd worden van allerlei
soort. Je moet in sommige droogmakingen
in ons dierbaar vaderland eens de armoe
dige gemeenteschooltjes zien, droog en dor
neergezet op een zoo beperkt mogelijk
stukje grond tusschen vier slooten. Maar
als het rijk nu wil, dan zet het in die pol
ders behoorlijke inrichtingen voor onder
wijs en beschaving en dan legt het maar
meteen bij iedere school een flink park,
plantsoen of bosch aan, waar nog wat
anders groeit dan 't dagelijksch brood.
Evenals dat in Amerika gebeurt, moet een
bepaald en niet te klein gedeelte van de
bodem gereserveerd worden voor onderwijs
en opvoeding. Dat moet meteen gebeuren,
want zoodra er medezeggenschap komt van
gemeentebesturen, dan is de kans verkeken.
p die bosschen ben ik echter tamelijk
gerust, want ons staatsboschbeheer is
vo\doende op de hoogte, om te bewerken, dat
voor het algemeen welzijn, voor de ver
betering van het klimaat aan die groote
kale vlakten zoo spoedig mogelijk
hetsteppenkarakter worde ontnomen. Zoo krijgen
we dan de Zuiderzee niet alleen droog,
maar ook bewoonbaar en zelfs weer mooi,
al is het dan ook op een andere manier
dan nu. Misschien winnen we meer dan
we verliezen.
JAC. P. THIJSSE