Historisch Archief 1877-1940
«B*
7 Maart '15. No. 1967
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Onze nieuwe Burgemeestersvrouw
Onze burgemeestersvrouw ? Vergeef mij,
dat ik .de stad Amsterdam, vele jaren de
stad mijner inwoning en ook thans het
centraal punt van mijn arbeid, een
oogenblik als de mijne beschouw.
Dag- en weekbladen wijdden in de laatste
week artikelen aan den nieuwen Burgemee
ster. Het waren woorden van ingenomen
heid met de gedane keuze, van waardeering
voor den persoon, van hoopvolle verwach
tingen voor de toekomst.
Aan de zijde van den Burgemeester treedt
zijn gade Mevr. A. J. J. Tellegen?Fock op
als Burgemeesterse.
Hebben wij, vrouwen van Amsterdam,
voor Mevr. Teilegen niet mede een hartelijk
welkom over?
Zeer zeker! Want waar bij vorige benoe
mingen de echtgenoote van den burgervader
slechts in voorname kringen te Amsterdam
bekend was, waar de meeste van Amstel's
burgeressen met schroom en eerbied tot
haar opzagen als tot de Vrouw van den
Burgemeester" daar zal dit bij Mevr.
Tellegen niet het geval zijn. Zij toch deelde
reeds menig maatschappelijk werk met velen
onzer.
Toen in 1913 de Afdeeling voor Onder
wijs op de tentoonstelling de Vrouw
18131913" een flink bestuur dringend behoefde,
nam Mevr. Tellegen de post van penning
meesteres op zich en leidde met krachtige
hand en kalm overleg de finantiën. Wie de
tentoonstelling van nabij mede maakte, weet
wat dit te beteekenen had.
Toen aan de IJkade de Belgische.vluch
telingen waren gehuisvest en er onder de
groote schare met zoovele kinderen orde en
tucht moest worden gebracht, vond men in
Mevr. Tellegen ee_n der vrouwen die bereid
waren daadzakelijk op te treden, de regeling
van enkele vakken van onderwijs op zich te
nemen en zich het lot der heele kleintjes
aan te trekken door het oprichten van fr
belschooltjes.
Als lid der plaatselijke Commissie van
toezicht op het Middelbaar onderwijs is
Mevr. Tellegen tevens aan velen geen on
bekende.
Veel zal onze nieuwe burgemeestersvrouw
ongetwijfeld kunnen doen in 't belang van
de vrouwen van Amsterdam. Haar roeping
is schoon, maar ernstig. Want zoo iemand
dan weet Mevr. Tellegen waar m Amstel's
veste vrouwelijke toestanden verbetering
behoeven en vrouwelijke nooden moeten
worden gelenigd. Zij heeft reeds veel met
eigen oogen gezien, met eigen poren ge
hoord, met vrouwelijk instinct menigen
wanklank gevoeld. Zij zal steeds meer zien, meer
hooren, en zij zal trachten waar het haar
mogelijk is te helpen, te raden, te steunen.
Zal onze burgemeestersvrouw de vrouw
zijn voor eerebaantjes? Zal zij er in kunnen
berusten allén haar naam te geven voor
het welslagen van een of ander doel?
Wij meenen het te moeten betwijfelen?
Zij, de eenvoudige, werkzame vrouw zal
aan de zijde van haar gemaal aanpakken"
en medestrijden. Geen eerebaantjes zullen
haar bekoren. Waar krachtens hare hooge
positie haar hulp wordt gewenscht en inge
roepen, daar zal zij niet alleen haar naam
geven, daar zal zij indien het streven haar
sympathiek is, mede arbeiden om het
gewenschte doel te bereiken.
Zoo brengen wij dan onze Burgemeesters
vrouw onze hulde.
Moge voor Mevr. Tellegen en haar gemaal
het ingetreden levenstijdpsrk met al zijn
reine en hooge idealen een tijd zijn vol van
groote verantwoording, doch ook een tijd
van zegenrijken arbeid.
ELIS. M. ROGGE
iiiiiiHiiiiiiiiMiimiiiiiiimiiiiiiiiHiiimiii
Over Roofvogels
... Indien de landbouwende bevol
king in ons land wilde medewerken,
zouden misschien ook ten onzent heel
wat roofvogels op die wijze gevangen
kunnen worden."
Dit zinnetje is het [laatste uit een bericht
in een van onze groote dagbladen. Er aan
vooraf gaat een beschrijving ervan, hoe in
het Saksische Voigtland de roovers" ge
makkelijk verdelgd worden. Ik denk dat de
redactie het stukje niet zorgvuldig heeft
gelezen, anders had ze het stellig niet zon
der commentaar geplaatst. In hoeverre ze
zich aan opruiing heeft schuldig gemaakt
is niet zoo gemakkelijk vast te stellen;
formeel misschien niet, maar moreel wel.
Onze nieuwe vogelwet toch beschermt alle
roofvogels, behalve het snelleken en den
sperwer en het is natuurlijk hoogst onwaar
schijnlijk, dat juist alleen deze vogels het
slachtoffer zouden worden van het aange
prezen verdelgingsmiddel.
Onze landbouwers zullen intusschen wel
wijzer wezen. Zij weten nu al lang, dat de
roofvogels tot hun beste vrienden behooren,
al hebben ze soms het verlies te betreuren
van een paar slecht beschermde eende
kuikens of kippenkuikens. Een roofvogel is
al net als alle andere dieren, hij neemt voor
zijn voedsel, wat hij 't gemakkelijkst en
overvloedigst krijgen kan, liefst warmbloe
dige gewervelde dieren, maar ook wel
reptielen, amphibieën en visschen, zelfs zeer
gaarne ook insecten. De roofvogels, die ons
land bezoeken, behooren niet tot de grootste,
zij zuilen zich dus in den regel voeden met
kleine knaagdieren en kleine vogels, om kort
te zijn voornamelijk muizen en musschen.
En niets ter wereld kan den landbouwer
aangenamer zijn, vooral die
muizenverdel
gingOver de economische beteekenis van de
musschen is men het nog niet eens. De
Amerikaansche rapporten van de laatste
vijfentwintig jaren velden een vernietigend
vonnis en brandmerkten onzen vogel door
Geld verdienen
Het is wel interessant te zien op hoe vele
verschillende manieren er voor de beschaafde
vrouw geld te verdienen valt; dat heb ik
vroeger nooit zoo beseft. Maar wanneer ge
maar eens met aandacht de advertenties
leest van eenige groote dagbladen, dan zult
ge verrast zijn te zien hoe dikwijls er om
vrouwelijke werkkrachten gevraagd wordt.
Vele van die betrekkingen eischen wel is
waar een grondige voorbereiding, en eenige
diploma's, doch anderen weer verlangen niet
veel anders dan de capaciteiten die 't ge
middelde jonge meisje van goeden huize
en van goede opvoeding als vanzelf sprekend
bezit. Zoo b.v. de betrekking van particulier
secretaresse, van lectrice, van gezelschaps
dame voor op reis, van hulp in de huis
houding.
Toch is het altijd goed zich vooruit in
het een of ander te bekwamen: iets door
en door, iets grondig kennen waarborgt
natuurlijk eerder succes voor de vrouw, die
een goed gesalarieerde werkkring wenscht.
Dat het dom is zichzelf in goede tijden
te paaien met redeneeringen als: ik heb
het toch niet noodig," bewijst nu al weer
het lot van menig Belgisch meisje, dat
vroeger misschien in weelde leefde en thans
door dien rampzaligen oorlog gedwongen is
voor zichzelf te zorgen.
Men zegt wel, tijd is 'geld, maar men
zou met evenveel recht kunnen zeggen:
kennis is geld. De meeste kennis is wel op
de een of andere manier, als de nood aan
den man is, in geld om te zetten.
Moeilijker is het voor vrouwen op rijperen
leeftijd, die. b.v. door den dood van hun
man of door het verlies van haar vermogen,
plotseling genoodzaakt zijn zelf aan het
verdienen te gaan, zonder daar in haar jeugd
voor klaar te zijn gemaakt.
Maar voor de vrouw van sterken wil en
geestkracht is er toch altijd wel iets te
vinden. Heeft zij huishoudelijke talenten, dan
kan zij eenige pensionnaires in huis nemen;
houdt zij van kinderen en heeft zij wel
paedagogische gave en... een warm hart,
dan zou zij zich kunnen belasten met de
opvoeding van eenige kinderen, wier ouders
in Indië zijn.
Een aardige bijverdienste geven agenturen
van goede linnenfabrieken, of van thee, kant
en andere artikelen. Kennissen van me, een
paar zusters, hebben een kinderpension
opgericht; ouders, die op reis gaan, of die
door ziekte daartoe genoodzaakt zijn, stellen
hun kinderen tijdelijk onder de hoede van
deze beschaafde, ontwikkelde vrouwen. Alles
is er frisch, hygiënisch en opwekkend inge
richt ; zoowel de kleintjes als de grooteren
vinden er alles wat zij behoeven om ge
lukkig en gezond te tieren en te gedijen.
Ik hoorde van een jonge weduwe in
Engeland, die op de volgende manier jaar
lijks een klein inkomen verdient. Zij bezat
bijzonder veel smaak voor bloemen
arrangeeren en toen haar echtgenoot stierf besloot
zij deze aangeboren gave te exploiteeren.
Zij stelde zich in verbinding met de secre
taressen van verscheidene groote clubs en
ging met hen contracten aan om te zorgen
voor de tafelversiering bij alle feestelijke
gelegenheden. Zij had een paar
origineele arrangementen bedacht, en hoewel
eerst aarzelend op haar aanbod werd inge
gaan, bemerkte men al spoedig, dat men
niet bedrogen uitkwam met hare diensten
te aanvaarden. Haar tafeldécors waren ver
rukkelijk mooi; de gasten informeerden
dikwijls wie er voor gezorgd had en steeds
meer bestellingen kwamen tot haar. Zij heeft
nu een reeks vaste klanten. En wat een
aangenaam echt vrouwelijk werk!
Een andere jonge vrouw, zoo las ik eens
in een Engelsch blad, voorzag in haar
levensonderhoud door de zorg op zich te
nemen voor honden. Vanaf haar prille jeugd
had zij een groote voorliefde voor honden
gehad.
Toen er moeilijke tijden voor haar aan
braken, ging zij naar een hondententoon
stelling, noteerde alle namen van de
tentoonstellers en bood allen haar diensten aan.
Op vaste dagen wilden zij de honden be
en door als een undesirable stranger". In
den laatsten tijd hebben de musschen echter
weer verdedigers gevonden o. a. in Engeland
door de onderzoekingen van Coolidge, die
de aandacht er op vestigde, dat ze het
grootste deel van 't jaar noch nuttig, noch
schadelijk zijn, terwijl ze in de graanvelden
slechts gedurende eenige weken lastig wor
den. Daar staat echter tegenover dat de
jongen van hun drie- of viertal broedsels
uitsluitend gevoerd worden met insecten o.a.
met bladluizen en met larven en imagines
van kleine vlinders o. a. van de bladrollers,
die de eiken zoo kunnen toetakelen. Echter
hinderen ze weer andere even nuttige en
stellig aangenamer vogeltjes bij hun nest
bouw. Zoo zou ik pro en contra nog wel
een paar kolommen kunnen voortgaan en
steeds zou duidelijker worden, hoe moeilijk
het is om een beslissend oordeel te vellen
over de wenschelijkheid of
onwenschelijkheid van het bestaan van een groot aantal
individu's eener bepaalde diersoort. Maar,
al waren de musschen de allernuttigste vogels
van de wereld, dan zou het nog niet hinderen
dat de weinige roofvogels, die in ons land
voorkomen, zich er mee voeden, daar ze
zich toch zoo buitengewoon snel vermenig
vuldigen.
Broedende Sperwer
Uit Burdet's Stereoscoopplaten,
zoeken, zich ervan overtuigen dat zij goed
behandeld en verzorgd werden, de voeding
nagaan, de dieren wasschen, borstelen, enz.
Eerst stootte zij overal het hoofd. Maar zij
volhardde en overwon. Toen zij eenige
bijzonder kostbare honden door haar
zaakkundige zorg het leven had gered, werd
zij bekend en zij verdient thans meer, dan
zij ooit had durven hopen.
Nog een ander 'staaltje.
Een elegant Haagsch meisje, dat ik per
soonlijk gekend heb, heeft zich eerst be
kwaamd in het costuumnaaien en gaf toen
eenige jaren lang naai- en kniples aan
meisjes uit haar eigen stand. Later is zij
te Parijs gaan wonen en belastte zich met
commissies haar opgedragen door kennissen,
kennissen van kennissen, en kennissen van
kennissen van die kennissen, kortom, voor
ieder die iets uit Parijs verlangde, zij kocht
op hun aanwijzing blouses, japonnen, mantels,
fijne lingeries enz.,verzond dit naar Nederland
en verdiende op dit alles eenige percenten.
Dikwijls ook zond zij allerlei nieuwe mode
snufjes op zicht naarHolland; haar zuster liet de
modellen zien en nam daarop de bestellingen
aan. Vooral voor dames uit kleinere provincie
steden was dit een prettige manier om zich
te kleeden en mijn Parijsche kennis verdiende
er al spoedig zooveel mee, dat zij er van
kon leven, en het leven te Parijs is niet
goedkoop ! en na een paar jaar zooveel,
dat zij er zelfs van over kon leggen.
Zoo zou ik u nog van zooveel betalende
vrouwenarbeid kunnen vertellen : patronen
ontwerpen, boekbinden, schrijven over modes
en andere specifiek vrouwelijke onderwerpen
in de bladen, allemaal dingen, die een ontwik
kelde rrouw van smaak zich wel eigen kan
maken.
En ik kan dit artikel nu eindigen, zooals
ik begon, met te zeggen, dat er vele manieren
zijn, waarop een vrouw geld kan verdienen,
maar ter waarschuwing en eerlijkheidshalve
voeg ik er dadelijk aan toe, dat het wel
makkelijk is een aardig speldegeldje te ver
dienen, maar moeilijk het te brengen tot
een respectabele verdienste, waarvan msn
geheel zou kunnen leven. Veelal is daartoe
noodig een recht aansturen op een bepaald
doel door een groote studie-zee, waarin
helaas, dikwijls vele examen-klippen. Maar
wie de haven dan bereikt met een paar
mooie diploma's is dan ook geborgen in de
meeste gevallen.
B. S.
Gedachten
De tijd is er van algemeene zelfstandig
heid, onaf hanklijkheid.
Alleen de onaf hanklijkheid van een vrouw
kan haar op de rechte plaats brengen.
Vrouw-zijn is meer dan getrouwd zijn.
Zijn alle vrouwen sterk genoeg de mannen
groot te maken?
Wat een taak is het leven van een vrouw,
n groote zedelijke wet, n heerlijk op
waarts streven.
Een vrouw moet niet studeeren om knap
te zijn.
Strijden dat moet. Geen overwinning zonder
strijd geen vrede zonder oorlog.
Oorlog denk eens aan den mensch, wat
wordt er gevochten, man tegen man, daad
tegen daad ieder vecht voor z'n eigen
behoud.
Eigen behoud 't behoud van ik. Dat
is ten slotte het ideaal doodslaan de
ellendigen, die 't ik vermoorden willen dood
slaan de wereld, de klatergoudmachine.
Een moeder zegt, dat het hoogste is een kind
dat boven eer en plicht staat het kind
(voornamelijk omdat een kind afhankelijk
is); maar staat daar nog niet boven je ziel ?
Je ziel is nog meer er zullen menschen
zijn, die dat begrijpen.
NANDA SANDBERGEN
Met de muizen is de zaak een beetje
duidelijker, 't Valt tenminste van tijd tot tijd
buiten kijf vast te stellen, dat zij de oogst
in een soms zeer uitgestrekte streek geheel
of gedeeltelijk kunnen vernietigen. In jonge
droogmakerijen gebeurt dat nog al dikwijls,
omdat in den regel de muizen zich daar
eerder vestigen dan hun vijanden. De eerste
oogsten in de straks drooggelegde
Zuiderzeepolders zullen daaronder ook wel te lijden
krijgen. Toen in de tachtiger jaren van de
vorige eeuw de Naardermeer was droog
gelegd en gedeeltelijk bezaaid met haver en
koolzaad, verschenen daar ook zeer spoedig
de veldmuizen, een nieuwe tegenspoed bij
de vele, waaronder die onderneming te
lijden had.
Maar de redding volgde dra in de gedaante
van eenige velduilenparen, wier aantal snel
aangroeide, niet alleen door immigratie,
maar ook doordat elk paar op zijn minst twee
maal per jaar ging broeden op een aantal
eieren nog grooter dan gewoonlijk. In een
stuk van die Meer kon je niet loopen zon
der telkens zoo'n velduil op te jagen en dat
gedeelte wordt nog altijd de Katuil" ge
noemd, hoewel het nu al lang weer onder
water staat en alleen schuilplaats geeft aan
sterntjes en meeuwen en aan de geheim
zinnige roerdomp.
Elders zijn het alweer de torenvalken die
de muizenjacht beoefenen. Deze prachtige
roofvogel nestelde vroeger nog al veel in
Amsterdam, maar sedert de uitbreiding van
de glazenwasscherij en de schoonmaak van
puien en torens is hij wat schaarscher ge
worden. Eens was er een mooi nest in de
groote boogramen van het Rijksmuseum en
op den Zuiderkerktoren is er nog dikwijls
een. Buiten de steden bewoont hij oude
boomen, soms nestelt hij zelf s op den grond.
Wie eens een flinke wandeling doet door
weiland of bouwland moet stellig het flinke
dier wel opmerken, als hij hevig klapwie
kend op eenzelfde plek in de lucht staat te
bidden" loerend op zijn prooi, de
onverzadelijke, welig voorttierende veldmuis.
Onze foto, een der meesterstukjes van Bur
det, laat zien, hoe de wijfjestorenvalk thuis
komt met haar muis, die gemakkelijk aan
zijn stompen snoet te herkennen is als een
veldmuis. Trouwens zou t net zoo
voordeelig uitkomen, als het een andere
muizensoort was. En niet alleen de uilen of de
torenvalk, maar bijna al onze roofvogels
houden zich met de muizenjacht bezig. Bij
ruw en regenachtig weer, als de muizen in
AFDEELING
2e tage.
Verkrijgbaar:
Een kleintje Koffie Een kopje Thee
der firma REU SER & SMULDERS
Pakjes van 81/»ons 35 ets.
ALLEEN VERKOOP VOOR AMSTERDAM
DE BUESKOBT
MUHMIIIIIIIIIIIMMtlMIIMIIMIIMIIMMIMIIMIMIlllMMIlmlIllllmlMInMIMIMIIIIIMIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIMIIMIIIIII
Over boeken
Wij ontvingen ter bespreking twee bro
chures, geschreven door vrouwe^.
Het witte leger". Een tijdsdenkbeeld van
meerdere vrouwen, uitgewerkt en neerge
schreven door C. Langelaan Stoop. Uitg.
J.H.deBussy Amsterdam en Aan de vrouwen,
Op voor het wereldrecht," door J. D. W.
Reeringh-Beekhuis. Uitg. ten bate van het
Kon. Nat. Steuncomité.
Beide schrijfsters zijn van meening dat
de vrouw met meer kracht dan tot op dit
oogenblik moet medewerken tot het ver
krijgen van de vrede.
Mevr. Langelaan zoekt dit te bereiken in
een martiale vrouwenbeweging. Het is
niet met gelatenheid en tevredenheid, zegt
de schrijfster, dat wij vrouwen nu thuis
zitten en toezien het is uit ellendig on
vermogen datgene te doen, waartoe ons
instinct ons drijft, onze plicht ons roept!
O hadden wij het slechts gekund nu, toen
deze oorlog uitbrak, het prachtig samengaan,
vastberaden en zeker, gedreven door heilige
drijfv|eren
Dan waren wij naar het slagveld getrok
ken, wij vrouwen uit alle landen, verbonden
tot n groot en heerlijk vredesleger, het
Witte Leger, en hadden gestaan daar,
tusschen de strijdenden, zichtbaar voor beiden,
vór zij zelfs elkander ontdekken konden,
en wij zouden hun toeroepen: Welnu,
schiet! als het dan niet anders kan!
Maar weet, hier staan uwe vrouwen, uw
moeders, uw dochters, uw liefsten en
haar zult gij treffen, doch uwen vijand niet!
Schiet nu, zoo gij kunt! en zoo gij moet,
wij zullen vallen met vreugde, om den waan
te verscheuren, die al het waarachtig zede
lijke in verwarring gevangen houdt!"
Wij voor ons, en wij vreezen velen met
ons, kunnen voor dat tijdsdenkbeeld niets
voelen.
Sympathieker klinken ons de woorden uit
de tweede brochure: Vrouwen laten we
allen onzen stem verheffen, te beginnen in
kleinen kring, een kring die zich na ieder
gesprek verwijden kan. Doe het denkbeeld
ingang vinden: de oorlog is een misdaad
en moet als een misdaad beschouwd wor
den. Wij moeten spreken, spreken en steeds
weer spreken, tot de geheele vrouwenwereld
als groote massa in haar eischen voor
wereldvrede niet meer te stuiten is".
Dit is o. i. allereerst ons aller plicht. Niet
in de gelederen, niet naar het front, maar
in huis, in onze omgeving, in onzen
werkhun holen blijven krijgen de jonge roovers
echter vogeltjes te eten.
De vogelmoordenaar par excellence is de
sperwer en die staat dan ook op de zwarte
lijst even als het snelleken, een weinig be
kend maar zeer slagvaardig roovertje, dat
soms in groot aantal doortrekt en dan onder
onze gevederde vrienden nog al huishoudt.
De sperwer echter blijft hier het heele jaar,
hij broedt door het heele land en voedt zijn
jongen en ook zichzelf bijna uitsluitend
met vogels. Dus: pollice verso."
Hier heb ik echter een sperwer, die vier
weken lang door mijnheer Burdet is geob
serveerd en gefotografeerd en waarvan ik
eenige jaren geleden in De Levende Natuur
de historie heb verteld.
De sperwers hebben de gewoonte, de
prooi die zij voor hun jongen vangen, kaal
te plukken, voordat zij haar naar 't nest
brengen. Onze sperwer had nu pok zijn
poelierswerkplaats een klein eindje van 't
nest af en aan de veeren, was gemakkelijk
te ontdekken, welke vogels al zoo van hem
te lijden hadden. En wat bleek nu? Hij ving
veel musschen maar ook, en wel voorna
melijk, zanglijsters en merels, allemaal vogels
die in de nabijheid van de broedplaats in
Torenvalkwijfje brengt een veldmuis
aan haar jongen
Uit Burdet's Stereoscoopplaten
kring, in de maatschappij doe ieder onzer
wat zij kan naar de maten harer vermogens.
Geen zaadkorrel die wordt uitgestrooid op
den akker gaat verloren, onze stem die
medeklinkt in den roep om vrede, zal onge
twijfeld kracht bijzetten.
De brochure van Mevr. Reeringh?Beekhuis
is verkrijgbaar gesteld bij Mej. E. van
Andel, Weimarstraat 16a, den Haag en bij de
schrijfster Valkenboschlaan 254, den Haag,
f r. post tegen toezending van 17 et.
Varia
Volgens een nieuwe statistiek telt men in
de Vereenigde Staten reeds 2500 vrouwelijke
geestelijken.
De eerste vrouw, die bepaald een aan
stelling als dominékreeg was miss Antoinette
Luise Brown, die later mrs. Samuel
Blackwell werd. Zij promoveerde in de theologie
en in de letteren. Hoewel zij zich later een
reputatie van buitengewone redenaarster
veroverde, weigerde men haar eerst het
recht als predikant op te treden. In 1850
werd zij echter aangesteld als predikant van
de South Butler-kerk in New-Jersey.
Bij het Hoog Militair Gerechtshof, werd
als de eerste vrouwelijke jurist toegelaten
en beëedigd mej. Mr. Estella Simons, advo
caat te Utrecht,
Terzelfder tijd werd bij de
Arrondissements Rechtbank te Winschoten de eerste
vrouwelijke klerk ter Griffie beëedigd met
name mej. Mr. Anna Post.
Verzoeke alle stukken voor de
rubriek Voor Vrouwen" in te zenden:
Koninginneweg 93, Haarlem.
Wederom uit voorraad leverbaar
de verschillende typen
ADLER-Antomobielen.
Prima materialen.zuivere afwerking en zeer
nauwkeurig monteeren maakt de
Adlerauto tot een der meest gewilde merken.
GARAGE NEFKENS,
Jacob Obrechtstr. 26, Amsterd.
groot aantal voorkomen. Nu kun je dat nog
al aandoenlijk voorstellen: de tweede roover
die de lieve zangvogeltjes verslindt. Indien
ge echter een fruitkweeker hoort uitpakken
over diezelfde merels en zanglijsters, dan
krijgt ge heel wat anders te hooren en doet
ge de overtuiging op, dat de sperwer aan
deze categorie van landbouwers zeer
gewenschte en belangrijke diensten bewijst.
Coolidge, dien ik straks noemde geeft dan
ook over dien sperwer een vrij gunstig
oordeel en tot mijn groot genoegen ook
over de Vlaamsche gaai, voor wien ik tien
jaar geleden al een goed woordje gedaan
heb. Deze Engelschman is volmaakt te goe
der trouw en onbevooroordeeld, hetgeen
o.a. ook hieruit blijkt, dat hij na zorgvuldig
onderzoek een van de allermooiste en aller
beste zangvogels, den zwartkopgrasmusch,
voor zeer schadelijk uitmaakt.
Knoppenvreterij, net als bij de goudvinken, maar ik
vind, dat ze nog wel eens gerust in hooger
beroep kunnen gaan.
Al die discussies over nut en schade zijn
wel interessant, maar haast nooit definitief.
Hoe meer ik echter de vogels leer kennen,
hoe meer ik besef, dat ze voor ons leven
een veel hooger beteekenis hebben, dan
factoren voor onze stoffelijke welvaart en
dat geldt voor de roofvogels even goed als
voor alle andere. Er zijn wel menschen, die
gaarne al het rooftuig van de wereld zouden
zien verdwijnen, maar bedenk eens hoeveel
armer onze verbeelding, onze taal en littera
tuur zouden zijn zonder de arenden en valken,
de gieren en de uilen. Ik weet wel, dat velen
onzer haast vergeten hebben, dat die dieren
bestaan en er zijn maar weinig menschen
in ons land, die een roofvogel in de lucht
zullen herkennen, maar dat zal wel beter
worden, wanneer er wat meer roofvogels
komen en wat meer belangstelling. Die be
langstelling te wekken is het doel van de
uitgave van Burdet's Stereoscoopplaten,
waarvan er vele aan het leven der roof
vogels gewijd zijn. Ik meen vroeger al eens
verteld te hebben, dat die platen te koop
zijn aan het kantoor der Vereenigingen tot
behoud van Natuurmonumenten en bescher
ming van vogels, Rokin 69 te Amsterdam.
Ze zijn allergunstigst gerecenseerd in de
zelfde courant die, naar ik hoop bij vergis
sing, de landbouwers opruit tot het verdelgen
der roofvogels. Maar de landbouwers zullen
wel wijzer zijn.
JAC. P. THIJSSE