14 Maart '15. No. 1968 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 11 De politieke bakker Nadruk verboden (Punch) BAKKER TROELSTRA : Nu het historisch-materialistische deeg niet rijzen wil, zullen wij het maar eens met de idealistische gist probeeren. De invloed der vaderlandslievende oproepingen op den stadsaanplakker (Punch) Meer dan tot heden zal de beperktheid van het Itistorisch-materialisme worden ingezien. Orn als wereltlbeschomving te kunnen gelden, is het te bemerkt en Ie eenzijdig. Het laat de meer intieme roerselen der menschcnziel onbevredigd. Het levert niet eene krachtifie, de psrsonnlijkheid vormende en verheffende, ideologie. Het kan op den duur den relifiieusen aanleg der mensclien niet bevredigen. Het zoeken naar aanvulling, zoowel van den kant van Dielzgeris philosophie en de Nieuw-Kantianen, als van dien der Christen-socialisten, zal door hel u/itreden der- sociaal-demnkratie Inj dezen oorlog zeker ti'orden versterkt." De Wereldoorlog en de Sociaal-Demokratie", door Mr. P. J. TROEI.STRA (Maart 1915) (blz. 109). Afbeelding van een Pruisisch gezin, verdiept in zijn morgen-haat. Een herinnering aan den wapenstilstand (The Bystander) En werd u juist op Kerstmis gewond? Hoe vreeselijk! En was het een geweerkogel of een granaatscherf ? Neen, 't was een trap. We speelden een partijtje voetbal met de Duitschers en sommigen er van waren erg ruw. John?Bull bij den costuumverhuurder (Simplicissimus) Toen hij begon. Een paar weken later. Ten slotte. Welk costuum zou ik kunnen nemen, zoodat niemand me herkent ? Neem dan dat van een gentleman. Redacteur: Dr. A. G. OLLAND Predikheerenkerkhof l, Utrecht Alle berichten.deze rubriekbetreffende.gelieve men te adresseeren aan bovenstaand adres. EINDSPELSTUDIE No. 9 VAN L. B. SALKIND (Deutsche Schachzeitung, 1914) ZWART c d e f g h WIT Wit: Ka7, Lb8, pionnen f4 en f5. Zwart: Kc8, pionnen a3, f6 en f7. Wit speelt en maakt remise. Oplossingen over 14 dagen. OPLOSSING EINDSPELSTUDIE No. 8 VAN J. BERGER Wit: Kf3, pionnen a2, b3, c2 en g4. Zwart: Kgè, pionnen a5, b4 en h6. 1. c2?c4, b4Xc3, [indien zwart den c-pion niet slaat, is hij verplicht met zijn koning naar de c-lijn te wandelen en wit verovert dan den h-pion en haalt met den g-pion dame, bijv. 1... Kg6-g5, 2. Kf3-g3, Kg5-g6, 3. Kg3-h4, Kg6-f6, 4. Kh4?h5, Kf6-g7, 5. c4?c5, Kg7-f7 (of f6), 6. Kh5Xh6:] 2. Kf3?e3, Kg6?g5, 3. a2?a4! (de winnende zet. Na 3. Kd3 zou zwart den g-pion -ver overen en met den h-pion winnen), Kg5Xg4, 4. b3?b4, a5Xb4 (op h5 volgt ba5: en wit haalt koningin wanneer de zwarte pion nog op h2 staat), 5. a4?a5, h6?h5, 6. a5-a6, b4?b3, 7. Ke3?d3 en wint, zooals gemak kelijk is te zien. Een zeer leerzame stelling, die in het prak tische spel vaak voor kan komen, derhalve de bestudeering in het bizonder waard is. De componist van eindspelstudie No. 8 is, zooals wellicht velen onzer lezers niet bekend is, een van de meest veelzijdige schaakliefhebbers, die bestaan hebben. Niet alleen als componist van eindspelstudies, doch ook als probleemdichter en als meester in het praktisch spel is hij beroemd. Ten bewijze hoe scherp Berger's blik is op het schaakbord, geven wij onderstaande stelling uit een voorgift-partij, gespeeld te Graz in 1868: Helms ZWART f g a bede WIT Johan Berger Wit geeft mat in vier zetten. 1. Dd4Xg7f, Kg8Xg7, 2. Lg5-f6f, Kg7-g8, 3. Tf4-h4 en 4. Th4-h8f. WEDSTRIJDEN De Nationale Schaakwedstrijd, welke naar wij onlangs meedeelden deze maand te Utrecht gehouden wordt, is vastgesteld op 20 en 21 Maart. Hoogstens 60 schakers mogen meespelen. Er wordt gespeeld in 4 klassen, in groepen van 4 deelnemers. De speeltijden zijn: Zaterdagavond 20 Maart van 7 Va?11 en Zondag 21 Maart van 9?12>/2 en van IVs?5 uur, Het minimum aantal zetten voor 134 uur spelen bedraagt 40. Het inleggeld voor alle klassen is ? l per deel nemer; voor hen die geen lid zijn van den Ned. Schaakbond bedraagt het inleggeld ? l .50. Voor elke groep worden twee kunstvoor werpen als prijzen uitgeloofd, terwijl een extra-prijs wordt toegekend voor de bestgespeelde partij in de hoofdklasse. Aanmelding uiterlijk 19 Maart bij den secretaris der Schaakclub Utrecht, den heer H. C. Oudegeest, Nieuwe Gracht 157. Wij twijfelen er niet aan of vele schaakminnaars zullen van deze gelegenheid gebruik iMiimmjiMiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMMMiiiii maken om met elkaar de degens te kruisen. Reeds hebben zich velen aangemeld en daarom geven wij hun, die gaarne meespelen, den raad niet te wachten tot het laatste oogenblik om zich op te geven, gezien het beperkt aantal deelnemers. Onze lezers zullen zich herinneren, dat 17 Dec. 1.1. te Utrecht een interessante match plaats had tusschen de schaakclub Utrecht" en de clubs te Hilversum, Amersfoort en Zeist. De geallieerden wonnen toen met 14 tegen 11. Donderdag 4 Maart werd de de revanche-match gehouden, eveneens te Utrecht. Ditmaal leden de verbondenen clubs de nederlaag. Met 16 tegen 4 gelukte het de schaakclub Utrecht" haar tegenstanders te verslaan, zoodat de uitslag van den geheelen match was Utrecht".27, Hilversum Amersfoort?Zeist 18. De volgende partij werd aan het eerste bord gespeeld: SICILIAANSCHE PARTIJ Zwart A.Ten Oever de Brauw c7-c5 e7?e6 c5Xd4 Pb8?c6 Pg8-f6 Wit Dr. A. G. Olland 1. e2-e4 2. Pgl-f3 3. d2-d4 4. Pf3Xd4 5. Pbl?c3 6. Lfl-e2 Gewoonlijk speelt men hier 6. Pd4?b5 waarop dan volgt: 6... Lb4, 7. a3, Lc3: 8. Pc3: d5, 9. ed5: ed5: 10. I.d3, 0-0, 11.0?0, Lg4, 12. f3, Lh5 met ongeveer gelijk spel. De tekstzet wordt door Larobok i Schack afgekeurd, o.i. ten onrechte. 6 Lf8-b4 7. Le2-f3 Dd8-a5 8. 0?0 Veel beter dan 8. Pc6: wat Larobok i Schack aangeeft, waarna zwart door 8... Lc3:f, 9. bc3:, Dc3:f, 10. Ld2, Dc6:, 11. e5, Pd5 het beste spel krijgt. 8 Lb4Xc3 9. b2Xc3 d7-d5? Zwart versmaadt o. i. terecht pion c3, immers na 9... Dc3: 10 Pc6:! Dc6:! 11. e5, Pd5, 12. La3 kan het zwarte spel zeer moeilijk tot ontwikkeling komen, terwijl wit een fraai aanvalsspel heeft, wat ruimschoots opweegt tegen het verlies van een pion. Ook 10... Dal: (inplaats van Dc6:) is niet aan te bevelen, daar zou volgen 11. Dd6, bc6:!, 12. La3, Dfl:f, 13. Kfl, La6f, 14. Kei, 0?0?0, 15. Dc5 enz. met winnenden aanval. De tekstzet is echter evenmin goed, daar zwart nu snel in een verloren positie ge raakt. Het beste was o.i. 9... 0?0, ofschoon wit ook dan het beste spel behoudt, bijv. 10. Ld2, d5, 11. ed5:, ed5:, 12. c4, Dd8, 13. Pc6:, bc6:, 14. Lg5 enz. 10. e4Xd5 Pf6Xd5 11. Pd4Xc6 b7Xc6 Op 11... Dc3 zou volgen 12. Ld5:, Dal:, 13. Lf3 en bc6: gaat niet wegens 14. Lc6:f en 15. La8:. 12. c3?c4 Pd5?e7 x Zwart moet zich nu in een slechten stand geheel tot de verdediging bepalen. Zijn zetten zijn haast alle gedwongen. 13. Ddl-d6 Belet de rochade en dreigt met Lc6:. 13 Lc8-b7 14. Lcl-a3 Da5-d8 15. Dd6?b4 Ook 15. Tal?bl of Tadl is voldoende om het positie-voordeel vast te houden, maar de tekstzet, die dame-ruil vermijdt, is toch te prefereeren, omdat de zwarte koningin op een ongunstige plaats staat en straks door een der witte torens wordt aangevallen. 15 Dd8-c7 16. Tal?bl Ta8?b8 17. Tfl-dl Sterker dan 17. De7:f, De7:, 18. Lc6:f, Lc6: (of Dd7) enz. 17 f7-f6 Zwart tracht den h-toren (na Kf7) in het spel te brengen. 18. Tdl?d6 Ke8?f7 (Stand der partij na 18... Ke8?f7) ZWART f g a bede WIT 19. Td6Xe6 Kt7Xe6 De zet, die zeer in aanmerking kwam, was 19... c6?c5, waarop wit als volgt kon winnen: 20. Te7:f, De7:, (Ke7:dan21.Dc5:f, L)c5:, 22. Lc5:f en 23. La7: enz.) 21. Db7:, Tb7:, 22. Tb7:, Db7:, 23. Lb7:, Tb8, 24. Ld5f enz. Na den tekstzet is zwart spoedig verloren. 20. Tbl?elf 21. Db4?c5f 22. c4Xd5 23. Dc5-c4 Dreigt mat op g4. 23 24. Dc4-e4f 25. La3-clf Ke6-f5 Pe7-d5 Dc7?b6 h7?h5 Kf5-g5 geeft op. * 12e Jaargang 14 Maart 1915 Redacteur: K. C. DE JONGE Van Woustraat 112", Amsterdam Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. OPLOSSING PROBLEEM No. 23 VAN DEN AUTEUR ? Stand. Zwart: 5, 6, 11, 15, 16,17, dam op 13. Stand. Wit: 20, 24/27, 30, 31, 33, 37, 45. _Witj_24-19,_37-32, 31-27! 26:28, 28-23, Z"warfM3T21, 15:35, 17-22, 11-17, 6-11, 23-19, 20-14, 14-25, 19-13, 13-9, 21:18, 10-15, 15-20, 17-21, 11-17, 17-22, 21-27, 32:21, 9-4, 4-15 en 15-47 16:27, 27-32, 32-37 OPLOSSING BLADPROBLEEM VAN DEN AUTEUR K. C. DE JONGE Stand. Zwart: 2, 4, 7, 28, 37, dam op 10. Stand. Wit: 11, 24, 26, 27, 34, 48, dam op 20. JWitj_20-3, 3-8, 27-21, 48-42JJ>6-211_21:5! Zwart: 7:16,"~2FÏ3, 16727, 37:48, 38:19 PROBLEEM No. 25 VAN DEN AUTEUR J. LUTEIJN, GROEDE Zwart (6 schijven) l 6 11 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (8 schijven) Stand. Zwart: 6, 11, 12, 15, 24, 38. Stand. Wit: 19, 22, 26, 28, 30, 35, 37, 39.