De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1915 21 maart pagina 5

21 maart 1915 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

21 Maart '15. No. 1969 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Een Internationale Conferentie van Vrouwen op de Tentoonstelling j te San-Francisco Een feit, dat men bijna zou vergeten onder het vele dat dagelijks onze aandacht vraagt is, dat dit jaar te San-Francisco de PanamaPacific-Exposition" gehouden wordt. Wij werden er dezer dagen aan herinnerd door een oproep tot het verleenen van onze medewerking aan de International Confe rence of Women Workers" te houden te San-Francisco, in het Feest- en Congres gebouw der Tentoonstelling, van 4 tot 7 juli. De oproep gaat uit van mrs. May Wright Sewall, vooizitster van de Commissie van Voorbereiding, die de opdracht tot het organiseeren der Conferentie ontving van den: president der Panama Pacific Exposition. Mrs. Sewall is in ons land geen onbekende. Zij sprak hier meermalen in vergaderingen, o.a. in Mei 1913 bij gelegenheid van de bijeenkomst van den Internationalen Vrou wenraad en ook in Augustus van datzelfde jaar in het Vredescongres. Zij is sedert jaren een van de voornaamste leidsters van de vredes-beweging in de Vereenigde Staten. In een persoonlijk schrijven verzoekt zij ons aan haar oproep voor de conferentie zooveel mogelijk bekendheid te geven, niet omdat zij hoopt of verwacht, dat vele Nederlandsen^ vrouwen in staat zul len zijn er persoonlijk aan deel te ne men, maar omdat zij hoopt bewijzen van instemming met, of beschouwingen over haar stellingen te ontvangen, die in de vergade ringen kunnen worden voorgelezen en in het verslag opgenomen, zoodat ook de opvattingen van afwezigen tot hun recht kunnen komen. Als uitgangspunt voor haar oproep heeft zij als zinspreuk gekozen: In tijd van oorlog werk voor den vrede. In tijd van vrede werk voor de instandhouding van den vrede." En dan gaat ze voort: Het is in de overtuiging, dat het gevoelen in bovenstaande woorden uitgedrukt, door de Amerikaansche vrouwen beschouwd wordt, als het richtsnoer voor haar handelingen en voorts in de overtuiging, dat de vrouwen in alle andere neutrale staten (die met ons getuigen zijn van de vreeselijke tragedie, welke niet alleen Europa maar heel de wereld heeft geschokt), mede daarmee instemmen, dat de oproep voor een Internationaleconferentie van Vrouwen wordt uitgeschreven. Het groote treurspel, zooveel vreeselijkerdan alle, die zich voorheen hebben afgespeeld, dat het woord Oorlog" nauwe lijks vermag zijn verschrikkingen weer te geven, teert ons de volgende lessen: Ie. dat oorlogstoerustingen niet vermogen den vrede te verzekeren en dat de productie van toenemende bewapening en meer doodelijke vernielingswerktuigen in het eene land, dezelfde moordadige toebereidselen in andere landen noodzakelijk maken; 2e. dat een volk zich niet met de pro ductie van deze zaken kan bezighouden zonder dat de volksgeest er onder lijdt. Als het menschelijk vernuft wordt aange wend om volmaakte kanonnen, gepantserde luchtschepen, repeteergeweren en dumdum kogels uit te vinden en als de menschelijke verbeelding zich de uitwerking van deze uitvindingen tracht voor te stellen, moet dit tengevolge hebben, dat het menschelijk gevoel afstompt en het menschelijk geweten onzuiver wordt. En de vreeselijke oorlog doet ons nog iets anders zien n.l. hoe onbeduidend alle arbeid voor den vrede tot nu toe is geweest. Alle vredesvereenigingen, hoe ook georganiseerd, hadden steeds als doel: hetzij voorkoming of afschaffing van den oorlog, hetzij ver betering in de manier van oorlogvoeren, hetzij beide. Wie de besprekingen heeft gevolgd van de twee Haagsche vredes-conferenties en IIIIIIMIIIIIIIIIIII IHIIIIIIIIIMMHIIIIIIIM Primula veris Als het tegen den avond killer wordt en de sneeuwklokjes, de crocusjes, madeliefjes en hoefblad hun bloemen sluiten, blijven de sleutelbloemen wijd open en zoo gaan zij den nacht in. Zij zijn de eerste niet-kleinzeerige leniebloemen, ze zijn van sterker stof dan die andere en maken te midden van al dat gevoelig goedje een kloek figuur. Het waarom voor dit verschijnsel is weer zoover te zoeken, dat wij het vooreerst wel niet zullen vinden. We zijn al zoo gewoon om er over te redeneeren, dat een plant of een bloem of het stuifmeel of de honig bescherming behoeft tegen guurheid, tegen regens, tegen zonnelicht en wat niet al, dat het ons nu zeer vreemd aandoet deze sleutel bloem aan te treffen zonder overjas en paraplu of zonder schulp, waarin zij zich kan terugtrekken. Zie maar eens een pol sleutelbloemen tusschen anemoontjes, en klaverzuring. Grooter tegenstelling bestaat er haast niet: 't anemoontje in zijn eerste dagen gaat zich sluiten en buigen ieder keer dat er een wolk voor de zon komt, de sleutelbloem laat 't getroost sneeuwen en hagelen en staat 's nachts als 't vriest wijd open in 't maanlicht met heldere bloemen, die haast wit lijken. Ik bedoel hier de stengellooze sleutelbloem. Wij hebben nogtwee andere soorten in 't wild, die hebben aan 't eind van een lange steel hun bloempjes en schermen en die zijn minder forsch, want ze hangen vaak met hun ope ning naar omlaag n dat is al een beschut ting. De stengellooze doet daar echter haast nooit aan. Soms bloeit die sleutelbloem al in October of November, maar de goede tijd js toch van eind Maart tot eind Mei, want dan alleen hebben de bloemen kans, dat ze behoorlijk worden bestoven. De sleutelbloem is om zoo te zeggen een klassieke figuur uit de leer der bloembestuiving. Wanneer we maar even een groep sleutelbloemen in 't bosch kennis heeft genomen van de gemaakte conventies, weet welk een groote plaats het tweede punt bij de discussies heeft ingenomen. De krijg, die nu woedt, be wijst echter hoe onmogelijk het is den oorlog menschelijker te maken. Oorlog, in zijn eigenlijke beteekenis, is immers een terugkeer tot het recht van den sterkste, dat geen genade kent. Zeker, er zullen wel mannen zijn, die ook in den oorlog goed en rechtvaardig blijven voor vrienden en vijan den maar deze toonen dan zoo te zijn, dat zij zich boven de wetten van den oorlog weten te verheffen. Gedurende de lange maanden, die de oor log nu reeds duurt, zijn er over de geheele wereld ontelbare vrouwen, die zich afvra gen : wat kan gedaan worden om de wereld te behoeden voor een herhaling van zulk een ramp en hoe kunnen de vrouwen daar toe meewerken ?" De menschheid ziet zich nu geroepen tot de vervulling van een tweeledige taak; in de eerste plaats dezen oorlog te doen ein digen, in de tweede plaats de maatschappij zoodanig te hervormen, dat deze zal berus ten op den grondslag van coöperatie in plaats van den wedijver van tegenstrijdige belangen, die de oorzaak is geweest van dezen oorlog en van vroegere oorlogen. De vraag, die door de conferentie van vrouwen te San Francisco overwogen moet worden is : w a t kunnen de vrou wen doen voor reorganisatie van de maatschappij op een vei liger grondslag, zó, dat haar leden niet meer beducht behoe ven te zijn voor het gevaar, dat ze op het altaa r van den oorl og geofferd worden, h e t z ij als werk tuigen, hetzij als passieve slacht offers? Het antwoord dat mrs. Sewall ons in haar oproep hierop geeft is in het kort dit: Ten eerste: de vrouwen kunnen een andere definitie helpen vinden voor het begrip Vaderlandsliefde" en voor de verplichtingen, die deze liefde den menschen oplegt. Ten tweederde vrouwen kunnen de wereld leeren begrijpen, dat wat afkeurenswaardig is in den eenling, niet goed kan zijn ineen groep van menschen, die samen een natie vormen; zij kunnen inzien en anderen doen inzien, dat oorlog niet anders is dan geor ganiseerde moord en dat het dooden van menschen, ook in den oorlog, misdaad blijft. Ten derde: de vrouwen kunnen aantoonen, dat de voorgaande lessen, die zij te leeren hebben, zijn samen te vatten in het begrip: Coöperatief Internationalisme". Handel, nij verheid en vele vormen van wetenschappelijken, socialen en zedelijken vooruitgang, zijn allen tot een zeker punt geïnternatio naliseerd. Men zou kunnen zeggen, dat de menschelijke geest, die alle naties, alle rassen mee heeft helpen ontwikkelen, daardoor reeds internationaal geworden is, terwijl de menschelijke liefde en het menschelijk gevoel nog gelocaliseerd bleven. Het is de roeping der vrouw mee te helpen om het menschelijk hart internationaal te doen ge voelen. H. VAN BlEMArHlJMANS * * * De bloem der armen Is het niet een lieve gedachte, die den armen, den allerarmste zelfs, recht geeft op een bloem ? En wanneer dit recht, al is het maar een oogenblik bedreigd wordt, gaan direct stemmen op tot het nemen van maat regelen om het te verdedigen, evengoed als dat men alle noodige stappen zou doen om te zorgen dat er geregeld brood en steen kolen en andere onontbeerlijke levensbe hoeften zijn. Zoo was het bij het begin van den oorlog. Men sprak van duurte, van mogelijke schaarschte der levensmiddelen, van ongeregelden treinenloop, van mogelijke ont bering... En direct heette het: en de bloemen?" Er werden syndicaatsvergade ringen gehouden, waarvan het resultaat de belofte was dat al het mogelijke gedaan zou worden om een geregelden toevoer van IIIIIIIIIIMIIIIIIHII1IIIIIIIIIIIIIIIIII Illlltlllllllllllllllll bekijken, dan merken we al heel gemakkelijk en spoedig, dat de gelijk gevormde en gelijk gekleurde bloemen toch verschillen in uiter lijk. Bij sommigen is in de opening van de kroonbuis een rond groenachtig knopje te zien, dat de opening bijna geheel afsluit, soms ook wel een weinig er boven uit steekt, bij andere bevindt zich daar een ruw propje dat bij nader toezien uit een vijftal helmknopjes blijkt te bestaan, die middenin een kleine opening vrij laten, Dat ronde knopje in die eerste bloemen is de stempel en in diezelfde bloemen vinden we ook wel meeldraden, maar heel in de diepte van de kroonbuis. Evenzoo vinden we in de bloe men, die hun helmknoppen heel bovenaan vertoonen toch ook nog wel een stamper, maar die heeft een korte stijl en zijn stem pel komt dan net zoo hoog te liggen als de meeldraden in de langstijlige bloemen. Dit verschijnsel is tegenwoordig in de plant kunde bekend onder den naam van dimorphie. Gewone menschen hadden het al lang opge merkt, maar botanisch is het pas ontdekt aan een plant die van dezelfde familie is als de sleutelbloem nl. de mooie waterviolier. De ontdekker was Chrislian Konrad Sprengel, wiens boek: Das neu entdeckte Geheimniss Ier Natur im Bau und Befrüchtung der lumen in 1793 te Berlijn uitgegeven, den 'rondslag vormt voor den leer der bloemjestuiving. 't Kan wezen, dat ik ten opzichte van dergelijke lektuur een weinig bevooroordeeld ben, maar ik wil hier toch even zeggen, dat Sprengel's boek een van de meest onderhoudende werken is die ik ken, niet alleen om zijn botanische belangrijkheid, Sleutelbloem in 't bosch. bloemen naar Parij»mogelijk te maken en vooral om te zorgen dat les fleurs des pauvres" niet ontbreken zouden. Les fleurs des pauvres t In den zomer zijn het roode rozen, wat later in het jaar anjers en chrysanten. In dezen guren wintertijd zijn het de paarse viooltjes en de sterk-geurende mimosa met zijn goudgele bloesemtrossen, die een waas van weelde verspreiden in het armzaligste kamertje. Op Nieuwjaarsdag was er overvloed van narcissen en witte seringen en knoppen van theerozen uit Nice, hoogopgeladen tusschen feestelijk groen op de tallooze karren in de volksbuurten. Iedereen kocht bloemen. Dit is trouwens niet alleen pp hooge feestdagen het geval. Want ik zei het immers reeds, een tuiltje bloemen is voor de Paiisienne van welken leeftijd, uit welk milien dan ook, iets onontbeerlijks, een eerste levensbehoefte. De armste midinette heeft altijd nog wel twee sous over voor een bouquetje viooltjes. Als zij geen bloem meer op haar kamer hebben kan, maakt zij zich van kant, be weerde iemand, toen wij eens spraken over deze culte des fleurs. 't Is misschien wat overdreven, doch er is veel waars in. Dat blijkt uit de uitlating van- een vrouwtje, die met langdurige werk loosheid van haar man te kampen had gehad. Ze wist mij de ellende die ze had door gemaakt niet beter te typeeren dan door: U zult het misschien niet gelooven, maar meer dan drie maanden lang heb ik geen bloem in de kamer gehad. In het algemeen heeft de vrouw een zeer fijn onderscheidingsvermogen voorde taal der bloemen. Zij voelt intuiïief welke bloem bij een bepaalde gelegenheid op haar plaats is. Neem eens een kijkje vór een der Parijsche hospitalen op algemeene bezoekdagen. Ge vindt er vruchten, versnaperingen, maar vooral karren en manden vol bloemen, waar van de verkoopsters waarlijk niet de slechtste zaken maken. Doch men vindt er volstrekt niet alle bloemen, die het seizoen oplevert. Zoo vroeg ik eens naar chrysanten, omdat dit de lievelingsbloemen zijn van de zieken die ik bezoeken wilde oh non, pas de chrysanthèmes pour les malades, antwoordde de verkoopster, misschien nog meer ver schrikt dan verontwaardigd. Les chrysan thèmes, ce sont les fleurs des morts.1' Inderdaad, ik heb er op gelet, maar nim mer heb ik bij een bezoek aan een hospitaal chrysanten op het bed van een zieke zien neerleggen, wél op de baar van aan hunne wonden bezweken militairen. De patiënten mogen de bloemen die de bezoekers voor hen meebrengen niet eens houden. Zoodra het bezoekuur voorbij is, worden alle bloemen aan de verpleegsters gegeven en iedereen maakt natuurlijk bonne mine a mauvais jeu en doet alsof 't bou quetje uitsluitend voor haar bestemd was en het dus een waar genot is het haar te geven. Maar men moet den vreugdeglans in de doffe of van de koorts téhel schitterende oogen gezien hebben, men moet de liefde volle beweging van de lange, witte vingers over de rose anjers en rozen, over de warmpaarse viooltjes hebben gevolgd, om te weten hoe gaarne zij ze naast hun bed zouden houden. Die zachte Jbloemengeur, die weldadig-levende tinten in de doodsche zaal, het is voor hen een glimp van het leven, 't' is meer, het is het leven zelf. Waarom hun dat onthouden? Hoeveel vreugde brengt zoo'n simpel bou quetje viooltjes te midden van veel treurig heid, 'k Herinner mij den soldaat, die, ziek van uitputting, in een der hospitalen lag. Hij werd bezocht door een der talrijke dames, die zich het bezoeken van zieke en gewonde militairen tot taak hebben gesteld. Waarmee ze hem genoegen kon doen? Hij wist het niet; hij was tevreden stil in bed te kunnen blijven en te rusten. Wat hij hebben wilde? Chocolade? Hij had er van in overvloed. Sigaretten, tabak? Hij mocht niet rooken. Vruchten? Hij mocht ze niet eten. Geld ? Hij wist niet wat er mee doen. Eindelijk zeide hij: Je voudrais un petit bouquet de violettes. En juist die had ze niet. Onder allerlei zinnebeeldige verklaringen maar ook omdat de auteur zich doet kennen als een echt mensch en onderzoeker met al zijn deugden en gebreken. Er is een goedkoope nieuwe uitgaaf van verschenen in de bekende serie Klassiken der Wissenschaft. Wel, Sprengel zag dan aan den water violier die tweeërlei vormen van bloemen, maar hij had geen tijd en gelegenheid om zich in de beteekenis ervan te verdiepen. Verbeeld je ook eens, hij had daar ge vonden, dat wellicht elke bloem er zijn bijzondere manier van bestuiving op na houdt en moest dat nu een voor een aan al die honderden planten nagaan en teekenen. Handenvol werk, en dan was hij nog rektor ook en had o, wee, strubbelingen met zijn superieuren. Hij schrijft dan ook: Einige Pflanzen haben lauter solche Blumen, deren Staubgefasse innerhalb der Kronenröhre befindlich sind, deren Griffel aber aus derselben hervorragt, und andere lauter solche Blumen, deren Griffel kürzer, deren Staubgefasse aber lan ger sind, als die Kronröhre. Ich glaube nicht, das dieses etwas Zufalliges, sondern eine Einrichtung der Natur ist, ob ich gleich nicht im stande bin, die Absicht derselben anzuzeigen." Niemand minder dan Darwin heeft dat ruim zestig jaar later in orde gebracht en wij weten nu ongeveer hoe de vork in de steel zit. Darwin vond, dat de bestuiving het meest effectief is wanneer stuifmeel uit hooggeplaatste meeldraden terecht komt op den stempel van lange stijlen, of wanneer stuifmeel van lage meeldraden op de stem pels van kortstijlige bloemen komt. In ver band hiermee hebben de laagstaande meel draden kleine sluifmeelkorrels, terwijl die van de hooggeplaatste veel grooter zijn. Ook heeft de hooge stempel lange tepeltjes, de ruigheid is met 't ongewapend oog al te zien; daartusschen worden dan die groote korrels vast gehouden. De lage stempeltjes lijken haast glad. Komt nu stuifmeel uit een lage meeldraad op een hoogestempel, wat ookdikwijlsgenoeg gebeurt, dan ontstaan niet zooveel kiemkrachtige zaden als in 't eerste geval of zooals we zeggen, de illegitieme bestuiving is minder werkzaam dan de legitieme. Nog minder werkzaam, hoewel niet geheel en al onvruchtbaar, is de zelfbestuiving. Uit dit alles, volgt dat de sleutelbloemen in hooge mate afhankelijk zijn van het insectenbezoek en 't is maar goed, dat elke van de taal der bloemen heb ik eens ergens voor viooltjes hartetroost" gevonden en ik ben geneigd haar voor de ware te houden, vooral na het volgende typeerende incidentje. Een onzer buren stuurt een pakje naar haar zoon, die ergens in het Noorden dans les tranchées" is. Daar ze moeilijk loopt, heeft ze mij als bewijs van groot vertrouwen gevraagd de noodige inkoopen te gaan doen. Teruggekeerd van mijn zending stal ik alles op tafel uit. Zij schuift haar bril recht en wijst onder het opsommen elk voorwerp met haar breinaald aan. Handschoenen, zakdoeken, réchaud, petite casserole, tabak, pijp, chocolade, kaarsen, sardines, paté, zalm, tapioca, ge condenseerde melk . . . heb ik nu alles ? Ja, neen, oh, mijn viooltjes, ik heb de viooltjes vergeten. Zij is er bepaald ontdaan van en vór ik tijd heb iets te vragen of te zeggen, legt ze vleiend de hand op mijn arm, met een : oh, ma petite mignonne, je suis vraiment désolée de vous déranger encore, mais vous allez redescendre, n'est ce pas, vous allez me chercher un grand bouquet de belles violettes. J'en mets toujours dans mon paquet et il est si content, Ie petit . . . Natuurlijk ben ik ze gaan halen, de viooltjes. Zij zijn met liefdevolle zorg in het paquet verzonden en zoo ergens, dan is hier de verklaring hartetroost" dunkt mij wel op haar plaats. W. H. P. Wat de week bracht Wederom was Maison Hirsch the great attraction" voor Amsterdam's vrouwen. Les modes Parisiennes pendant la guerre" zoo werd vermeld. Wederom was de opbrengst der tearoom voor het Algemeen Steuncomité. Wederom waren het gezellige thee-zaaltje en de bovengalerij gevuld met een schare dames, waar van velen de keuze van voorjaars- of zomertoilet zouden richten naar hetgeen te aan schouwen zou worden gegeven. En schier onmerkbaar, als waren het nieuw aangekomen bezoeksters, gaan daar alras langzaam tusschen de tafeltjes door: jonge vrouwen. Ze toonen hoe de Parijsche huizen zich in dezen droeven tijd de kleeding der vrouw voorstellen. Ze schuifelen voorzichtig voorwaarts als met danspas, ze verwijlen hier, ze keuvelen daar, natuurlijk, eenvoudig, 't Zijn dames van het Huis, ze kennen klaarblijkelijk vele be zoeksters. ze zijn op eigen terrein. La nöte gaie" ontbreekt ! Er is stemming ! Doch niet dat jubelende, datfrissche, dat gees tige, dat de Wienerinnen voormaals in haar pittige artistieke kleedij wisten te leggen. De tijden zijn veranderd! Het licht der ville lumière is omfloersd of gedoofd. Grauw, triest zijn kleuren en tinten, somber als de gedachten. Ziet, daar nadert een der meisjes. Zij draagt een sober, stemmig grijs wandeltoilet. Sévère" hoor ik het betitelen. Ah ! mais c'est adorable cette Sévère" klinkt het in mijn nabijheid. Ik was het eens. 't Was een gladde vrij wijde rok, met een tamelijk lange tailleurs- mantel. Het adorable" zat in de coupe en wel in het fraaie beloop der zijnaden, die la ligne" in 't figuur brachten. Een tweede verschijnt, 't Is Ia Bergere" als gestapt uit de zoet-liefelijke arcadische tafereelen van Boucher. De groote, platte Italiaansche strooien hoed met bloemkrans, zwart fluweel lint en golvenden rand siert het hoofd. De zeer korte, wijde rimpelrok met zijn drie ruime strooken is teer grijs. Slechts een geborduurd felkleurig cein tuur en rechthoekig breed vórmotief bren gen toon aan. Een derde ! Vreemd, gedurfd is haar witzwart Cashmiren toilet. Van boven een witte taille met ceintuur, en circa 20 cM. onder het middel gaat met naad de witte stof over in zwart. Toch sober! Een rouw toilet wellicht ? Ziet, wederom een ! Une poésie de tulle." Het zwarte feestkleed ! Zwarte-grove tule ruim gerimpeld over het korte soepel satijnen rokje. De corsage van tule, als een wolk de taille lichtelijk omhullend. bloem lang duurt, vooral in zoo'n zonloos voorjaar als wij nu beleven. Gewoonlijk beginnen omstreeks 10 Maart de groote hommelwijfjes, die overwinterd hebben, zich te vertoonen. We krijgen ze dan te zien op de crocussen en vlijtig gonzend vliegen ze vlak langs den grond zoekend naar een goede gelegenheid om er hun nest te vestigen. De ruige beesten hebben allerlei kleur: zwart en wit, rood, geel, oranje en kastanje bruin. Eén is er bij, die de langste tong heeft en in staat is de honig uit de diepe primulabloemen te halen, dat is de tuin hommel, die heeft een witte achteilijfspunt en drie gele dwarsstrepen over zijn zwarte lijf. 't Zal mij pleizier doen, als ik hem zie, dan weet ik meteen, dat de warmte al wat dieper den grond in is gedrongen. Dan komen meteen nog meer insecten te voorschijn, waar nu die bloemen op staan te wachten, meest wilde bijen, soms bij honderden te gelijk, 't Is een van de aardigste lentetafereelen Uw aandacht wordt m isschien eens getrokken door een aantal insecten, die vlak langs den grond heen en weer zweven, 't Kan zijn, dat ge bij beter toezien, dan hier en daar en overal kleine aardkluitjes omhoog ziet komen, kleine valluikjes en daar achter klautert dan een donzig bijtje te voor schijn. Soms dadelijk al omarmd, door een soortgenoot die in de lucht zijn komst ver wachtte. Bijtjes van allerlei grootte en kleur, fluweelen, bronzen, stalen, juweelen, de een al mooier dan de andere. Daar is ook een groote dikkerd bij, haast net zoo groot als een hommel, het mannetje met lange haren aan zijn pooien en daarom is hij sachem of V Schema van bestuiving bij de sleutelbloem. a. legitieme bes uiving langstijlig; b. legitieme bestuiving kortstijlig; c. zelfbestuiving langstijlig; d. zelfbesluiving kortstijlig; e. illegitieme bestuiving. Les temps reviennent". Daar is waarlijk grandmère's zwarte taffet robe van weleer, met ruimen rok, ruime tuniek en kort man teltje. 't Is ons een oogenblik als-waren wij rond in de gewelven van 't Stedelijk Museum en bezien de garderobe van Vrouwe Lopez Suasso. De nouyeautéis gevonden in den gol venden onderlijn van den rok, van achteren zeer laag, op zijde hoog, van voren weer iets lager. Antiek-modernisme van wondervreemd aspect! Altemaal donkere tinten, sobere vormen les modes pendant Ia guerre!" Slechts enkele toiletjes spreken van de blije inkomste der lente, van het weelde-gevoel bij den naderenden zomer. Ook het militaire type is vertegenwoor digd. Om de slanke vrouwenfiguur valt strakruim, de ruimte onder de heupen met inhaalsels bijeengevat de grijsgroene uniformjas met glimmend koperen bolknoopen en zilvergalon. Het hoedje is mede in stijl. Zoo drentelen de jonge vrouwen in diverse kleedij langs de tafeltjes, waar men gezellig bijeen zit onder 't gebruik van geurige thee en gebak. Er is ditmaal iets intiems in die toiletschouw, iets Hollandsen, iets ongekunstelds en meer gedistingeerds dan destijds de groote revue der Wienerinnen. De jonge meisjes zijn. voorkomend, ze vertellen wat men wenscht te weten. Wie oog heeft voor lijn en snit kon in menig toilet de snijkunst bewonderen van den meester-vakman. Ongetwijfeld komt de demonstratie van kleeding het best tot haar recht op de men schelijke figuur. Als dit geschiedt, zooals thans het geval was, kunnen wij er ons best mede vereenigen. Menig werkstuk toch was, gedragen zooals het behoort, het be schouwen zér waard. E. M. R. * * * Vragen van den dag. Schoenenplank. Kleine huizen! Kleine slaapkamers l Wei nig kasten! Een dienstmeisje, dat schoenen en laarzen telkens weer zet waar men ze niet zoekt. Dit zijn de verzuchtingen van menige huisvrouw. Wie van orde houdt op kinder- of slaap kamer schaffe zich een schoenenplank aan, als hierbij is afgebeeld. Een handige jongen, die timmeren kan, weet van een ouden kist dat voorwerp wel ineen te slaan. De schoenenplank kan onder het ledekant worden geschoven en de weinig aantrekke lijke kamerversiering is aldus aan het oog onttrokken. IIIIIIIIHlIllllllllllllllltllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII IHtllllllllllllM Wederom uit voorraad leverbaar de verschillende typen A ULE K- A ntomobielen. Prima materialen,zuivere af werking en zeer nauwkeurig monteeren maakt de Adlerauto tot een der meest gewilde merken. GARAGE NtiFKENS, Jacob Obrechtstr. 26, Amsterd. Indiaansen opperhoofd genoemd, hoewel zijn wetenschappelijke naam luidt Podaliriusacervorum. Deze heeft een tong zoowat net zoo lang als de tuinhommel en is dan ook een groot vriend van de sleutelbloemen, die hij zelfs in de Amsterdamsche tuintjes weet te vinden. De bekwame honigbij heeft niet zoo'n langen long, maar slaat in 't voorjaar geen enkele bloem over en komt dus ook op de primula's, waar hij zoo geen honig, dan toch stuifmeel kan vinden en zoodoende bewerkt hij dan legitieme bestuiviug bij de langstijlige bloemen. Ik heb er al dikwijls op geloerd of die honigbij soms ook al op een afstand de langstijlige van de kortstijlige bloemen kan onderscheiden' Alleen in de laatste kan hij het stuifmeel gemakkelijk bereiken. Aan de eerste heeft hij zoo goed als niets, 't Zou mij heelemaal niet verwon deren, als de slimmerd er oog voor had, maar zekerheid heb ik niet gekregen. Omtrent een paar andere dingen wel. In mijn boek Omgang met Planten" stelde ik de vraag, wie toch de onrijpe vruchten van de Primula wegvreet en betichtte ik alvast mijn bête-noire, het konijn, 't Is mij echter gebleken, dat de schuldige, in dit geval, de mooie springer of boschmuis is, die zelfs ook aan de bloemen knaagt, om de vrucht beginsels te bemachtigen. Ik begreep ook al niet waarom het konijn wel de onrijpe vruchten en niet de bladeren zou eten, want die laat hij onaangetast. Die ruige, diep generfde bladeren van de sleutelbloemen zijn ook alweer eenig in hun soort. Tijdens den bloei zijn ze ongeveer even lang als de bloemstelen, maar later worden ze wel drie maal zoo lang. De primula groeit aliijd door, hij kent geen zomerrust, noch winter slaap. Toch blijft d- plant altijd even laag, dooidat, en dat gebeurt het sterkst in het najaar, de wortels het bladrozet een eind naar beneden trekken. Hij blijft echter in dien tijd groenende bladeren, soms zelfs nieuw ontloken bloemen vertoonen. Er bestaat verschil van meening omtrent het aantal der kortstijlige en langstijlige planten. Men zou verwachten, dat er van beide zoowat evenveel zouden zijn. Som mige onderzoekers vinden echter veel meer langstijligen, anderen veel meer kortstijlige. Hoe is dat bij u in de buurt? JAC. P. THIJSSE

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl