Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
._. 4.AprU.T& No. 1971
voor kapitaal kan gevonden worden. Daartoe
is echter noodig, dat de grondslag der onder
nemingen gezond is en het beheer in ervaren,
voortvarende, maar niettemin voorzichtige
handen is. En de geschiedenis van de hier
met name genoemde maatschappijen en een
groot aantal bovendien is daar om te toonen,
dat er gelukkig aan dat materiaal nog geen
gebrek in Nederland is.
Daarbij mogen echter twee zaken n^t uit
het oog verloren worden. Ten eerste, dat er
naast de vele goede ondernemingen ook een
groot aantal zijn, die reeds bij den opzet de
kiemen van den ondergang met zich droegen,
die door onoordeelkundig, onvoorzichtig
beheer slechts een kwijnend bestaan kónden
voortsleepen en het mag niet verzwegen
worden die ten doode opgeschreven waren,
omdat bij de oprichting meer gelet werd op
het verkrijgen van grove promotorswinsten
ten bate van oprichters en tusschenpersonen
dan op het werkelijk belang van de toe
komstige aandeelhouders.
En ten tweede mag niet vergeten worden,
dat zelfs.de hierboven bedoelde succesvolle
ondernemingen haar downs en ups gehad
hebben en ook thans nog geene gelijkmatige,
maar dikwijls sterk wisselende resultaten
opleveren.
Deze beide omstandigheden maken soort
gelijke ondernemingen minder geëigend voor
belegging van kleinere vermogens, voor hen,
die van de inkomsten van hun kapitaal
.moeten bestaan. Dit nu wordt door de
ijveraars voor het stelsel van het dienstbaar
maken van het Nederlandsch kapitaal voor
nationale ondernemingen maar al te vaak
over het hoofd gezien. Hoe wenschelijk en
aanbevelenswaardig het ook moge zijn, dat
grootere vermogens of zij, die niet onmid
dellijk van de inkomsten uit hun kapitaal
behoeven te leven, een meer of minder
grooter deel daarvan beschikbaar stellen voor
nationale ondernemingen, die goede kansen
bieden, men moet daarbij steeds bedenken,
dat het slechts kansen zijn, waaraan de
kleinere kapitalist zijn vermogen niet mag
bloot stellen. *
En nu erken ik gaarne, dat vele van die
kleinere kapitalisten dikwijls op zeer
roekelooze wijze hun geld steken in twijfelachtige
buitenlandsche papieren, maar omdat heteene
niet deugt, is daarom het andere nog niet
goed.
Het wil mij zelf voorkomen, dat in dit
opzicht het woord geldbelegging" zeer ten
onrechte gebruikt wordt. Feitelijk geldt het
in die gevallen niet eene zuivere belegging,
maar eene speculatie, al zij het ook in den
hoogeren en beteren zin van het woord,
waarbij niet zoozeer gelet moet worden op
voordeelen uit koersvariatiën, maar op de
kansen, die de zaak aanbiedt, om, goede
en slechte jaren dooreengenomen, een be
hoorlijk en zoo mogelijk klimmend gemid
deld rendement te geven.
En dit is helaas juist het punt, waaraan
bij de beoordeeling zelfs van de beste zoo
genaamd speculatieve beleggingswaarden
allerminst de noodige aandacht geschonken
wordt. Voor hen, die eenigszins getrouw
de bewegingen aan de beurs volgen, is het
geen geheim, hoezeer de verwachtingen
omtrent de resultaten van een bepaald jaar
dadelijk den beursprijs zoodanig
influenceeren, alsof die resultaten van blijvenden
aard mogen geacht wordeti. Het vooruit
zicht van een mooi' dividend wordt nml.
door de beurs meestal direct verdisconteerd
in aanzienlijk hoogere koersen, zonder dat
men voldoende rekening er mede houdt of
iiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiHimmi
De Rotogravure
In de laatste jaren zijn vele geïllustreerde
bladen opgericht, die verrassend mooie
reproducties voor geringen prijs geven. Het
is de moeite waard eens na te gaan, hoe
het mogelijk is voor een geringen prijs
. illustraties te leveren, die in vele opzichten
concurreeren met kunstdrukplaten en waar
schijnlijk veel zullen bijdragen tot verbete
ring van den smaak van het groote publiek
In de eerste plaats heeft de z.g. autotypie
of rasterclichédaaraan belangrijk meege
werkt. Wanneer we onze geïllustreerde
bladen bekijken, dan zien we bijna overal de
op fotografieën of gewasschen teekeningen
gelijkende afbeeldingen, die meer of minder
geslaagd zijn, naar den aard van druk en
papier. In den laatsten tijd echter treft ons
een ander procédé, dat veelal in bruine
kleur een afbeelding geeft, die veel warmer
aandoet en een artistieker indruk geeft.
Deze reproducties zijn het resultaat van het
koperdiepdruk-procedé, de rotogravure".
Om de rotogravure goed te begrijpen
moet men nagaan, hoe de autotypie of
zincografie en ook de andere
reproductiemethoden werken. Zooals algemeen bekend
is, bestaan de lettertypen, waarmee een boek
gedrukt wordt, uit staafjes, die aan het
boveneinde een letter dragen en relief. De
bovenkanten van al die lettertjes liggen
precies in een plat vlak, behalve bij een
z.g. rotatiepers, waar het geheele lettervlak
in een cylindervormige looden
stereotypplaat is omgegoten ; om een afdruk te maken
worden de bovenkanten door middel van
een rol met inkt besmeerd en wordt nu
hierop een blad met papier gelegd, dan
drukt die inkt op het papier over.
Wil men een teekening reproduceeren,
dan kan dit gemakkelijk op gelijke wijze
gebeuren, als het een teekening is, die ge
heel bestaat uit lijnen, meer of minder dicht
bij elkaar, zoodat er een clichévan gemaakt
kan worden, dat en relief dunne lijntjes
draagt, die weer door een rol met inkt be
streken kunnen worden, zonder dat er kans
bestaat, dat de tusschenruimte tusschen de
lijnen zich met inkt vult en bij het afdruk
ken een vrij vieze vlek zou kunnen veroor
zaken ; hiermee wordt gedrukt, precies zoo
als dit met de hoog uitstekende lettertypen
gebeurt; zoowel de letter- als de clich
druk behooren onder den hoogdruk" ge
rangschikt te worden.
Moeilijker wordt het geval, als men foto
grafische opnamen, gewasschen teekeningen,
schilderijen, kortom afbeeldingen, die niet
uit lijnen, maar uit tinten bestaan, in hoog
druk wil reproduceeren. Hiervan is, zonder
bepaalde hulpmiddelen, geen ciichéte maken,
dat op de boek (hoog)drukpers af te drukken
is. Deze drukmethode heeft immers, zooals
hier boven gezegd is, staande lijnen of
punten noodig, waaraan de inkt zich kan
vasthechten en weer door druk op het papier
kan overgaan.
Om van dergelijke af beeldingen een clich
te maken maakt men gebruik van een
raster". Dit bestaat uit twee glazen platen,
die resultaten geheel of gedeeltelijk aan toe
vallige gelukkige omstandigheden te danken
zijn. En omgekeerd veroorzaken dikwijls
ongunstige uitkomsten in een enkel jaar
eene koersdaling, .buiten verhouding tot de
blijvende beteekenis van de oorzaken, die
tot die resultaten aanleiding gegeven hebben.
Ik behoef,ten dien aanzien slechts te wijzen
op de markt der^tabaks-, rubber- en derge
lijke waarden, die in den regel zeer sterk
reageert op invloeden van voorbij gaanden
aard. Koersverschillen van honderd percent
en meer in den loop van eenzelfde jaar en
van honderde percenten in enkele jaren, in
verband met goede of slechte
oogstvooruitzichten, gunstigere of ongunstigere prijzen
van het artikel behooren in de tabaksmarkt
niet tot de zeldzaamheden en schijnt men
daar geheel te vergeten, dat een zwaluw
nog geen zomer maakt", dat op vette jaren,
weder magere volgen en omgekeerd.
Maar dit is op zich zelf nog het ergste
niet. Een veel grooter euvel schuilt echter
daarin, dat terwijl het bij eene toevallig
ongunstige conjunctuur bijna onmogelijk is
om, zelfs voor de beste zaken, geld te vin
den een boom-periode" gretig en met suc
ces geëxploiteerd wordt tot het lanceeren
van dubieuze zaken tot overdreven prijzen.
Dit, meer dan iets anders, draagt er toe bij
dat deel van het publiek, dat de intrinsieke
merites van de zaken niet zoo nauwkeurig
kan beoordeelen, huiverig te maken aan
dusdanige ondernemingen deel te nemen.
En dat daardoor de goede zaken van die
soort het meest benadeeld worden, behooren
juist zij te bedenken, die met algemeenheden
het stelsel bepleiten om het Nederlandsche
kapitaal dienstbaar te maken aan de ont
wikkeling van binnenlandsche en koloniale
ondernemingen, zonder voldoende rekening
te houden met de merites van de afzon
derlijke gevallen.
Dat dit niet een inheemsch, maar een
vrijwel internationaal kwaad is, blijkt vol
doende uit de periodieke booms" en de
pressies in mijn-, industrieele en andere
waarden aan de groote buitenlandsche beur
zen, maar van een markt-technisch stand
punt bestaat daarbij nog een groot verschil.
De ontwrichting, die het beursverkeer onder
de tegenwoordige tijdsomstandigheden on
dergaat, buiten rekening laiende, vindt men
daar in normale tijden ten minste eene ruime
markt, waarin men zonder te groote
fluctuatiën geregeld handelen kan. Ten onzent heeft
men echter meestal eene zeer eenzijdige
markt; bij gunstige markten wil iedereen
koopen en vindt men nagenoeg geen aanbod
dan tegen sterk verhoogde koersen en in
ongunsttge markten is het haast niet mogelijk
zelfs een beperkt bedrag te realiseeren.
Ofschoon het niet mogelijk is de daardoor
geleden verliezen onder cijfers te brengen,
acht ik het toch waarschijnlijk, dat zij zeer
belangrijk zijn. En het wil mij voorkomen,
dat, voor een deel althans, de voorliefde
voor fondsen met eene internationale markt
moet worden toegeschreven aan het feit,
dat men in normale omstandigheden daarin
althans eene ruime markt heeft, waarin men
ten allen tijde vrij kan handelen, zonder
excessieve prijzen te betalen of te groote
concessiën te moeten doen. In een volgend
artikel stel ik mij voor dit punt nader te
belichten.
J. D. SANTILHANO
waarin met groote nauwkeurigheid een
uiterst fijn stelsel van evenwijdige lijnen is
gegraveerd en die zoo op elkaar gekit zijn,
dat die lijnen loodrecht op elkaar staan. Dit
raster wordt vór het te fotografeeren origi
neel gesteld en verdeelt dit als het ware in
een aantal punten. Fotografeert men nu een
afbeelding door het raster heen, dan laten
die lijnen, die met een ondoorzichtige stof
zijn gevuld, geen licht door en het negatief
is verdeeld in een zeer groot aantal kleine
punten. Hiervan wordt langs fotochemischen
weg een clichégemaakt, dat die punten en
relief draagt; deze schijnen in het donkere
gedeelte van de plaat dicht op elkaar te
liggen en geven dus, met inkt besmeerd en
op papier afgedrukt, een min of meer com
pact geheel, terwijl ze in een licht gedeelte
verder van elkaar schijnen te zijn en ook
een lichteren afdruk geven. Hierdoor worden
dus de lichtere of donkerder tinten van het
origineel geïmiteerd.
Bekijkt men dan ook een autotypiedruk
scherp of met behulp van een vergrootglas,
dan ziet men duidelijk de afzonderlijke
stukjes, waaruit de plaat bestaat. Hieruit
volgt, dat de reproductie van foto's door
middel van een drukprocëdë, dat de
inktafgevende plaatsen en relief vereischt, steeds
gebrekkig moet zijn, al is op dit gebied, ook
door Nederlandsche firma's, veel gepresteerd.
De mooie kopergravures of etsen, die bij
uitstek geschikt zijn voor het weergeven
van allerlei fijne nuances, worden gemaakt
door in een koperen plaat een teekening
te graveeren of door zuren er in te bijten,
zoodat de eigenlijke teekening lager ligt
dan de vroegere koperoppervlakte; vandaar,
dat dit behoort onder den diepdruk", ter
wijl de hierboven besproken methode in het
algemeen hoogdruk" heet.
De plaat wordt, om een afdruk te maken,
met inkt bestreken, die in de uitgediepte
plaatsen indringt en zorgvuldig weggewischt
wordt van het gladde gedeelte van het
koper; nu wordt een papier van bijzondere
kwaliteit, dat tevoren vochtig gemaakt is,
zorgvuldig op het koper gelegd en onder
een pers met groote kracht ertegen aange
drukt; de inkt wordt door het papier opge
zogen en dit vertoont nu de teekening met
alle nuances, daar de diepe plaatsen veel
inkt konden vast houden en dus donker
afgedrukt werden, terwijl een ondiepe plaats
met weinig inkt noodzakelijk lichtere stukken
moet leveren. Volgens deze methode is het
niet mogelijk goedkoop werk te leveren en
snel groote hoeveelheden te maken. Het
graveeren en etsen is een groote kunst, ter
wijl het afdrukken een groote ervaring en
nauwkeurigheid vereischt.
Uit het voorgaande blijkt, dat men bij
diepdruk door het regelen van de hoeveel
heid inkt de nuance van den druk kan regelen,
terwijl bij hoogdruk alle punten, die een
gelijk oppervlak vormen, dezelfde laag inkt
opnemen.
Een ander voordeel van diepdruk is, dat
een clichémet opstaande punten door een
grooten druk plat gedrukt kan worden,
zoodat de afdrukken minder scherp worden,
terwijl bij diepdruk de druk juist onder
vonden wordt door de niet af te drukken
Minister Treub en johan de Wltt
Hij was arbeidzaam, werkte vlug en
methodisch. Hij was, als het moest, zeer
voortvarend en had het vermogen zich vlug
en gemakkelijk van de meest ingewikkelde
zaken op de hoogte te stellen en ook deze
voor anderen uiteen te zetten. Hij behoorde
tot een partij, maar was geen fel partij man:
l'homme fertile en expedients is een
voortreffelijke benaming voor hem in zijn staat
kundig bedrijf "
Aldus lezen wij over Johan de Witt in
zijn levensbeschrijving door dr. N. Japikse
deel 111 van het Nieuwe Biogr. Woordenboek
(kolom 1461). Kan deze karakter!eekening
niet onveranderd op onzen tegenwoordigen
minister van financiën worden toegepast?
De magistrale redevoering door hem in
de Tweede Kamer der Staten Generaal bij
de verdediging van zijn leeningswet gehou
den, die door omvang en diepte al het bij
die gelegenheid gesprokene in de schaduw
stelde, geven hem alle aanspraak op deze
eervolle vergelijking.
Doch dit niet alleen. Ook als financier kan
onze minister met den raadpensionaris op
gelijken rang worden gesteld, en dit zegt
niet weinig, wanneer wij in dezelfde levens
beschrijving lezen, hoe deze zijn hoogste
beteekenis krijgt als financier. Niet slechts
verlaagde hij de rente der toen drukkende
staatsschuld van 5 op 4 procent (1655), maar
ook voerde hij tegen het eind van zijn leven
een financieel stelsel in, dat moest dienen
om die schuld dragelijker te maken door
het hervormen en vermeerderen der bestaande
bronnen. Want groot was de nood in dien
tijd, reeds had de tachtigjarige oorlog een
zwaren financieelen last voor Holland achter
gelaten ; de daarop gevolgde Engelsche oor
logen hadden dien niet weinig verzwaard,
terwijl nog altijd het onderhoud van leger
en vloot groote offers vergde.
Nu had men toen reeds voor de aflossing
van schuld het dubbele stelsel van los- en
lijfrenten. De losrente had tot doel de aflos
sing van schuld door amortisatie naar be
paalden rentevoet binnen een vooraf bepaalde
periode. De lijfrente werd tegen vaste pen
ning op het leven van een bepaald persoon,
onafhankelijk van diens ouderdom geslo
ten. Ook dit stelsel was reeds vele jaren
zoowel bij steden als bij gewesten in ge
bruik, doch het liet in de toepassing veel
te wenschen over. De lijfrente werd in den
regel niet gesloten op het leven van den
aankooper zelven, maar op dat van een ander
persoon, wiens jeugd en gezondheidstoe
stand een lang leven deden verwachten.
Het genot van zulk een lijfrente kon door
erfenis op een ander persoon overgaan,
hetgeen door de taxatie van zulk een erfeni?,
waarvan overgangsrecht moest betaald wor
den, tot nieuwe moeilijkheden aanleiding
gaf. Zonder grondig onderzoek werden in
die dagen de lijfrenten op n leven tegen
den penning 14 en op twee levens tegen
den penning 17 uitgegeven. Dat wil zeg
gen: voor eiken gulden lijfrente op een
daartoe uitgekozen leven moest/14worden
betaald, en voor eiken gulden lijfrente op
twee verbonden levens, tot de laatste van
dezen was gestorven, /17.
gedeelten van de plaat. Dit veroorlooft bij
diepdruk een rai.ioneelere inkttoevoer en een
veele krachtiger drukking.
Denkt men zich nu een kopergravure in
een koperen rol, in plaats van in een vlakke
plaat en een gummi rol, die door een ster
ken stalen rol ertegenaan wordt gedrukt,
dan kan men zich voorstellen, dat tusschen
koperen en gummi rol een reep papier door
wordt gehaald, terwijl die rollen draaien.
Is dan in de uitdiepingen van de gravure
inkt aangebracht, dan zal door een sterken
druk al die inkt op het papier overgaan;
de diepe partijen bevatten veel inkt en
geven alweer een donkeren afdruk, terwijl de
minder diepe lichtere tinten zullen leveren.
De krachtige druk zorgt ervoor, dat geen
drupje inkt zijn doel mist.
Het brengen van inkt in de gravure is
gemakkelijk genoeg, daar men slechts be
hoeft te zorgen, dat de koperen rol raakt
aan een andere rol, die in een bak met
drukinkt ligt; de moeilijkheid ligt veel meer
in het wegnemen van de inkt op de plaatsen,
die niet afgedrukt mogen worden. Deze
kwestie is opgelost op de manier, zooals
ook in de katoendrukkerij gebeurt (We zul
len straks zien, dat dit geen wonder is, daar
de ontdekking van de rotogravure feitelijk
uit een katoendrukkerij af komstig is). Langs
de koperen rol drukt nl. in de geheele lengte
een rakel"; dit is een dunne veerkrachtige
liniaal, zoo dun als een scheermes, die bij
het ronddraaien van de rol alle overtollige
inkt wegschraapt, zoodat na elke omwente
ling de uitgediepte plaatsen verschen voor
raad inkt hebben opgenomen, terwijl het
niet gegraveerde gedeelte van het koper
volkomen van inkt bevrijd is.
De juiste werking van den rakel hangt
echter van het volgende af. Het sterk
veerend stalen mes zou veel kans hebben door
te buigen en inkt uit de diepere plaatsen
weg te nemen, zoodat het drukeffect sterk
benadeeld zou worden; om dit doorbuigen
te voorkomen, neemt men ook hierbij een
raster te hulp.
Dit raster bestaat echter nu niet uit een
fijn verdeeld lijnenstelsel, waardoor de af
beelding als het ware door een tralie wordt
waargenomen; het is juist het tegenover
gestelde: de gaatjes van het traliewerk,
waardoor de autotypie-fotograaf heen kijkt,
zijn zwart gemaakt en men ziet nu door de
lijnen heen. Op de diepdrukgravure komt
hierdoor een net van punten en relief te
liggen, die het beeld niet vormen noch hin
deren, maar alleen dienen tot steun van
den rakel, zoodat deze niet kan buigen in plaat
sen, waar de toegang hem belet moet worden.
* * *
Nu de principes besproken zijn, dienen we
na te gaan, hoe eigenlijk een rotogravure
gemaakt wordt.
Men gaat uit van een gewoon negatief
op een glasplaat, zooals gemakkelijk foto
grafisch verkregen wordt. Hiervan wordt op
glas een positieve afdruk gemaakt (volkomen
overeenkomend met een lantaarnplaatje).
Dit positief wordt goed geretoucheerd om
allerlei fouten te herstellen. Daarna wordt
een negatieve afdruk gemaakt op zooge
naamd pigmentpapier, dat een laag gekleurde
Johan de Witt nu was de eerste, die een
wetenschappelijken grondslag aan deze han
delwijze gaf. Het is hier de plaats niet, om
het door hem bedachte stslsel uiteen te
zetten. Vooral in den laatsten tijd is hier
over veel geschreven en ook over de juistheid
dezer grondslagen getwist. Achter de boven
genoemde levensbeschrijving worden de
geschriften genoemd, die op deze zaak be
trekking hebben, zoodat ik mij hier kan
bepalen met daarheen te verwijzen. Ook
voerde De Witt over dit onderwerp met
den toenmaligen burgemeester van Amster
dam, Johannes Hudde, een uitvoerige brief
wisseling, waarin van beide zijden het
ontwerp werd behandeld. Wegens deze
briefwisseling en de over dit onderwerp
door De Witt samengestelde verhandeling,
worden beide beroemde mannen gerekend
tot de eerste grondleggers van de weten
schap der levensverzekering.
Keeren wij nu tot minister Treub terug.
De door hem ontworpen en op zulk een
uitnemende wijze verdedigde leeningswet
is schitterend geslaagd. Wel is de rentevoet
n procent hooger gesteld, dan deze door
De Witt was aangenomen, zoodat het krediet
van Holland destijds hooger moet worden
aangeslagen dan het nu is, maar de
millioenen zijn nu ook gekomen, heel wat
talrijker dan de raadpensionaris durfde voor
stellen en verwachten. Zullen deze millioenen
voldoende zijn voor het doel der leening?
Voorloopig stellig wel, doch duurt de oorlog
langer dan gewenscht en gehoopt wordt,
zoo staat ons vór het eind van dit jaar
een nieuwe leening te wachten. Zal de
minister dan opnieuw een leening op gelijken
voet als de vorige voorstellen en deze op
nieuw zulk een succes hebben ? Of zal hij
tot het uiterste middel eener gedwongen
leening moeten overgaan, welk middel thans
op zulk een gelukkige wijze kon terzijde
gesteld worden ?
Onder deze omstandigheden wensch ik
de aandacht te vestigen op het middel door
John de Witt aan de Staten van Holland
voorgesteld en op zulk een meesterlijke
wijze toegelicht. Dat dit middel destijds bij
de toepassing weinig aan de verwachting
beantwoordde en ook later niet meer werd
aangewend, is geen reden om het thans
niet in herinnering te brengen en aan te bevelen.
Zoo moge de minister dan beproeven tot
de uitgifte van lijfrentebrieven over te gaan.
Het kan thans op heel wat beter grond
slagen geschieden dan ten tijde van De
Witt. Sedert door hem in vereeniging met
Johannes Hudde en ook met Christiaan
Huygens de grondslagen der wetenschap
pelijke levensverzekering zijn gelegd, is die
wetenschap waarlijk niet stil blijven staan.
Zoowel door theoretische ontwikkeling als
door statistische onderzoekingen heeft zij
vasten vorm verkregen en daarbij uitge
breide toepassing. Wij hebben thans
sterftetafeis van het mannelijk en vrouwelijk ge
slacht, zoowel voor alle kringen der maat
schappij als voor het rijk in het algemeen.
Daarop kunnen met groote nauwkeurigheid
lijfrentetarieven worden gebouwd. Vrees voor
concurrentie met de particuliere industrie
behoeft niet terug te houden, want geldelijk
voordeel is daarmede zoo weinig te behalen,
dat verscheidene maatschappijen er van af
hebben gezien om contracten van lijfrenten
te sluiten. Ook moet de staat hiertoe niet
overgaan om winst te behalen, maar uit
sluitend om aan geld te komen, waarvan de
aflossing niet plaats heeft door lusrenten in
den vorm van annuïteiten, maar door
lijfgelatine bevat, waarin kaliumbichromaat
opgezogen is. Hierdoor is het gevoelig voor
licht geworden en kreeg nog een andere
belangrijke eigenschap. Door belichting
wordt n.l. deze chroomgelatine laag minder
oplosbaar in warm water, zoodat de sterk
belichte plaatsen bij spoelen van de gelatine
in heet water een dikke onopgeloste laag
over doen blijven en de minder sterk be
lichte een dunne laag. Het diapositief wordt
zoo op het pigmen'papier afgedrukt door
het aan bestraling van sterke electrische
booglampen bloot te stellen. Het vinden van
de juiste belichting eischt ook weer een
groote ervaring
Vór het diapositief op het papier afge
drukt wordt, is steeds een afdruk van een
raster op gelijke manier aangebracht; door
dat het papier veel minder gevoelig is voor
licht dan de gewone fotografische papieren
hindert dit voor het aanbrengen van de
eigenlijke belichting van de plaat niet.
Het belichte papier wordt nu met de
gelatinelaag volkomen glad op de gepolijste
koperen rol gelegd; de gelatine kleeft hier
aan vast en het papier kan er, na overgieten
met warm water, evenals bij een
aftrekplaatje, afgetrokken worden. Nu wordt de
gelatinelaag gespoeld met warm water,
waardoor de niet belichte gelatine gaat
oplossen. Ten slotte bevindt zich dus op
het koper een relief; de sterk belichte plaat
sen zijn n.l. veel dikker dan de minder
belichte; waar het positief dus veel licht
doorliet is een betrekkelijk dikke laag gela
tine, terwijl onder de donkere plaatsen een
zeer dunne overblijft.
Nu moet het beeld in het koper geëtst
worden; tevoren worden de blanke deelen
van het koper bedekt met een laag asfaltlak.
De rol wordt langzaam rondgedraaid, terwijl
de etser er een oplossing van ijzerchloride
overheen giet; dit dringt langzaam door de
gelatine heen en begint ten slotte op het
koper in te werken; natuurlijk bereikt het
veel sneller het koper onder de dunste deelen
van de gelatine dan onder de dikke deelen,
zoodat de plaatsen, die in het positief veel
licht doorlieten zoo goed als niet gtëtst
worden, terwijl de donkere plaatsen van het
diapositief correspondteren met diep inge
vreten plaatsen van het koper. De sterk
belichte punten, afkomstig van het ra ter
worden dus niet geëtst en blijven op gelijke
oppervlakte als de oorspronkelijke koperen
rol als steunpunten van den ratsel .--taan.
Schijnbaar is dat overgieten van de bijtende
vloeistof op den rol een heel eenvpudig
werk; in werkelijkheid eischt het een groote
ervaring en een voortdurende oplettendheid
om de vereischte tinten in de goede
graduatie te laten uitkomen. Het totale proces
duurt ruim drie uren, vanaf het oogenblik,
dat het negatief klaar is. De rol wordt nu
bevrijd van de lak, goed schoon gemaakt
en in de pers gezet, die veel Hikt op een
rotatiepers voor gewoon drukwerk.
Dat de rotogravure zooveel gebruikt wordt
voor het drukken van geïllustreerde kranten
en tijdschriften dankt het procédéaan de
ingenieuse uitvinding van Dr. Nefgen uit
Qodesberg, waardoor het mogelijk is op zeer
economische manier den text en de beelden
renten. De volgende soorten kunnen daarbij
worden aanbevolen.
1. lijfrenten naar den vastgestelden rente
voet op mannen en vrouwen, voor elk per
soon afzonderlijk naar zijn leeftijd;
2. lijfrenten op twee hoofden, b.v. op
man en vrouw, tot de laatste van beiden
is gestorven;
3. uitgestelde lijfrenten, in te gaan op een
vooraf bepaalden leeftijd, b.v. tot verkrijging
of verhooging van eigen pensioen;
4. tijdelijke renten tot een vooraf bepaalden
leeftijd, b.v. zorg voor de opvoeding van
kinderen.
Voor al deze gevallen kunnen premietafels
worden opgesteld, die, gelijk gezegd, den
staat geen winst beloven, maar toch uitne
mende diensten kunnen bewijzen. Niet slechts
aan den staat door bij afwisseling de
losrenten door lijfrenten te vervangen,
maar ook aan zün inwoners door op soliede
wijze aan verschillende geldelijke behoeften
tegemoet te komen.
Door de invoering van zulk een stelsel
zou minister Treub ongetwijfeld aan zijn
roep als goed financier beantwoorden, en
daarbij den lande een uitnemenden dienst
bewijzen.
Prof. P. VAN'GEER
Onze Puzzles
We meenen, dat we met de hier volgende
puzzle onze lezers voor een lastiger vraag
stuk stellen dan bij de vorige opgave,
maar met een beetje scherpzinnigheid is de
oplossing toch wel te vinden In ieder geval
hopen we, dat zeer velen hunne krachten
er aan zullen beproeven om den weg van
de muis te vinden.
De opgave luidt als volgt:
Tegen den binnenwand van een 4 d. M.
hooge ton, is bij B een stukje spek vast
gekleefd, l d. M. boven den bodem.
Een muis, tegen den buitenwand van de
ton opgeklommen tot A op l d. M. van
den bovenkant, kruipt over den rand van
den ton naar het spek toe. De muis legt
een weg van slechts 5 d. M. af. Hoe kruipt
zij? De omtrek van de ton is 6 d.M.
* *
*
Voor de juiste oplossing van de puzzle
loven we weder een boekwerk uit. Zijn er
meer inzenders van het juiste antwoord,
dan zullen we den prijs ond<r hen verloten.
Ten overvloede herinneren we er nog
eens aan, dat de antwoorden op onze puzzles
voorzien moeten zijn van de letters A. B.
Dat vergemakkelijkt en bespoedigt de afdoe
ning der zaak.
* * *
Goede antwoorden op de vorige puzzle
ontvingen we nog van:
S. v. d. Meulen te L., R. C. v. d. Poll
te L. K., M. J. Pont te A., H L. Vogel te G.,
F. Bekaar te U., G. H. Veerman te H.,
mevr. Vorstelman te H., P. Pet te G., H. J.
Zeeleman te L., A. Cleyndert te Z., M. v. d.
Sande te S. AB.
llltlllllllllllHIIIIIinillllllHMIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMtlHIIIIIMIIIIIIIIIII
in n en dezelfde rol aan te brengen en
tegelijkertijd met groote snelheid af te
drukken.
Een der belangrijkste eigenschappen van
het beschreven procédéis wel, dat mooie
afdrukken verkregen kunnen worden op het
gewone krantenpapier. Vandaar dan ook, dat
in het buitenland reeds eenige kranten (o. a.
de Weltspiegel, het Hamburger
Fremdenblatt, etc.) er toe zijn overgegaan om illu
straties in tekst en advertenties op deze
manier aan te brengen.
Onder de geïllustreerde bladen neemt het
Panorama", dat met diepdruk gedrukt wordt,
eene eereplaats in, zelfs als men het ver
gelijkt met buitenlandsche bladen, die over
een grootere oplaag en hoogere opbrengst
kunnen beschikken. Genoemd blad wordt
gedrukt door de Nederl. Rotogravure Maat
schappij te Leiden, die ook de plaat van Van
Raemdonck, welke bij dit nummer van De
Amsterdammer''gevoegd is.heeft vervaardigd.
Uit dit bijvoegsel zal iedereen duidelijk worden,
wat met rotogravure te bereiken is en hoe dit
procédézeer veel zal bijdragen tot ontwik
keling van den smaak van het groote publiek.
De diepdruk was reeds meer dan een
eeuw in de katoendrukkerij in gebruik toen
de schilder Klig (spreek uit Klitsch) op het
idee kwam om deze drukmethode ook op
plaatdruk toe te passen. Hij wist een goede
methode er voor te vinden, die langen tijd
geheim gehouden werd en aan de
RembrandtIntaglio-Printing-Co geen windeieren gelegd
heeft. Deze maatschappij begon er mee in
1897. In 1899 vonden bijna gelijkertijd de
katoendrukker Rollfs en dr. Mertens de
grondprincipes voor de hierboven besproken
rotatit-rader-diepdruk. Zij verkregen beide
een groot aantal patenten, die elkaar aan
vulden, zoodat ten slotte vereeniging der
patenten het eenige middel bleek te zijn om
niet voortdurend met elkaar te moeten
procedeeren. Zij stichten toen de
DeutschePhotogravure-A. G., waarvan dr. Nefgen en
dr. Schöpff de technische leiders waren.
Vooral de eerstgenoemde dezer twee heeft
door zijn buitengewonen practischen zin een
volledig succes mogelijk gemaakt; het zijn
vooral zijn grootere en kleinere uitvindin
gen, die in 1912 er toe geleid hebben, dat
op een rotatiemachine voor het eerst tege
lijkertijd text en plaat op een papier zonder
eind gedrukt konden worden.
Dit procédé, dat dus een combinatie van
velerlei uitvindingen en toepassingen is,
kreeg den naam rotogravure''.
Daar de plaatsruimte geen volledigheid
toelaat, zijn in het voorgaande alle bijzaken,
die niet tot het volledige begrip van de
zaak noodig zijn, weggelaten. Wie een
volledigen indruk wil hebben, kan die het
beste verkrijgen door het bezoeken van een
rotogravuredrukkerij, hetgeen door het feit,
dat ook ons land haar volledig ingerichte
roto-gravure-werkplaats heeft, niet tot de
onmogelijkheden behoort.
S. F. v. OSS