De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1915 16 mei pagina 11

16 mei 1915 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

16 Mei '15. - No. 1977 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND '?f 11 DeiVermogensbelastingldoor de Eerste Kamer verworpen UlT HET BUITENKOEPELTJE TOT MINISTER TREUB : VANDAAG NIET, HOOR! GA MAAR DOOR. De gestoorde robber (ThelBysiander) SOLDAAT SMITH: Mijn gewone tegenspoed! [Ik had voor 't eerst van den avond een goed spel in handen l SpelHngsmoeielij kneden (Punch) Zes dagen [zult ge arbeiden" (Puck) De eerste Mei (Teekening van Forain in l'Opinion) En wanneer je bedenkt, dat we ons verleden jaar met die bandieten verbroederden! VREDE: Kunt ge dan niets voor me doen? HANDELAAR IN OORLOGSMATERIAAL : Zeker, kom Zondag nog eens aan, dan zal ik voor je bidden. EERSTE KOKSMAAT : Wat zullen we ' morgen toegeven ? Tapioca ? TWEEDE DITO : Goed, schrijf maar op; we hebben vier pond noodig. EERSTE DITO (hardop spellend bij 't schrijven): Vier pond TA -T-A-P T - A - P zeg, we moesten maar maca roni geven! ' ^ TWEEDE DITO : Best, kalk 't maar op. EERSTE DITO: Vier pond M-A-KA M-A-K-I. Neen, we moesten maar rijst geven: Vier pond R-IJ-S. Redacteur: Dr. A. G. OLLAND Predikheerenkerkhof l, Utrecht Alle berlchten.deze rubriek betreffende.gelieve men te adresseeren aan bovenstaand adres. PROBLEEM No. 16 VAN REINIER H. DE WAARD TE UTRECHT (Eerste publicatie) ZWART a f g ede WIT Wit: Ka8, De2,Td5, Pb5 en d3, pionnen a4 en f5. Zwart: Kc6, Dh6, Lel en g8, pionnen c4 en g7. Wit geeft mat in twee zetten. Oplossing over 14 dagen. OPLOSSING PROBLEEM No. 15 VAN DR. E. PALKOSKA Wit: Kd2, Dc3,Td4 en h6, Ph4 en h5, pion f2. Zwart: Ke5, Tg7, Lf8 en g8, Pc2 en h8, pionnen c4, c5, e6, g4 en h7. MUI llllllllllltlllllllllilllllllltlHIMIIIMIIIIII MItlllllllIlllllllltlllllllltllllllllllllllll IIIIIIIIIIIIIIIUMIIIIIIMIIIIinilllllllllllIIIMIIIIIMIIIIMIIIIItlMMIIIIIHMIIIIIMIHtl 1...., c5Xd4, 2. Dc3-g3f. 1...., Pc2Xd4, 2. Dc3?g3f. l Pc2 anders, 2. Dc3-e3f. l Tg7-g6 (g5), 2. Pf6-d7f. 1...., Tg7-f7 enz., 2. Pf6Xg4f1...., Lf8-e7, 2. Pf6-d7f. l Lf8-d6, 2. Td4-e4f. 1...., Ph8-g6 (f7), 2. Pf6-g4 (d7)f. 1...., g4-g3, 2. f2-f4f. Een fraai voorbeeld van een z.g. waiting. Behoefde zwart niet te zetten, dan zou wit niet op den tweeden zet mat kunnen geven. Goede oplossing ontvingen we van: D. Kikke te Edam (ook van No. 14), J. Koopmans, J. P. Klinkenberg, A. Luteijn te Amsterdam, M. L. Frijda, H. C. B. Enthoven te Arnhem, G. A. C. te Antwerpen, W. Free te Groningen, W. Hasekamp te Fort Rijnauwen, J. G. Arnoldus te Middelburg, H. Dolk en L. O. te Utrecht, M. Dolman en J. S. te Zeist, P. Kloot te den Haag, J. Rietman te Dieren, W. F. Hilwig te Heusden en H. de Jonge van Ellemeet te Genève. In het ditmaal bizonder groot aantal op lossers mogen we wellicht het bewijs zien, dat dit probleem, dat toch niet zoo gemak kelijk is, naar den smaak der lezers is. Het werd bekroond met den derden prijs in een tournooi der Revue des jeux" 1899. WEDSTRIJDEN De Russische schakers, die na den wed strijd te Mannheim door de Duitschers ge vangen werden genomen, zitten nog steeds te Triberg en houden zich onledig met schaken. Toen onlangs P. Romanowsky vrijheid kreeg naar Rusland terug te keeren, daar hij toch niet in staat geacht werd als militair iets te praesteeren, besloten de achterblijvenden hem ter eere maar weer een meestertournooi te organiseeren. De uitslag was: I. Bogoljubow 4% (uit 6); II. Rabinowitsch 4; III. Flamberg 2V2; IV. Sselesniew 2; V. Romanowsky 1; VI. Wainstein 1. Ten slotte is onze landgenoot Davidson toch nog voorbijgestreefd in het tournooi der metropolitan-club te Londen door zijn jeugdigen rivaal Scott, die met lOVs uit 12 den eersten prijs won. Davidson zal zich nu met 9/4 punt ver moedelijk met den tweeden prijs tevreden moeten stellen. Mac Bean heeft nog een kleine kans hem voorbij te streven. De sterkste speler van dezen wedstrijd, Thomas, behaalde slechts 7 punten, doch moet nog n partij spelen. We laten een origineel gespeelde partij van den kampioen volgen. Scott zelf merkt naar aanleiding van zijn spel in deze partij op: Ik offer twee pionnen in de opening, omdat ik vór alles vermijden wilde remise te maken, in aanmerking genomen de hooge score van Davidson. Achteraf bleek mij echter dat het offer gezonder is *) dan ik op het moment zelf dacht. Bij zet 21 bijv. had zwart de ruil der koninginnen kunnen forceeren door Db4: inplaats van Pe3: maar dan zou wit later door Tdl en Lb5 het beste spel gekregen hebben, daar al zijn stukken goed ontwikkeld zijn en zwart zijn torens niet kan doen samenwerken. (Unite his rooks.) D2?D4 OPENING (gespeeld 5 Maart 1915) Wit Zwart J. G. Archibald d7?d5 Pg8?f6 Lc8-g4 3 c7?c5 is de Lg4-h5 c7?c5 R. H. V. Scott 1. d2?d4 2. e2?e3 3. Lfl?d3 Niet aan te bevelen, juiste zet. 4. f2?f3 5. Pgl?e2 6. c2?c3 Een geliefkoosde zet van Scott, welke echter o. i. geen navolging verdient, daar wit een gedrukt spel krijgt bij juist tegen spel van zwart. 6 e7-e6 7. Pbl?d2 Lf8-d6 De voorkeur verdient Le7 of Pc6, waarna wit's volgende zet niet mogelijk zou zijn. 8. e3-e4 d5Xe4? Dit bevrijdt het witte spel. Beter is 8... Lg6, bijv. 9. Lb5f Pfd7 gevolgd door 0?0 en wit heeft moeite zijn figuren behoorlijk te ontwikkelen. 9. f3Xe4 c5Xd4 10. Ddl?a4f Pb8?d7 11. Pd2?c4 Nu staat wit op eenmaal weer vrij, een gevolg van zwart's achtsten zet. 11 Dd8-c7 12. Pc4Xd6f Dc7Xd6 (Stand der partij na 12. Dc7Xd6) ZWART d e WIT f 13. e4-e5 Wit wil het spel ingewikkeld maken, kiest daarom den tekstzet inplaats van het voor de hand liggende c3Xd4, waarna wit een zeer goed spel behoudt, bijv. 13 0?0? 14. e5, Pc5, 15. dc5: Dd3: 14. Pf4! enz. 13 Dd6Xe5 14. c3Xd4 De5?d6 15. Lel?f4 Dd6-d5 16. Da4-a3 Dit belet zwart de rochade, maar stelt de eigen rochade uit. Beter ware 16. 0?0 waarna wit, ofschoon een pion achter, door zijn open toren-lijnen en zijn beide loopers een kansrijk spel behoudt. 16 Lh5Xe2 17. Ld3Xe2 Dd5Xd4? Te begeerig! Op deze gulzigheid had wit waarschijnlijk bij zijn voorlaatsten zet ge rekend, want had zwart thans 17 De4! gespeeld dan zou het wit minder goed ver gaan zijn, bijv. 18. Lg3, Tc8 dreigende Tc2 of 18. Le3, Pd5, of 18. Ld2, Dh4f 19. g3, De4, 20. Df3, Df3: 21. Lf3: O?O enz. waarbij zwart steeds het beste spel behoudt. Niet goed voor zwart ware 17 Dg2: wegens 18. Lf3, Dc2 (Dh3? 19. Lb7: Da320. ba3: Td8, 21. Lc7) 19. Lb7: enz. 18. Lf4?e3 Dd4-h4f 19. g2?g3 Dh4?e4 20. 0?0 Nu staat wit voortreffelijk, het gemis van twee pionnen wordt ruimschoots vergoed door de groote vrijheid van beweging der witte stukken en de onaangename positie waarin zich de zwarte majesteit bevindt. 20 Pf6-d5 21. Tfl-f3 Pd5Xe3 22. Tf3Xe3 . De4-c6 23. Tal-d l Ta8-d8 Aanbieding van dameruil op c5 zou zwart slecht bekomen zijn, bijv. 23 Dc5 24 Dc5: Pc5: 25. b4! Pd7, 26. Lb5 enz. en het paard gaat verloren. 24. Te3?d3 a7-a6 25. Le2-f3 Dc6?b6f 26. Kgl-g2 h7?h5 Zwart tracht door een aanval op de witte koningsstelling afleiding te bezorgen. 27. Da3?c3 Th8?h7 28. Td3-d6 Db6?b5 29. a2?a4! Db5?g5? 30. Dc3-d3 Dreigt zoowel Td7: als Dh7: waartegen geen parada meer is. 30 Dg5-f5 31. Lf3?e4! geeft op. De fortuin helpt den stoutmoedige. *) Men zie echter de opmerkingen in de tekst. (Red.)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl