Historisch Archief 1877-1940
20 Juni '15. No. 1982
.DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
f Abraham Salm G.B.Zn, j
26 MAART 1857 - 13 JUNI 1915
De Nederlandsche bouwkunst heeft in
korten tijd twee vertegenwoordigers verloren
die, hoewel in vele opzichten van geheel
uiteenloopende eigenschappen van persoon
en kunstopvatting, toch beide tot de meest
en best bekenden onzer architekten behoor
den. Nauwelijks had het graf zich gesloten
boven Jan Springer, toen op 13 Juni Salm
na langdurige ongesteldheid overleed.
Na te Parijs, op het atelier-Vaudremer de
opleiding te hebben voltooid, die op het
bureau van zijn vader, G. B. Salm, was
aangevangen, vestigde Abraham Salm zich
te Amsterdam. Hij vond daar, aanvankelijk
samenwerkend met zijn vader tot deze de
praktijk neerlegde, een even veelzijdigen als
omvangrijken werkkring.
Zijne Fransche opleiding verloochende zich
daarbij niet. Salm was een voortreffelijk
teekenaar en aquarellist, maar bovendien
een degelijk bouwmeester van groote nauw
gezetheid bij de uitvoering. Hij kon een
meesterlijken plattegrond ook nder onguns
tige omstandigheden ontwerpen. Steeds was
zijn werk wèlverzorgd, zijn werk is door
de verscheidenheid van opvatting typisch
voor den eclektischen geest van de bouw
kunst uit het laatst der 19e eeuw. Binnen
zekere grenzen getuigt het tevens dikwijls
van een eigen persoonlijkheid en oorspron
kelijkheid, zij het ook niet in modernen"
zin. Als een zeer eigenaardig werk uit zijn
eersten tijd mag in dit verband gewezen
y/orden op de Gereformeerde kerk aan de
Keizersgracht, tusschen Leidsche- en Spie
gelstraat.
Zijn meest bekende bouwwerk is wel het
voormalig woonhuis-Nienhuis op de Hee
rengracht in welks rijken, geheel in zuiveren
Franc.ois I stijl gehouden gevel, Salm zijne
voorliefde voor uitgewerkte detailleering
vrijelijk kon uiten.
Als architekt van de Nederlandsche Bank
ontwierp hij hare nieuwe kantoren te Rot
terdam (dit in samenwerking met J. Verheul
Dzn.), Groningen en Nijmegen, terwijl dat
te 's Gravenhage geheel verbouwd werd.
Te Amsterdam bouwde Salm o.m. het
Blindeninstituut het gebouw van de Zon"
in de Vijzelstraat, het kantoor van Hope & Co.,
het gebouw van Eigen Hulp, de sigaren
fabriek Goulmy en Baar op het Rokin, de
Doopsgezinde Kerk bij het Oosterpark, het
Rijpenhofje op de Rozengracht, de Kweek
school voor Machinisten, een groep woon
huizen op de Weesperzijde en buiten Ams
terdam tal 'van villa's te Hilversum, Zeist,
Eindhoven, Bloemendaal, Overveen, Berg en
Dal.
De meeste dezer werken dagteekenen
reeds van eenige jaren her. In de laatste
jaren heeft Salm zijne werkkracht en toe
wijding vooral gegeven aan de Maatschappij
tot Bevordering der Bouwkunst.
In 1897 in haar hoofdbestuur gekozen,
iiiniiiiiiiitiiiiHiiiiiiiniiiiMimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
sterdamsche Courant van 27 April bevat dan
ook een vermoedelijk geïnspireerd artikeltje,
waarin het heet: Amsterdam mag tevreden
zijn, van met eenen even snellen als be
daarden en zekeren tred zich gereed te
maken tot behoud van het vaderland en
van Oranje".
Een enkele maal had er gevaar bestaan
voor verstoring van de rust, en wel op 29
Maart. Dien dag verbreidde zich op onver
klaarbare wijze het gerucht daf Napoleon
door Ney vermoord was, en dit gaf aanlei
ding tot eene volksbeweging: de Kal verstraat
en andere straten waren vol van
eeneschreeuwende en joelende menigte, die er toe neigde
om de huizen van zoogenaamde
Franschgezinden te plunderen. Gelukkig konden deze
plannen worden verhinderd. Ter wille van
de 'curiositeit druk ik hier het zoetsappig
bericht af, dat de Amsterdamsche Courant
van l April er van gaf. Het luidt als volgt:
Amsterdam, den Sisten Maart. Eergisteren
ontstond alhier op het onverwachtst het alge
meen gerucht van den moord of dood van
Napoleon; de aandoeningen, welke dit ver
wekte, waren te meer levendig, naar mate
men bij den aanvang aan de waarheid van
dat berigt hechtede; wel dra echter was het
voor den doorzigtigen kennelijk, dat dit
nieuws, welligt uit het brein der hebzucht
geboren, geheel onwaar was, en dat d i ge
weldenaar steeds leeft, om welligt de straffen
van zijnen euvelmoed, voor het oog van dat
Europa, het welk hij op nieuw beroert, te
geduchter te ondervinden; dan, het volk, het
welk zich eenmaal aan de waarheid dezer
tijding overgegeven, en zijne vreugde over
dezelve luidruchtig geopenbaard had, was
niet tot bedaren te brengen, noch van de
onwaarheid dier valsche geruchten zoo spoe
dig te overiuigen; overal liep het te hoope,
en haat aan den overheerscher, die eenen
troon door verraad ontroof Je, welken hij met
het bloed eener brave natie moet pogen te
schragen, was zigtbaar bij allen; Oranje was
de algemeene aanhef, Oianje het eenige punt
van bevrediging.
Intusschen, gelijk het altijd gaat, ontaarde
deze volksvreugde, hoe dan ook door edele
geestdrift in den aanvang geboren, weidia
in ongebondenheid, en de rust en
persoonIjke veiligheid werden hier en daar bedreigd.
fungeerde Salm sinds dien, met slechts n
jaar statuaire tusschenruimtt als voorzitter.
Hoewel hij die plaats had gewenscht noch
begeerd, hij in verschillende opzichten ook
niet in de lijn van zijn karakter lag, heeft
hij zich met de hem eigene nauwgezetheid,
ten volle gewijd aan het vereenigingsleven.
Vele moeilijkheden zijn in die jaren van
beroering en reorganisatie ontmoet en sleeds
heeft Salm's meegaande, in vredelievende
aard, daarbij getracht een compromis te
vinden, steeds was hij ten volle bereid de
payer de sa personne", te steunen ook als
het pas gaf, met gulle hand om een ont
worpen plan uit te voeren. Hij telde moeite
noch offers.
In tal van commissies heeft Salm zijn vak
in de door hem voorgezeten ve*èHlgirr|: in
binnen- en buitenland vërtegenweördigd.
Zij deden een beroep op hem van het per
manente Bestuur der internationale
architecten-kongressen, voor de schoonheids
commissie, voor de raad van arbitrage in
de bouwbedrijven, voor de commissie der
internationale kunstenaars-kongressen. En
ook van buiten af werd voor commissies,
jury's en dergelijke functies zijne voorlich
ting herhaaldelijk ingeroepen. Zijne ver
diensten werden door vele eerepenningen
en bekroningen, door het officierskruis der
Orde van Oranje-Nassau, door het ridder
kruis der Orde van St. Anna, door het eere
lidmaatschap van vele buitenlandsche
vakvereenigingen, o.a. de societécentrale des
architectes de la Belgique, het Royal
Instilute of British Architects en het American
Institute of Architects, erkend, terwijl de
?woorden van vriendschap en erkentelijkheid
bij zijn graf gesproken de gevoelens ver
tolken van zijn engeren kring, van Neder
landsche vakgenooten. De herinnering aan
zijne figuur zal daarin zeker nog blijven
voortleven, evenals vele zijner ontwerpen
bij de wisseling der kunstinzichten zijn
blijven gelden als karakteristiek voor de
architectuur van hun tijd.
J. H. W. LELIMAN
Adrienne de Lautrec
La Révolte. Poésies.
(Paris. Bibliothèque
Charpentier 1912).
Het is een ongewoon verschijnsel in
onze hollandsche straten tegenwoordig, de
belgische en fransche vrouwen, die een
luchtig rythme en een vaag troublante
charme in u hebben achtergelaten, als ze
alweer voorbijzijn, en waar de hollandsche
deftigheid ietwat bourgeois" van opkijkt.
Je weet niet precies wat het is, en dat is
het juist. Onze vrouwen, die meestal juf
frouwen zijn (?juffrouw", het meest
horripilante woord in onze taal!) hebben het
zelden, en daarom is het op de planken van
ons tooneel veelal zoo burgerlijk. Er zijn
te veel juffrouwen. Ook op onze diners,
onze tea's, onze avondjes"! En veel te veel
mijnheeren. Ik was onlangs op een diner
waar uitsluitend kunstenaars tegenwoordig
waren, waaronder dichters van zér mooie
verzen. Maar het had evengoed een diner
van ontvangers van de registratie of
effectenmakelaars of notarissen of zoo kunnen zijn.
De dichters, de kunstenaars waren dezelfde,
van binnen. Maar van buiten waren het
meneeren en juffrouwen en mevrouwen.
Waren het Hollanders.
Zóals die vaag troubleerende, rhytmische,
gracieuze fransche vrouwen in onze er
vreemd van opziende straten, doen mij de
verzen aan van een fransche dichteres, die
in deze oorlogstijden in 't deftige Holland
is overgewaaid. Een fransche vrouw, een
Parisienne (natuurlijk!), die een hollandsche
van geboorte is. Althans men zegt het,
maar ik geloof het niet, het moet een ver
gissing van den Burgerlijken Stand zijn.
Een Parisienne is in Parijs geboren, ook al
staat ze in Tietjerksteradeel in de B. S.
registers. Maar tóch klaagt zij er in haar
vers van:
^Comme 'nne lonrde chaine a via jluette paule
J'ai trainéIe fardeau de mon pays natal.
Pleurant avec son uniforme del <fe tolc
Ma jeunesse h frimi sous son ?vent glacial."
En ze wilde weg, gerevolteerd van al
het deftige, zware, van de juffrouwen en
meneeren:
f
MMjiiMlIiiiimiiimMiMiHiimMiiiiiimilimmiHitiiliMllimiiiilllliiiiilu
Dan, de zeer ernstige en gepaste maatregelen
van alle de Autoriteiten, en de goede geest
en bedaarde ijver der gewapende Bur
erMagten te voet en te paard verzekerden
weidia de rust, en gaven aan alle de
inwoneren een nieuw bewijs, dat het Vaderlijk
Bestuur van onzen geliefden Koning geene
woelingen gedoogt, welke, onder wat schijn
ook, de zegeningen der eendragt, rust en
vrijheid, die wij genieten slechts eenigzints
zouden kunnen bedreigen, of verstoren!
alles is tot rust en orde wedergekeerd en
thans stil'.
In werkelijkheid was er molest gepleegd"
aan het huisje van een ontvanger pp de
Vischmarkt, en waren de soldaten, die dit poog
den tegen te gaan, mishandeld. Men vreesde
bovendien dat het volk zich zou meester maken
vai eenige personen, die wegens het aan
heffen van den kreet Leve Napoleon" wa
ren gearresteerd. Vandaar dat ook de land
storm in de wapenen werd geroepen. Geluk
kig gebeurde er niets; tegen half elf konden
de troepen inrukken. Deze gebeurtenissen
deden echter bij velen den wensch ontstaan
naar de mogelijkheid om oproermakers snel
ler dan volgens de gewone wijze van rechts
pleging, te kunnen straffen. Ook Van
Hogendorp was evenals D. J. van Lennep
deze meening toegedaan, en hij gaf daarom
den Koning in overweging eene dergelijke
wet door de Staten-Generaal te doen
aanaannemen. Nog eer het antwoord des Konings
die zich toen te Brussel bevond en voor
het pan niet veel voelJe, was ingekomen
had Gij bert Karel de zaak ret ds doorgezet:
9 April keurden de Staten-Generaal het wets
ontwerp goed. De Koning teekende, doch
nam deze handelwijze vrij kwalijk, en ook
dit feit droeg er toe bij om de verkoeling
tusschen Willem I en Van Hogendorp te
doen toenemen.
De maand Mei verliep onder de voorbe
reidingen van beide zijden tot den krijg;
het werd ha'f Juni eer men iets van den
opmarsch der Franschen vernam. Dat het
puhiiek niet uitsluitend onder den indruk van
het krijgs'umoer was, mag wo'den afgeleid
uit het feii dat men hier in het begin van
Juni de beroemde opera-zangeres Catalani
kon doen optreden, die te Brussel voor den
Koning had gezongen. Den lOden Juni
BOUWT TE WMSKET.
Mooie boschrtjke terreinen. Spoor,Tram,
Electrisch lichf, Telèphoon. Inlichtingen
Mfl. .DE VELUWE", Nunspeet.
- American -?
Eau de Cologne
wordt het MEEST gevraagde Merk.
Imp.: JEAN MULDER, Sloterdij k.
GHASW^Wf DE tiïAMPAGNt
Perrier-Jöuet
Sauter &PoIfs,Maastrjclit.
Ifaf
-A -w»^ ,(- /TANDMIODELir
'>^0e n^
TAMINIAU'S
- JAM
TRADB
MARK.
Le Cognac Martell
est garanti comme tant Ie
prodnit naturel des vins
récoltés et distillés dans la
région de COGNAC.
Agents:
KOOFMANS en B8ÜIHIKH,
AJISTKRD4M.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiHiMiiiiiiiiiiiiMiiMiitiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiimn HUI
^JLoin de la morne inlie ou ? allais a V cole
Le long des canaux muf/s et ténibreux
Que la pluie et la, neigt et la bise désolent
Lam du pays ou vtgttèient nies aiuuls.
Au-dela de ce cadre troit^ decent et terne
Qui convenait si kien a leur rêve bourgeois^
De la douleur cachée et du plaisir interne.
Au dela d' un bonkeur paisible et vihageois''1
En ze vervloekt ten slotte het land der
juffrouwen en meneeren:
^Je mauilisais alors, puritaine Hollands^
La morgiie et la rigueur farouche de tes fils^
Auxqucls j'ai du cacher comme une confrebande
Mou coeur exasptri^ pteln d''orgeuilleux défi"
Zet nu zulk een on-hollandsche hollandsche
vrouw, die geen juffrouw is en die la
nostalgie de Paris" heeft in de Ville Lumière,
en ge hebt de verzen La Révolte" van eene
Parisienne, die haar geboortestad heeft ge
vonden en den Burgerlijken Stand tot schande
maakt.
llimlmnilllHIMIIIMIIMIMMMIIIIIIMIIMIIIIMMIIMIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIlm
kwamen 's Konings Moeder en Zuster, de
prinsessen Wilhelmina en Louise, of zooals
men officieel zeide, mevrouwen de
douairières Van Oranje en Brunswijk, in de stad
om haar in den Stadsschouwburg te hooren
bij de opvoering van eenige bedrijven der
opera SemiramLs. De voorstelling begon te
half zeven onder het spelen van het Wil
helmus en was te half tien geëindigd.
Zondag den 18den Juni verscheen in Den
Haag een extra-nummer van de
Staats-Courant, met het bericht dat 'de vijandelijkheden
waren begonnen, en dat de Franschen bij
Quatre-Bras waren tegengehouden. In den
ochtend van Maandag kan men dit te Am
sterdam hebben geweten. In hevige spanning
werd die dag doorleefd, temeer daar er ge
ruchten gingen dat de vijand reeds Brussel
was binnengerukt. 's Avonds kwam te 's Gra
venhage de tijding van de verwonding van
den Kroonprins en in den loop van den
nacht bracht de van het slagveld gekomen
kolonel Wauthier aan den Koning de
officieele mededeeling van de algeheele nederlaag
der Franschen bij Waterloo. Dinsdag den
20sten yerd dit dus te Amsterdam bekend.
Den volgenden dag werd bij eene parade
op den Dam het o-erwinninas-bulletin aan
de troepen voorgelegen. Zondag den 2óen
werd het gebeurde in de godsdienstoefe
ningen dankbaar herdacht; de
Remonstrantsche predikant Mattinus Stuart is, voor
zoover ik weet, de eenige onder zijne
Amsterdam^che collega's, die zijn toen gehou
den rede in het licht gaf' Den 27en luni
was een vreugdedag; de vlageen wapperden,
klokkenspel en kanongebulder deed zich
hooren, en 's avonds onistak men illuminatie
en vreugdevuren.
Bij Koninklijk Besluit werd tegen Woens
dag 5 Juli een algemeene dank- enbededag
verordend, die, zoolang de oorlog duurde,
maandelijks zou worden herhaald. In den
avond van den volgenden dag kwamen de
Koning en de Koningin in de stad en werden
l natuurlijk met groote geestdr ft begroet In
den namiddag van den 7den werd eene
inspectie der vrijwilligers gehouden op het
tenein van het Vosje buiten de Muiderpoort.
Van daar begaven zich Hunne Majesteiten
naar den Schouwburg, om de opvoering
van Jacob Simonsz. de Rijk bij te wonen,
MCTZ&CO
eettice veRTeceNwooRDiceRs VAM
coMPLere
HUI5INRICHTING
MCUBCLMAKCRS
LBlDSCHeSTRAAT AMSTBRDAM
IIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
IIIIIIIIIMIIIlUEIIIMHinilllllllllMIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIMIIIIinillllllllllllllllllllllllllllllllllllHIIIIU
Deze verzen zijn hoe kón het anders
voornamelijk over l'amour", hetgeen iets
anders is als de liefde. Frederik van Eeden
heeft eens ergens gezegd: Als een
franschman la femme" zegt dan weet ik al genoeg."
Ik zou willen varieeren: als een fransche
vrouw l'amour" zegt Maar ik voleind
den zin niet, want kan een mijnheer" daar
wel over oordeelen, vooral als de charme
er van zijn hollandsche ziel al getroubleerd
heeft? Het kan zijn dat een Parisien niet
weet wat de Liefde is. Maar een holland
sche meneer kent l'amour" niet, evenmin
als een hollandsche juffrouw. Er is onder
ons volk nog een speciaal burgerlijke uit
drukking, waar ik even de aandacht op
vestig: verkeering". De fransche taal heeft
daar eenvoudig gén woord voor. Evenmin
als de hollandsche een woord voor amant".
En evenmin als la femme" hetzelfde is als
de vrouw".
Als ik zulke fransche, of beter zulke
parijsche verzen doorlees, en zinnen en
woorden blijven in mij doorklinken, als:
.,,'# couche* complice expert des corps pamés"
of:
ckaij. nbandonnée anx divines parcsscs"
of: Jassitudë" en paresse", en lèvres
fadasses" en langueurs nostalgiques" dan
begrijp ik eerst hoe die parijsche taal eigenlijk
even onverstaanbaar voor Hollanders moet
zijn als chineesch of koreaansch. Ook de
zwoele atmosfeer er van kennen wij niet.
Ja, zwoel, dat zijn deze verzen, waaruit een
vreemde geur opstijgt als van bijna gestorven
bloemen, een geur van lassitude" en
paresse", overgebleven van vél amour", die
eindelijk vervloog in vreemde nostalgiën
naar Ie néant". Daar moeten zulke senti
menten ook onvermijdelijk op uitloopen want,
alle dingen gaan ten slotte voorbij zonder
zelfs maar achter te laten:
^Leuf cou.ronne de rose ou leur voile ds deuil*',
Peut-être. Maar dan toch wél achterlatend
deze en andere schoone regelen, die
men eens langzaam, fijn-proevend voor zich
uit moet spreken om goed te genieten van
die woord-muziek, die couronne de rose"
en voile de deuil", die de kroon en de
rouw zijn van dezen ganschen verzenbundel.
In deze verzen liggen al de charme, de
gratie, de amour", (ik kan 't heusch niet
vertalen), de lassitude ook, de melan
cholie en de nostalgie van de latere fransche
poëzie, zér beïnvloed door Verlaine, in de
verte ook door Beaudelaire, hier en daar
van een decadente verfijning zooals die,
geloof ik, in de hollandsche ziel en de hol
landsche taal niet mogelijk zouden zijn.
Hierbij is ook dit op te merken, dat de dich
ters van zulke verzen zich als 't ware het
mniiiuiiliiiiiiiiMii
gevolgd door een stukje, dat Westerman
onder den titel Neerlands Redding of de
moed en vaderlandsliefde" had vervaardigd.
Daarna droeg de genoemde acteur een
Triomfzang" voor. De hooge bezoekers
bleven zelfs bij het divertissement, waarin
mejufvrouw Polly hare Pas de Tambourin
allerbevalligst uitvoerde".
Denzelfden avond was er weder algemeene
illuminatie. Zaterdag brachten de Koning en
Koningin, vór hun vertrek uit de stad,
een bezoek aan het Hospitaal op de Lau
riergracht. Op den 27sten Juni was daar
het eerste transport gekwetsten aangeko
men, weldra door meerdere gevolgd. Er
was in de hospitalen en gasthuizen plaats
gemaakt voor 2000 bedden. De gewonden
mochten zich zeer in de dankbare sympathie
der Amsterdammers verheugen, zoo zelfs
dat de plaatselijke commandant Van Brienen
den 4den Juli eene waarschuwing moest
laten uitgaan tegen het geven van geld aan
de in het hospitaal verpleegde militairen,
die reeds op straat konden komen: hij ver
zocht de milddadige burgerij deze giften
liever op zijn bureau te storten. En op
l September bracht de Koninklijk-Pruisische
opperchirurg F. Ranck den ingezetenen dank
voor hunne vriendelijke bemoeiingen, die
er toe hadden medegewerkt dat van de 440
hierheen vervoerde gewonde Pruisen niet
meer dan 9 waren over eden.
De gunstige berichten volgden elkaar
ondertusschen met snelheid op. Op den dag van
s'Konings vertrek vernam men de capitulatie
van Parijs; 13 juli kwam het bericht dat
Lodewijk XV111 in zijne hoofdstad was
teruggekeerd; en 21 Juli liep het gerucht dat
Napoleon z'ch in handen der Engelschen
bevond, wat den 23sten werd bevestigd. In
i blijde stemming kon men alzoo den 25sten
l de schutteiij op den Dam zien beeedigen,
j welke plechtigheid de prinsessen
Wilheli mina en Louise met hare tegenwoordigheid
vereerden.
' Ruim een maand later, 30 en 31 Augus
tus, bracht de Prins van Oranje een bezoek
aan de stad, waarbij hij als de held van
Quatre-Bras en Waterloo geestdriftig werd
gehuldigd, en van 26?29 October
vertoef, den de Koning en de Koningin, ditmaal
vergezeld'van de jeugdige prinses Marianne,
middenpunt voelen van 't heelal. Hun eigen
amour", hun eigen nostalgiën, hun eigen
melancholiën zijn al het bestaande voor
hen, en het loopt daarom onvermijdelijk dood
in een Néant."
Na den oorlog zal zulke poëzie, geloof
ik, onmogelijk worden. In het groote wereld
gebeuren, in de geweldige universeele
geestes-stroomingen, die zich openbaren
zullen, zal de fransche kunst de weder
geboorte vinden, die ze zoo noodig had.
La femme" dit heeft de fransche vrouw
al getoond trouwens zal meer de Vrouw
worden, terwijl l'amour" tot de Liefde zal
oprijzen. Als dan bovendien de charme en
de gratie behouden blijven, die zich in verzen
als de hier besprokene zoo vreugdebren
gend uiten, dan zal de fransche vrouw, ook
de Parisienne, in haar liefde-verzen even
charmant en even enivrant, maar dieper en
waardiger zijn, en het sublieme naderbij.
Ik heb al zoo iets gehoord van een revue,
die binnenkort zal opgericht worden, en die
ten doel heeft, de fransche literatuur in
Holland en de nederlandsche in Frankrijk
meer bekend te maken. Onze meneeren en
juffrouwen zullen dan misschien wat van de
gratie en de schitterende kwaliteiten van den
franschen geest en den franschen stijl
aanleeren, maar de franschen, vooral de
Parisiens en Parisiennes kunnen van de juffrou
wen en meneeren heel wat leeren, en ook
afleeren, waardoor hun kunst zich verdiept
en vergeestelijkt.
Ik heb laatst den heer Johan de Meester
dit zal zeker een andere zal moeten
zijn dan de redacteur van de Nieuwe
Rotterdamsche Courant", het zal de kunstenaar
moeten geweest zijn ergens in een
enthoesiaste speech de schoone woorden
hooren zeggen: ledere Hollander heeft
twee vaderlanden ,la sienne et la France!" Als
de nederlandsche literatuur in haar tweede
vaderland meer bekend wordt, en haar
lourdeur" en gewichtigheid van stijl en
manieren verlicht door den franschen geest
en de fransche charme, welke groote dingen
staan ons dan te wachten! Maar ook, hoe
kunnen veel fransche schrijvers zich aan ons
verdiepen en verinnigen, en van de juffrouwen
en meneeren leeren, de hoogste levens dingen
een diepere wijding toe te kennen dan die
van l'amour" en la femme".
Ik heb hier over de verzen zelf van Madame
De Lautrec thans Madame Lautère
niet veel in détails gezegd, maar ze meer
als verschijnsel behandeld, en er de aandacht
op gevestigd. Verzen analyseeren en
uitrafelen is als het determineeren van bloemen,
dat ik op school moest doen, en dat ik zoo
verfoeide. Carel Scharten moet dat maar
eens voor mij doen.
HENRI BOREL
opnieuw te Amsterdam. Eenige dagen
vroeger, Maandag 23 October, was de com
pagnie vrijwillige jagers, die in Juli naar
Frankrijk was vertrokken, teruggekeerd en
door de schutters en het corps jagers te
voet plechtig ingehaald. Hunne militaire
houding werd algemeen geprezen. Graaf
van Stirum sprak hen toe, en ontsloeg hen
eervol uit den dienst. Aan alle vrijwilli
gers werd vervolgens op den 16en Novem
ber door het Fonds voor de gewapende
dienst een zilveren gedenkpenning uitgereikt.
In tegenstelling met de vrees en onrust
der eerste maanden kon men het einde van
1815 in blijde stemming zien naderen. Den
18den November werden de gebeurtenissen
van November 1813 tegelijk met den ge
boortedag van koningin Wilhelmina op
feestelijke wijze herdacht. Er was parade
op den Dam; officieren en anderen organi
seerden herinnerings-malen en 's avonds
werd er geïllumineerd. Voor den gevel van
het Commandantshuis las men op een
eereboog:
't Was Amsterdam, die 't eerst de leus ten
opstand gaf,
En rukte 't snood geweld zijn schandlijk
momtuig af.
Nu klonk de stem der wraak langs Neêrlands
heilig veld.
Het Fransch geboeft vlood heen, en Holland
werd hersteld".
Zaterdag 25 November kwam het eerste
bericht van de onderteekening van het vredes
verdrag tusschen de Geallieerden en Frank
rijk, dat den volgenden dag officieel werd be
vestigd.
Natuurlijk gaf ook de verjaardag van den
Kroonprins op 6 December weder aanleiding
tot feestelijkheden. Bij deze gelegenheid
kreeg de artillerie der schutterij een pluimpje
in de courant over de juistheid, waarmede
zij het kanon wist te behandelen!
Woensdag 20 December eindelijk werd
ook te Amsierdam de door den Koning uit
geschreven dankdag gehouden voor den
algemeenen vrede, dien men thans be
schouwde als tegen nieuwe schennis, door
vaster waarborg dan ooit te voren, ver
zekerd".
Dr. JOH. C. BREEN