De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1915 17 oktober pagina 13

17 oktober 1915 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

17 Oct. '15. No. 1999 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 Nadruk verboden Onze Gezant te Sofia of Alleen op de Wereld (Teekening voor] de Amsterdammer" door Johan Braakensiek) Het Herfst-Offensief (Ulk) JOFFRE : Het was weer niets ... De stemmen der Dooden: En dat noemt u niets, Generaal ? DE NEDERLANDSCHE ZAAKGELASTIGDE BEHARTIGT TE SOFIA DE BELANGEN DER ONDERDANEN VAN ALLE ENTENTE MOGENDHEDEN Hoe onze teekenaar zich dat voorstelt. iimiMimmiiimiimmiiiiNiimiiiHiiiniiii IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIHIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIlnillllllnlIIIIIIIMIIIIIIMttllllll BKHSHBB VRAGENRUBRIEK voor Algemeene Wetenswaardigheden Men gelieve de vragen voor deze rubriek in te zenden aan het Redactiebureau, met op den omslag het motto Leekenspiegel", en onder opgave van naam en adres (die als vertrouwelijk zullen worden beschouwd.) C. K. Jr. Gelooft u dat de nieuwe, de vereenvoudigde, spelling die van De Vries en Te Winkel verdringen zal? Wordt de Ie reeds aan openbare onderwijsinrichtingen aangeleerd? Hoe kom ik 't best op de hoogte van de regelen dier spelling? Volgens onze meening zal er nog in langen tijd geen sprake zijn van een spellingevolutie. Dit ligt niet aan de vereenvoudigde", welke, zij 't ook langzaam, veld wint, maar aan de doorMe Regeering uitgevaardigde bepalingen. In de dagen toen de spelling De Vries en Te Winkel" het Siegenbeeks" verdrong, bleef de Regeering aanvankelijk bij het oude en wachtte af, maar de scholen waren vrij. Toen in )uhi 1908 de vergadering van school hoofden te Winschoten besloot met l Sep tember d. a. v. de vereenvoudigde stemming in te voeren en dit voorbeeld op andere plaatsen stond gevolgd te worden, ook op bijzondere scholen, volgde in October van dat jaar een aanschrijving van den Minister van Binnenlandsche Zaken aan de ambte naren die onder zijn bevelen werkzaam zijn" zich te houden aan de spelling van De Vries en Te Winkel, en dat de leerplan nen en leerboeken zouden ingericht blijven naar de regels van De Vries en Te Winkel. Den 22en Juni 1909 werd, na interpellaties en debatten in de Tweede Kamer, een Staatscommissie ingesteld om te overwegen welke de gedragslijn der Regeering behoort te zijn ten opzichte van de schrijfwijze der Nederlandsche taal." De conclusie dier commissie was dat bij het onderwijs op de openbare scholen en op de van Regeeringswege gesubsidieerde bijzondere scholen, als eisch moet worden gesteld dat zij zich ten deze naar de Regee ring voegen." Waar nu verder de Regeering de door haar aanvaarde schrijfwijze van De Vries en Te Winkel als regel stelt voor alle Depar tementen van algemeen bestuur, Hooge Colleges van Staat, voor de provinciale en gemeentebesturen, de rechterlijke macht en het notariaat, is het duidelijk dat van een algemeene toepassing der vereenvoudigde spelling voorloopig geen sprake kan zijn. De regels voor deze spelling zijn in vele propaganda-geschriften daarvoor opge nomen; wend u zich daarom tot den secretaris van de Vereeniging tot vereenvoudiging van onze schrijftaal, den heer P. Valkhoff, Nassaulaan 38, Hilversum. O. te L. Zijn de tegenwoordige pausen wereldlijke vorsten ? Zoo ja, zou (in princiep natuurlijk!) eene vreemde natie aan den paus den oorlog kunnen verklaren? Kan men de pauselijke garde als een leger beschouwen? Volgens de algemeene opvatting hebben de Pausen, sedert den intocht van de Italiaansche troepen te Rome, op 20 September 1870, en de daarmede gepaard gaande val van hunne wereldlijke macht en de inlijving van den Kerkelijken Staat bij het Koninkrijk Italië, opgehouden wereldlijke vorsten te zijn. Reeds vór 1870 werd de internationale positie van den Paus niet of ternauwernood bepaald door zijne hoedanigheid als Hoofd van den Kerkelijken Staat, maar als Hoofd der Katholieke Kerk. Als zoodanig bezat hij historisch internationale persoonlijkheid even als wereldlijke souvereinen, sloot hij concor daten, benoemde en ontving hij gezanten, ver leende hij eeretitels enz. Als vertegenwoor digers van het Hoofd der Katholieke Kerk namen zijn gezanten onder het corps diplomatique den eersten rang in. pe Paus heeft na 1870 zijne internationale positie behouden. Hij is niemands onderdaan, maar volken-rechte lijk souverein en oefent het internationaal verkeer met de staatshoofden uit evenals vór 1870. Zijne concordaten behouden de zelfde beteekenis, zijne gezanten denzelfden rang en dezelfde immuniteit, zijne eeretitels dezelfde erkenning. Hij houdt zijn eigen garde, welke echter meer als het militaire gedeelte van zijn hofhouding, dan als een legermacht moet worden aangemerkt. Een oorlogsverklaring aan den Paus is o.i. niet mogelijk; zij zou gelijk staan aan een oorlogsverklaring aan de Katholieke Kerk. A. J. A. Is er een werkfje) dat een juist inzicht geeft in doel, enz. der vrijmetselarij en zoo ja, welk? Hoe kan men lid eener loge worden? Er zijn vele werkjes over de geschiedenis der vrijmetselarij. In de laatste jaren ver schenen o.a. Wat is de vrijmetselarij? Populaire verhan deling door een broeder vrij metselaar f 0.60. Gould. Beknopte geschiedenis der vrijmet selarij f 4.?. Bolland. De vrijmetselarij voorheen en thans. 3e druk f3.25. Keiler. De geestelijke grondslagen der vrij metselarij en het openbare leven, f 1.50. Romer. Een en ander over vrijmetselarij. Uitgegeven voor rekening der loge Deli" te Medan. f 0.50. Andréde la Porte. Wal is toch vrijmet selarij? 2e druk f 0.25. Thierens. Het wezen der vrijmetselarij en hare taak in den komenden tijd. f 0.25. Enklaar. Vrijmetselaar worden. Waarom men het niet moet doen en waarom men het niet behoeft te laten. 3e druk f 0.35. Het antwoord op uw tweede vraag zult u vinden in de brochure: v. Assendelft. Hoe word ik vrijmetselaar? Inlichtingen voor hen die het voornemen hebben, om vrijmetselaar te worden. Uitgegeven met toestemming van het Hoofdbestuur der Orde van vrij metselaren in Nederland. Leiden 1911. 5 ets. linilllllllllltlIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIItllllllllIIIIIIIIUIMII MiHtiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiMmiiiMMMiiimMiumiiiMMtui PROBLEEM No. 28 VAN A. J. F1NK TE SAN FRANCISCO (Eerste prijs Pittsburgh Gazette Times) ZWART Redacteur: Dr. A. G. OLLAND Predikheerenkerkhof l, Utrecht Alleberichten,dezerubriekbetreffende,gelieve men te adresseeren aan bovenstaand adres. CORRESPONDENTIE J. E. V. te Rotterdam (en eenige andere oplossers) 1. f3 faalt door 1... Le8 (dreigend schaak op a4). Nogmaals merken wij op, dat het bij driezettige problemen (zoowel als bij eindspelstudies) onvoldoende is alleen den sleutelzet op te geven. S. S. den Haag (en eenige andere oplossers) I.g3?g4wordt weerlegt door !...Th4Xg4 dreigende 2... Tglf. B. te G. (Zwitserland). In de partij Bilguer?L. had wit het eenvoudigst 14. Tf8f kunnen spelen. Wellicht rekende hij bij 14. Dd5f op 14. De6 om na 15. Ph8: Kh8: door 16. De6: De6: 17. Tf8f snel te winnen. 14. Pe7: De7: 15. Tglf gaat niet op, daar zwart hglif kan spelen. U heeft waarschijnlijk den zwarten pion h2 over het hoofd gezien. d e WIT f g Wit: Kd8, Dfl, Tc4 en e6, Lal en h3, Pb7 en c2, pionnen b6 en c6. Zwart: Kd5, Da5, Tdl en h6, Lb3 en el Pg2 en g6, pionnen a4, a6, c7, f3, h4 en h7. Wit geeft mat in twee zetten. Oplossing over 14 dagen. OPLOSSING PROBLEEM No. 27 VAN J. A. J. DREWITT Wit: Kdl, De4, Le2, Pc5 en h6, pionnen a4, b6, c7, d3, f2, g3 en h2. Zwart: Kc8, Th4, Lg6 en h8, Pf8, pionnen d5, e6, f5, f6 en h3. 1. Kdl-el, Lg6-h5, 2. Ph6Xf5, e6Xf5, 3. De4Xf5f (2... anders, 3. Pf5-d6 resp. e7f). l , Lh8?g7, 2. Ph6?g8, onversch., 3. Pg8?e7f. l Th4Xe4, 2. d3Xe4, onversch., 3. Le2-a6f. l , Pf8-d7, 2. De4Xe6, onversch., 3. De6Xd7 resp. De6Xe8f. Goede oplossing ontvingen we van J. Rietman te Dieren, M. Dolman en J. S. beiden te Zeist en dr. M. B. Oerlemans te Heusden. Verschillende oplossers hebben zich door dezen waarlijk ook niet gemakkelijken driezet laten verschalken. Het is een tempodwang-probleem van den ouden stempel, dat o. i. vooral bekoort door de vaak niet voor de hand liggende weerlegging van de schijnbare nevenoplossingen. Het volgende slot eener onlangs gespeelde partij leert hoe voorzichting men moet zijn met het ondoordacht aannemen van offers. N. N. ZWART g a b c d e WIT L. G. Eggink Zwart speelde 1..., Lb6?d4, waarop wit antwoordde met 2. Tal?bl. Zwart liep hierop in den val en won een pion en een raadsheer ten koste van de partij. Na 2... Tb2Xa2 verliep het spel als volgt: 3. Ddl-b3 Ta2Xd2 Of de toren den raadsheer slaat of niet, zwart verliest door 't nemen van den a-pion. 4. Db3?b8f Kg8-g7 Na Kf 7 volgt dameverlies door Tb8?b7, enz. 5. Tbl-b7f Kg7-h6 Hier annonceerde wit mat in 5 zetten door: 6. Db8-f8f Kh6-h5 7. Tb7Xh7f Kh5?g4 8. Th7?h4f Kg4Xh4 9. Df8-h6t Kh4?g4 10. Dh6?g5f Miiiiiitiiimiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiii 12e Jaargang 17 October 1915 Redacteur: K. C. DE JONGE Van Woustraat 112n, Amsterdam PROBLEEM MET NASPEL No. 60 Motto Hout" No. VIII van den wedstrijd Zwart (13 schijven) l 6 11 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (13 schijven) Stand. Zwart: 2, 7/9, 13, 16/19, 21, 23, 24, 29. Stand. Wit: 26/28, 32, 34, 37/40, 42, 44, 47, 48. N.B. De oplossing van het naspel ook in te zenden. Oplossingen in te zenden vór 30 October aan bovenstaand adres. PARTIJ No. 4 gespeeld Maart 1915 tusschen de heeren I. Presburg, Amsterdam, met wit en M. H. Hoogland, Utrecht, met zwart. Opening van Embden" Wit Zwart Wit Zwart 33-28 1. 18-23 49-44 28. 2-7(15) 39-33 2. 12-18 44-39 29. 7-12 44-39 3. 7-12 36-31 30.20-24 50-44(1) 4.20-24(2) 45-40 31. 15-20 34-29(3) 5.23:34 40-34 32.20-25 40:20 6. 15:24! 34-29(16) 33.19-23 31-27 7.18:231(4) 28:30 34.25:23 36-31 8.17-21(5) 33-28(17)35.21-271 33-29(6) 9.24:22 31:22(gedw.)36. 18:27 27:29 10. 10-15 32:21 37. 16:27 41-36 11. 5-10 28:19 38. 13:24 31-26 12. 1-7 39-33 39. 9-14 26:17 13. 12:211(7) 42-37 40. 12-17 46-41 14. 7-12 43-39 41. 8-13 36-31 15.21-26 39-34 42. 14-19! 39-33 16. 15-20(8) 48-42 43. 17-21 44-39 17. 10-15 33-29 44.24:33 41-36 18.11-17(9) 38:29 45. 3-9! 29-23(10) 19. 19:28 34-30 46. 19-23 33:11 20. 6:17 29:18 47. 13:22 32-28(11)21.13-18 30-24 48.22-28 39-33 22. 9-13(12) 42-38 49. 21-26 37-32(13) 23. 26:37 24-19!(18) 50. 26-31 42:31 24. 4-9 37:26 51.28-32 47-42 25. 17-21*) 35-30! 52. 32:43 31-26(14) 26. 14-19! 26-21 53.27:16 26:17 27.12:21 30-25 54. Remise! 1) Hoewel deze zet den laatsten tijd als niet sterk is beschouwd geworden, zoo blijft het bewijs hiervoor theoretisch te leveren altijd moeielijk, wegens de enorme vele voortzettingen en beantwoordingen, die hierna kunnen volgen. Voor Meesters, die gaarne onregelmatig spelen, kan eene afwijking den tegenspeler soms veel last veroorzaken, het geen minder voorkomt bij regelmatig spel, waarin de stand dikwijls beter is te overzien en door te werken is. 2) Wij achten in deze stelling 2-7 meer gewenscht, in afwachting van wit's voort zetting. 3) Wij kunnen deze afruiling niet goed vinden, daar hiermede de korte vleugel onnoodig verzwakt wordt. 31-27 heeft o. i. beslist de voorkeur. 4) Zou zwart hier dezelfde afruiling doen met 17-22 enz., dan was de stand weer gelijk. Zwart prefereert daarom den veel beteren zet 18-23. 5) 12-18 heeft de voorkeur. Juist om aan wit de afruiling met 33-29 te beletten. 6) Zeer goed, waarmede de eenigszins ver zwakte korte vleugel weder versterkt wordt. 7) Beter dan 11:22, waarmede een zwakke schijf op 22 zou geplaatst zijn. Van nu af wordt de aanval meer op de lange vleugels gericht. 8) De schijf 26 eerst versterken met 11-17 en 21 heeft de voorkeur. 9) Nu minder goed. In dezen stand is 12-17 meer afdoende. 10) Zeer goed, met het doel om zwart's vleugel nog meer te verzwakken. Hierom prefereerden wij 11-17 bij den 16en zet. 11) Om aanstonds de lastige schijf 26 te kunnen wegnemen! 12) 17-22 en 12:21 achten wij sterker, met het oog op het open vak 46. 13) Prachtig, waarmede de remise vrijwel verzekerd wordt. *) Stand na den 25en zet van zwart: Zwart: 2, 3, 8, 9, 12/16, 18, 20, 21. Wit: 28, 31/33, 35, 36, 38, 42, 43, 45, 48, 49. 14) O.i. minder goed, hierdoor wordt zwart meer gelegenheid gegeven, zijn schijven op te brengen. Beter is daarom met de schijven 45 en 49 te werken en dien vleugel ook in verdediging te stellen. 15) Beier dan 21-26 wegens de afruiling met wit 36v31 enz. 16) Wij prefcreëren 34-30. 17) Nog een aardig vaüetje, indien zwart 21-26 speelt, denkende een schijf te winnen. 18) Prachtig. Hiermede de remise op schit terende wijze verzekerd! B. AUTEURSOPLOSSING PROBLEEM No. 57 Motto Opgesloten" Stand. Zwart: 3, 9/11, 14, 18/20, 23, 29. Stand. Wit: 12, 21, 26, 28, 32, 35, 37, 39, 44, 48, 50. Wit: 39-34, 12-8 of 7, 8 of 7-2, 2 : 47 48-43 Zwart: 29:49, 48:16, 23741^ ? 16:49 50-44, 35:44[ 49:40 * NEDERLANDSCHE DAMBOND Het rondtournooi om den Meestertitel" is geëindigd. De heer M. Ten Brink van Haarlem is met 17 punten van de te behalen 22 punten tot Meester" gepromoveerd en mag dus nu volgens de bepalingen van den N. D. voortaan mededingen naar den titel van Kampioen van Nederland". Wij wenschen den heer Ten Brink geluk met zijn succes. CORRESPONDENTIE P. D. te B.; M. D. te A.; M. v. P. te A. Uwe problemen heb ik nagezien en worden geplaatst.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl