Historisch Archief 1877-1940
14 Nov. '15. No. 200.3
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
13
Nadruk verboden
Kitchenerjnaar den Balkan
(Teekening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakensiek)
TOEN GINO BAAS JOCKF.M I-R ZELF OP Al:
(Vrij naar Van Zeggelen)
. Redacteur: Dr. A. G. OLLAND
Predikheérenkerkhof l, Utrecht
Alle berichten,deze rubriekbetreffende.gelieve
men te adresseeren aan bovenstaand adres.
PROBLEEM No. 30 VAN J. FRIDLIZIUS
(Tidskrift för Schack)
ZWART
a bcdefgh
WIT
Wit: Kg3, Dbl, Tc5, Lf8, Pe5, pionnen
a4, d5 en e2.
Zwart: Kd4, La6, pionnen b6, c6 en e6.
Wit geeft mat in drie zetten.
Oplossing over 14 dagen.
OPLOSSING EINDSPELSTUDIE No. 25
VAN HENR1 RINCK
Wit: Kh8, Pf2, pionnen a6, d6 en h4.
Zwart: Kh6, Ta4, Ld l, pion h7.
1. d6?d7, Ta4?d4, 2. a6?a7, Ld l?f3,
3. Pf2-g4f Kh6-h5 (Kh6-g6, 4. Pg4-e5f
en 5. Pe5Xf3) 4. Pg4-f6f Kh5Xh4, 5.
Pf6?d5, Td4Xd5, 6. a7?a8D en wint (5...
Lf3Xd5, 6. d7?d8D en wint).
Goede oplossing ontvingen we van :
H. Vos te Zutphen, J. S. te Zeist. W.
Duncker te Leiden, J. Rietman te Dieren en
J. E, Visser te Rotterdam.
OPLOSSING* PROBLEEM No. 29 VAN
CHR. CHRISTENSEN TE KOPENHAGEN
Wit: Ke7, Dg5, Tb4 en h8, La2, Pa4 en
d4, pionnen e3 en g2.
Zwart: Ke4, Dd2, Th3 en h4, Lb8 en c6,
Phi, pionnen d3, d6, g6 en g7.
1. Ke7-f7 Dd2Xa2f 2. Pd4-b3f.
l Lc6-d5f 1. La2Xd5f.
l Lc6-e8f 2. ThSXeSf.
l Th3?f3f 2. g2 ? f3f.
l Th4?f4f 2. Dg5Xf4f enz.
Behalve deze oplossing is er (jammer van
het aardige probleem.) nog een nevenoplos
sing, n.l. 1. Pc6f Db4:f 2. Ld5f.
Aangegeven door J. Torn te Waalwijk,
H. T. Arnold te Lexmond en |. Rietman
te Dieren.
De auteursoplossing werd ingezonden
door: M. Dolman te Zeist, M. L. Frijda te
Arnhem, W. Haselkamp te Nijmegen, J.
Koopmans te Amsterdam, G. A. C. te Ant
werpen, Siegfr. Spanjaard te Den Haag,
W. Free te Groningen, H. Vos te Zutphen,
dr. M. B. Oerlemans te Heusden, A. Gratama
te Renkum, L. O. te Utrecht, J. E. Visser
te Rotterdam en J. S. te Zeist.
FRANSCHE PARTIJ
(Zevende partij (2de match) gespeeld
15 en 22 Juli 1915)
Wit Zwart
Dr. A. G. Oiland G. J. van Gelder
1. e2?e4 e7?e6
2. d2-d4 d7?d5
3. Pbl-c3 Pg8-f6
4. Lel?g5 Lf8-e7
5. e4-e5 Pf6-d7
6. Lg5?e7 Dd8xe7
7. Pc3-b5 Pb8-c6
8. a2-a4
Niet gód! Zwart weerlegt dezen zet op
zeer juiste wijze. Beter is de meer gebrui
kelijke zet 8. c2?c3.
8 a7?a6
9. a4-a5 a6 * b5
10. a5Xb6 Ta8 * al
11. DdlXal 0-0!
Veel beter dan 11... c6, waarop zwart in
het nadeel komt, bijv. 12. Da8, 0-0, 13.
Db8: Db4f 14. Kd ! (Ke2 dan 14... Dc4f
15. Kei, Dc2: met voordeel voor zwart) Db2 :
15. Ld3, Dd4: 16. Da7, De5 17. Pf3 en wit
heeft de beste kansen.
12. b6xc7?
Deze ook door Bilguer aangegeven zet is
een foutzet, die zwart de winst bezorgt.
Wit moet zoo snel mogelijk zijn figuren
ontwikkelen, dus Pf3 of Ld3 spelen, doch
ook dan behoudt zwart de beste kansen,
daar hij na c7 c6 door f7?f6 het witte
centrum kan aantasten.
12 Pb8-c6!
Maroczy speelde minder goed in 1908 te
Weenen tegen Spielmann 12... Dc7: waarop
na 13. Ld3, Pc6. 14. c3, b4, 15. f4, Ld7, 16.
Pe2, Tb8, 17. 0-0, bc3: 18. bc3: b5 de
spelen gelijk stonden. De tekstzet brengt
wit in verlegenheid.
13. c2-c3 f7?fü!
14. LflxbS
Zwart is zooveel voor inde ontwikkeling,
dat het voor wit niet meer mogelijk schijnt
den dreigenden aanval van zwart te keeren.
14 Pc6Xd4!
15. Lb5?d3 Pd4-c6
16. Dal?bl f6 «e5
17. Ld3Xh7f Kg8?h8
18. Pgl?f3!
In verband met den volgenden zet nog
de beste wijze om het spel voort te zetten.
18 e5-e4
19. Lh7Xe4 d5Xe4
20. Dbl xe4 De7Xc7
21. U-O
Wit heeft nu wel is waar slechts twee
pionnen voor een stuk, maar zijn stelling is
voorloopig veilig en hij is een catastrophe
ontloopen.
21 Dc7?f4
Op 21... e6? zou kunnen volgen 22. Pg5,
Lf5, 23. Dh4f Kg8, 24. g4! of ook 24. Dc4f.
22. De4-K6 Df4-f5
23. Dg6-g3 Tf8-f6
Zwart, die tot nu toe onverbeierlijk heeft
gespeeld kon thans sterker 23... e5 spelen
om Lc8 zijn kracht te doen ontplooien.
24. Pf3?h4 Df5?h5
25. Dg3?c7 Tf6?f8
26. g2?g3 e6?e5
iiMMinilmiimiiiiiiMiliniMMillMMiillllllllllllltlliiiiiiiuiilMiiiiliiiiiiiiiiiii
27. Tfl?el Kh8-h7
Om Df7 mogelijk te maken.
28. b2-b4 Tf8-e8?
Beter is 28... e4 bijv. 29. Te4:? Ddlf
30. Kg2, Dd5 enz. Nu Wint wit een pion.
29. b4-b5 Pc6-e7
(Stand der partij na 29... Pc6?e7)
ZWART
53. c4, Lf7, 54. c5, Lh5, 55. Kd5, Lg4,
56. Ke5, Lf3, 57. K f4, Ld l, 58. Ke5, Le2,
59. Kd4, Lg4, 60 Ke5, Lh5, 61. Kd5, Le8,
62. Kt-5, Lf7, 63. Kf4, Lb3, 64. Ke5, Kd7,
65. f6? ? (door 65. ti5 kon wit remise forceeren,
bijv. 65... Ke7! 66. h6, gh6: 67. gh6: Lg8!
68. f6, Kf8! 69. Kd6, Lh7, 70 c6, bc6: 71.
Kc6:) g6, 66. Kf4, Ke6, 67 Ke4, Lc4, 68. Kf4
Ld5, 69. Kg4, Lb3, 70. Kf4. Lc2, 71. Ke3,
Lb3, 72. Kf4, Kd7, 73. Ke5, Lf7! 74. Kf4,
Ke6, 15. Ke4, Kd7, 76. Ke5, Kc6, 77. h5,
gh5: 78. Kf5, Kd7, 79. g6, Ke8, 80. Kg5, h4,
81. gf7:f Kf7: 82. Kh4: Kf6: t n zwart won.
d e
WIT
f g
30. Dc7Xe5!
Niet 30. Te5: waarop wit na 30... Ddlf
31. Kg2, Pd5! verloren is, daar de koningin
noch naar b8 kan wegens Lh3f noch naar
d6 wegens Pd8f.
30 Dh5Xe5
31. TelXeS
Wit heeft nu drie pionnen voor een stuk
en hiermede staan de kansen weer volkomen
gelijk.
31 Lc8-d7
32. f2-f4 Pe7?g8
33. Te5-h5f Pg8-h6
34. Th5-d5 Ld7?h3
35. Ph4?f3 Lh3?f5
36. h2-h3 Kh7-g8
37. g3-g4
Dit vereenvoudigt het spel. Zeer goed was
ook 37. Pj>5, doch ook dan zou bij korrekt
spel de partij vermoedelijk remise moeten
worden.
37 Lf5-e4
38. Td5-e5 Te8Xe5
39. Pf3Xe5 Ph6?f7
40. Pe5?d7?
Hierdoor gaat een pion verloren en krijgt
zwart winstkansen. Door 40. Pf7: Kf7: 41.
b6! zou wit remise hebben kunnen maken,
immers een poging van zwart om b6 te
veroveren zou verlies der partij voor zwart
medegebracht hebben, daar de witte
pionnenphalanx dan niet meer is tegen te houden.
Zwart is dus genoodzaakt zijn koning in
de buurt van de witte pionnen te laten.
Wit evenzeer bijv. 41... Kf6, 42. Kf2, Lc6,
43. Ke3, Lg2, 44. h4, Lc6, 45. h5, Ld5, 46.
Kf2, Lc6, enz. remise.
40 Pf7-d6
41. Pd7?c5 Le4?d5
42. Kgl?f2 Ld5?hl
Op 42... Pb5: zou volgen 43. c4, Lb4:
44. Pb7: en wit heeft haast zeker remise.
43. b5-b6 Pd6?b4
44. Pc5?d7 Ke8-f7
45. f 4-f 5 K f 7?e7
46. Pd7-c5 Pc4Xb6
Ook nu is de partij nog zeer moeilijk voor
zwart te winnen. Er volgde nog:
47. g5, Ld5, 48. Ke3, Pd7?, 49. Pd7: Kd7:
50. h4, Lf7, 51. Kf4, Lh5, 52. Ke5, Ke7,
12e Jaargang 14 November 1915
Redacteur: K. C. DE JONGE
Van Woustraat 112", Amsterdam
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, aan bovenstaand adres te richten.
PROBLEEM No. 67
Motto Moderne Problematiek"
No. XIV van den wedstrijd
Zwart (11 schijven)
l
6
11
16
21
26
31
36
41
4C
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Wit (11 schijven)
Stand. Zwart: 5, 6, 9/13, 17/19, 21.
Stand. Wit: 24, 28, 32/34, 37/40, 44, 46.
(Wit wint een schijf of de partij).
Oplossingen in te zenden vór 27November
aan bovenstaand adres.
AUTEURSOPLOSSING PROBLEEM No. 63
Motto Lobs"
Stand. Zwart: 2, 6, 8, 12, 14/18, 20, 23, 25.
Stand. Wit: 24, 26, 27, 29/31, 34, 35, 37,
38, 44, 46.
Wit: 27-22. 29:7, 26-21,21:3 343
Zwart: 18:36, 20:49, 49:417 25:34 of 2:11 2:11
_ 11-17, _
of 25:34, 46:37, 43-32Ten wint.
AUTEURSOPLOSSING PROBLEEM No. 64
VAN L. LA PORTE, GOES
Stand. Zwart: 5, 7/10, 14, 17, 18, 21, 23,26,
dam op 50.
Stand. Wit: 24, 29,32, 34, 37, 38, 40, 41, 43, 49
Wit: 32-27, 37:19, 29-23! 40-35, 38-32
Zwart: 21 : 32, 26 : 46, 18 : 20, 14 : 23," 4672" 8
49-44, 30-25, _3_5: 33!
50: 48," "48: 30"
Een goed afgewerkt probleem. De tempozet 40-35 is
alleen dan mogelijk nadat wit 29-23 heeft gespeeld. De
zetten zijn niet verwisselbaar, terwijl de overblijvenden
stand geen twijfel overlaat dat deze gewonnen is voor
wit Kr komt geen enkel doelloos stuk in voor. terwijl
de dam op 50 zeer natuurlijk is, daar zwart door 45-50
daar gekomen kan zijn. De eenisre opmerking die wij
zouden kunnen maken is deze, dat de zwarte stukken
den weg als het ware aanwijzen hoe de slag zal moeten
geschieden, maar daartegenover staan bovengenoemde
goede hoedanigheden.
PARTIJ No. 5
gespeeld 24 Aug. 1915 tusschen de heeren
A. van der Heide met wit en J. Waaker met
zwart, beiden te Amsterdam.
ONREGELMATIGE OPENING
Wit Zwart
1. 32-28 17-21 (18-23!)
2. 37-32 21-26
3. 34-29 beter is 41-37 26:37
4. 42:31 11-17
5. 40-34 17-21
6. 45-40 21-26
7. 47-42
llukt de lange vleugel van wit geheel uit zijn verband.
7. 26:37
8. 42:31 19-23
9. 2819 14:23
Wit kan nu vooreerst het centrum niet innemen.
10. 32-27 10-14
11. 50-45 20-25!
Belet wit het sterke veld 24 te bezetten
12. 38-32 6-11
13. 43-38 11-17
14. 49-43 5-10
15. 35-30
Wit tracht een opsluiting te formeeren, die evenwel
meer na- dan voordeel zal brengen.
15. 14-20
16. 40-35 1-6
17. 44-40 10-14
18. 31-26
33-28 gaat nog steeds niet.
18.. 14-19
19. 27-21
Wit heeft niet veel beters.
19. 16:27
20. 32:21 7-11
21. 21-16 gedw. 2-7
22. 41-37 9-14
23. 46-41
30 24. 35:24 zou niet goed zijn. daar wit na eenige
zetten een schijf zou verliezen.
23. 4-9
24. 48-42
Afwachtende zet.
24. 17-22
25. 37-31 12-17
De zet die aan zwart eenige tempo's verschaft.
26. 31-27 22:31
27. 26:37
(lm tempo's te krijgen. 36-27 gaf aan wit meer vrijheid
en belemmerde zwart in de ontwikkeling van den
korten vleugel.
27. 7-12
28. 16:7 12:1
29. 38-32 6-11
30. 36-31 1-6
31. 31-26 8-12
32. 42-38 3-8
33. 41-36? (32-28!) 20-24!
Het iniste moment om nu op zijn beurt wit op te
sluiten, daar nu de afruil 32-28 verhinderd is.
34. 29 20
35. 37-31
36. 32-27
15:24
11-16
Stand:
Zwart (13 schijven)
l
6
11
16
21
2C
31
3C,
41
4C
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50,
Wit (13 schijven)
Zwart: 6, 8. 9, 12/14, 16/19, 23/25.
Wit : 26, 27, 30, 31, 33/36, 38/40, 43, 45. ?
36. 6-11!
Nu moet wit altijd een stuk verliezen,
37. 27-22 gedw.
Op 34-29 volgt _____ 40:20, 39:30
2331, 25:34, 14:34
3^-32 loopt op verlies uit voor wit, aldus:
3K-32, 3'4:2i. 39-33, 4 :20, 32 28, 28-22._26:6 _
23-29. 18:49. 25:34, 14:25, 49.21, 17:39, 39-44!
en wint. daar de witte dam wordt opgesloten.
37. 17:28
38. 33:22 18:27
39. 31:22 12-171
12-18 is ook goed.
40. 38-33 17:28
41. 33:22 8-12
42. 36-31?
De beste zet voor wit is hier 39-33. Zwart kan geen
dam nemen, wegens wit 3():li. Speelt zwart 12-17 dan volgt
:i3-2X. 36-31, 31-27,J>«:6
23.32TÏ7 28. 32-2T
Op /wart 14-20 volgt \vit 34-29 en wit is uit de opsluiting.
lip zwart 12-18 volgt wit 20-21, zwart kan spelen 23-28.
Met lie-te spH van wit is dan aldus:
____ , 43-38 A, 33-28! 28 23, 34:23, 40:20, 20-15
23^28~28:Ï7~ T2~öt'Ï3-18B 18:29. 25:34, 19:23
Wit is een stuk achter maar heeft echter zeer groote
remisekans.
kan geeQ
A. Speelt wit 22-17 dan ;
dam nemen wegens 42-47 en 14-20, dus
wit 26-21 C, H-1
16-27^ 13-18 en wint.
'^8 2"3 '10'R S5 SO
B. Als zwart speelt 14-20 dan volgt " '
'-^19:28, 12:3
en wit krijgt zijn stuk terug.
C Als wit speelt 36-31 dan ' '"'
p 42-33, 13-18 en wint,
w:mt de witte dam wordt opgesloten.
42. 12-17
43. 43-38 17:28
34.39
Wit kan nu niet :)«-33 spelen wegens zwart -?_ - ' "
44. 34-29? 23:32!
Slaat juist. Als zwart 23:32 slaat dan volgt 2i)-20.31-27,2C:6
14:25, 32:21
,.,. , . , , 3i)-33, 34:43. 40:20
W,t had kunnen spelen ^ &^ ^
Wit is nu een stuk achter.
ind.en wit35 30,dan ~1^^?daQWlDtZW'
45. 31-27
Hseft geen tempo meer!
45. 2534
46. 40:20 14:25
47. 27.38 Wit geeft op.
J. W.
* >S