De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1915 14 november pagina 5

14 november 1915 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

14 Nov. '15. No. 2003 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Een slachtoffer van den oorlog Het is maar een klein kerkgenootschap, dat der Doopsgezinden, hetwelk getrouw aan zijne tradities, blijk heeft gegeven van zijne van ouds bekende vrijzinnigheid, door het eerst in ons land, eene vrouw toe te laten tot het predikambt. De Remonstranten zijn gevolgd, hebben onlangs in beginsel aangenomen, dat ook de vrouw voorganger der gemeente zal kunnen zijn, maar er is er nog geene bij hunne broederschap aangesteld, al is mej. dr. Gerlings reeds gepromoveerd op een veelgeprezen proefschrift, 't Zal echter nog we_I lang duren, vór de Ned. Herv. Kerk, die men onze Staatskerk zou kunnen noemen, dit voorbeeld volgt, indien 't al ooit zoover komt. Hoe zou men dan kunnen vermoeden, dat in Engeland, het land op allerlei gebied, maar vooral op dat van den godsdienst, zooveel behoudender dan het onze reeds sedert eenigc jaren, eene vrouw het beroep van predikant uitoefent. Natuurlijk niet in de Anglicaansche kerk, dat bolwerk van het orthodoxe Christendom. Bij de verschillende secten, die er zich van hebben losgemaakt: de Kwakers, Wekleyanen, Baptisten, enz., die worden samengevat onder den algemeenen naam Dissenters, d. i. Afgescheidenen, is 't zeker voorgekomen, dat van tijd tot tijd, ook vrouwen in de openbare samenkomsten zijn opgetreden. Maar eene vrouw officieel aanstellen tot predikant, dat hebben, voor enkele jaren, de Unitarians gedaan, met welken naam men de vrijzinnig godsdienstigen aanduidt. Zij ontleenen die benaming aan het feit, dat zij, in tegenstelling met de leden der Staatskerk, die nog altijd het leer stuk der Drie-eenheid aannemen God in three persons,blessed Trinity ,zooals 'tluidt in een hunner kerkgezangen, zich de God heid als eenheid voorstellen. Elke Engelsche stad van eenige beteekenis, heeft tegen woordig hare unitarische kerk; Londen heeft er zelfs verscheidene. 't Is in Birmingham, eene der drie groote steden van Engeland, dikwijls little London genoemd, dat de Reverend Gertrude von Petzold werd aangesteld als predikant in eene der voorsteden, bij eene afdeeling der Unitariërs, die er drie predikanten hebben; het is van daar, dat zij nu door het Ministerie van Binnenlandsche Zaken is verbannen en uitgewezen, een slachtoffer van den oorlog. Gertrude von Petzold is, zooals haar naam aanduidt, eene Duitsche. Dochter van een Pruisisch officier werd zij opgevoed in 't streng orthodox Luthersch geloof.Benauwend en beklemmend scheen haar die atmosfeer; de wind waait waarheen hij wil. Aangeboren vrijheidszucht werd versterkt door het ver keer met eene Engelsche gouvernante van vrijzinnige beginselen. Zij werd geboren in Thora, eene Pruisische vesting op de Rus sische grens, en ging naar school in Stettin. Later heeft zij aan de universiteit te Berlijn philosofie en theologie gestudeerd, maar daar zij er niet kon promoveeren, begaf zij zich naar Edinburgh, waar zij aan St. Andrew's College haar academischer! graad verwierf, M. A. (Master of Arts) ongeveer gelijkstaande met dr. in detheologie, ten onzent. Daarna ging zij naar Oxford, waar zij aan Manchester Col lege, dat aan de Universiteit de vrijzinnige richting vertegenwoordigt, nog drie jaar lang hare studiën voortzette. Zij was daarop gedurende vier jaar voorganger aan de vrije christelijke kerk te Leicester. De Vereenigde Staten, waar reeds zoovele vrouwen het predikambt uitoefenen, vooral in de verspreide Unitarische gemeenten, trokken haar aan. Zij werd uitgenoodigd om er gedurende twee jaar, nu hier dan daar op te treden. Na afloop keerde zij terug naar Engeland, voelde behoefte zich te laten naturaliseeren, in 't land, dat voor haar een geestelijk vaderland was gebleken. Maar nu k wam't een dan't ander tusschen beide en wettig Britsch onderdaan is zij nooit geworden. Tot onverwachts de oorlog kwam en zij begon in te zien welk gevaar haar als vreemdelinge dreigde, hoe zij kans liep den werkkring te verliezen, dien zij zich met zooveel moeite en inspan ning verworven had. Hernieuwde pogingen van haar zelve en hare gemeente om haar nog te laten naturaliseeren mochten niet baten, en op den gestelden termijn, 31 Juli, heefi zij Engeland verlaten. Wat haar wacht op 't punt van godsdien stige verdraagzaamheid, in haar eigen land, Het Wondere Leven der Paddestoelen Dit is de klinkende titel van een klein boekje dat ons ter recensie werd toegezonden, een deeltje van de bekende Meulenhoff-editie. Het kost 95 cent, is gedrukt op middelmatig papier en gestoken in een aardig bandje met kleungen omslag, 't Is zijn geld best waard, al was het alleen maar om de vele op kunst drukpapier gereproduceerde foto's van padde stoelen, de meeste vervaardigd door mej. Bijl, en daar zijn heel mooie onder. Natuurlijk konden op de acht en tachtig platen niet alle paddestoelen afgebeeld worden, zelfs niet alle zeer gewone en de schrijver ver wacht dan ook dat sommige lezers niet met zijn keus tevreden zullen zijn. Tot onze verbazing missen wij onder andere de aardsterren, die den auteur anders zoo prachtig in zijn poëtischen kraam te pas zouden zijn gekomen en van de echte champignons, de Psalliota soorten, krijgen wij niet anders te zien dan kleine dingetjes op cultuurbedden in kelders. Maar de afbeeldingen van parasolzwam en inktzwam zijn prachtig, evenals die van de mild bedeelde honigzwam. Misschien had de uitgever beter gedaan met du illustraties niet in een bundel te ver eenigen, maar ze te verspreiden door het boek heen, want de eigenaardige stijl van den schrijver, den vaardigen publicist D. J. van der Ven, kan zoo'n onderbrekinkje best velen Om het maar eens opzijn eigen manier het land dat Jatho heeft gedaagd voor zijne geestelijke rechtbank en ontzet uit zijn ambt, daarvan heeft zij een voorproefje gehad, toen zij, in 1907, 't dorst bestaan om in Berlijn te preeken. Haar vader, hare ortho doxe familiebetrekkingen tn kennissen had den van den aanvang af, zich heftig gekant tegen hare oproerige inzichten. En degenen die bij deze gelegenheid allicht kwamen uit nieuwsgierigheid om eene vrouw op den kansel te zien, bleken tegen dit ongewone schouwspel niet bestand. Er ontstond een tumult en de godsdienstoefening kon geen voortgang hebben. Engeland zou Engeland niet zijn, als zelfs in deze moeilijke omstandigheden, de bladen, die dan toch de afspiegeling zijn van wat men in een land wenscht en behoeft, bij 't verhaal van al dit gebeuren, verzuimden het licht te laten vallen ook op den buiten kant der persoonlijkheid en der questie. Ten behoeve van gelijkgezinde lezeressen, wil ik 't zelfde doen: meedeelen dat 't aca demisch gewaad, met de witte kap, die volgens Engelsch gebruik aanduidt tot welke faculteit men behoort, haar uitstekend kleedt, terwijl haar manieren zeer innemend zijn. Haar trekken zijn zuiver en fijn besneden, zij heeft weelderig donker haar, donkere oogen, een hoog voorhoofd en een volle, muzikale stem. Zij is nog geen 40 jaar oud. Volgens degenen die haar hoorden preeken, bezit zij in hooge mate de gave der wel sprekendheid : toen zij eenige jaren geleden, in B rmingham optrad in de Townhall, het fraaie, antieke gebouw, dat nog dagteekent uit den tijd van Oud-Birmingham, en 3000 menschen bevatten kan, was dit tot aan den nok gevuld. Er is geen enkel werk in de wereld," moet ze eens gezegd hebben uitgenomen misschien 't vermoorden van medemenschen, dat eene vrouw niet even goed doen kan als een man, wanneer zij maar dezelfde opleiding en dezelfde kansen krijgt." Eene volbloed feministe dus. Dat zij evenwel niet tekort schiet in vrouwelijke beminnelijkheid en, in haar ambt, genegenheid en achting heeft weten te winnen, schijnen we te mogen afleiden uit het feit, dat bij 't afscheid op 31 Juli, haar vele geschenken werden aan geboden en haar voorstel dat deze bijeen komst geen vaarwel maar een tot weerziens zijn zou na den oorlog, met hartelijke in stemming werd begroet. Zij heeft 't haren gemeenteleden op 't hart gebonden, in dezen tijd van beproeving, de kerk en hare instel lingen te steunen, zooals tot nu toe, opdat, bij hare terugkomst, zij weer zouden kunnen samenwerken voor de zaak van het Christen dom en de verbroedering der menschen. M. K. Vossenbont Nauw heeft de herfst met merkbare geelroodbruine tinten ingezet en dwarrelt hier en daar een blad, of onze zomersche kleedij maakt plaats voor stemmiger dracht, waar van men de soepel-warme vacht van meer of minder zeldzaam dier, van lieverlede als een onmisbaar onderdeel ging beschouwen. Voor het dragen van licht pelswerk, wacht men tegenwoordig zelfs het najaar en den winter niet af. Reeds in vorige zpmerseizoens droeg men het in vollen zomertijd, weliswaar op koelere dagen of in den avondstond en dan zoo los mogelijk om hals of schouders geslagen. Zoo zag men in de elegante badplaatsen vooral veel vossen dragen. Het afgeloopen zotnerseizoen bracht uitbreiding van die vossenmode.en in Scheveningen, dat in dezen oorlogstijd de buitenlandsche badplaatsen veelal moest vervangen, kreeg men als 't ware eene complete vossententoonstelling" te zien en te bewonderen. Bijna uitsluitend met poolvos zag men er de dames getooid, naturel poolvos van fijnste, kostbaarste kwaliteit, verre overheerschend 'n enkele fraaidoende imitatie. Poolvos, blank en licht van huid en naar mate van kwaliteit te sneeuwiger van hr arvacht, is dadelijk te herkennen aan de grootte van het vel, de lengte der zijdigzachte haren en den forschen wollig-pluimigen staart. Wie ooit den slimmen bezitter van een vossenpels in natura aanschouwde, zij 't dan ook in den vorm van doodgewonen inlandschen soortgenoot, zal zich van het uiterlijk van alle mogelijke vossenhuiden eene tamelijk juiste voorstelling weten te maken. Immers 'n vos blijft 'n vos, al moge z'n huid in bereiden toestand aan lengte winnen wat zij aan breedte moest inboeten of omgekeerd, al verandert het beest ook van naam «aar gelang van zijne groepsoort en van de streek uit te drukken, hij is diffuus en grandiloquent. Hij noemt To Cool de grootste mycophage van Nederland" en deelt met milde hand meer dergelijke eeretitels uit. Ook heeft volgens hem de Utrechtsche keldercham pignon zijn afzetgebied gevonden onder de hoogste kringen der Nederlandsche aristo cratie en verschaffen de nietigste micros copische zwammctjcs aan een heelen staf van plantendokters en -artsen met den wak keren en on vermoeiden professor Ritzema Bos aan het hoofd, een veld van nuttigen arbeid." Stil in een boschhoekje stonden degrilligzwarte Totentrompeten, door Be^nink naar Arnhem gebracht uit de zwamrijke bosschen van het Denekampsche natuurland". Ook spreekt hij van kevers en andere coleopteren" en overstelpt hij zijn lezers met allerlei onverklaarde aanhalingen, zinspelingen en uitdrukkingen in op zijn minst vijf talen, vier levende en een doode. Dat is nu wel erg vleiend voor de lezers, maar voor een boekje, dat blijkens zijn geheelen opzet als volksboekje bedoeld is, toch wel ietwat ge waagd. Ook gaat het niet aan, om Antonie van Leeuwenhoek den ontdekker der bakteriën te noemen. Niettemin is het een aardig boekje en ik heb het met plezier gelezen, al verloopt het op de laatste pagina ook in hoofdzeer en praatzieke kappers. In 't eerste hoofdstuk ontwerpt de schrijver een beeld van het herfstbosch en van het leven der padde stoelen hoe zij zich voeden, sporen voort brengen en uitstrooien, en waar zij al zoo groeien. Dan komt een overzicht van de voornaamste vormen en eindelijk een ge schiedenis van de studie der paddestoelen, die heel aardig uitloopt op een verslag van de Paddestoeltentoonstelling te Arnhem in 1912 en een korte bespreking van padde stoel-schilderijen. Het tweede hoofdstuk behandelt de padwaaruit het afkomstig is. Zoo treffen we in de Poolstreken den poolvos aan, den zilvervos in de Siberische sneeuwvelden, terwijl de rood-vos in Virginië thuis behoort. De witte poolvos is voorwaar eene bont soort om met handschoentjes aan te raken l Vooreerst staat de heldere blankheid der haren aan spoedig smetten bloot en vordert hunne teere broosheid aanraking met zachte hand. Ook dient gewaakt tegen atmospherische invloeden, die in 't glanzende wit gele plekken te voorschijn roepen. Daarom verdient het aanbeveling om poolvos, na het dragen, losjes even uit te kloppen, op 'n droge, niet warme plaats een poosje uit te hangen en steeds op te bergen in blauw papier gewikkeld. Deze aanbeveling geldt alleen voor de echte onvervalschte witte vossenvacht! Voor het afbreken en geweldig uitvallen der haren, voor het spoedig scheuren der huid van den bij uitstek onsolieden namaak, welke uit onkunde of winstbejag als Renard Polaire" wordt aangeboden is geen kruid gewassen. Met het schoonklinkende Renrad Polaire" wordt vaak ten onrechte betiteld eene min derwaardige bontsoort, welke door een vak man op het eerste gezicht als wit konijnenvel, bij grootere haarlengte meestal als sneeuwhaasbuik onderkend wordt. Het is niet alles Vos" wat Renard" heet! Blauwvos is een bontsoort wier be naming veelvuldig misbruikt wordt en waar van de namaak schier algemeene bekendheid verkreeg. Hoe mogen ze zich in populaire gunst verheugen, de blauwgeverfde schobbe en z.g. Japansche vos, op zich zelf lang geen verwerpelijke bontsoorten,doch niet de gering ste overeenkomst vertoonend met den waren natuurlijken blauwvos! Dat dit zomerspecimen van den poolvos, in zijn zomertenue van beige-bruine tot licht kastanjebruine kleur, met dicht wollig onderhaar en niet zeer lang zachtzijdig bovenhaar waarlijk blauw vos ' heet... zie dat is nu juist niet bij ieder bekend. Aan dit vosexemplaar valt volgens leekenbegrip dan ook geen siertje blauw te bekennen. Toch, de ervaren vak man met het geoefend oog zal altijd spreken van mooie blauwe vellen, eenvoudig omdat hij in het onderhaar van first class vellen die [eigenaardige tint ontdekt die in bontwe kerskringen als blauw" bekend staat. De pels dan van dezen zomerpoolvos is zoodanig in trek, dat men ze vaak met het dubbele van het witte winterexemplaar be taald. Deze hooge vellenwaarde wordt nog verre overtroffen door die van den primus inter pares onder de vossen, den zeldzaam mooien z i l v e r v o s. Zijn haarkleur loopt van beige-bruin tot bruin-zwart, sporadisch tot geheel zwart, zij vertoont op het rugmidden eene glanzend zwarte streep door zilver be grensd met zilveren uitloopers naar de flan ken. Een zware donkergetinte staart met helderwitte puntvlok, is als unicum in de bontwereld een der voornaamste kenteekenen van echtheid. Buitengewoon is zeker dat de huid kostbaarder wordt, naarmate de donkere kleur der rugstreep zich verder uitstrekt. Zoo is een el dat slechts zilver vertoont bij de achterste pooten oneindig meer waard dan eene sterk met zilver be dekte huid. Om der wille der zeldzaamheid brengt de geheel zwarte zilvervos, als groot natuurwonder uit het vossenrijk, fabelachtige prijzen op. O.a. werd eenige jaren geleden op eene Londensche veiling voor een prachtexemplaar de kapitale som van 5000 pond sterling (60,000 gulden) gemaakt. Omdat ter vervanging, de vellen van den veel en veel goedkooperen roodvos in de verlangde tint zwart geverfd kunnen wor den, terwijl het effect van rugstreep en zilver verkregen wordt door ingezette witte haren, moest men zich voor het aanschaffen van dergelijk kostbaar bontwerk uitsluitend tot zaken van gevestigd vertrouwen wenden. Een kenner moge zich misschien een oogenblik laten misleiden, doch zal bij nadere beschouwing, nauwkeurig kunnen vaststellen welke bontsoort hij voor zich heeft. Onder de betere vossensoorten is rood vos al een zeer dankbaar materiaal. Toe bedeeld met alle gotde eigenschappen der edeler soorten, kan de roode haardos 't zij door verven of oxideeren vrijwel tot in 't oneindige afgewisseld worden. Zoo heet deze rossige klant in zwart gewaad Canadavos, in roodbruine tint Zibeline-vos, en in zwarte-witgespitste kleur Amourskij-vos. In grauw-grijs noemt men hem Smoke-vos en is als zoodanig bij de Engelschen zeer in tel, in donkerder grijs vindt hij als Alaska-vos vele afnemers. Russuia's. destoelen als volksvoedsel. De heer Van der Ven is een groot voorstander van het eten van paddestoelen en heeft dan ook in de Amsterdammer van 14 October 1914 er op gewezen, dat juist in deze tijden er aan gedacht moet worden, om niet duizenden en duizenden kilogrammen goed voedsel te loor te laten gaan. Wat tot nu toe een ver snapering en een buitenissigheidje was voor de gegoeden, kan een belangrijke steun wor den voor het algemeen. Er wordt al lang in ons land op dit aanbeeld gehamerd en de heer Van der Ven, die blijkbaar geen enkel tijdschriftartikel uit de laatste twintig jaren ongelezen heeft gelaten, had wel kunnen vermelden dat mijn vriend E. Heimans jaren geleden op een algemeene vergadering van de Nederlandsche Heidemaatschappij te 's-Gravenhage een belangrijke voordracht over paddestoelen als volksvoedsel heeft Ook brengt hij als Amourskij-vos (imitatie zilvervos) of onder een der vorige bena mingen beduidend meer op dan in eigen natuurkleur. Als rood-vos bracht de mode hem eenige jaren geleden terug in de rij der gewilde bontsoorten en voerde daardoor ook de roode vacht tijdelijk tot hooge geldswaarde op. Vossenbont is voor den aankoop eene der voordeeligste bontsoorten. Nu de tegen woordige mode de korte schouderkraag in eere herstelde, zien we daartoe veelvuldig n enkel vpssenvel, met eigen kop en pooten als garneering, aangewend. Plat uitgelegd en door zijden ruches aan weerskanten ver breed, is deze nvellige vossenkraag het bontmodel voor dit seizoen. L. K. Over Boeken EEN MOOI KINDERBOEK Ja, 't is met recht een mooi kinderboek dat voor ons ligt. Het is getiteld Het kleine volkje" en bevat teekeningen in kleur van mej. H. Willebeek leMair met kinderlijke,oorspron kelijke, versjes. Onwillekeurig vergelijken wij deze plaatjes bij de eerste van deze begaafde teekenares naar wij meenen in het Dalcroze-album. Welk een groote vooruitgang in uitbeeldingen lijn en vorm is waar te nemen. Thans kindertooneeltjes die voor ons leven, voorheen etherische figuurtjes sierlijk en bevallig in hun bewegen, doch prentjes, meer niet. Teer van lijn en kleur staan ze daar thans voor ons: Klein Paultje die aan 't rommelen ging in den grooten naaimand en bij de bestraffing van groote zus 't kopje zoo schuldbewust laat hangen. Dat was je toch verboden en telkens doe je 't weer." Hugo die zijn teddybeer, en schaapje, en konijntje een hapje gunt van zijn ontbijt. De wijze paardjes, en dan dat aardige tafereeltje waar klein broertje omhoog wordt geheven om lorre klontjes te geven: Hopsa! Klein manneke, Kan je er wel bij ? Lorre kijkt al, Een slimmert is hij! Hij houdt van lekkers, Van koek en beschuit, Kijk, kijk eens daar komt hij Zijn kooitje al uit. Met smaak en talent heeft mej. Willebeek Ie Mair dit alles geteekend, en in teere aquarel-tonen heeft de uitgever Augener Ltd. te Londen het smaakvol verzorgd weten weer te geven. Dat little people" ook een Hollandsch boekje werd, dat waardeeren wij Het werk onzer begaafde landgenoote komt zoodoende ook ten goede aan onze Nederlandsche jeugd Het is waarlijk een mooi St. Nicolaas geschenk! Van alles wat De Vereeniging van Hoofden van Industrieschelen v. Meisjes zal na 1916 een examen in dameskleedermaken afnemen voor meisjes, die niet de vakscholen bezochten; dit examen staat gelijk aan dat voor het diploma A (driejarige cursus in wollenaaien) der Industriescholen. Verder zullen aan het examen voor leerares (diploma B) kunnen deelnemen: l o. Allen, die diploma A en een bewijs van tweejarige werkzaamheid op een atelier kunnen overleggen. 2o. Zij, die na haar 16e jaar 5 jaar een atelier bezochten. Secretaresse is mej. G. N. Bader, direc trice derlndustrieschool v. Meisjes te Arnhem. Naar aanleiding van ons bericht in t 'Nr. van 23 Oct. werd ons gemeld dat de Remonstrantsche Gemeente te Meppel reeds een half jaar geleden twee vrouwen benoemde in het Kerkbestuur om deel te nemen aan de armverzorging der gemeente. Mogen de andere gemeenten dit goede voorbeeld spoedig volgen! Op het oogenblik zijn er 3 vrouwelijke Eerste Kamerleden in Amerika. Miss Kathrin Clarke in Oregon, mrs. Helen Ring Robinson in Colorado en mrs Frances Willard Munds in Arizona. Laatstgenoemde viel de bijzondere onderscheiding te beurt van het presidium. Kleine moffen zijn de voorloopers van het winter-bont. Ze zijn gemaakt van zijde en bengelen vroolijk en luchtig versierd met strikken en kopveertjes aan een zijden lint, dat aan gelijkkleurig halsstuk is bevestigd. De voorliefde voor bepaalde kleuren is gehouden en dat daar reeds in beginsel is besloten hetzij vanwege de Heidemaat schappij, hetzij van regeeringswege de paddestoelen in dat opzicht meer bekend te maken door populaire geschriften, geïllu streerd met gekleurde platen. Daar is verder niets van gekomen en nog altijd zou het goed zijn als de Regeering of het Steun comitéof de Nederlandsche Heidemaatschappij of eenig ander lichaam dit nuttig en noodig werk op zich wilde nemen. Het geld, ermee gemoeid, kon moeilijk beter worden besteed. Ik ben het met den heer Van der Ven eens, dat zulk werk het best verricht kan worden door de Nederlandsche Mycologische Vereeniging, natuurlijk met regeeringssubsidie. In de vijftig bladzijden, aan het eten van paddestoelen gewijd, ver telt de schrijver veel aardigs, interessants en griezeligs, alles behoorlijk en overvloedig toegelicht. Over de eetbaarheid van vele paddestoelen loopen de meeningen nog uiteen. De stemming wordt over het algemeen hoe langer hoe gunstiger: veel soorten, die men vroeger als giftig beschouwde, blijken onschadelijk te zijn of zelfs eetbaar. Voorzichtigheid is hier echter geboden; de heer Van der Ven wil dan ook van de i Satanszwam of de Peper melkzwam maar liever niets hebben en ook niet veiligheids halve van de mooie Russuia's, omdat die zoo moeilijk zijn te onderscheiden. Een paar weken geleden bij gelegenheid van de Haagsche paddestoeltentoonstelling hebben ; alle groote dagbladen verteld, dat het geslacht : Russuia geen enkele eetbare soort bevat. i Het getuigt wel van apathie op zwammengebied, dat niemand die bewering heeft tegengesproken, daarom doe ik het hier nu maar even. Er zijn meer eetbare dan ver giftige Russuia's en ze zijn ook niet zoo heel moeilijk van elkaar te onderscheiden. Het gaat niet aan om deze prachtige pad een gevoelskwestie. Wij spreken niet meer van niodekleuren als voorheen, toen gril en luim van .enkele modehuizen deze of gene kleur tot een heerschende maakte. Onze smaak voegt zich naar onze stemming en deze wordt weder beheerscht door den tijd waarin wij leven. Ook dit as. seizoen zal dus zwart wel weder het record slaan. Zwarte zijde, zwart fluweel, zwarte tule, zwart taffet, keuze genoeg. Zwart met wit! O! die wijde klokrokkcn! Ze gaan oude gansche garderobe beheerschen. Men ziet reeds de uitwerking op het schoeisel. Grijze, bruine, ja zelfs paarsche laklaarzen zijn niet zeldzaam en geheel up to date." En nu het koude, vochtige jaargetijde de dunne kousjes voor straatdracht wel wat onprak tisch maakt, doen witte slobkousen den intocht en steken gril af bij de donkere winterstoffen. De hooge laars bij de jupe-trotteur eischt weinig belangstelling voor de kous. Een gladde, effen zijden kous is de kleur van het bovenstofstuk van de laars is zeer smaak vol en gedistingeerd. Ook de z.g.n. Harmonika-kousen met gekleurden ondergrond: blauw en zwart, grijs of groen, of blauw en brons zijn voor de koele maanden practisch en elegant. Dat in Engeland de vrouwen hoe langer hoe meer belangrijke functies gaan vervullen blijkt uit 't bericht dat dr. Everett Maclaren, lid van de afd. Glasgow der Ver. v. Vrou wenkiesrecht, hoofd der medische dienst aan het Oakbank Hospitaal te Glasgow (250 bedden) welk hospitaal dezer dagen over genomen was door het Departement van Oorlog, de officieele aanzegging heeft ont vangen dat zij door de militaire autoriteiten tot Hoofd-Patholoog en Bacterioloog is aan gesteld. Tevens kreeg dr. Maclaren verlof haar functie als Medisch Inspectrice van het Glasgower schooltoezicht te blijven ver vullen. Haar nieuwe betrekking, is, naar wij gelooven, de eenige in Schotland en geeft haar de rang van Kapitein. Toen de Schotsche Roode Kruis-Brigade door het Depar tement van Oorlog was erkend, was dr. Maclaren n der eersten die, toen de oorlog uitbrak, als Commandant aan het hoofd van een Detachement stond. Volgens een Reutertelegram is dr. Helon Sexton, Directrice van het Australisch Hos pitaal te Auteuil, welks hospitaal nu ook onder de militaire autoriteiten staat, den rang toegekend van officier van gezondheid met den rang van majoor. De geheele staf van dit hospitaal bestaat uit vrouwen. Het is opgericht door het ini tiatief van eenige dames uit Melbourne, Mrs. Smith, haar beide dochters en Mrs. Blackwood, die ook de fondsen verstrekken, die voor de instandhouding noodig zijn. Correspondentie Mevr. T. C. v. D. Vriendelijk dank voor uwe recepten. Wij zullen ze gaarne plaatsen. Den heer J. W. Wij zullen in een der volgende Nrs. aan uw verzoek voldoen. nilllHIIIIMIIIMIIUIIIlmmiMlllllmimillllllllllmillmlIlllllllllllllllIlm Verzoeke alle stukken voor de rubriek Voor Vrouwen" in te zenden Koninginneweg 93, Haarlem. IIIIHIIIIIIIII n imnmiiiuiiiiiim mi iiiiiniiiiiii KONIKGSPLEIN - AMSTERDAM TM)g!IH)UT8!N AU D ZIIPENi voorStJieolaas-Cadpaux destoeltjes in een ongunstig daglicht te plaatsen, daarvoor zijn ze ook veel te mooi. Geeneen paddestoel heeft zulke mooie, strak gespannen, onafgebroken plaatjes en zulke sterke kleuren op zijn hoed. In het derde hoofdstuk worden de be trekkingen behandeld die bestaan tusschen de paddestoelen en de andere planten van het bosch, zoowel vriendschappelijk als vij andig, Het fijne draadweefsel der padde stoelen onder den grond helpt niet alleen het bleeke stofzaad om aan den kost te komen, maar evengoed ook de eiken en de beuken, de berken en de sparren, ja zelfs de boschbessen en de heideplanten. Daar staat tegenover dat andere, waaronder de Armillaria-soorten en de wortelzwammen veel boomen ten val brengen. In het hoofdstuk Waarheid en Verdichting in Mycologie" krijgen we behalve veel folklo ristische aardigheidjes een goede schets van het ontstaan en de uitbreiding der heksenkringen en ook van de merkwaardige ver kleuringen zooals iedereen die wel eens gezien heeft bij 't doorsnijden van een satanszwam of een daarmede verwante soort. Ook parasiteeren van paddestoelen op padde stoelen krijgt een beurt en daaraan knoopt zich dan ook het laatste hoofdstuk vatt, waarin de brand- en roestschimmels, de gistzwammen en bacteriën behandeld worden en dat eindigt dan met dien kapper. Alles met alles beveel ik dit boekje gaarne aan, vooral omdat ik verwacht, dat de lezers er door aangespoord zullen worden, om nog wat meer van die belangrijke planten te weten te komen. De boeken die daarbij kunnen helpen, worden door den heer Van der Ven in zijn eerste hoofdstuk genoemd. JAC. P. THIJSSE

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl