Historisch Archief 1877-1940
28 Nov. '15. No. 2005
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
De Drommedaris (1540)
De Drommedaris te Enkhuizen
Toen voor enkele jaren de St. Pancrastoren
te Enkhuizen veel geld kostte aan restau
ratie, was bij geen Enkhuizer ook maar de
gedachte, dat de oude Drommedaris zoo kort
daarop een dusdanige herstelling zou onder
gaan. Reeds waren de gebreken sinds langen
tijd van dien aard, dat een oningewijde zich
de vraag mocht stellen: wacht dit bouwwerk
op den slooper of zal het kunstgevoel te
avond of morgen (maar dan noodwendig
toch spoedig) bij de vroede vaderen ont
waken en redden dit bouwwerk voor meer
der verval. En gelukkig werd het laatste
werkelijkheid en kon met behulp van rijk
en provincie door de Gemeente in Juni 1914
een aanvang worden gemaakt met de werk
zaamheden tot herstel van het oude bouw
werk, welke thans zoo goed als geëindigd zijn.
Op verschillend gebied was in den loop
iMiiiiiillilMiiiilllimiilllli
Huib Luns
IN 'T BOYMANS MUSEUM. ROTTERDAM
Huib Luns is, naar 't wezen van zijn werk,
een renaissancist. Hij heeft de eigenaardige,
vlotte begaafdheid, die we in zulk eenen
ons denken ; hij heeft het vermogen zich in
voorstellingen te verwerkelijken, die gedeel
telijk op verbeeldingskracht, gedeeltelijk op
herinnering van geziene dingen berusten.
Hij is geneigd tot het mythologisch onder
werp, en hij kan in een houtsnec als Ceres
werkelijk iets van dat wat hij geven wil
bereiken. Er is vaart in zijn werk, gemak.
De prenten van de vogels en van de liggende
karbouw (?) zijn zeker met verdienste. Ge
voelt in zulke dat studie naar een
nauwomschreven voorwerp hem goed doet, en de
opschietende phantaisie (soms te vluchtig)
hier juister wijze gebonden wordt. Tot haar
eigen heil wordt hier de phantaisie (die ook
in Kromhout's Toren is) getoomd. Zich door
studeeren betoomen is wat dezen werker
noodig is. Dit blijkt mij telkens opnieuw
bij zijn werk. Soms vrees ik dat wij
die rond ons al de tastende pogingen zien
van struikelaars, en van eerlijke stumpers,
en van hartstochtelijke zoekers naar naïvieteit,
een beetje te bevreesd geworden zijn, om
't innerlijk ook in het vaardige gemaklijk te
vinden maar hier bij Luns schijnt me dit
zonder onzekerheid waar te zijn: zich be
dwingen is zich verrijken.
PLASSCHAERT
Arti
EEN BESCHOUWING
F.r zijn tegenwoordig tentoonstellingen
vol schelle kleur en vol ongerechtvaardigd
leven. Er zijn andere, die in slecht en zwak
verwerkte theorieën geen voldoend steun
punt vinden om hare krachteloosheden te
doen aanvaarden. Er zijn werken als die
van Gestel, die een bloembladdwarrel zijn,
en eigenlijk gedacht in andere technie
ken. Er zijn theorieën, misvattingen, dwa
lingen, fouten, maar in alle deze is toch
leven. In Arti (wie durft het ontkennen?)
marcheert nu de dood door de zalen; er is
geen overtuiging meer, geen eenheid, geen
op-bloei. Ik vergis mij: de Dood marcheert
hier niet, maar hangt loom ergens over een
balustrade. Enkele uitzonderingen maken
deze waarheid niet onwaar. Jan Sluyters is,
- Ingesloten onze Catalogus
- met ruim 600 afbeeldingen
Enkhuizen; Drommedaris met Spui
(Foto's van A. Egmond, Enkhuizen)
der tijden aan dit gebouw geknutseld, en
het had tevens verschillende bestemmingen
gehad. Oorspronkelijk gebouwd alsafsluiting
der slad aan de Zuidzijde en tevens bedoeld
als verdedigingspunt, bestond het uit een
ronde torenbouw met aangebouwd rondeel,
gescheiden door een poortdoorgang. In
't begin der 16de eeuw als enkele verdieping
opgetrokken, werd in 't laatst dier eeuw de
bouw verhoogd met nog een verdieping,
en tevens de torenbouw voorzien van een
achtzijdige torenkap, bekroond met een open
koepel en de aanbouw met poortoverdek
king plat afgedekt. Tegelijkertijd werden het
uurwerk en het schoone carillon geplaatst.
Hierbij zij vermeld, dat de klokken zijn
voorzien van den gietersnaam Petrus Hemony
en de jaartallen 1674, '75 en '76. In het
rondeel ten Oosten van de poortdoorgang,
bevindt zich een (vermoedelijk) wachters
lokaaltje, met gemetselde schouw en enkele
schietgaten, welk vertrek, met zijn gevoegd
metselwerk een typischen indruk maakt.
In den torenbouw is de ruimte begane gronds
ingericht als hall, met rondom zes kazematten
met schietgaten, eenige munitievertrekjes en
een groote schouw.
Op de verdiepingen herhaalt zich in den
torenbouw deze groote ruimte en zijn hier
in 154 en 153, overtuigend van vitaliteit,
Anna Abrahams niet ongevoelig van kleur,
Lizzy Ansingh geeft een levendige notitie;
Bobeldijk heeft een losse gevoeligheid voor
kleur, Veldheer's visch blijkt te prijzen om
levendige toch decoratieve hanteering van
het materiaal; Fr. Hoogerwaard geeft een
Moorschen Dans, Hoytema een blad met
kastanje; Mènnickendam's Bloemen kunnen
vermeld worden: Osieck's inzending, Albert
Roelofs, en Visser's Biddende Knaap (209),
maar dit is te weinig, te weinig, voor een
vereeniging als Arti" was.
Wie der leden zal inzien dat, zoo hande
lend als nu, de Dood in het genootschap
loom blijft hangen over zijn balustrade; wie
zal de dutters verschrikken, en wie zal
nieuw leven zoeken en 't lokken ?
PLASSCHAERT
Najaarsveiling bij Frederik Muller
Het had er nog iets van eene verhuizing
toen wij een der eerste dagen van deze
week de zalen van Frederik Muller door
wandelden. Alleen de moderne schilderijen
hingen ordelijk aan een wand en hier en
daar stond een zeldzame glazenkast of een
kostbare Fransche commode die het aan te
zien was dat ze hun vaste plaats gekregen
hadden. Overigens leek het of een rondedans
van stoelen en feauteuils, van dressoirs,
commodes en secrétaires, van klap-, speel-,
werk- en andere tafeltjes plotseling gestaakt
was. En hoezeer ze ook mochten aanspraak
maken op de omschrijving van charmant,
of joli of ook maar beau meuble of tres
belle of niet meer dan belle pièce, zooals
ze daar stonden deden ze als réfugiés wier
goede dagen voorbij waren en wier glans
en heerlijkheid met de omgeving waarin
zij thuis hoorden, verdwenen was. En de
kostbare Delftsche schotels en pullen en
borden stonden in zulke hoeveelheden op
de tafels bijeengepakt als was het nog in
den ouden tijd toen dat goed" met scheeps
ladingen werd aangevoerd en voor het
uitzoeken was. Zelfs zoo aehteloos en onver
schillig leunden in een hoek twee enorme
empire-pendules tegen elkaar, dat het een
weldaad moest geweest zijn ze mee te
nemen om ze uit deze omgeving te verlossen.
En toch waren het pièces d'un richissime
ordonnance (voir la reproduction !)
Alleen het kostbare blauwe porselein was
al met zorg in de kasten uitgestald. En
terecht. Daar zijn, met name in de ver
zameling Sequeira stellen van vazen,
rolwagens, peervormige flesschen en busvormige
potten en ook enkelingen, kleinere flesschen
met lijzen en emblemen en zones van arabes
ken en 'bauden van lambrequins met peer
vormige buiken en cols minces clancés",
die zeker tot beste behooren wat op dit
gebied in ons land onder den hamer kwam.
Maar dan stonden er beneden weer lange
plaktafels leeg. Daar moest het eenvoudige
Delftsch een plaats vinden dat zoo grof
maar toch ook zoo kernachtig kan zijn. Het
was benauwend te bedenken van hoeveel
kanten al die broosheid hier samenkwam
en naar hoeveel kanten ze bestemd was
verstrooid te worden. In elk geval zou zij
gemakkelijker verplaatsbaar zijn dan dat
viertal kabinetten dat ergens heelhuids in
een nis scheen neergekomen, maar nog niet
bekomen scheen van den schok....
Het wordt eene enorme veiling, deze
najaarsvendutie van Frederik Muller. De
liefhebber van blauw porselein zal er
groeien", de doorsnee-mensch en vooral
de doorsnee Eva zal er veel lieve kleine
meubeltjes zien die ze dolgraag zal willen
hebben; de kenner zal er smullen en ook
wel eens de wenkbrauwen fronsen, maar
de koopman die zal er koopen.
H.
Boekverkooping te Leiden
De firma Burgersdijk en Niermans
Templum Salomonis" te Leiden, kondigt in dit
nummer van ons blad wederom eene
hoogstbelangrijke veiling aan, die van 8 tot 18
en daar, everals in den aanbouw eenige
gevangencellen aanwezig, waarvan een met
eikenhout afgeschoten, door zijn gesneden
inscripties, dateerende vanaf 1575, de moeite
van bezien waardig is. Wat de restauratie
van een en ander betreft, kan worden vol
staan met memoreering van onderstaande
ingrijpende werkzaamheden, die den lezer
eenigermate op de hoogte kunnen stellen,
met datgene, wat de tand des tijds en
ook vandalisme aan zulk een bouwwerk
kan bederven. De schietgaten in de buiten
muren waren alle verdwenen, en} zoowel
aan buiten- als binnenkant dichtgemetseld;
deze zijn opengemaakt en aan de buiten
zijde van zandsteenen omlijstingen in blok
vorm voorzien. De sokkel met zandsteenen
plintafdekking was dermate vergaan en be
schadigd, dat nieuwe stukken metselwerk
moesten worden aangebracht en de oude
plintbanden uitgenomen en opnieuw van
profiel moesten worden voorzien. De zand
steenen poortbekleedingen, waaraan ver
schillende lijstwerken ontbraken, zijn weer
hersteld, alsmede de zandsteenen kruisramen
en twee houten raamkozijnen welke aan
wezig waren, zijn verwisseld voor zand
steenen. De oude houten onder- en boven
ramen zijn vervangen resp. door glas in
iiiimiiiiiimmiiinii
December zal plaats hebben. De omvangrijke
catalogus van + 4600 nummers bevat als
eerste afdeeling de geschiedenis en de
geographie, waaronder de belangrijke
historischdiplomatische bibliotheek van wijlen Prof.
C. H. Th. Bussemaker te Leiden.
De volgende afdeelingen omvatten het
gebied der rechtsgeleerdheid, staatsweten
schappen en staatshuishoudkunde, der god
geleerdheid, kerkgeschiedenis en philosophie.
Bijzonder goed is vertegenwoordigd de
klassieke philologie, vooral de grieksche
schrijvers en taalkunde, gedeeltelijk afkomstig
uit de boekerij van wijlen Prof. Imgram
Eijwater te Oxford. Verder bevat de cata
logus veel over bibliographie,
Ex-librisliteratuur, nieuwe taal en letterkunde, kunst,
muziek, enz.
De.boeken zijn te zien 6 en 7.December.
Brieven van Generzijds
Rechter David P. Hatch van Los Angeles
(Californië)i overleeden 21 Februari 1912, die
volgens de verzeekering van mrs. Elsa
Barker, na zijn overlijden door haar hand
in automatisch schrift berichten uit het hier
namaals dicteerde, onlangs verscheenen als;
Brieven van Generzijds" (W. Versluys).
Er is onlangs in Amerika een merkwaar
dig boek verscheenen onder den titel van
Letters from a living dead man." Het ver
scheen met den naam var Mrs. Elsa Barker,
een in Amerika welbekende schrijfster, die
reeds een bundel uitsteekende gedichten
gepubliceerd heeft en ook een fantastische
roman, getiteld The son of Mary Bethel".
In een voorbericht zeide echter Mrs. Bar
ker, dat zij niet de oorspronkelijke schrijf
ster van die brieven was, maar dat ze haar
waren gedicteerd door een ooverleeden
vriend. Zij schreef ze needer in automatisch
schrift, zonder te weeten wat er koomen zou.
Natuurlijk werden deeze brieven niet al
gemeen met goed vertrouwen ontvangen.
Zij werden greetig geleezen, maar hun echt
heid werd door veelen betwijfeld. Aan op
zettelijk bedrog valt bij de bekende per
soonlijkheid van de schrijfster niet te denken.
Zij zelve is oovertuigd dat de berichten echt
zijn. Maar ook familieleeden van rechter
Hatch, die de ! berichten heet gezonden
te hebben, verklaarden er niet aan te
kunnen twijfelen, dat deeze brieven wer
kelijk van den ooverleedene afkomstig zijn.
Het staat vast dat men in geen geval om
trent deeze brieven zal kunnen zeggen wat
men zoo vaak omtrent spiritistische
meededeelingen hoort: dat zij zoo onbeduidend
zijn. Echt of niet. deeze brieven zijn niet
De Drommedaris te Enkhuizen tijdens de verbouwing
loodbovenlichten en eikenhouten luiken voor
de onderramen, deze laatste aan sierhengsels
draaiende. Groote stukken van het
buitenmetselwerk, die dreigden uit te vallen, zijn
hersteld, en alle zandsteen en loodwerken
in gevels en op de kap van hun verflagen
ontdaan, zoodat de oorspronkelijke steen-en
metaalkleuren weer aan 't licht zijn gebracht.
Het carillon en uurwerk werd door de
firma Eysbouts te Asten (N.-B.) op degelijke
wijze gerestaureerd, en 't carillon laat dan
ook weer na een rust van pi.m. 3 jaar zijn
reine, schoone klanken op gezette tijden
over het stadje galmen. In de torenkap zijn
tevens de verschillende dakkapellen en
wijzerplaatramen in hun oorspronkelijken
staat gebracht. Wat de binnen-restauratie
betreft, deze bepaalde zich tot het aan
brengen van verschillende eikenhouten
ondersteuningsbalken en stijlen, 't ver
beteren, afhakken en invoegen van met
selwerk en voornamelijk de hal heeft
hiervan zijn deel gekregen, daar door
pakonbeduidend. Zij bevatten drachtige ge
dachten, diepe wijsheid en hebben ook
litterair hooge waarde. Wij gecven hier een
tot nog toe niet gepubliceerd portret van
rechter Hatch, den man van wien de brieven
heeten afkomstig te zijn.
Een hollandsche vertaling van de Letters
from a living dead man" is reeds verschee
nen onder den titel Brieven van generzijds".
Een tweede bundel kan verwacht worden,
waarvan reeds in ,,Tne Forum" van Novem
ber 1915 eenige brieven zijn gepubliceerd.
F. v. E.
?I< * *
G. HOLLE, Met Pieter Pikmans het zee
gat uit. Geïil. Bibliotheek voor jongens,
De Goede Kameraad". Uitg. van Van
Holkema en Warendorf, Amsterdam.
Een boek van de zee, herinnerende aan
jongenslectuur als Marryat en Kieviet ver
schenen in deze serie, en, zooals ook dit
frissche boek met aardige prenten geïllu
streerd. De teekenaar Jan Wiegman, en de
auteur G. Holle hebben elkander en de
smaak van den Hollandschen jongen begre
pen. Het is er alweer een van de oude soort,
die de zee op wil; ditmaal is dit motief
verwerkt in de dagen van 1593.
P. P.
Nieuwe boeken van deze week:
EUGÈNE BAIE, 'La Belgique de Demain,
39 pag., fr. 0.60. Paris, Perrin et Cie.
CH. RAPPOPORT, Jean Jaurès, met een
voorwoord van W. H. VLIEGEN en een brief
van ANATOLE FRANCE, 279 pag. Amsterdam,
Em. Querido.
Dr. N. JAPIKSE, Johan de Witt, 358 pag.
Amsterdam, Nederlandsche bibliotheek onder
huisgebruik veel ervan was beschadigd en
zelfs een der schoongewerkte gewelfgraden
was verdwenen, door het in den loop der
tijden naar beneden vallen van een zwaar
klokgewicht. Jammer, dat de gelden ont
breken om de kelder onder het gebouw
waterdicht te maken, die wat architectuur
betreft eenzelfde vorm en constructie heeft
als het gewelf in de begane grondhal.
Niettegenstaande enkele zaken, die het waar
dige van het geheel zouden verhoogen, waar
onder in de eerste plaats de kelder, niet
worden in orde gebracht, kan Enkhuizen
toch met trots den bezoeker dit monument
van ouden roem en stadsgrootheid toonen,
en is door de openbreking en in
gebiuikstelling van de poortdoorgang een zeer mooie
dooikijk ontstaan vanaf de havenzijde, naar
de voor de noordelijke poortzijde liggende
ophaalbrug met als achtergrond en omgeving
eenige typische oude gebouwtjes.
A. JANSEN
leiding van prof. H. BRUGMANS.
G. HOLLE, Met Pieter Pikmans het zeegat
uit, 250 pag., f 1.40, geb. f 1.90
(JongensBibliotheek De Goede Kameraad"). Am
sterdam, Van Holkema & Warendorf.
CYRIEL BUYSSE, Oorlogsvisioenen, 249pag.,
f 2.25, geb. f 2.90. Bussum, C. A. J. van
Dishoeck.
COR VAN OSENBRUGGEN, Wilde Jo, met
platen van B. MIDDERIGH?BOKHORST, 147
pag. Gouda, G. B. van Goor & Zonen.
BAS VAN DER VEER, Spreekwoorden in
plaatjes en rijmpjes, f 0.50. Gouda, G. B.
van Goor & Zonen.
JACOB ISRAËL DE HAAN, Het Joodsche Lied,
23U pag. Amsterdam, W. Versluys.
Mrs. ELSA BARKER, Brieven van Generzijds,
met een voorreede van dr. FREDERIK VAN
EEDEN, 248 pag. Amsterdam, W. Versluys.
ALBERT VERWEY, Het zichtbaar geheim,
292 pag. Amsterdam, W. Versluys.
H. P. BERLAGE, Het Pantheon der
Menschheid, met een bijschrift in verzen, door
HENRIETTEROLANDHOLST-VAN DER SCHALK.
Rotterdam, W. L. en J. Brusse.
Prof. MUNROE SMITH, Het gewicht van het
onöenwg7>are.London,ThomasNelson & Sons.
De Oorlog en de Duitsche propaganda, in
het Nederlandsch overgezet, door mr. W.
DE VEER. London, Thomas Nelson & Sons.
J. C. DE BUISONJÉ, Golven, 44 pag. Bussum,
R. Los.
Prof. W. MARTIN, Albert Neuhuys, zijn
leven en zijn kunst. Amsterdam, P. N. van
Kampen & Zoon.
De Liejde Sticht 1916, 127 pag., f 0.10, geb.
f 0.25. Amsterdam, Van Holkema & Warendorf.
Prof. H. U. MEIJBOOM, Geestelijk Voedsel
en Surrogaten, f 0.40.Zaltbommel,P.M. Wink.
J. J. VAN HILLE, Over Ascetisme, f 0.40.
Zaltbommel, P. M. Wink.
iilimillliimiiiiiimiHiimiiimiiii
MUZIEK
Josef Pembaur
(Teekeningen van Joan Collette)
De kunstenaar
Josef Pembaur heeft dan opnieuw in
Amsterdam geconcerteerd. Eerst op een'
avond, waarop een groot publiek hem met
veel enthousiasme huldigde, later in samen
werking met het Hollandsche strijkkwartet
waar hij Thuille's concert speelde en nu
Zondag als solist op het
abonnements-concert van het Concertgebouw-orkest waar
zijne sterk typeerende persoonlijkheid en
spel eene ovatie verwekte.
Pembaur is een type, een dier menschen
Aan den vleugel
wien het alledaagsche vreemd is. Zijn op
komen op het podium beweeglijk, druk met
geregeld armgezwaai. Dan buigt hij elastisch,
fladderend om zijn hoofd de lange zwarte
haren, terwijl de oogen tintelen van humor.
Dan zet hij zich op het leuninglooze stoeltje
dat zijn eigendom is en dat hij overal met
zich sleept en waarvan, veraf van den vleugel
gezet, slechts een klein stukje hem tot zit
plaats dient. Even later vliegt als in
knotsgezwaai de arm in de hoogte en hij grijpt
in de toetsen, nu eens ze betokkelend als
in zachte streeling met imponeerende vinger
vlugheid, straks ze beukend als met hevige
mokerslagen. Hij beheerscht heel zijn in
strument, speelt voor zichzelf met wellust
en zelfs de meest onmuzikale compositie
ontvangt onder zijne handen verhoogden
inhoud.
Zóheeft hij Zondag van de technisch
ontzettend moeilijke, muzikaal vrijwel onin
teressante Mazeppa-Etude van Liszt eene
brillante wedergave gegeven, waarin hij het
onbereikbare bereikte. Maar van meer be
koring was het scherzo fis kl. t. van Chopin,
waarin hij de poëzie van zijne eigene persoon
lijkheid legde, terwijl Liszt's Concert a gr. t.
door hem met het orkest meesterlijk gecre
ëerd werd. C. J. STRÖER