Historisch Archief 1877-1940
5 Dec. '15. No. 2006
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
.waarna zij omstreeks 9 uur met een gevoel
van verlichtingen genade huiswaarts keerde.
Des nachts om n uur verzocht zij hare
jongere zuster Emma om mede naar
Mettlnus terug te gaan, opdat deze ook haar
van den duivel zou bevrijden. Teruggekomen
?in het huis van Meltinus vonden zij dezen
nog wakker en bereid aan het verzoek te
voldoen; hij bracht zijn mond op dien van
Emma en blies haar op den mond en in de
neusgaten. De duivel kwam echter niet snel
uit; er was weerstand. Toen werden Piet,
de knecht, de meid en de kinderen geroepen
om bij het duivelbannen te assisteeren, maar
Piet kwam niet; eindelijk verscheen hij, roe
pende: Ik heb met den 'rommel hier niets
te maken." Hierop sloeg Mettinus hem met
een blaaspijp dood; het lijk werd vervolgens
nog getrapt en geslagen door Mettinus en
de anderen, waarbij de kinderen huilden en
riepen: Och vader, doe dat toch niet."
Emma antwoordde: Piet voelt het toch
niet." Allen voelden zich buitengewoon vol
daan en gelukkig en zongen: gezegend zij
God, de duivel is verslagen!" De dader werd
eenige uren later in verzekerde bewaring
gebracht: doch de overigen bleven den
geheelen dag in het huis bidden en psalmen
zingen, en niets kan hun de overtuiging
ontnemen dat er hier een wonder had plaats
gehad, en de duivel verslagen was.
In de tweede plaats zij hier herinnerd aan
de geschiedenis die zich bijna honderd jaar
geleden in het dorpje Wïldenspuch in het
kanton Zürich afspeelde. Er leefde daar,
zegt het verhaal, een welgestelde boer,
Johannes Peter, een man van een ordelievend
en vlijtig, maar eigenzinnig en twistziek
karakter. Zijn jongste dochter, Margaretha,
toonde reeds in haar prille jeugd een sterken
religieusen aanleg; en het feit dat zij op het
Kerstfeest ter wereld was gekomen, droeg
er zeker toe bij dat haar omgeving dezen
aanleg allerminst tegenging. Deze Marga
retha nu kwam onderden invloed van zekere
Juliane von Krüdener, een dweepzieke vrouw,
die als een boetpredikster omstreeks 1815
door Zwitserland rondtrok, dikwijls door
scharen van duizenden geloovigen omgeven.
Margaretha Peter werd nu op haar beurt
het centrum van een kring van godsdienstige
fanatici, bij wie zij in een reuk van bijzon
dere heiligheid kwam te staan. Voortdurend
had zij visioenen en luide verkondigde zij
hare aanstaande hemelvaart: God zou haar
in levende lijve van de aarde naar den hemel
nemen, gelijk hij met Enoch en Elia gedaan
had." Tot eindelijk op 13 Maart 1823 deze
dweperij haar tragische ontknooping aanving.
Op dien dag verzamelde Margaretha hare
huisgenooten en aanhangers om zich heen
en deelde hun mede dat haar in den nacht
was geopenbaard dat zij allen zonder onder
scheid tegen den duivel moesten strijden
opdat deze Christus niet zou overwinnen.
Hierop begon zij, uitroepende: Gij schelm,
gij moordenaar der ziel!" met de vuist, en
dan weder met een hamer, tegen den muur,
op de tafel en op de stoelen te slaan. Ver
volgens beval zij allen naar een kamer van
débovenste verdieping van het huis te gaan,
waar blokken hout, bijlen, hamers en koe
voeten moesten worden bijeengebracht, en
thans sloeg men met woede op het hout
in. Den volgenden dag herhaalde zich dit
tooneel en met zooveel ijver volbrachten
de ingewijden hun werk, dat het inwendige
van het sterk gebouwde huis bijna geheel
verwoest werd. Hierbij riep Margaretha met
krijschende stem: Sla toe, hij is een schel m,
een moordenaar der ziel, verweert u tot op
i uw bloed, laat uw leven voor Christus; sla
toe, totdat gij bloed zweet; die zijn leven
in Christus verliest zal het gewinnen, die
het behouden wil, zal het verliezen." Ditzelfde
werd door anderen herhaald. Vervolgens
riep zij weder, dat zij den geest zag harer
overleden moeder, en dat zij Jezus Christus
klaar voor oogen had. Des avonds om half
acht, toen allen uitgeput door het werk der
verwoesting, schier in elkaar zonken, riep
Margaretha op eens uit: Christus heeft
overwonnen" en op haar bevel moesten allen
zich op de knieën werpen, om God voor
zijnen bijstand te danken. Spoedig echter
begon Margaretha op hare zuster Eüsabeth
los te slaan, om de geesten die in haar
waren te verdrijven; tegelijkertijd beval zij
de anderen om zich met de vuisten op het
hoofd en op de borst te slaan, en toen baar
vader dit niet met voldoende energie scheen
te doen, sloeg zij zelve op hem in, terwijl
zij de pijn, die hij hierdoor gevoelde, den
onderwerp Heeleveldt wat begonte verslijten.
Niels Gade?' riep Julie met emphase.
Mies proestte weer,... Niels Gade! God
diéis prachtig, heusch! en dan zingt Phie
zeker uit de Peer Gynt-Suite"...
.. .?En wordt tot hofzangeres op
Vlietenburg benoemd!" .. . Op 'n fabelachtig
honorarium !" ...
Dat natuurlijk op den tweeden muziek
avond, broederlijk onder de talrijke
schuldeischers zal worden verdeeld... de plech
tigheid zal hoogst indrukwekkend zijn en
't publiek wordt dringend verzocht, na afloop,
staande 't slotkoor aan te heffen"...
Julie voleindde niet, dacht even na.
Nou? Welk slotkoor?" gichelde Mies.
Nun set bedankt mein lieber Schwan ?"...
Ben je mal... bovendien is dat geen
koor"...
Wat dan? Ein fester Burg ist unser Phie?"
Weer schaterden ze 't allebei uit; toen
zei Julie: Kind, kind wat doen we nu toch
flauw! Nu zitten we al die stumpers van
dorpsphilantropen voor de mal te houden
en ... ik hoor er net zoo goed bij!... dat
dacht je niet, hèMiezekind ?"
Jij l"
Ja, ik! Maar ik ga er nooit heen! ik pleng
mijn subsidie op 't altaar der naastenliefde
en daarmee basta! Ik weet zelfs niet eens
wanneer er vergaderingen zijn" ...
Overmorgen, Donderdag l ik hoorde 't
juist van mevrouw Pluysgat;" zei Mies...
Zoo... Nu enfin... 't laat me koud1'...
Ik zou zoo'n vergadering op Vlietenburg
best eens willen bijwonen! dan zie je meteen
't mooie ouwe kasteel waar anders nooit
iemand uit onze kring wordt toegelaten, hè..
en 't prachtige park! daar ken ik net alleen
't dienstpad van,... als Ma onze Sien niet
missen kon en ik wel eens 'n enkele keer
medicijnen aan de tuinmanswoning afgaf"...
Mies lachte voor zich heen, bij de herinne
ring, ... 't groote hoofdhek in !... hèdan voel
je je zoo voornaam... ik keek altijd even
rond of er wel wandelaars waren die mij er
in zagen gaan !... Maar als je 't hek binnen
ben, dan moet je al heel gauw opzij af, 't
anderen Adam noemde, die niet wilde ont
wijken. Eindelijk maakte de overheid aan
dit tooneel een einde door de deur te
forceeren en de deelnemers uiteen te jagen,
doch beging hierbij de fout hen alle op vrije
> oeten te laten, waardoor den volgenden
dag, 15 Maart 1823, het lieve leven weder
kon beginnen.
Aan elf bijeengeroepen aanhangers ver
kondigde Margaretha nu, dat, wanneer
Christus overwinnen en de Satan overwon
nen worden moest, het noodzakelijk was dat
er bloed moest vergoten worden. Zij zelve
had zich voor vele zielen borg gesteld, voor
welke zij gaarne sterven wilde. Zij beval
nu de aanwezigen zich met de vuist op de
borst en het hoofd te slaan, en gaf hiertoe
zelve het voorbeeld. Weldra echter greep
zij haren broeder aan, onder den uitroep:
De satan begeert uwe ziel," en bracht hem,
met een ijzeren ring, verscheidene slagen
op het hoofd en de borst toe. Toen het
bloed begon te stroomen, riep zij: Ziet,
hoe de duivel de horens uit het hoofd van
Casper te voorschijn brengen wil, ziet hoe
zij reeds op de borst zichtbaar zijn." Nadat
Casper was weggebracht, zeide Margaretha,
dat het gebeurde nog niet genoeg was, dat
men voor Christus het leven moest laten,
en dat zij zichzelve gaarne wilde opofferen.
Vervolgens vroeg zij den aanwezigen, of
zij ook bereid waren voor de vele arme
zielen te sterven? Toen allen dit toestem
mend beantwoordden, wees Margaretha hare
zuster Elisa^eth aan als het eerste slacht
offer, die zich hierop zelve eenige slagen
op het hoofd toebracht en .verlangde dat
men maar onmiddellijk dood zou slaan.
Margaretha sloeg haar nu met een ijzeren
hamer op het hoofd, en beval daarna aan
zekere Ursula Kundig het begonnen werk
te volbrengen. Na eenige aarzeling ram deze
een koevoet op, en beukte hiermede zoolang
op de ongelukkige Elisabeth, dat zij, zonder
eenig teeken van pijn te geven, den laatsten
adem uitblies.
Dit was echter nog niet voldoende. Alsnu
sloeg Margaretha zichzelve met een ijzeren
bijtel op het hoofd, en verlangde dat Ursula
Kundig haar dit ook deed. Zij liet thans
een bekken aanbrengen, en zeide, terwijl zij
haar bloed hierin liet stroomen: dit bloed
wordt tot redding aan vele zielen vergoten."
Hierop volgden nog meerdere insnijdingen
met een scheermes aan hoofd en hals. Ein
delijk zeide de martelares dat zij zich wilde
laten kruisigen en verlangde van hare vrien
din Ursula dat deze haar hierin behulpzaam
zou zijn, aan welk verzoek op herhaald
aandringen gevolg werd gegeven. Terwijl
Margaretha voortdurend uitriep: God sterke
uw arm; nu worden de zielen verlost en
satan overwonnen" werden haar nagels door
de handen en voeten, door de ellebogen en
door beide borsten geslagen. Toen de krui
siging volbracht was, beval Margaretha dat
men haar thans den schedel moest inslaan;
Ursula beproefde haar een mes in het hoofd
te steken, doch dit kromde zich om. Toen
nam een der andere aanwezigen een koevoet
en verbrijzelde haar den schedel,
Zoo eindigde het treurspel van
Wildenspuch. De autoriteiten die door een krachtiger
ingrijpen het geheele bloedbad hadden kun
nen voorkomen, dempten nu den put toen
het kalf verdronken was. Ursula Kundig
werd veroordeeld tot zestien jaar
tuchthuisstraf; voor de overige deelnemers varieerden
de straffen tusschen acht jaar en zes maan
den, hetgeen voor den toenmaligen tijd zeker
al buitengewoon humaan was.
Aldus een tweetal voorbeelden die zeker
welaantoonen dat het Katwijksche geval geen
unicum is, maareen type vaneen psychische
afwijking kan zijn geweest die zich helaas
ook in onzen tijd af en toe voordoet. Gaat
men verder terug dan valt het gemakkelijk
tallooze andere voorbeelden aan te voeren;
men denke slechts aan de middeleeuwsche
kloosterschandalen. Gelijk trouwens de ge
heele godsdienstwaanzin een middeleeuwsch
karakter draagt.
Het spreekt van zelf dat dergelijke voor
vallen geen aanbeveling vormen voor de
secten onder wier aanhangers zij zich af
spelen. Toch ware het onbillijk ze als het
tegendeel te behandelen; dat enkele zwakke
zielen zich aan excessen overgeven, mag
niet te gauw het spreekwoord doen toepassen
dat men den boom kent aan de vruchten.
Maar wel mag nog eens gewezen worden
op de zware verantwoordelijkheid van de
leiders der bedoelde secten: het is voikomen
dienstpad" op, dat gaat alleen langs de
stallen en 't koetsiershuis en de tuinmans
woning, en dan ga je meteen 't oude zijhek,
je weet wel dat op de Driehoek uitkomt,
weer uit''...
Ja ja, dat kan wel", zei Julie onver
schillig, en deed 'n vage greep naar 't
piquante romannetje dat, van haar beenen
gegleden, ergens op den grond lag.
En toen ze 't te pakken had, geeuwde ze
nogmaals met ostentatie en begon te bladeren
naar de plek waar ze had opgehouden te
lezen...
Dien Donderdagmiddag ging mevrouw
Margaretha Niels uit; in haar handtaschje
had ze 'n enveloppe die 'n brief bevatte n
twee zifverbons van 2 gulden vijftig; de
brief vertegenwoordigde haar excuses voor
de achteloosheid waaraan zij zich bij 't
geldwisselen had schuldig gemaakt, en de twee
zilverbons vertegenwoordigden de subsidie,
de ramp-za-lige subsidie. Ze wist zelf niet
wat haar 't meest hoofdbreken had gekost,
de brief of de subsidie...
Oom Koos, op Laren was de reddende
engel geweest; die wou haar vier jonge
kalkoenen cadeau doen; wat zijn ze waard,
had ze hem quasi schertsend gevraagd;
nou ... tien pop" had-ie gezegd ; en zij ...
gut, ze wist zelf niet waar ze zoo maar in
eens de durf vandaan gehaald had, ze had
gezeid:... Weet je wat Koos, hou jij de
kalkoenen, en geef me liever de tien pop....
afijn, toen was ze toch'n beetje zenuwachtig
geworden, ze had wel kunnen gaan huilen,
't was toch eigenlijk haast bedelen... afijn
hij had ze d'r toegestopt.
Nu wandelde ze rustig den weg op naar
Vlietenburg... totdat Hanna Pluysgat haar
inhaalde...
Zoo ? Je gaat zeker naar de van
Ellickhoven s..."
Mevrouw Niels keek schuw verbaasd,
gut-och-gut... hoe wist die nu weer van
dat geld brengen ... je kon toch geen vinger
in de asch steken, of iedereen bemoeide er
zich mee....
.
begrijpelijk dat de Appelternsche zaak voor
den Appelternschen predikant, die de daders
onder zijn beste gemeenteleden had gerekend,
zeer onaangenaam was. Had hij door een
andere opvatting zijner taak het gebeurde
wellicht niet kunnen voorkomen?
Mr. K. JANSMA
MEDI
>MEK
Dagelijksche moeieüjkheden
in de praktijk
Het is dikwijls merkwaardig de houding
van den leek tegenover de geneeskundige
wetenschap en hare dragers te kennen, wan
neer hij objectief, en wanneer hij subjectief
tegenover hen staat. Zoolang niet zijne
belangen onmiddellijk erbij betrokken zijn,
heeft hij buitengewonen eerbeid voor wat
de geneeskunst tot stand bracht en vermag,
en vergeeft hij haar, dat ze nog niet alles
weet, en nog niet in staat is, overal en on
der alle omstandigheden genezing te bren
gen. Maar, zoodra hij zelf of zijn naaste
omgeving door ziekte wordt aangetast, wordt
hij meer eischend, en vordert niet alleen
een spoedige herkenning van de aandoening,
maar ook een ondubbelzinnig antwoord op
de vraag naar den duur enden?natuurlijk
gunstigen afloop ervan. Psychologisch is
dat gemakkelijk te billijken: buurmans leed
schrijnt minder dan het eigene, en bij
anderer tegenspoed kan men zich gemakke
lijker den om vang van het menschelijk kennen
en kunnen juist voorstellen, dan wanneer
men zelf zich van dat kennen en kunnen
afhankelijk gevoelt. Dan gaat men
bovenmenschelijke eischen stellen, en, zoo daar
aan niet voldaan kan worden, zegt men
eenvoudig zijn vertrouwen op in de weten
schap en in hen die haar beoefenen. Ook
dat is gemakkelijk te begrijpen, omdat geen
enkele leek ook maar de geringste voorstel
ling heeft van de moeilijkheden, waarmede
de medicus dagelijks heeft te kampen.
Aan het begrip gezond zijn" moeten
we de beteekents hechten, dat alle organen,
waaruit het lichaam is samengesteld, gaaf
en ongeschonden zijn, dat alle weefsels,
waaruit de organen zijn opgebouwd, in ge
lijke conditie verkeeren, en dat alle verrich
tingen van de organen volmaakt verloopen.
Wanneer er stoornis optreedt in de normale
verrichtingen van een of meer organen, is
het organisme ziek. En nu is het merk
waardige, dat, wanneer een der organen in
gebreke blijft, zijn normale functie te ver
richten, het geheele organisme daarvan den
Ja, natuurlijk" zei ze, moe, maar hoe
weet jij dat?"
Wel, er is toch vergadering vandaag van
't Vluchtelingen-Comite'! Je hebt 't me zelf
gezegd... die dag van 't geld wisselen!...
Donderdag... zei je" ...
Och ja... ja... ik wist niet meer dat ik
je dat gezegd had"...
Nu, enfin, ik leg er 'n stapje op,'' zei
Hanna Pluysgat, misschien kom ik straks
ook nog, als ik tijd heb; maar ik ga haast
nooit, dat weten de freules... A propos...
zeg maar niet dat ik nog van plan ben te
komen... dat is zoo bindend zie-je!... Nou,
dag, dag." Ze wenkte bepaald minzaam,
liep toen haastig door...
Rustig wandelde mevrouw Niels verder;
't was mooi weer, ze genoot werkelijk alleen
al van de wandeling; maar als ze er om
dacht, dan bezwaarde haar 't doel er van.
't Aanschellen, 't binnen gelaten worden,
't drukkende vooruitzicht van die haar gansch
onbekende, voorname omgeving,... 't deed
haar hart van nijpende zenuwachtigheid,
fel kloppen...
Maar ze sprak zichzelf moed in,... /.e
kon die brief immers best aan de deur af
geven, en in zichzelf repeteerde ze, met
zacht bewegende lippen, zófel doorleefde
ze al 't komende gebeuren: Wilt u deze brief
dadelijk aan freule Kathelijne geven?"... of...
Dag mevrouw Niels! zeker k op weg
naar Vlietenburg; wat ik zeggen wou,... ik
kom u vanavond eens lijmen hoor! ik ga
niet heen voor u op mijn donatrice-lijst
staat, voor een dikke duit!"...
Mevrouw Niels schrok geweldig, en keek
sprakeloos naar Agaat Heeleveldt.
Ja, ja, dat dacht u niet hè? Maar u komt
niet goedkoop van me af hoor! Zpo'n stille
in den lande die in 't verborgen weldoet"...
Wat in 't verborgen ?" vroeg mevrouw
Niels.
Agaat Heeleveldt liep vlug door, wuifde
lachend, keek nog eens om... Misschien
kom ik straks nog op de vergadering"...
Mevrouw Niels'verstand stond erbij stil;
wat zeurde ze toch allemaal over een
verTBADB
UABJt
Le Cognac Martell
est garanti comme tant Ie
produit naturel des vins
récoltés et distillés dans la
région de COGNAC.
Agents:
KOOPMANS en BRUINIER,
AMSTERDAM.
terugslag ondervindt, het geheele lichaam
ziek is. Met andere woorden: in elk geval
van ziekte zijn alle verrichtingen van het
organisme anders geworden, terwijl boven
dien in het oorspronkelijk-aangetaste orgaan
bijzondere veranderingen zijn opgetreden.
Hieruit volgt, dat we de ziekteverschijn
selen hebben te beschouwen als algemeene
en bijzondere; de algemeene wijzen op een
stoornis in het bedrijf, de bij?ondere geven
aan, waar de stoornis gezeteld is, dikwijls
ook, van welken aard zij is. Koorts is een
algemeen ziekteverschijnsel, dat we bijv.
nooit missen bij longontsteking, bij
buiktyphusenbij den malaria-aanval (bloedziekte).
Nu zou voor den medicus de herkenning
van ziekten niet moeielijk zijn, wanneer
elke bepaalde afwijking gepaard ging met
bepaalde algemeene en bijzondere verschijn
selen; dan zou hij, zooals de botanicus zijn
planten, alle ziekten naar een vast schema
kunnen determineeren, en aan eiken patiënt
diens etiket geven. Zoo eenvoudig gaat het
in de praktijk echter niet: dikwijls, en vooral
in het begin eener ziekte, treden de ver
schijnselen van algemeen ziekzijn sterk op
den voorgrond, en zijn de plaatselijke ver
schijnselen nog niet waarneembaar, zoodat
de pogingen tot herkenning falen.
Nog veel ingewikkelder worden de
moeielijkheden van herkenning, omdat volstrekt
niet alle organismen op dezelfde wijze ant
woorden op den ziekmakenden prikkel. Te
dien opzichte nemen we allerlei variaties
waar, die wellicht voor een klein gedeelte
ook van dezen prikkel, maar in hoofdzaak
toch van de bijzondere eigenschappen van
het ziekgemaakte organisme afhankelijk zijn.
Die bijzondere eigenschappen tezamen vor
men het gestel" van den patiënt, en welk
een belangrijke factor dat is voor het ver
loop van een ziekte, blijkt duidelijk bij long
ontsteking, die een oorspronkelijk-gezond
individu in den regel goed doorstaat, terwijl
een dronkaard en een grijsaard haar zelden
overleven.
De herkenning eener ziekte geschiedt op
grond van ervaring; van ervaring niet alleen
van den behandelenden medicus, maar veel
meer van hen, die vór hem werkten. Vroe
gere onderzoekers hebben nauwkeurig alle
verschijnselen van ziekten waargenomen en
genoteerd, bij deze verschijnselen gevoegd
de resultaten van lijkopeningen, en op grond
van al zulke gegevens besluiten getrokken
over den samenhang van bepaalde ziekte
verschijnselen met bepaalde veranderingen
in organen. Juist de lijkopeningen en het
stelselmatig in later jaren ook
mikroskopisch onderzoek der organen is van
buitengewone beteekenis geweest over de
herkenningsleer der ziekten.
In de eerste plaats heeft men met behulp
van zulke gegevens typische ziektebeelden"
kunnen construeeren; daarna heeft men ge
tracht: ook de afwijkingen van het typische
verloop der ziekten te verklaren, en in die
richting velerlei wetenswaardigs vastgesteld.
En met alle die gegevens heeft de medicus
eiken dag rekening te houden bij de eerste
het beste geval dat hij ontmoet. Eerst moet
hij nauwkeurig alle algemeene verschijnselen
van ziekzijn verzamelen, daarna zoeken naar
de wellicht aanwezige plaatselijke verschijn
selen, en dan zich afvragen, of de gevonden
orgaanafwijking alle andere verschijnselen
afdoende verklaart. Eerst wanneer dat het
geval is, kan hij zijn diagnose stellen" en
een voorspelling maken over het verloop
en den afloop der ziekte.
iiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiii'iiiiiiiiiiiiit
gadering!... Ze wist niets van 'n vergadering
af!.. Ze ging d'r subsidie brengen, dat was
alles!... Ja, gunst, toen, bij Hanna had ze
gewoon maar wat opgenoemd, iets wat niet
bestond,... 'n toevallige datum... nu ja...
en dat was nou vandaag... Donder
dag. ..
Op eens tikkelde haar harteklop feller,
zenuwachtiger dan hij tot nog toe gedaan
had,... tjee, tjee, wat 'n ongelukkige samen
loop zou dat nu toch zijn! Als er nu eens
werkelijk vergadering was! Maar ze had
geen convocatie gekregen... Afijn, dat kon
'm zitten in d'r nog onbetaalde subsidie...
Als er dus toevallig nu eens wél vergade
ring was, en ze zaten daar allemaal... god,
god ... had ze nu ook kunnen denken dat ze
allemaal, al-lè-maal lid waren! En zij,
Margreet Niels die 't voor een immense eer
had gehouden,.. en 'n soort van uitver
korenheid, om lid te zijn! en... en krom
had gelegen en... en haast gebédeld om
't geld er voor bij elkaar te krijgen ...
En als ze daar dan allemaal bij mekaar
waren, en haar brief met de excuses, n 't
geld er in, werd voorgelezen... of... als
ze zelf bleef, en de brief gaf, en dat onge
lukkige wisselen kwam dan weer ter sprake .
och-got-och-got.
Slank, sierlijk en overmoedig als altijd,
kwam Julie Melsert op haar toe... Wat 'n
verrukkelijke middag om te wandelen! Ik
loop zoo ver met u mee, ja? Waar is Phie?
thuis? dom kind! kousen stoppen? of Jans
helpen? Phie wordt nog eens 't toonbeeld
van 'n onvervalschte Hollandsche huisslpof'
en dan noemen ze dat Hollandsche degelijk
heid!" ze lachte uitdagend, keek mevrouw
Niels tersluiks onderzoekend aan.
Phie kon niet mee", zei mevrouw Niels
effen.
Nu? zei ik 't niet? Arme Phie... als t
niet zoo goddelijk was, buiten, dan ging ik
haar helpen ... arme kleine Asschepoetster"
Beste Julie" zei mevrouw Niels, nog iets
effener, Phie is eenvoudig niet mee omdat
ik ... vergadering heb ... op-pe Vlieten
burg" ... Ziezoo, dacht ze, dat is nu eens
BOUWT TE NDNSPEET.
Mooie boschri]keterrelnen.Spoor,Tram,
Electrisch licht, Telephoon. Inlichtingen
MIJ. .DE VELUWE", Nunspeet.
TAMINIAÜ'S
? JAM
- American ??
Eau de Cologne
wordt het MEEST gevraagde Merk.
Imp.: JEAN MULDER, Sloterdijk.
VRAAGT
Maar... volstrekt niet alle ziekten
;verloopen met zoo duidelijke symptomen, dat
het mogelijk is, zich uit de combinatie der
algemeene en plaatselijke verschijnselen
eenige voorstelling te vormen omtrent haren
aard. Voor tallooze klachten van onze pa
tiënten ziekteverschijnselen dus ont
breekt ons elk objectief houvast, en dan
vooral treden de menschenkennis en ervaring
van den medicus op den voorgrond; dan
heeft hij door allerlei vragen en gesprekken
zich een voorstelling te vormen ook van wat
er omgaat in het gemoed van zijn patiënt,
en menigmaal blijkt, dat al de klachten van
lichamelijken aard berusten op een stoornis
in het zenuw-, in het zieleleven. Een ver
lamming bijvoorbeeld kan het gevolg zijn
van een ziekte der spieren, ze is meestal
het gevolg van een ziekte der zenuwbanen
of van het ruggemerg, doch het onvermogen
tot staan en loopen kan ook optreden als
zuiver nerveus, als psychisch, verschijnsel
bij volkomen gezonde spieren, zenuwbanen
en ruggemerg.
Weer andere ziekten,, wier verloop vrij
goed bekend is, vertoonen niet alle ver
schijnselen, waaruit haar beeld was opge
bouwd geworden; herhaaldelijk komt het
voor, dat, door nog onbekende oorzaken,
typische verschijnselen afwezig of onher
kenbaar blijven, en dan wordt de eisch ge
steld, dat men toch een inzicht hebbe in
den aard der ziekte. Wanneer een longont
steking zoo diep zit, dat men de plaatselijke
afwijkingen die er zeker zijn niet kan
ontdekken, dan moet op grond van allerlei
andere verschijnselen toch worden gecon
cludeerd tot het bestaan dier ziekte.
De ervaring heeft geleerd, dat ook de
volgroeidheid van het organisme van invloed
is op het verloop van ziekten, m. a. w., dat
op kinderlijken leeftijd afwijkingen van het
verloop-op-volwassen-leeftijd zich regel
matig voordoen. Braken bij het begin der
ziekte komt bij kinderen veel vaker dan bij
volwassenen voor, en is tot pp zekere hoogte
karakteristiek voor sommige ziekten bij
kinderen. En juist, omdat kinderen zoo licht
en zoo hardnekkig kunnen braken, ook bij
geringe afwijkingen, is het dikwerf zoo
moeielijk, den waren aard van dat braken
te onderkennen...
De medicus in de praktijk weet niet beter,
of hij heeft altijd te maken met
moeielijkheden als ik boven aanduidde. Het publiek
heeft zich waarschijnlijk nooit eenige voor
stelling gemaakt van de bezwaren, waarmee
de arts ook in schijnbaar eenvoudige ge
vallen te kampen heeft. Daarom meen ik
goed te doen door hierop eens de aandacht
te vestigen.
AESCULAAl'
lekker 'n dooddoener op die
huis-slooverigheid...
Hemel!" zei Julie quasi verbaasd, u
gaat toch niet naar die duffe, verstarde
liefdadigheidscomedie!... ik zet er nooit'n
voet! De huisknecht kan mijn geld komen
halen, maar mijn tijd er aan geven ... pas
si béte'.
Och, 't is toch wel aardig... enne...
die dames doen toch heusch veel... en dan
vind ik 't toch wel 'n eer om daar aan
mee te helpen," trachtte mevrouw Niels
haar idool van voorname uitverkorenheid
hoog te houden.
Julie lachte; Meent u dat nu heusch?
Nu, ik geloof 't niet... ik geloof alleen dat
ze ... enün... dat ze ... de minder aristo
cratische dames er bij noodig hebben om...
de vervelende besognes waar te nemen ...
de kastanjes uit 't vuur te halen... en
daar pas ik feestelijk voor! Maar kijk! daar
zijn wij er al!"
Schuw keek mevrouw Niels naar de groote
oprij,... de lange beukenlaan... Wat 'n
eind! hemel wat 'n eind, van de weg af
naar 'thooge stille gevaarte dat 't huis
Vlietenburg was! Verbeeld je dat je daar
loopt, en dat ze al dien tijd voor 't een of
andere raam naar je kunnen kijken ...
gotoch-got neen ... nog even uitstellen ... ze
voelde d'r handen klam en koud,... wist
dat ze nii geen moed zou hebben om onder
't gekijk der ongeziene oogen achter 'n raam,
die lange afstand af te leggen...
Aan den overkant van den weg, wat schuin
verderop lag 'n kleine boerenwoning; die
leverde haar boter en kaas en eieren, sinds
jaar en dag,... kon nu uitkomst geven...
Adieu" zei ze tegen Julie, ik heb nog
'n boodschap te doen bij boer Entink,...
na de vergadering straks is 't misschien
wat laat"...
(Wordt vervolgd)