De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1916 9 januari pagina 13

9 januari 1916 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

9 Jan. '16. No. 2011 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 Nadruk verboden De Ontslag-voorstellen bij de Amsterdamsche Waterleiding (Teekening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakensick) Droevig oorlogsbeeld (ffunch) Een Duitsch professor, die zijn bierkaart vergeten heeft. Onder de Mlstletoe (Simplidssimus) Mr. S. de Vries Tellegen Wibaut ENERGIEKE BEHANDELING VAN DE DIRECTIE-BUREAU'S De eeuwige vraag (Bystander) De nieuwe mode MARIANNE: De uwe... voor eeuwig! ililiiliiiMllltllilii iiiiiliiiiiiiiiillimiiiiitiiiiiiiliiinMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMmiiiiiHiiiiiiiiituiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiHiiiiMMin^ Redacteur: Dr. A. G. OLLAND Predikheerenkerkhof l, Utrecht Alleberlchten,dezerubriekbetreffende,geHeve mea fe adresseeren aan bovenstaand adres. PROBLEEM No. 34 VAN SCHEEL EN HEATHCOTE ZWART g a b c d e WIT Wit: Ke4, Ddl, Tc4 en h2, Lh8, Pe5 en g2, pionnen b4, d3 en g6. Zwart: Kb2, Dg3, Ta2 en b8, La3,pionh3. Wit geeft mat in twee zetten, Oplossing over 14 dagen. OPLOSSING PROBLEEM No. 32 VAN F. A. MACKENZIE Wit: Kc8, Dbl, Tc3 en h6, Lb8 en g6, Pdl en gl, pionnen f5 en h4. Zwart: Kg4, Tel en e2, Pc2, pionnen a4, b3, b5, e3 en f6. 1/LhT, Tbl: 2. Tc7 en 3. Tg7f. l Tdl: 2. Ddl: en 3. De2:f resp. 3. Dd4:f. l , Tel (f2) 2. Pf2f ef2: 3. Tg3f. 1. ..... b2, 2. Da2 en 3. Dg8f. l b4, 2. Tc4f Pd4, 3. De4f. Goede oplossing ontvingen we van J. S. te Zeist, dr. B. Oerlemans te Heusden, B. J. van Trotsenburg te Amsterdam en M. Dolman te Zeist. Probleem No. 32 werd nog juist opgelost door J. Rietman te Dieren. OPLOSSING SCHAAKPUZZLES I. Wit's laatste zet was: h7 neemt Lg8 en vraagt paard. In plaats van dezen zet speelt wit h7?h8D mat. H. Wit's laat ste zet was Kd2?d3. In plaats van dezen zet speelt wit 1. Kd2?c3. Op 1... Le5: volgt 2. Te5:f. Op 1... Ld8 (of elders) volgt 2. Pd3f en op 1... Pg3 volgt 2. Lf2:f. Juiste oplossing van beide puzzles ontvingen we van B. J. van Trotsenburg te Amsterdam. SPAANSCHE PARTIJ (Derde partij van den 3den match, gespeeld 26 Augustus 1915) Wit G. J. van Gelder 1. 2. 3. 4. 5. 6. e3-e4 Pgl-f3 Lfl-b5 Lb5-a4 0-0 Tfl-el Zwart Dr. A. G. Olland e7-e5 Pb8-c6 a7-a6 Pg8-f6 Lf8-e7 b7-b5 7. La4-b3 d7-d6 8. c3-c3 Pc6?a5 In verband met zwart's volgenden zet de beste voortzetting. Daar het paard op c6 echter beter staat dan op a5 meen ik dat men het spoedig weer moet terugplaatsen. 9. Lb3?c2 c7?c5 10. d2?d3 Meer gespeeld wordt 10. d4. Maar d3 houd ik voor een gelijkwaardige voortzetting: de zet behoort alleen tot een ander soort spel. 10 0-0 11. Pbl?d2 Pf6-e8 12. Pd2?f l f7-f5 13. Pfl-e3 Na 13... f4 wordt deze pion, zooals de ervaring leert, een vrij gevaarlijke figuur bij een aanval op wit's koningsvleugel. Boven dien is het na dien zet voor wit niet ge makkelijk een passenden werkkring voor zijn loopers te vinden. Daarom lijkt mij hier heter 13. ef5: Lf5: 14. Pe3 Le6 (Lg6 15. d4 e4 16. Pd5) 15. d4 ed4: 16. cd4: d5 17. dc5: Lc5: 18. Pd4. 13 f5-f4! 14. Pe3-d5 Daar staat het paard dan na de lange reis; maar allén kan het dier den wagen niet trekken. Daarom komt door wit's volgenden zet eerst de koningin ter hulp. 14 Lc8-g4 Beter acht ik op hieronder aangegeven gronden 14... Pc6. 15. d3-d4! Op b4 zou kunnen volgen Pc6 16. Lb3 Kh8 18. ab5: ab5: 19. Lb2 Pc7 enz. 15 c5vd4 Zwart kon hier trachten te spelen op een voorloopig blijvende insluiting van de witte loopers. Maar hoe? Wit dreigt 16. dc5: dc5: 17. Pe7:f De7: 18. Dd5f enz. En buitendien door 16. dc5: dc5: 17. b4 aan zijn loopers lijnen te geven. Speelt zwart 15... Pc6, om b4 met c4 en c4 met b4 te beantwoorden, dan kan volgen 17. dc5: dc5.? 18. Pe7:f De7: 19. Dd5f De6 (met het oog op den slechten stand der witte loopers is het offer van Pc6 verleidelijk, maar het komt mij voor dat de aanval na 20... Kh8 21. Dc6: Lf3: 22. gf3: Pc7 23. a4 niet voldoende is) 20. Pg5 Dd5: 21. ed5 gevolgd doorTeö:, waaruit volgt dat zwait bij die speelwijze na 17. dc5: gedwongen is eerst Lf3: te spelen, maar dan heeft wit na 18. Df3: dc5: 19. Tdl Ld6 20. Dd3 gevolgd door a4 een vrij voldoend spel. Ook 15. Pc7 kon zwart niet ten goede komen, aangezien wit kon voortzetten met 16. dc5: dc5: 17. Pc7: Dc7: 18. Dd5f Kh8 19. Pe5: (De5: Ld6 20. Dd5 Pc6 gevolgd door Pe5 is voor wit niet ongevaarlijk) en na Tad8 20. Pf7f Tf7: 21. Df7: Tf8 22. Dd5 Tfd8 het tot remise kon brengen. Bij al dergelijke speelwijzen blijkt, dat er nog geen mogelijkheid tot behoorlijke samen werking van de zwarte stukken bestaat, een noodzakelijk gevolg van de opening (zie zet 8?11 van zwart). Maar het komt mij voor dat zwart wel in de bedoelde richting had kunnen spelen indien hij in plaats van met 14... Lg4 met Pc6 had voortgezet. Want dan zou uit de opening der d-lijn geen voordeel voor wit zijn gesproten ; bijv. 14... Pc6 15. d4 Pc7 16. dc5: dc5: 17. Pc7: Dc7: 18. Dd5f Kh8 en de witte dame moet weer terug, daar zij na 19. Pe5: Pe5: 20. Da8: (Lf4: Tf4: 21. Da8: Pc6 gevolgd door Tf8 en Lb7) Lb7 verloren zou gaan. En na 14... Pc6 zou op 15. b4 hebben kunnen volgen Pc7 16. Lb3 Kh8 17 a4 Tb8 18. ab5: ab5- 19. Lb2 Ld7 (20. g3 g5). Door zijn beteren loopersstand schijnt mij dan het spel van zwart het beste toe. 16. c3Xd4 Ta8-c8 17. d4Xe5! d6Xe5 18. a2-a4 Voor wit zou 18. Pe7:f De7: 19. Dd5f niet voordeelig zijn wegens het vervolg Le6 20. Dd3 Pf6 gevolgd door Tfd8. Meer voor de hand dan de gespeelde zet lag 18. Ld2. Op 18... Pc4 kon dan 19. Lc3 en op 18... Pc6 19 Lb3 volgt-n. En het vreeswekkende antwoord 18... Lf3: 19. Df3: Tc2: (Pc4 20. Lc3 Pb2: 21. La5) zou na 20. La5 Da5: 21. Pe7:f Kh8 (Kf7 Pd5) 22. Pg6f hg6: 23. Dh3f Kg8 24. De6f enz., blijken voor zwart geen voordeel op te leveren. Maar ook wit's voortzetting 18. a4 is goed. 18 Lg4xf3 19. g2Xf3 Le7-c5? De zet is dapper, maar niet voldoende. Want na 20. b4! Ld4 (Lf2:f slaat niet door) 21. ba5: Lal: (Dh4 22. Lb3 Df2:f - of zwart al met den looper neemt, het helpt hem ook niet 23. Khl, Kh8, 24. Ta2) 22. Lb3, ba4: 23. La2, Ld4, 24 La3, Tb8, 25. Pf4 f Kh8, 26. Pe6, Dh4, 27. Pd4: is wit aanmerkelijk in het voordeel. 20. a4*b5? Na dezen schijnbaar plausiblen zet is wit verloren. (Stand der partij na 20. a4Xb5) ZWART f g a b c d e WIT 20 Dd8?h4! 21. Ddl?e2 Een voldoende voortzetting schijnt er niet meer te bestaan. Na 21. Ta5: Lf2:f 22. Kfl, Lel: is wit de kwaliteit achter, en op 21. Te2 kon volgen 21... Pc4, 22. ba6: Pf6! 23. Lb3, Pg4, 24. fg4: Dg4: 25. Kfl, Df3! enz., of wel 21. Te2, Pc4, 22. b4 (b3 geeft ook geen goede resultaten) Ld4, 23. Ta6: g5, 24. Pe7f Kh8, 25. Pc8: (Pf5, Tf5: 26. ef5: g4 27. Lf4:? gf3:) g4, 26. fg4: (Td2, g3) Dg4:f 27. Kfl f3 en wint. Telkens blijkt de beteekenis van pion f4. (Zie de opmerking bij wit's 13den zet). 21 a6Xb5! Er dreigt nu Tc6, waartegen 22. Ta5: niet meer helpt, bijv. 22. Ta5: Tc6, 23. Dfl (Lf4: ef4: 24. e5, Th6, 25. Dd2, Dh3 en het doodelijke Th6?h5?g5 is niet zonder ver lies te keeren) Th6, 24. Dg2, Tg6, 25. Te2, Tg2:f 26. Kg2: Pd6 en zwart zal ten slotte moeten winnen. En op 22. Khl volgt Pc6, 23. Tfl, Pd4, 24. Ddl, Tc6. 22. Lc2?dl Niet duidelijk! Misschien als verweer tegen Pa5-c6-d4. 22 Tc8-c6! 23. De2?fl Tc6-h6 24. h2-h3 Dh4-g3f Wit geeft op Op 25. Dg2 zou volgen Lf2f 26. Kfl Dg2.f 27. Kg2: Lel:. Uit deze partij blijkt weer hoe moeilijk het is van plaatselijke voordeden (voor wit Pd5, voor zwart pion f4) gebruik te maken, indien de stukken sterk gedeconcentreerd zijn (als die van zwart) of de officieren niet of moeilijk in 't vuur gebracht kunnen worden (als die van wit). I. D. T. 13e Jaargang 9 Januari 1916 Redacteur: K. C. DE JONGE Van Woustraat 112n, Amsterdam OPLOSSING PROBLEEM No. 74 Motto De Fantast" Stand. Zwart: 4, 8, 11, 13, 16, 18, 20, 27, 30, 35. Stand. Wit: 19, 21, 32, 33, 37, 38, 40, 41, 44, 48. Wit: 33-28, 44-39, 28-22, 22:2, 2:14! Zwart: 13:24, 35:31, 27:38, l6:/7 OPLOSSING PROBLEEM No. 75 Motto Wit en Zwart" Stand. Zwart: 7/10, 13, 15/18, 20, 26, 40. Stand. Wit: 24, 27, 28, 30, 37/39, 42, 43, 49. Wit: 30-25, 27-21, 37-31, 49-44, 39-34 Zwart: 20:29, 16:27, 26:48, 40:49, 48:30 ' 25^5 5:1! 49: 19 of ?" Deze oplossing gaat evenwel niet op, want slaat zwart bij den 5en zet 48:22 inplaats van 48:30 dan is er geen winst te bekomen voor wit, integendeel verlieskans. DU heeft de auteur zeker over het hoofd gezien. PROBLEEM No. 77 Motto De verrassing" No. XXIV van den wedstrijd Zwart (10 schijven) l 6 11 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (11 schijven) Stand. Zwart: 2, 4, 7/10, 13, 16, 19, 27. Stand. Wit: 15, 17, 21, 28/30, 32, 38, 39, 47, 48. PROBLEEM No. 78 Motto De Figurant" No. XXV van den wedstrijd Zwart (12 schijven) l 6 11 .16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Stand. Zwart: 6, 9, 11,12,18/20,22/24,26,29Stand. Wit: 27, 30,33,35,36,38/41,47,48,50 Oplossingen in te zenden vór 22 Jan. 1916 aan bovenstaand adres. PROBLEEM No. 71 De verkorte, bij-oplossing is gebleken niet juist te zijn. Slaat zwart bij den 2en zet direct 26:37 inplaats van 49:21 dan gaat de oplossing niet op. De inzenders gelieve hiervan goede nota te nemen. PROBLEEM No. 72 Wij hebben vergeten de navolgende bij oplossing te vermelden: Wit: 30-24, 28:6. 40-35, 32-27. 42-38 Zwart: 19:48, 48-34, 34:23, 21:43, 43:32 37:19, 25:51 14:23 RECTIFICATIE In de rubriek van 26 Dec. staat bij de oplossing probl. 73 als 5e en 6e zet van wit 30-24; 24:6 dit moet zijn 34-30 en 30:6. CORRESPONDENTIE P. D. te B. Voor de verkorte oplossing van No. 71 wordt geen punt toegekend, omrede deze werd ingezonden door een oplosser die ook de auteursoplossing heeft ingezonden en bovendien foutief bleek te zijn. UIT DE PARTIJ In de groepen-wedstrijd, uitgeschreven door den Amst. Dambond, kwam aan een der borden onderstaanden stand voor: Zwart (16 schijven) l e n 16 21 2e 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (12 schijven) Wit (16 schijven) Stand. Zwart: 3, 7/10, 13/20, 23, 25, 26. Stand. Wit: 27, 28, 31/35, 37, 38, 40/43, 45, 48, 50. Zwart heeft als laatste zet gespeeld 12-17? en nu maakte wit dam als volgt 34-30 25:34 .40:29 23:^4 28-22 17:39 38-33 39:28 32:1! Zwart vervolgde nu 34-39 om de dam te kunnen vangen. 43:34 19-23 1:29 20-24 29:20 15:24 en zwart heeft n schijf verloren. In deze zelfde partij kwam het daJÜna tot dezen stand. Zwart: 3, 9, 13, 14, 16, 19, 23, 24, 26. Wit: 27, 28, 31, 34, 35, 37, 40, 41, 45, 48. Wanneer wij nu schijf 9 op 12 plaatsen dan wint wit als volgt: 27-22 23:32 37:28 26:46 34-29 46:34 40:7!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl