De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1916 2 april pagina 12

2 april 1916 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ' 2 April '16. - No. 2023 «stwi-wjii»," is T p-»-- I^V*.^ *WjüMÏ' 'trf'^ - ? -*? ? 'TOOCr- ' ^QtgiTCIti Braziliaansche Koffie onder den druk van den Oorlog Brazilië, het koffie- produceerend land bij uitnemendheid, ondervindt de nadeelige terugwerking van den oorlog in de voor naamste bron van zijn bestaan thans op gevoelige wijze. Te oordeelen naar de gegevens omtrent de eerste helft geëindigd 31 December 1915 van het koffie-jaar 1915/16, belooft dat jaar, wat de oogst-opbrengst betreft, een der gunstigste van een reeks der laatste jaren te zullen worden. De aanvoeren hebben nl. van l Juli tot 31 December 1915bedragen2.213.000zakken Rio en 8.710.000 zakken Santos, te zamen dus 10.923000 zakken, welke cijfers in het zelfde tijdvak der 2 voorafgaande jaren waren: 1.403.000 en 6.110.000 =: 7.413.000 zakken Ie helft 1914 en 1.927.000 en 8.737.000 = 10.664.000 zakken Ie helft 1913. Reeds in het 2e semestre van 1914 waren de eerste maan den na het uitbreken van den oorlog de om standigheden zoowel voor het te gelde maken als voor het vervoer van den oogst zeer ongunstig, zoodat een vergelijking van 1914 eigenlijk minder juist is. Bovendien was de oogst-opbrengst van 1913/14, vooral wat Santos betreft, zeer ruim, nl. de grootste sedert 1909/10, en alleen overtroffen door die van 19 .6 7, waarvan het enorme resul taat aanleiding gaf tot het ontwerpen en uitvoeren van de valorisatie-operatie. De aanvoeren van Santos waren in de tweede helft van \9\5 bijna even groot als in hetzelfde tijdvak van l914' zoodat de oogst 1915/16 die van \9\2|14, ten bedrage van 10.860.000 zakken, veimoedelijk evenaarden, zoo niet overtreffen zal. De Rio-oogst van 1913/14 bedroeg 2.960.000 en die van 1914/15 3.3-0.000 zakken, d,i. de grootste sedert 1909 10. Voor 1915/16 wordt een nog grootere opbrengst verwacht dan die van 1914/15. Door de storing in het transport naar Duitschland en Oostentijk-Hongarije is dit gunstige oogst-resultaat echter voor Brazilië een bron van ernstige zorgen geworden, die den producenten te meer ongelegen komt, omdat het reeds het tweede jaar is, dat zij met een verminderden a* zet van 3Vs 4 4 millioen zakken rekening Webben te houden In dfze moeielijke omstandigheden hebben de koffie-producenten van den Staat Sao Paulo zich om hulp tot e regeering van Brazilië gewend. Maar deze was reeds in 1914, kort na het uitbreken van den oorlog, genoodzaakt de coupon-betaling op een aantal der staatsleeningen voor de eerst volgende 3 jaren te staken en hare pogingen, tot het sluiten van een nieuwe leening in Amerika, leverden tot dusver niet het gewenschte resultaat op. Er bleef haar dus geen andere uitweg over, dan hare toevlucht te nemen tot een verdere uitgifte van papierengeld. In het vorig najaar heeft het Congres een wet aangenomen, waardoor de regeering van Brazilië werd gemachtigd tot uitgifte van 350000 contos papier. Hiervan werden 150.000 contos, als voorschot, voor de nieuwe koffie-valorisatie bestemd. Op de 4 millioen zakken koffie, die thans niet naar Duitschland en Oostenrijk-Hongarije Kwa jongensstreken ? Hetgeen zich in de laatste dagen ontwik keld heeft in de geschiedenis van de Tubantiaaanslag, leidt tot nieuwe en merkwaardige conclusies. Resumeeren wij nog eens in 't kort, dan kunnen we het volgende vaststellen: Op verklaring van verantwoordelijke Nederlandsche Koopvaardij-officieren natuurlijk niet op praatjes van zenuwachtige passagieressen of passagiers heeft onze Regetring vastgesteld dat de Tubantia ge torpedeerd is. Gelet op antecedenten concludeert de publieke opinie: Duitsche torpedo. Het antwoord van Duitsche zoowel als van Engelsche Regeering op het protest van de onze toont aan dat beiden maagdelijk rein staan in deze kwestie. Door hare stelligheid maakt de Engelsche verklaring op ons publiek over het algemeen gunstige indruk; bovendien zijn onze bladen het eens dat de Duitsche verklaring, ge voegd bij het gemis in Duitsche bladen aan ook maar het geringste woord van afkeuring over de verfoeilijke daad, getuigt van een zeldzaam cynisme. Dank zij het fortuintje dat de kapitein van de Batavier had om booten op te pik ken met stukken metaal er in (Qott strafe den verdammten Hollander, zal 't nu mis schien worden), is onze Regeering in staat om dat gruis te onderzoeken met het resul taat dat: de stukjes metaal niet anderszijn dan fragmenten van een torpedo met bronzen luchtkamer. Waarmede in de eerste plaats bewezen was dat het geen mijn is geweest onze Hollandsche koopvaardij-officieren voor de zooveelste maal goed uitgekeken hebben en de Duitsche bladen in de gelegenheid zijn de smet op hun naam te herroepen. Immers zij wilden dat niet aannemen wél de verklaring van den Duitschen passagier Schilling. Terwijl onze Regeering er aanleiding in kan vinden te protesteeren bij de Duitsche tegen het beleedigend negeeren van de con clusie onzer Marine-autoriteiten, die toch wel niet minder ernstig zullen onderzoeken dan de Kaiserliche. Nu het bewezen was dat het een torpedo was geweest, lag het voor de hand dat de publieke opinie nu eerst recht overtuigd was dat het een Duitsche moest zijn. Be halve antecedenten waren'daar immers ver schenen uitlatingen van een Herr Ballin,die begrijpelijkerwijs weder zijn tegengesproken, maar daarom door het groote publiek des te meer geloofd werden. Wat was er natuurkunnen worden geëxporteerd, wordt door de regeering van Sao Paulo bij wijze van beleening een voorschot verstrekt van 60 pCt., een prijs overeenkomende met de gemid delde jaarlijksche noteering in normale tijden. De eigenaren van die koffie stellen ze dan ter beschikking van de regeering, die ze beschouwt als onderpand van de papier uitgifte. Overigens was de uitvoer van Rio-koffie in de 2e helft van 1915 veel grooter dan in hetzelfde tijdvak van 1914 en wel: 1915 naar Europa 1.469.000 n. Amer. 297.000 z. 1914 480.000 456.000 z. De uitvoer naar de Ver. Staten was dus sterk verminderd, die naar Europa daaren tegen enorm toegenomen, terwijl Santoskoffie zoowel naar Amerika als naar Europa in veel grootere hoeveelheden werd uitge voerd dan in hetzelfde tijdvak van 1914, zooals uit onderstaande opgave blijkt: 2esemestre n. Europa: n. Amerika: tezamen 1915 3.431.000 3613.000 7.044 000 z 1914 2.071.000 2.432.000 4.503.000 z Tegenover een grooteren uitvoer, zoowe' uit Rio als uit Santos, in de tweede helft van 1915, staat een toename van den wereld voorraad in denzelfden tijd. Deze bedroeg nl. op l Juli 1915 7.538.000 zakken, sedert een aantal jaren de kleinste hoeveelheid aan het einde van het koffie-jaar. Maar 6 maan den later (einde December 1915) was die voorraad tot 10.272.000 zakken gestegen. Aan het eind der 2 laatste jaren was de 31 Dec. 1915. 31 Dec. 1914 wereldvoorraad: 10.272.000 z. 10.091.000 z Eurp. voorraad: 3.530.000 z. 4.333.000 z ? De koffie-valorisatie, indertijd van ver schillende zijden nog al aangevallen, is in zoover voor Duitschland thans een meevaller geweest, dat het na het uitbreken van den oorlog, toen de aanvoer van overzee bijna tot de onmogelijkheden behoorde, gebruik kon maken van belangrijke hoeveelheden koffie, nl. ongeveer l millioen zakken, die te Hamburg en 750.000 zakken, die te Ant werpen waren opgeslagen, terwijl de valo risatie-voorraad te Triest Oostenrijk ten goede kwam. Dit alles is allengs verbruikt en de aan voer uit het buitenland bleef beperkt to datgene, wat uit ons land, Zweden, Noor wegen en in den laatsten tijd voornamelijk uit Denemarken kan worden verkregen. De invoer naar Duitschland is dus niet totaa gestaakt, maar wordt ten zeerste bemoeilijk! ook door de duurdere prijzen, een gevolg van de hoogere vrachten voor de neutrale landen, en meer nog door de belangrijke daling van de Duitsche valuta. Wat het verschil bij den tegenwoordigen lageren markenkoers voor Duitschland heef te beteekenen, kan men nagaan, als men weet, dat het in 1912 voor een bedrag van 252Vj millioen en in 1913 voor bijna 220 millioen Rijksmark aan koffie heeft ingevoerd Het is dus begrijpelijk, dat de groote massa, die de tegenwoordige hooge prijzen niet kan betalen, haar toevlucht neemt tot surrogaten, die in het land zelf worden gefabriceerd. Maar dit is natuurlijk een hulp middel en de spoorwegverbinding met Turkije moge thans den weigestelden Duitscher in staat stellen een kopje geurige mokka te verobberen, voor de minder bevoordeelde klassen der maatschappij zal dit genotmid del wel te duur zijn, ook wegens de hooge kosten van het vervoer te land. En dit op koffie evenzeer belust publiek za: zich, zoolang de oorlog duurt, wél moeten blijven tevreden stellen met de surrogaten uit gerst, eikels enz. bereid. V. D. S. HMIIHIMmlIlllllllllllllmiMlmlIIMIMIIMmMIIMIHnlMIIMHIIIIIIMIIJIIII lijker da« dat Duitschland reeds nu begon te denken aan de toekomst na den oorlog en dus reeds nu maatregelen begon te nemen door de neutrale handelsvloot vleugellam te slaan om des te beter te kunnen concurreeren met haar eigen materiaal? En met de Tubantia" is voorzeker een lastige con current opgeruimd. Zoo zijn de redeneeringen en waar of niet het blijft gezegd, gedacht en ge schreven, waarbij nog komt andere belangen voor Duitschland, nadeelen voor Engeland, enz. Daartegenover staat echter de pertinente verklaring van de Duitsche Regeering en de merkwaardige, om niet te zeggen lugu bere mededeeling in De Toekomst" dat de duikers uit het graf der Tubantia" de gegevens mogen putten, om den schuldige te kunnen aanwijzen' waaraan wordt toe gevoegd de mededeeling dat een onzer' nog feiten bekend zijn, die voorloopig reeds ter beschikking van onze Regeering zijn ge steld. Wij begrijpen niet waarom zulk een belangrijke mededeeling achterbaks gehou den wordt, waar ieder sterveling in Neder land snakt naar goede bewijzen van welken aard dan ook. Voorts de (officieele?) mededeeling dat Duitschland geen conflict met Nederland wenscht etc. Dit alles is natuurlijk heel mooi en wij willen aan al die verklaringen niet twijfelen, maar nu komt daar uit Engeland het bericht dat fragmenten van torpedo's als in de booten van de Tubantia" gevon den, slechts afkomstig kunnen zijn van Duitsche torpedo's en het Handelsblad van Maandagavond 27 Maart zegt in een over zicht dat bij het rapport over de fragmenten feitelijk verzuimd is te vermelden dat ze behoord hebben tot een onvervalschte Schwarzkopffer en zet dan ook boven het artikel: Een torpedo uit Berlijn. Is het wonder als men zich nu de vraag gaat stellen: Hoe zit het nu? Is het nu zoon Janboel bij de Duitsche Marine, dat zij geen controle meer hebben over de daden van hunne gezagvoerders, of hebben zij het ge zag over hunne duikbooten toevertrouwd aan een troep kwajongens, die maar doen wat ze willen met hun gevaarlijk speelgoed, zonder zich rekenschap te geven van het resultaat van hunne daden ? En nog eens terugdenkende aan de Medea, de Katwijk, de Artemis, die als vergissin gen" geboekt zijn, waren dat k van die kwajongens streken? Om niet te spreken van de Koningin Emma, de PrinsesJuliana, de Mecklenburg, en zoovele anderen waar van tot dusverre nog niet vastgesteld is wat de oorzaak was. En zou het nu ook kunnen zijn dat de spoedige ontkenning van het torpedeeren der Tubantia door de Duitsche Regeering gegrond is op de overweging: Neen, 't is wel een Janboel bij die onderzee-dienst, maar zóerg is het toch niet. Een schip met dergelijke bijzondere kenteekenen in den grond te boren, dat zou VRAQENRUBRIEK voor Algemeene Wetenswaardigheden Men gelieve de vragen voor deze rubriek in te zenden aan het Redactiebureau, met op den omslag het motto Leekenspiegel", en onder opgave van naam en adres (die als vertrouwelijk zullen worden beschouwd.) N. P. te V. Hoe komt het dat het Wilhelmus van Nassouwe" in de laatste jaren ons moot volkslied Wien Necrland's bloed" verdron gen heeft? Mij dunkt er is voor een echt Neêrtander iets stuitends reeds in het begin van eerst genoemd. Wij meenen het feit, dat het Wilhelmus sedert de inhuldiging van onze Koningin in 1898 meer algemeen als HET volkslied wordt aangemerkt en gezongen, hieruit te moeten verklaren, dat men sedert dien tijd de oorspronkelijke melodie weer in eere heeft gebracht. Het is deze melodie welke het Wilhelmus weer populair heeft gemaakt, waartoe de tot dat tijdstip gebezigde verbasterde wijze niet in staat was. Daarbij komt dat men tegenwoordig hoe langer hoe minder zich kan vereenigen met den tekst van Wien Neêrlands bloed, welke te ver verwijderd is van hetgeen in onzen tijd een Neder landsen volkslied behoort eigen te zijn, ofschoon er voor onze tijdgenooten ook heel wat toe behoort om met geestdrift, als in naam van Willem den Zwijger, te zingen: Den Coninck van Hispaengien Heb ick altyt gheeert. Met het stuitende, reeds in het begin van het Wilhelmus, wordt waarschijnlijk den tweeden regel bedoeld: Ben ick van Duytschen bloet. In dezen regel ligt echter volstrekt niet opgesloten dat de Prins erkent dat hij is, wat wij thans een Duitscher noemen. Duitsch heette in die dagen, en nog veel later, al wat Nederlandsen nationaal was. Het woord duitsch heeft na de middel eeuwen in de geschreven taal het woord dietsch, dat Nederlandsch beteekent, verdrongenv Vooral in de 16e en 17e eeuw was duitsch het gewone woord voor Nederlandsch. J. K. te L. Kunt u mij eenige werken noemen waaruit blijkt hoe men hier te lande vór en tijdens den oorlog dacht over het Pan-Germanisme in het bijzonder, en in 't algemeen over de Duitscher s? Behalve de u bekende werkjes van dr. Brug mans, en dr. van Manen kunnen wij nog noemen : Stephan, Een dreigend gevaar. Over de verduitsching van Nederland's handel, nijver heid en techniek. 1915. Kiersch, Het Pangcrmanisme en de oor log. 1916. den Beer Poortugael, Nederlanden Duitsch land. 1902. Bley, Die Alldeutsche Beweging und die Nieder lande. 1897. Bley, Die Weltstellung des Deutschtums 1897 Andier, Le pangermanisme. 1915. toch een al te stomme vergissing zijn. Nu de feiten echter staan zooals thans zal er toch geantwoord moeten worden op het resultaat van dit nadere onderzoek dat zoo gaarne gewenscht werd en wij zijn er zeer benieuwd naar. Men vraagt zich af: Zou de Lusitania k een vergissing" geweest zijn? Men ijst bij de gedachte dat dergelijk moordmateriaal aan zulke onbedreven han den is toevertrouwd. De menschen, die er hun sport van ge maakt schijnen te hebben en die men zich nu voorstelt, veilig onder water met behulp van de periscoop, hun grossartig" werk van moord en vernieling aanziende, wellicht hun slachtoffers met een glas Pommery goede reis toewuivend naar de eeuwigheid! Wij schreven reeds eerder over de ver anderde zee-oorlogskunst tengevolge van de vooruitgang in de techniek. Welke Nederlander is er die de daden van de Möwe afkeurt, of die van een kapi tein van de Ernderi? Hij moge dan anti-Duitsch zijn en antimilitairist, maar zal toch in zich zelf gezegd hebben : Flinke kerels ! Althans als zeeman vooral weet men hun daden, waarbij zij al hun hersens en ener gie noodig hadden, te respecteeren. En zoo was het in het vijandelijke land niet minder Hoe zuur keek men niet ja, hoc ang stig was men niet in Engeland, toen Herr von Muller telkens op een andere plaats verscheen met zijn kruiser, maar k toen zij hem eenmaal meester waren, hoe werd hij geëerd als de zeeman van het on vervalschte ras. Maar met de/e duikbooten is het geheel anders. Er zullen weinigen zijn, die daarin iets te bewonderen zien, maar wel veel te verafschuwen, en als Duitschland er op gesteld is geweest zijn sympathie te ver spelen bij de neutrale zeevaarders, dan heeft het nooit beter middel kunnen kiezen. En wij gelooven, dat, wanneer het den neutralen en niet het minst den Hollandschen zeeman vergund was over de daden en handelingen van zijn wederzijdsche vrienden" te rechten, hij zijn vriend John vermoedelijk zes maanden cel zou geven voor het geregeld met z'n handen in ander mans zak zitten, maar vriend Michel kreeg, als gevaarlijk voor de samenleving, voor zijn moordenaarswerk minstens levenslang of verbanning naar Tristan d'Acunha, omdat de doodstraf is afgeschaft. Een zienswijze, trouwens reeds de vorige week door Braakensiek op de gewone voor treffelijke wijze in beeld gebracht. J. O. Oud- Gezagvoerder (B 9 Een tragisch liedje van de Veluwe door I. G. VAN RIEMSDIJK, Meerde VERKEERD BEGREPEN Hie was een ruwe kerel Zien vrouwe was zoo niet. Hie warkte veur zien centen, Moar toch had zie vedriet. Zie was 't liefst allennig, As hie de deur uut was, Want oaver heur manieren. Was hie toch nooit te pas. Hie was moar steeds an 't schelden: Zie deu niet half genog"! En toch deu zie heur beste d'Heele dag, van s' margens vrog, Zie was niet flink en stark, Had dokter zellens e zeg, Moar vert zei, nee vrouwe, Ie bent toch lui en slech. De ziekte ward steeds slimmer, Zie kon op 't letst niks meer, Op 'n dag, zie was allennig, Viel ze bic de toafel neer. Toen 'ert tegen d' oavond, Weer terug kwamp, pp d' neerd, Riep hie: geef op mien ten, Of ben 'k soms niet wat weerd!? 't Bleef donker en ok stille, Hie ward er heilig van. En scheldend op zien vrouwe Stak hie de lampe an, Moar toen, toen bleef ie steken, Keek angstig in het rond Want, dood lag doar de vrouwe Vlak veur hem op de grond. Hie had zien heele léven Inwendig groot berouw En zei hie in zien eigen, Bie 't warken en gesjouw: 't Is wonder in de wereld, Moar a'j 't goed in wilt zien, Dan kwamp veur heur het léven, En kwamp de dood veur mien. Verklaring: De moet worden uitgesproken als de 2e e in 't Fransche woord lève. neerd woonkamer. heilig = woedend. Nieuwe boeken van deze week: CAESAR OEZELLE, De Dood van Yper, l, 80 pag., f 0.60. Amsterdam, L. J. Veen. E. J. VAN DER MAATEN, De termijnhandel in Effecten en Goederen, 187 pag., f 3. 's Gravenhage, G. Delwel. J. M. ACKET, Ouwe Getrouwen, verzame ling proza en poëzie, 443 pag. f 2.50. Haarlem, Erven F. Bohn. F. VAN DEN BERG, Mijn eerste zendbrief, 11 pag.. f 0.10. JAN FABRICIUS, Dolle Hans, Indo-Drama in drie bedrijven, 148 pag. 's Gravenhage, L. A. Dickhoff Jr. Inhoud van de Maart-Tijdschriften: Natuur en Vernuft, afl. XI: De Sahara. Na de zee, de lucht. De zorgzame na tuur. De zeevaart en de natuur. Een vernuftige spin. De paalworm. Reus achtige vijgenboomen. Samenwerking bij vogels. Het meesterschap over de diepte der zee. Korfwoningen. Dear Mr. Holmes. Please look into the facts more carefully yourself. We have not been theorizing at all until now. You had better try and give us the evidence. Get up from your easy chair, my dear Sir. Yours, MR. VAN * * * Het Nederl. Roode Kruis Hooggeachte Redactie Eenigen tijd geleden werd in uw blad gewezen op de zeer onvoldoende genees kundige verzorging van ons leger en in het bijzonder op de gebrekkige inrichting van het Nederl. Roode Kruis *), dat niet bij machte schijnt te zijn om in oorlogstijd te doen waartoe het zich verbonden heeft. Later las ik nog van eene commissie die benoemd zou worden ter hervorming. Daarna niets meer. Mag ik vragen: is, of komt die zaak nu in orde? Of beteekent dat; ze wordt voor goed weggemoffeld en alles blijft bij het oude? En de militaire geneeskundige dienst? Zou daar verbetering in komen ? Een ieder herinnert zich nog het geval van der Breggen, enkele jaren geleden, die zwaar ziek in de tent werd gelaten hoewel dringend en dringend opneming in het hospitaal werd verzocht. Hij stierf spoedig. Thans lees ik weer van Gerard van den Hoek, die met 39 graden koorts moest looien van bureau tot bureau, om eerst te voldoen aan de noodige formaliteiten" en nu gestorven is. Zoo worden af en toe gevallen van onver antwoordelijke behandeling bekend. En hoe vele worden nooit openbaar? Moet dat maar steeds zoo blijven? Of is daar iets aan te doen? En hoe? G. *) Zie de nummers van de Amsterdammer" van 3, 10, 17, 31 Oct.; 14 Nov.; 12 en 19 December 1915. Onze Planken-Helden XII Teekening voor nde Amsterdammer" van Wybo Meyer Frans Seignette (Directeur van het Central Theater") RIJM-KRONYCK Krijgsmanszangen^III Aan mijne nieuwe vrienden. De kazerne is een woning, waar de jeugd geen vreugde is, en waar 't schuren, lange uren, van portalen, gangen, muren, de hoogste aller deugden is. De kazerne is een zeestrand, waar 'k gebracht ben door den vloed, waar de eb mij heeft gelaten, tusschen allerlei soldaten, wier bestaan 'k nooit had vermoed. Barend, Joopie, Kees en Gerrit, strekken hun vermoeide lijf naast het mijne in de kribben, en des morgens port mijn ribben, een sergeant, dien 'k niet beschrijf. Gerrit, Joopie, Kees en Barend, 'k had nog nooit van u gehoord, doch reeds kennen we eikaars vreugden, zorgen, droefenis en deugden, sokken, ondergoed en boord. Kees heeft vaste-loop-verkeering, Joop en Barend zijn getrouwd, Gerrit wacht zijn tweede kleine"... en 'k heb op mijn beurt ook mijne hoop' en plannen hun ontvouwd. De kazerne is een woning, die men zuchtend binnen-gaat, en die ieder vol verlangen naar zijn dierb'ren, na een langen dag van rechts-om-keert's verlaat... MELIS STOKE, Landstorm-r e er uut iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Redacteur: Dr. A. G. OLLAND Predikheerenkerkhof l, Utrecht Alle berichten,deze rubriek betreffende,gelieve men te adresseeren aan bovenstaand adres. PROBLEEM No. 41 l VAN H. WEENINK TE AMSTERDAM (Eerste Publicatie) 3 ZWART a bcdefgh WIT Wit: Kg8, Dg7, Pa5, pionnen e2 en f4. Zwart: Kd6, pion c6. Wit geeft mat in drie zetten. Oplossing over 14 dagen. OPLOSSING PROBLEEM No. 40 VAN G. HEATHCOTE Wit: Kal, Dd3, Ta7 en f6, Lhl, Pd5 en d6, pion c2. Zwart: Kc6, Tc8, Pb8 en e3, pionnen a6 en d4. 1. Tf6-e6, Kc6?c5, 2. Pd6?b7f. l , Pb8-d7, 2. Pd6-b7f. l Pe3Xd5, 2. Pd6-e4f. l a6?a5, 2. Dd3?b5f enz. Een betrekkelijk lastig probleem met ver schillende schijnoplossingen, die echter falen door 1... Pd7. Goede oplossing ontvingen we van: H. Vos te Zutphen, J. Koopmans te Amsterdam, B. J. van Enst te Amersfoort, J. Zijp te Veenhuizen, dr. M. B. Oerlemans te Heusden, M. Dolman te Zeist, G. A. C. te Antwerpen, M. L. Frijda te Arnhem, J. Rietman te Dieren, J. S. te Zeist, L. O. te Utrecht.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl