De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1916 13 mei pagina 12

13 mei 1916 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 Mei 16, - No, 2029 CORRESPONDENTIE E. G. te A. Wij kunnen slechts onze aanvankelijke mededeeling herhalen: dat Lente eene onderneming is, die gevoed wordt door dezelfde bronnen als De Toekomst. In hoeverre het nieuwe blad propagan distisch zijn zal, zullen wij moeten afwachten. Het eerste nummer was slechts ietwat flauw van smaaak, met hier en daar een vernuftig Duitsch pilletje, zooiets als de Gartenlav.be in vredestijéplacht te zijn. De Lente wordt uitgegeven door de uit gevers-maatschappij, die indertijd voor niets anders is opgericht dan om De Toekomst en de Duitsche propagandabrochures te exploiteeren. Directie: Sleeswijk, van Vredenburch, van Heeckeren. De redacteur van de Lente is een geëmployeerde van De Toekomst. W. G. te H. e.a. Over dit Toekomst- artikel ontvingen wij zoovele stukken, dat wij niet tot plaatsing kunnen overgaan. * a ? Da Costa over het Pangermanisme 1847 Beleefdelijk ter overweging aangeboden aan Dr. Abraham Kuyper, die blijft beweren, dat voor Duitsche expansiegevaren (?pan-passie" noemde Z.Ex. het) voor Nederland niet te vreezen is. Zijn dichterlijke voor ganger en geloofsgenoot schijnt voor 70 jaren reeds een meer onbevangen kijk gehad te hebben f Of gaat ook voor ons volk de tijd niet zwaar van Kampen, Waar de oude geesteskracht bij nood doet? Toont die tijd Voor Staten, klein van rang, zich vriendlijk ? Is de nijd Van England uitgedoofd? Gaat Frankrijks hart niet langer Zoover de Rijn zich uitstrekt, van de oude ontwerpen zwanger?... Dat Frankrijk, dat nog steeds van d'eigen . bloedlust zwelt 't Zij de aandrift Koningen of Hugenoten geldt, t Zij in den Barthelsnacht bij bruiloftstoortslicht Guise, Of voor 't Septemberfeest Marat zijn offers kieze. En slaat ook Duitse h land niet op Neerlands Noordzeezand Den blik bewondrend en be lust? en biedt de hand Van broederschap met minderdwang; en vindt het landschap Beminnelijk toch! en wenscht den band van s t a mverwantschap. Gehandhaafd op 't gebied van S p r a a k-P h i l o s o p h i e, Muziek, en Wetenschap, en Vaart, en Industrie; Ja, wil tot d'Oceaan n zelfde kunstvereeri^rig, Een Duit34:hèVaderland, n Duitsche L i c h t r e g e e. r i n g! Maar in dat Duitschland zelf, wat is er v,an den nacht, O Wachter! welk een dag wordt aan de kim gewacht? (Uit: Wachter! wat is er van den nacht!) DA COSTA, 1847. ? e 0 IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIItlllllllIlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMlllllll KANTTEEKENINGEN VAN EEN LANDSTORMPLICHTIGE IV (Notities, uit een militair zak boekje, gevonden door onzen medewerker Melis Stok e, in de omgevingeenerAmsterdamsche kazerne.) ^Lollerjes"i en de waardeering ervan. En," zoo vraagde mij mijn goede oom J., hoe hebt ge u geamuseerd vandaag?" Mij docht, dat de vermoeienis en bevuiling' die duidelijk door mijn uiterlijk gedemon streerd werden, het antwoord minimaal" overbodig maakten. En zoo zweeg ik, vragend. Voor veertienhonderd gulden" zoo ging oom verder, zoudt ge toch met uwe kameraden een prettigen dag gehad kunnen.... Ik herhaalde het bedrag, en toen vertelde hij mij, hoe dien middag op de beurs dat geld bijeen gebracht was, om ons, Amsterdamsche soldaten, een prettigen dag te be zorgen. Een officier had gesproken van kregelige stemming, door het inhouden van verloven", en onze beursvaderen hadden het hunne trachten te doen, om onheilen te voorkomen. Dank u wel oom," zeide ik hartelijk, bij voorbaat!" * * * De prettige dag" is er geweest, en was in zijn soort een zér groot onheil. Des avonds, na den feestdag, zeiden wij hoofdschuddend tot elkander, dat het een zware dag geweest was, en toonden mal kander de bonnetjes, waarvoor wij ververschingen hadden kunnen krijgen indien ... Indien de dag niet tot een vreemde herinnering vergaan was, aan duwen, Grieg, de gangen van het Concertgebouw, bier en slaap. Ik heb het gezegd: wij bevolkten het Concertgebouw... nooit hebt ge het eer biedwaardig monument zóbekleed gezien, het was eene symphonie in grijs: het grijs der uniformen lag golvend uit over de par terre, als morgennevels op zee, en het bedekte met egale grauwheid de ruimte, die anders in zoovele nuances en schakeeringen prijkt: de plaatsen waar dweepende jojigemeisjes hunnen Willem toejuichen, de zetels der heeren van Rees en Oyens en de zijstoelen der telaatkomers en quasi-dandineerenden. Het grijs golfde op tegen het podium, dekte de gaanderijen, en er stegen geuren uit op, en eene murmeling, die den grooten dirigent tot woede gebracht zouden hebben en in de bekende afwachtende houding, totdat het laatste kuchje (gemeenlijk van mr. J. A. L.) verstorven was. Ik wil u niet spreken van het concert, of van de concerteerenden, dit alles was slechts secundair; het belangrijke van dezen dag brengt zeker de ', ** i lichaam en voltooit snel er wanneer zenuwen < ziekte, operatie of kraambed zijn verzwakt. Enkele lepels Sanatogen, eenige malen daags genomen, wekken -den eetlust op, bevorderen de vertering van ander voedsel en verschaffen in licht verteerbaren . '*'!??( vorm de stoffen, waaruit het organisme zijn krachten hernieuwt. f Meer dan 20.000 professoren en artsen erkennen schriftelijk de hooge waarde van Sanatogen als versterkingsmiddel en roemen de gunstige resul-"; taten zoowel bij kinderen als bij volwassenen met Sanatogen bereikt. . Ik heb de overtuiging, dat bij Sanatogengebruik het hersteltijdperk korter duurt." Dr, PREMSELA te Amsterdam. ,,lk ben zeer tevreden over Sanatogen bij herstellende zieken en bij kraamvrouwen," Dr. J. NOORDTZIJ te Zwolle. Sanatogen is in alle apotheken en drogisterijen verkrijgbaar in verpakkingen vanaf f 1,?. Vraagt brochures bij het Generaal Agentschap, Sarphafistraat 34, Amsterdam. | Rijmpjes en Aftelrijmpjes (Uit: Het Smokkelt, het Zegent, door FABIËS) Buiten in de biezen ? Lei een spldaatje dood, Zijn neusje was bevroren, Zijn maag lag open, bloot, Eruit puilde een stukje mos, Dat hij gegeten had in 't bosch. Toen kwam er een pleegzuster, Die zei, het is een Dutser*), Toen kwam er bij een timmerman, Die zei, het is een F.ngelschman, Toen kwam er bij een slager, *) Duts" voor Duitsch". was de vreemde stemming binnen deze muren van traditie, kalk en roode pluche. Daar was het vreemde van menschen, die in de korte pauze tusschen Allegro en Andante applaudisseerden, of opstonden en met losgeknoopte kleeding en scheeve hoofddeksels de zaal verlieten, om elders consumptie te gaan genieten. Daar was het zotte van approuveerende geluidjes bij het verschijnen der gracieuse zangeres, en het geroep van bekenden onderling, tusschen balcon en parterre. Die zei, het is een Praager, Toen kwam Jan de brouwer, Die zij, *t is'eën Mos-kouwer. * * * Bommen en kanonnen Wie wordt overwonnen? Goud? papier! Tierelierelier. Sabels en'geweren, Steeds maar rekwireeren. Kom niet hier, Tierelierelier. Balkannaar Luister maar! iiiiMMiiniiiiiiiiiiininiii Ik zag mr. Theodore Stuart en de heer Van Rees worstelen om een glas Pils, ik zag mr. dr. A. Röell bestraft worden wegens het uittrekken van zijn tuniek, door eenen luitenant, die de trekken vertoonde van den heer Labouchère, en, puffend en pratend zaten amechtig op een gangbankje de heeren S. P. van Eeghen en prof. G. A. van Hamel naast elkander. De obsessie was afschuwelijk, en ik ont waakte niet, vórdat een luitenant mij de zaal weer binnenduwde. Na de pauze vertoonden het verlaten podium, en de gapingen in de parterre, hoe vele gasten" over het tuinhek ontvlucht waren. De cellist speelde de Traumerei"... mijne kameraden dommelden, met zweet-beparelde voorhoofden, losgegespte kragen en verlllmlIIIMUIIIIIIIIIIIIIIIIMMIIIinlIIIIIIIMMIMIIIIlmlMIII Veroveraar Zuiveraar, Land-gerief, Veroveraartheeft inpalmen lief. Toen d'oorlog op de wereld kwam At uit zijn donker hoekje, Toen schreven ze allemaal even gauw, Een rood, een wit ; blauwboekje. Al wie nu die boekjes leest, Wijzer is er geen een van geweest, En ze zullen terecht bemerken, ?Let op mijn woorden, maar niet op mijn werken. herinnert. Trouwens, men kende de artisten", en in Flora waren vergissingen uitgesloten, zoo als die in het Concertgebouw plaats vonden, waar mijn buurman vór hij insliep den cellist bekeek, en toen het programma, mom pelend : Mendelssohn ... Mendelssohn ... een mof netuurlijk... dat zie-je zoo !" Zingen. Het spijt mij, maar van die liederen, die wij gemeenlijk tezamen aanheffen, kan ik u den tekst bezwaarlijk herhalen. Doch toe passelijk zijn ze alle. Zoo, toen Gerrit thuiskwam en ons stra lend van vadervreugde mededeelde, dat vrouw Gerrit hem eenen zoon gebaard had. Onmiddellijk werd mijn gelukwensch ge smoord, door het gemeenschappelijk en De brand is op de aarde De vonken die vliegen er uit, Het geld heeft weinig waarde, Een Mark geldt bijna een duit. Michel wil je dat stelletje verbieden, Het komt altijd aan mijn hof. Tingelingeling, klop klop klop Het maakt van mij toch geen Mof. * * 9 andere moreele uitwerking gehad, dan de nieuwe verwensching krijg de nekkramp". Deze expressie is volstrekt niet gemeener dan die, welke iemand respectievelijk de pest", cholera" of anderszins toeschuiven en in den laatsten tijd zelfs de pokken". De volksmond richt zich blijkbaar naar de momenteel vigeerende ziekte!... (Teekeningen voor de Amsterdammer" van Henri van de Velde) Daar was eindelijk de stroeve aanblik van lange, lange rijen slapende jongemannen, en vervolgens de pauze, waarin de gangen het tooneel waren van verwarringen en bousculades, ingewikkelder dan de Alpensymphonie, waarin het bier klokte door duizenden kelen, als een bergbeek, het verscherven van een ruit, als een lawine... Het vreemdste was echter het gedwongene van al deze vreugde; ik vraag u in gemoede: waart ge ooit bij een concert, waar een schildwacht u het weggaan belette, zaagt ge ooit op een feest dozijnen genoodigden ontsnappen" door den tuin, en, over de de muur klimmend, een goed heenkomen" zoeken? Zijn concertgebouw-programma's ooit misbruikt door ze te scheuren in het formaat van bier-en-thee-bons", en als zoo danig aan de buffetten ingewisseld? Neen immers? Gedurende een korte flauwte, die mij tijdens de pauze beving, had ik een vreemd vizioen: ik waande mij op een Zondagnamiddag, en alle kameraden om mij heen kregen de ge stalten van concertgebouwers. warde hoofdharen. Als gold het hier een orgiastisch feest, in stede van een bezoek aan het concert gebouw * * * Nee jó! dan was het fijnder in de Flora onderlaatst!" voegde Kees mij toe, daar zag je tenminste wat, en daar kóje mee zingen!" Hier had mijn vriend het oog op ons voor laatste lolletje", eene uiterst profane matinee in het bekende variteiten theater. Daar was men en pays de connaissance. Daar riep men psssst" tegen heldinnen van bioscope dra ma's, daar stemde men in met de liederen van zekeren Raf. Kappers, aan het klavier begeleid door zijnen vriend Agsteribbe. Daar rookte men de zaal blauw en schier ondoorwaadbaar, en verdween men onder luid gejuich der overigen in een zér zicht bare deur, waarop het woord (of begrip) Dames" geschilderd was. En het is een feit, dat men n6g de liederen van den heer Kappers zingt, terwijl niemand zich van de sonate van Grieg ook maar de eerste noten krachtiglijk ingezette lied, dat aanvangt met de woorden: Onze kater het jöngkies gekrége... en waarvan het refrein luidt: poes, poes, sméeeerige poes... enz. Voorts is er een lied, dat zeer populair is, en waarin men voortdurend herhaalt, dat bij ons alles zógaat" afgewisseld met hallo, hallo". Wat en waar en hoe er iets gaaf is echter niemand recht duide lijk, evenmin als men met voldoende dui delijkheid motiveert waarom een mensch niet van stroo" is of in hoeverre men naar Amsterdam terug" gebracht wil worden ... allemaal uitbundiglijk populaire liederen waarvan de strekking geen andere is, dan spektakel maken. Meningitis-gevaar. Het gevaar, dat ons soldaten bedreigt, aangestoken te worden door meningitis cerebro spinalis, heeft tot nu toe geen Vandaag," zeide de sergeant, staat er in mijne orders, dat ik theorie moet geven over de nekkramp.... Ik zeg dus weest zindelijk, in alles! Deze ziekte is besmette lijk en gevaarlijk!" Weet iemand anders nog iets?" Toen zeide Karel, dat het een baktil" was, en betoogde Gerrit, dat hij" binnen kwam door de neus,... vervolgens ontstond twist onder de toehoorders, waardoor de docent genoodzaakt wierd de debatten te sluiten, en den raad gaf, vél te rooken. Kortom: De militaire geneeskundige dienst heeft ook hier gefaald, door niet aan militaire dokters op te dragen een soort college Ie houden over den nekkramp en de beveiligingsmiddelen tegen deze ziekte. Ook zij geconstateerd, dat ontsmet tingsmiddelen voor de lokalen in onvol' doende mate verstrekt zijn. Dat geen voldoende medische controle op deze reiniging plaats heeft. MELIS STOKE, landstormplichtige Noot: Zooeven heeft een tweede lolletje" plaats gehad in Carré. Men amuseerde zich uitbundiglijk. Den schenkers der benoodigde gelden dank, ook namens Maupie Staal, eenen zanger van indécente coupletten, en den exploitant der buffetten.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl