De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1916 22 juli pagina 13

22 juli 1916 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

Het Lompenbedrijf van de Gemeente Amsterdam . Teekening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakenslek Openhartig (London Opinlon) De Hollandsche ion" (t%&ingShow) '^^ Ik: heb poeier noodlg tegen ongedierte!" Hoeveel mijnheer?" O,... millioenen l" 't IU Robert: Ziezoo, hier komt niets, binnen, de Duitscher verhongert" De Optimist {Punch)* DE RECHTER : Drie jaar". ?' DE GEVANGENE : Kunt u het niet veranderen in: voor den duur van den oorlog""? De Oorlog in een Duitsch gezin (Bystander) Wibaut, de Zoon van het Oude Volk. Kamerad l Kamerad! ^ imiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiitiintiiiuiii . Redacteur: Dr. A. Q. OLLAND A. R. Falckstraat 5, Utrecht Alleberk:hten,deze rubriek betreffende.gelieve te adresseeren aan bovenstaand adres. EINDSPELSTUDIE No. 44 VAN A. TROITZKY, PÉTROGRAD (Strategie, 1896) . ZWART Wit: Kc4, Tg7, pionnen b5 en e4. Zwart: Ka2, Tgl, Pc8; pion g2. Wit speelt en maakt remise. Oplossing over 14 dagen. OPLOSSING EINDSPELSTUDIE No. 43 VAN KRUSOS" Wit: Kg8, Le6, Pdl, pionnen b3, c2, d3, g4 en h5. Zwart: Kg5, pionnen c5, d4, d5 en e3. 1. h5?h6, Kg5Xh6! 2. Pdl-f21 e3-e2 (Op 2... effc volgt 3. g5f 'Kg5: 4. Lh3 en zwart kan geen koningin halen) 3. Pf2?h3! e2?elD, 4. Le6-f7! (dreigende g4?g5f. Zwart kan dit mat slechts verhinderen door opoffering der koningin, moet dus verliezen.) Een zeldzaam mooie studie, die den com ponist alle eer aandoet. Nog schooner wordt deze 'studie wanneer men de verleidelijke schijnoplossingen in oogenschouw neemt. Na 1. h6, Khfl: 2. Lf7 is zwart schijnbaar eveneens'verloren, immers na 2. ë2, 3. Pf2, iet-D-«Wirrf, 4. Ph3, tn OB 2... e2, 3. Pf2, g5l voigt 4. Ph3f Kf6 (4... Kg4? 5. Lh5f 5:..6^Pf4t en winti-5. g5f Ke7, (5... ;6. Le6* Ktö, 7* Pgl,-èVD, 8. Pf3t en y 6. Pf4, elD, 7. Pd5f Kd&V 8. g6 en nu 'is schijnbaar de g-pion niét tegen te houden, &o2£*wart speeltft,, phfl g7,*Kd7l en wit kan niet winnen. Goede oplossing ontvingen we van J. tetman te Dieren en J. S. te Zeist. Goede oplossing van probleem No. 47 ontvingen we van: : J.' Koopman te Amsterdam, J. Torn te Waalwijk, G. A. C. te Antwerpen, M. Dolman te Zeist, H. Levie te Amsterdam, dr. B. M. Oerlèmans te Heusden, Serg. Boswinkel te Arnhem, J. G. W. M. Teulings te Vugt, N. J. Bakker te Zaandam, L. O. te Utrecht, H. de Jonge van Ellemeet te Genève, J. Rietman te Dieren, H. Vos te ZutpHen en J. S. te Zeist. De nevenoplossing van No. 46 ontvingen we nog van F? Ozinga te Amsterdam en M. Dolman te Zeist. De volgende partij werd gespeeld in den meesterwedstrijd te Karlsbad in 1907. De opmerkingen zijn van- G. Marco. GEWEIGERD KONINGIN-GAMBIET Wit Zwart Janowski dr. Olland 1. d2-d4 d7-d5 2. c2-c4 e7?e6 3. Pgl-f3 c7-c5 4. e2?e3 Pg8-f6 5. d4Xc5 Pb8?cö, 6. a2?a3 a7?a5 7. t>2?b3 Lf8Xc5 Reeds bij den eersten blik op het bord ziet men, dat zwart in de ontwikkeling voor is. Hij heeft door zijn laatste drie zetten twee officieren ontwikkeld tegen wit geen. Geen wonder, 'dat Janowski spoedig in moeilijkheden komt. De zet 5. a2?a3 als voorbereiding van d4Xc5 is een der ge liefkoosde voortzettingen; de bedoeling is den vijandelijken looper terug te dringen ~en den eigen looper te mobiliseeren (5. a3, Pc6, 6. dc5: Lc5: 7. b4, Ld6, 8. Lb2). Daar entegen is de volgorde der zetten, zooals Janowski in deze partij kiest, minderwaardig, en in verband met 7. b2?b3 beslist af te keurea. Beproefde kampvechters, vertrou wende op hun kracht, veroorloven zich echter vele vrijheden en begeven zich vaak in gewaagde stellingen om den tegenstander te verlokken tot ontijdige aanvallen, maar reeds Horatius zeide: Est modus in rebus, sunt certi denique fines." De grondbeginselen der strategie zijn geen ijdele hersen schimmen. De ondervinding leert, dat over macht een voordeel is, en de overmacht in den strijd heeft hij, die het snelst mobiliseert. 8. Lel?b2 0?0 9. Pbl-c3 Dd8-e7 10. Pc3?b5 Waarschijnlijk met het oog op d5?d4 hetwelk zwart na Tf8?dS.zou kunnen spelen. Het paard staat op b5 echter onwerkzaam; op den 22sten zet besluit het tot den terug keer naar c3. Derhalve weder een bedenkelijk tijdverlies l 10. 11. 12. ia Onze bepetkt. Tf8-d8 e6-e5! Pf6Xd5 Ddl-c2 c4Xd5 Lfl-c4 blik in de toekomst is soms zeer We meenen aan te vallen, terwijl we in werkelijkheid vlak voor de ruïne staan. Veel beter ware LJ1?e2. 13 Lc8-g4 14. 0-0 Een waan-idee, in zekeren zin een schaakFata morgana. De bedoelde aanval op de g-lijn wordt door de tegenpartij in de kiem verstikt. Janowski verliest de koningin en twee pionnen tegen toren en. looper. 14 Lg4Xf3^ 15. g2Xf3 (Stand der partij na 15. g2Xf3) ZWART 15 Pd5Xe3! 16. f2Xe3 Lc5Xe3f 17. Kgl-hl Td8-d2 18. Dc2Xd2 Op 18. Dc2-e4 zou Le3?f4! 19. Lc4?e2, De7?h4 volgen. Om niet mat te worden moest wit de dame offeren. Janowski had hier den hopeloozen strijd op moeten geven. De glossator neemt derhalve hier van den geëerden lezer afscheid. Er volgde nog: 18... Ld2: 19. Tf2, Tad8, 20. Te2, Df6, 21. Tafl, Lf4, 22. Pc3, Df5, 23. Tg2, Td2, 24. Td2: Ld2: 25. Pe4, Lf4, 26. Tf2, Le3, 27. Tfl, Dd7, 28. a4, Kh8, 29. Tel, Lf4, 30. Kg2, h5, 31. Pc5, De7, 32. Pd3, Dh4, 33. Thl, Dg5f 34. Kfl, Le3, 35. Ld5, Ld4, 36. Lel, Dg6, 37. Le4, f5, 38. Ld5, f4, 39. Pel, Dbl! 40. La3, Da2, 41. Pd3, Da3: 42. Kg2, Da2f 43. Kh3, Dd2, 44. Le4, g5, 45. Tel, g4f 46. Kh4, gf3: 47. Kh5: Dh2f 48. Kg5, Kg7, 49. b4, Dg3f. Wit geeft op. Dat Janowski in bovenstaande partij nog 30 zetten doorspek na feitelijk verslagen te zijn, strijdt inderdaad tegen de goede manie ren, zooals die onder sterke schakers ge bruikelijk zijn, en welke voorschrijven, dat men opgeeft zoodra men in belangrijk mate rieel nadeel gekomen is, zonder eenige compensatie in de positie. In zulk een geval geldt het speculeeren op blunders der tegenpartij voor unfair. Intusschen zijn de voorbeelden niet zelden, dat de tegen partij geprikkeld door deze geringschattende handelwijze, zijn zelf beheerschingkwijt raakte, en werkelijk ten slotte den noodlottigen blun-' der maakte. Een tegenhanger van het te lang doorspelen is het te vroeg opgeven. Het is ook onder meesters voorgekomen, dat de partij opgegeven werd terwijl zij alles be halve hopeloos stond. Ja, Marco abandon neerde in 1902 in den wedstrijd te Monte Carlo in een partij tegen Von Popiel, ter wijl hij in n zet de partij had kunnen uitmaken. In de volgende rubriek zullen we enkele merkwaardige gevallen, o.a. ook dat van Marco, toelichten. WEDSTRIJD TE KOPENHAGEN Marchand heeft de verwachtingen zijner landgenooten niet teleurgesteld, en een uit-, stekend figuur gemaakt, in aanmerking ge nomen, dat het de eerste maal is, dat hij deelneemt aan een buitenlandschen meester hoofdklasse wedstrijd. De Zwitser Johner won met slechts een half punt boven Marchand, den eersten prijs, nl. met 5 punten, terwijl Krause, Löwenborg en Marchand met 4% punt den 2den?4den prijs behaalden. Verder kregen Svenson 3, Nyholm 2Vs, Jacobson en Giersing elk 2 punten. Ook te Amsterdam voorspellen we Mar chand een groot succes. iniiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiii 13e Jaargang 22 Juli 1916 Redacteur: K. C. DE JONGE Van Woustraat 112", Amsterdam Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. AUTEURSOPLOSSING PROBLEEM No. 105 VAN DEN AUTEUR A. J. BARTELS, A'DAM volgende week. OPLOSSING PROBLEEM No. 29 VAN BLIJDENSTEIN" . Stand. Zwart: 3, 7, 8, 21, 25, 29, 35, 36, 40, dammen op 5 en 49. Stand. Wit: 14, 16, 19, 27, 28, 32, 39, 41, 42, 47, 50, dam op 48. Wit: 28-23, 39-34, 14-9, 50-45, 48-39, Zwart: 29:Ï8, 40:29, 5:46, 3:14, 21:32, 4E-37, 39-44, 45:11 32:41, 49.40 Een fantasieprobleem met een mooie ont leding en twee tempozetten. PROBLEEM No. 106 ^van den Auteur H. W. Zitman, Haarlem (Eerste publicatie) Zwart (12 schijven)' PROBLEEM No. 30 VAN BLIJDENSTEIN Zwart (6 schijven l dam) n 16, 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (6 schijven) Stand. Zwart: 3, 8, 9, 15, 18, 34, dam op 7. Stand. Wit: 14, 17, 27, 37, 38, 44. Oplossingen binnen 14 dagen in te zenden aan bovenstaand adres. KLEINE EINDSTELLINGEN In de rubriek van 28 November beloofden wij af en toe kleine eindstellingen op te nemen, vooral geschikt voor den beginnenden damspeler en in het practische spel voorgekomen. Hieronder volgt er weder een stand. (Zwart 3 schijven l dam) l 6 11 16 21 26 31 36 41 4C 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (12 schijven) Stand. Zwart: 4, 8, 10/13, 17, 19, 21,22, 27 37 Stand. Wit: 15, [24, 25, 28, 29, 33, 34, 39, 43, 44, 47, 48. l E 11 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 ?20 25 30 35 40 45 50 Wit (5 schijven l dam) Stand. Zwart: 3, 25, 38, dam op 33. Stand. Wit: 26, 30, 34, 45, 49, dam op 36. In deze stelling speelde wit 36-47 Zwart meende nu door 33-15 , remise te kunnen maken, maar wit sloeg 47:241 15:40 45:34 en wint. , Goede oplossingen ontvangen van pro bleem 104 en Blijdenstein No. 28 van A. J. Barrels,»J. Po'ak, S. Serlui, H. Vos, allen te Amsterdam. J. Luteijn, Groede, .M. B. Worms, Watergraafsmeer, I. Heertje, A'dam, alleen BI. No. 28.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl