Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
5 Aug. '16. No. 2041
Van den Legerdag van de Vereeniging Ons Leger"
Oefeningen met mitrailleurs
Oefeningen met een houwitser-batterij
lllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllliilltrllllllllllllilliiilililllilllllllllllliliiiiiiiiiiiHiiiillllilllllilllll
MlllllltlllllMlllllllllllllllllllflIlllllllllllllllllllllllllllllllllllll IIIIIIIIIIIIIMlmlIIIIIIIIIIMIIIIlltllllllllllmlIIIIIIIIIIMIIIIIlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
VOOR TWEE JAAR...
Wij vieren deze week een jubileum. Twee
jaar is het geleden dat de oorlog begon.
Hoe ver liggen thans reeds de gebeurte
nissen achter ons, die dezen oorlog onmid
dellijk voorafgingen.
Wij vergeten vlug, en de snel opeenvol
gende indrukken verdringen elkander. Doch
er zijn dingen die wij nooit dienden te ver
geten, die in ons geheugen gegrift moesten
blijven. Daartoe behooren de gebeurtenissen
die in de laatste weken van juli en de eerste
van Augustus 1914 plaats hadden.
Ik heb het treurig voorrecht gehad getuige
van sommige te zijn. Thans, nu ik ze in
mijne verbeelding nog eens zie gebeuren,
is de groote emotie die zij opwekten, ver
stild. Vele kleinigheden die mij toen troffen,
zijn ineengesmolten in de groote omtrekken.
Andere details, toen bijna niet opgelet,
dringen zich nu op, ontroerend door het
sublieme dat zij in zich sluiten. De eerste
groote indruk is vervaagd: een dieperen
lieten zij achter.
Zoo dragen deze korte aanteekeningen
niet meer het karakter van 'eerste impres
sies. Het zijn slechts herinneringen Maar
herinneringen die wij moeten vasthouden.
Woensdagavond 29 Juli.
De meeting voor den vrede in den circus
te Brussel. Het groote gebouw gevuld tot
aan den nok. Beneden, rij achter rij, en in
het rond, amphiteater boven amphitheater,
een veelhoofdige menschenmenigte. Er
heerscht een opgewonden stemming in de
zaal. Allen die daar zijn, werkers,
intellectueelen: socialisten, hebben hunne zinnen
opgeschroefd tot hoogste spanning, als ver
wachten zij van deze meeting het verlos
sende woord, dat Europa zal bevrijden van
den benauwenden druk die als een beklem
ming rust op aller gemoed.
De leden van het uitvoerend comitévan
het Internationaal Socialistisch Bureau ver
gaderen op dit oogenblik, en in den circus
wacht de menigte. Wacht met ongeduld.
Elkeen is overtuigd dat hier geschiedenis
wordt gemaakt. Maar het wachten valt
moeilijk, nog altijd verschijnt het comit
niet. En steeds stijgt de spanning. Zij wordt
nu ondragelijk; als een koortstrilling siddert
zij in de zwoele zaal. Het hevig verlangen
dat allen doorgloeit naar vrede, vrede, strijkt
als een brandende ademtocht langs de rijen.
Dan, als gedragen door deze athmosfeer
van smeekende verwachting, staat een man
op, hoog boven in den circus, en heft een
lied aan. Stil wordt het in den circus.
Vreemd klinkt de stem in de wijde rondte
van het gebouw. Ijl klinkt de zang. Het is
een lied van broederlijke menschenliefde.
Doch nu stemt de gansche menigte met
den koorzang in. Steeds zwelt de toon,
machtig schalt het Unissez-vous!" op, als
een bede uit zoovele duizenden
menschenharten. Alle opgekropte beklemming van de
massa, hun gansche snakken naar bestendi
ging van hun vreedzaam bestaan, naar het
weren van de vloedgolf van bloed en smart
die Europa dreigt te oveistroomen, stort zich
uit in dezen zang.
Weer heft de man zijn lied aan, en weer
stemmen de duizenden in met de woorden
van broederschap tusschen de volkeren.
En nog eens zingt de man, nog eens
nemen de anderen den koorzang over. Met
steeds meer vuur laait het Unissez-vous!"
op. In vervoering juicht men den onbeken
den zanger toe.
Intusschen is het comitébinnen getreden.
Spreker volgt op spreker. Het zijn de voor
mannen van de partij" uit alle landen; zij
spreken met gloed; en toch ontroeren zij
niet zoo als het lied van dien onbekende
daar straks. De redevoeringen vergat ik;
de indruk die zij toenmaals wekten is ver
vaagd ; maar nog steeds zie ik den man zijn
lied zingen, hoor ik den machtigen klank
van den koorzang in den circus opbruischen,
denk ik met bittere melancholie aan de ver
voering der menigte, die, ontroerd door haar
eigen opwinding, dacht, dat de trilling die
het lied in aller gemoederen deed ontstaan,
zich zou mededeelen aan de gansche wereld;
dat de kreet naar vrede zich zou voortplan
ten over geheel Europa om eindelijk door
te dringen tot hen, die het lot der volkeren
in handen handen. Treurige waan l...
Doch n rede liet een diepen indruk
achter. Het was die van Jean Jaurès. Beving
hem soms een voorgevoel dat die zijn
laatste zijn zou ? Zelden toch werd een
rede gehouden, die zóklonk als een pro
fetie. Jaurès bezat de macht van het woord;
doch dien avond wist hij beelden op te
wekken van een gruwzame duidelijkheid,
en ze u met vizionaire kracht voor oogen
te stellen. Het beeld dat hij ontwiep van
den strijd die komen ging, en van het
bloed dat den bodem van geheel Europa
zou doordrenken, was zoo gruwelijk, dat
men er bang van werd. Hij schilderde
het ontzettende bloedbad dat op de slag
velden zou worden aangericht; hij beschreef
de verwoestingen die een oorlog over de
beschaafde wereld zou brengen. Hij ge
bruikte de meest afstootende kleuren, maar
zijn beschrijving bleef beneden de werke
lijkheid. Bij het einde van zijn rede werd
zijn woord van een haast magische kracht.
Hij schilderde den afloop van den
wereldstrijd. Hij beschreef den heerscher die dit
onheil over de aarde bracht. Alleen zit hij
op zijn troon; hij staart in de verte met
onwezenlijken blik: hij is bang. Buiten is
rumoer van menschendrommen die naderen.
Het zijn weduwen, weezen, grijsaards, ver
minkten, allen wien de oorlog rouw bracht
en tranen. Niets houdt hen tegen, hun stroom
is niet te stuiten; steeds komen zij nader
met dreigend geluid. Nu roepen zij den
vorst toe, maar hij antwoordt niet. Zij vragen
hem: Waaróm deedt gij dit ?" Waaióm
bracht gij zooveel onheil over ons hoof d?",
doch de vorst buigt het hoofd en zwijgt. Het
volk dringt dichter op, vuisten ballen zich,
een groot rumoer stijgt op uit de menigte,
dat zich oplost in n kreet: Va-t-en!"
Dit va-t-en!" klonk als een profetie;
terwijl Jauiès dit uitriep met luide stem,
scheen hij grooter geworden; het was alsof
hij, klein figuurtje in het groote circus,
groeide, en zag met den blik van een ziener,
het gebeuren: den opstand van het volk
tegen zijn heerscher die den oorlog ont
ketende, het dringen om zijn troon, het tot
verantwoording roepen en, bij het zwijgen
van den vorst, die niet antwoorden kan, het
slingeren van den banvloek in zijn aange
zicht : Va-t-en!
Vrijdagavond 31 Juli
's Avonds half negen. In de antichambre
van het Belgisch Ministerie van Oorlog
in de rue Royale een druk komen en
gaan van ambtenaren, ordonnansen en
boden. Bij de groote schrijftafel, in het
midden, staan in groepjes een 14-tal jour
nalisten, vertegenwoordigers van de
Brusselsche pers en de voornaamste agentschap
pen. Op gedempten toon onderhouden zij
zich met elkander over de ernstige gebeur
tenissen der laatste dagen. Oostenrijk heeft
Servië den oorlog verklaard. Het uitbarsten
van een Europeesch conflict schijnt onver
mijdelijk. Reeds versterkte België zijn
vredeseffectief. Men verwacht thans nieuwe maat
regelen. Doch op alle desbetreffende vragen
ontving men heden aan het ministerie slechts
een antwoord: heden avond acht uur.
De particuliere secretaris van den minister,
graaf de Lichtervelde, treedt de antichambre
binnen en verzoekt den journalisten hem te
volgen. Verwonderd blikt men elkander aan.
Men had een communiquéverwacht, doch
blijkbaar wenscht de minister zelf een
mededeeling aan de pers te doen.
Zij treden het kabinet van den minister
binnen. Hartelijk komt baron de Broqueville
hen allen tegemoet; krachtig schudt hij hun
de hand. Hij schijnt ietwat vermoeid door
het ingespannen werken der laatste dagen.
Toch zijn zijne bewegingen bruusk en ener
giek als steeds. Onder de zware, donkere
wenkbrauwen kijken de oogen u onderzoe
kend aan. Terwijl hij spreekt onderlijnt hij
zijn woorden met levendige, kort-krachtige
gebaren. Hij lijkt wat hij is: een man van
impulsie, die iets krachtig kan aanpakken
en krachtig ook doorzetten. Iemand die ver
trouwen weet in te boezemen en anderen
met vertrouwen tegemoet treedt; misschien
wel met wat al te veel vertrouwen.
Intusschen heeft de minister zich aan zijn
bureau gezet. Mijne heeren," vangt hij aan,
dan valt zijn blik op den heer Wouters,
socialistisch kamerlid en hoofd-redacteur van
Le Peuple",... gij weet het reeds," gaat
hij voort zich tot hem wendend, wat ik u
thans wil mededeelen." Even wisselen beide
mannen een blik van verstandhouding. Een
futiel incidentje, maar kenschetsend. Dit zijn
niet meer de socialistische voorman en de
katholieke leider die tegenover elkaar zitten:
het zijn twee Belgen.
Kort en helder, deelt de minister thans
de laatste maatregelen der regeering mede.
Zij komen neer op de algeheele mobilisatie
van het Belgische leger. In klare trekken
zet hij den ernst van den toestand voor
België uiteen. Maar moge deze al ernstig
zijn," gaat hij voort, wij behoeven daarom
toch niet het ergste te vreezen. Wij kunnen
het volste vertrouwen hebben dat, bij een
conflict tusschen Frankrijk en Duitschland,
België's neutraliteit door beide partijen strikt
zal worden geëerbiedigd. Ik heb de vaste
overtuiging gekregen dat het Belgisch grond
gebied ongeschonden zal blijven. Zoowel
van den gezant van Frankrijk als van dien
van Duitschland heb ik te dien opzichte
cathegorische verzekeringen ontvangen. Ik
kan hier zelfs aan toevoegen dat heden nog
de Duitsche gezant, de heer von
BelowSaleszke, mij verklaard heeft dat België ten
opzichte van de vriendschappelijke bedoe
lingen van Duitschland volkomen gerust
kan zijn. Moge de strijd zich dus al dicht
onder onze muren afspelen, wij hebben alle
reden om aan te nemen, dat wij er van
gespaard zullen blijven er op eenige manier
in te worden gemengd." De heer de Broque
ville zegt deze woorden met een waarachtige
oprechtheid. Men voelt het: deze verklarin
gen hebben een groote ongerustheid bij hem
weggenomen. En het goede vertrouwen dat
zij bij hem hebben gewekt, wenscht hij ook
het volk deelachtig te maken. Hierom riep
hij de pers tot zich. De oudste Oer journa
listen dankt hem voor het in hen gestelde
llllllllMlimillltllMMIiMllinilllMIUMIIIHHMIIIHIMMIHMIMHIIIIMUMIMimilltUIHtHIIIMIIMIIIMJMIMIH
vertrouwen. Onder den indruk van 's ministers
verklaringen spoeden de journalisten zich
naar de redactiebureaux.
De hoofdartikelen in de ochtendbladen
van l Augustus ademen een geest van ge
rustheid, in hunne besprekingen van den
toestand manen de bladen aan tot kalmte
en goed vertrouwen. Had niet de Duitsche
gezant zelf ?
Den volgenden morgen overhandigde de
gezant van het Duitsche Rijk het ultimatum
aan België.
ARNOLD VAS DIAS
Groote Banken en Commissionnairs
De enorme overteekening bij de inschrijving
op de van den Bergh notes heeft in de
financieele pers wederom aanleiding gegeven
tot beschouwingen, niet alleen overhel mis
bruik van majoreeren bij inschrijvingen met
medewerking van het emissiehuis, maar ook
over de ontwikkeling van het alles-omvattend
groot bankwezen, dat de individueele
commissionnairs-firma's hoe langer hoe meer
dreigt te verdringen. Zoo teekent o.a. de
redacteur van het Financieel Weekblad"
bij een ingezonden stuk in dat blad aan:
Daartegen kampt men echter tevergeefs;
die ontwikkeling is niet te stuiten, zij is
een economisch verschijnsel, waarin men
zich als in het onvermijdelijke zal hebben
te schikken. De banken kunnen door de
veelzijdigheid van haar bedrijf haar cliënten
faciliteiten en faveurs aanbieden, welke de
gewone commissionnairs niet bij machte
zijn te verstrekken."
Uit deze redeneering ademt eene zoodanige
geest van fatalistische berusting, dat het niet
overbodig schijnt ook eens de keerzijde van
de medaille te belichten, wanneer men althans
met de stelling in hare algemeenheid niet
instemt.
Ongetwijfeld is het een economisch ver
schijnsel van onzen tijd, dat zoowel in
industrie als handel door combinatie van
kapitaal reuzenondernemingen ontstaan, die
door de grootte van den omzet de kosten
van productie per eenheid zoodanig kunnen
verlagen, dat de strijd om het bestaan voor
individueele firma's hoe langer hoe
moeielijker wordt. Wat in de nijverheid de'?Trusts",
Vereenigingen van fabiiekanten" en dergel.,
wat in het winkelbedrijf de Waarenhuizen"
en Confectiemagazijnen" zijn, zijn de Groote
Banken" in den geld- en fondsenhandel.
Ten aanzien van de nijverheid gaat de
vergelijking niet geheel op, omdat daar nog
een element in het spel komt, dat bij de
anderen niet of althans niet in dezelfde
mate voorkomt. Bij de nijverheid in het
groot wordt toch niet alleen voorsprong
verkregen door de mogelijkheid om door
grooteren omzet zooveel goedkooper te
produceeren, maar ook door de omstandig
heid, dat de fabrikant slechts bij hooge
uitzondering direct met den individueelen
consument in aanraking komt en zijne
producten in den regel aflevert aan den
handelaar en liefst nog groothandelaar ,
bij wlen het persoonlijk element slecht
weinig invloed heeft.
En dat persoonlijk element is juist een factor,
die in de verhouding tusschen winkelier of
commissionnair met particuliere cliënten,
een groote rol speelt en ten gevolge heeft,
dat Waarenhuizen, Confectiemagazijnen en
Groote Banken niet zoo gemakkelijk de
particuliere clientèle van met zorg beheerde
winkelzaken, kleerenmakers of commission
nairs naar zich toe zullen trekken. Het moge
waar zijn, dat de Groote Banken door de
veelzijdigheid van haar bedrijf, haar cliënten
faciliteiten en faveurs kunnen aanbieden, die
de gewone commissionnairs niet bij machte
zijn te geven," er zijn gelukkig nog een groot
aantal en volstrekt niet de minste
cliënten, die geene faciliteiten noodig hebben
en ook niet verlangen; die wel gesteld zijn
op faveurs, maar op een soort van faveurs,
die de gewone commissionnairs minstens
evengoed en meestal beter kunnen geven
dan de Groote Banken.
Wat de particuliere cliënt in de eerste
plaats van zijn commissionnair verlangt, is
voortdurende zorg en toezicht op zijn ver
mogen, tijdige waarschuwingen en raadge
vingen, maar bovenal ook, dat zijne zaken
met de meest mogelijke discretie behandeld
worden. En daarin zullen de Groote Banken
nimmer kunnen concurreeren tegen particu
liere firma's, althans zoolang laatstgenoem
den hun taak nauwgezet en met de noodige
kennis en met overleg opvatten. Daarmede
wil niet gezegd worden, dat bij banken op
die discretie niet gerekend kan worden of
dat bij haar niet de noodige zorg gewijd
wordt aan de zaken van hare cliënten.
Verre van dien; maar toch vergroot het
feit, dat in déuitvoering van haar bedrijf
bij de Groote Banken alles over een groot
aantal schijven moet loopen, de kans op
meer of minder belangrijke indiscretiën;
vermindert de omstandigheid, dat de zaken
te omvangrijk zijn, de mogelijkheid voor
de leidende hoofden der groote instellingen,
om zich op dezelfde wijze als particuliere
commissionnairs bezig te houden met de
belangen van. hunne individueele cliënten.
Het zijn niet de dagelijksche of wekelijksche
marktberichten, die juist omdat zij door Jan en
alleman gelezen worden de aantrekkelijkheid
voor den individueelen cliënt missen, waarop
deze gesteld is, maar af en toe een afzonderlijk
schrijven over eene of andere aangelegen
heid, desnoods een kort postscriptum onder
eene gewonen zakenbrief, waaruit blijkt, dat
de commissionnair voortdurend de belangen
van zijn cliënt in gedachten heeft, waarop
de meeste prijs wordt gesteld. En in dat
opzicht kunnen de groote instellingen
hoe uitstekend overigens georganiseerd
juist ten gevolge van die uitgebreide orga
nisatie niet op dezelfde wijze de eischen
van een groot aantal cliënten bevredigen.
De organisatie is er wel, maar het persoon
lijk element, dat zoo'n belangrijke factor is
in de verhouding tusschen lasthebber en
lastgever is er niet en kan er niet zijn.
Daarom komt het mij voor, dat er nog
volstrekt geene aanleiding is voor de com
missionnairs om bij de pakken te gaan
neerzitten en fatalistisch te berusten in de
toenemende invasie van de Groote Banken.
Zeker zullen een aantal zaken, waarvoor
bizondere faciliteiten gewenscht worden, bij
voorkeur naar die instellingen gaan; maar
het is eene soort van zaken, waarmede de
particuliere commissionnair zich slechts
noode bezighoudt en die hij de daaraan
verbonden risico's en kapitaals-eischen in
rekening nemende best aan anderen kan
overlaten. De zaken echter, die eene fijnere
en meer delicate behandeling noodig hebben,
zullen echter bij hem blijven en evenmin
als de Waaren"- en Confectie'-paleizen
de van ouds gerenommeerde goede zaken
veel afbreuk hebben gedaan, evenmin be
hoeven de particuliere commissiehuizen te
vreezen, dat zij het beste deel hunner
cliënten zullen verliezen door de aantrek
kingskracht van de bankpaleizen.
Daartoe is echter noodig, dat de particu
liere firma's, zoo noodig met nog meer zorg
en nauwgezetheid dan tot nu, de zaken,
die zij te behandelen hebben, bestudeeren
en nagaan om hunne cliënten van dienst te
kunnen zijn. Dan zal spoedig blijken, dat er
naast de Groote Banken ook voor hen vol
doende ruimte tot ontwikkeling is overge
bleven. En wanneer dan zoowel de Groote
Banken als de Commissionnairs inzien, dat
zij niet tegenover, maar naast elkaar staan
en dat zij elk hun uitbreidings- en ontwik
kelingsterrein moeten zoeken in de richting,
waartoe elk door zijne organisatie het best
is aangewezen, dan zal ook het publiek
daardoor gebaat worden.
J. D. SANTILHANO
BUNSCHOTEN & DE GOOYER
Hofleveranciers.
Indische Uitrustingen.
UTRECHT, Oüdegrachl bij de Jansbmg, 51, 53, 05.
EEN1G ADRES. Geen Filialen.
DEBOST&LEYTESS
FUffi CHOCOLADE
El SDIKERWEBIEI.
l t»SLUIS. ZAAD HANDEL AMSTERDAM/
VRAAGT ONZE GRATIS BROCHURE VAN 40 PAGINA'S
Stenografie
Riënts
Balt
Zelfonderricht 8O t. In den Boekh. en na toe
zending van postwissel bij RIËNTS BALT, Den Haag.
Reeds sedert meer dan 4 jaar gebr. ik Uw Stenogr. op
mijn kantoor, en heb daarm. steeds de volle tevredenh.
van mijn Patroon verworven" (w.g.) G. v. d. V. te 's H.
DE
12 CYLINDER
Automobielen
overtreffen alle verwachtingen door
qualiteit, souplesse en degelijke afwerking
H. ENGLEBERT & Co., Den Haag.
Verschenen de 10e druk
van
Atlas van Nederl. voor Wielrijders,
bevattende elf Kaarten,
dus van elke provincie,
met aanwijzing der af
standen van plaats tot
plaats in Kilometers en
vermelding der soort van
wegen. Deze Atlas zenden
wij franco per post (na
ontvangst van het bedrag
in postzegels of per
postwissel aan ons adres) voor
slechts VIJF EJf DER
TIG CENTS.
imslerdam, Van Holkema * Wareaëorf.
Vier jarige Wmteravondcursns voor de Bouwkunst
en aanverwante vakban, met uitzicht op
ArchHectmdiploma, gedurende de maanden September tot en met April.
De inschrijving voor den curfii.t 1916?1917
is f/eoftentt tot l ft lugastu* e,Ie.
Inlichtingen omtrent de voorwaarden voor de toelating
verstrekt de Administrateur. (Op aanvrage bij het Bestuur
bestaat de mogelijkheid tot kostelooze toelating).
Namens het Bestuur der Ver. v. V. en H. B. O.
JOH. VOGELZWG, Adm.
Administrateur: J6B. VOGELZUG, ldm.deKnyterweg 146', Sloten (Amsterdam).
ERVEN KRAMER
? WIJDE KAPELSTEEG 4 AMSTERDAM ?
~ TELEPHOON N°266 ?*
FABRIEK VAN KANTOORBOEKEN
BLECTRISCflB
TT T i 0. A O
II h A TT A ft
li« li£LU IJLM}
AMSTERDAM,
TELEFOON 4fit1 Z.
SPECIALITEIT IN ALLE B BOOD SOORTEN.
D. ADMIRAAL
Tuin- A.i*eliiteot/ULiiJ
Bloemenmagazftnen v/h Bozenoord.
Kantoor: Banstraat 22
Telephoon Z. 2693