De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1916 26 augustus pagina 3

26 augustus 1916 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

Aug. '16. No. 2044 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND iiiiiffViiuiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiii/iiiiuiii n ?j n MEUBILEERmeitAATSCHAPPIJ - HOLLAND KHELT UTWEIIIIIBIIDU OFflLLJIÏOOL fr?500.?650. 775.875. 1100. EN HOOGER IWFEEIT iircmi n tooiiuis OF VILLA VOOR: f 250 290. 425. 55O. 675.EN HOOGER - AMSTERDAM N. Z. VOORBURGWAL 274 o. h. Nieuws v. t. Dag Int. Tel. 5974 VRAAQT PRIJSCOURANTEN TAMINIAÜ'S JAM iiitiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiitttniiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiMiiiuimiiiiiiiiii vooral hierover geklaagd wordt, dat bij de wegvoering geen onderscheid is gemaakt tusschen arm en rijk, of aanzienlijk of nederig." Dit is volkomen onwaar. Die klacht staat noch in de nobele protesten van den maire en den bisschop van Lille, noch in het pro test van de Fransche Senatoren en Kamer leden, afgevaardigd door de bezette gedeelten van Frankrijk, noch in het protest van de Fransche regeering, noch in een der artikels van acht verschillende groote Fransche dag bladen, die op 29, 30 en 31 Juli over dit onderwerp schreven (Le Temps, LéJournal de* Débats, Le Figaro, Le Matin, Le Journal, Le Petit Journai, Le Gaulols en U Echo de Parts). Alleen wordt in sommige stukken ge klaagd ove.r de promiscuité" van het ver voer, dat wil zeggen hierover, dat fatsoen lijke vrouwen in het gezelschap van publieke vrouwen zijn gebracht. Maar nergens wordt aan de Duitsche regeerfng verweten, dat zij geen onderscheid heeft gemaak't tusschen rijk en arm. In het bezette gedeelte van Noord-Frankrijk toont de bevolking niet de minste waardee ring voor de maatregelen, die, de Duitsche regeering om haar bestwil'' neemt. In België is de dankbaarheid al niet grooter. Zelfs de Duitsche vervlaamsching van de Gentsche Hoogeschool wordt daar niet ge waardeerd ook niet door een voorvechter der Vlaamsche beweging als Paul Frederlcq. Met zijn vriend Pirenne wordt hij nog altijd in Duitschland gevangen gehouden. En telkens vermeerdert het aantal nog van hen, die met gemis hunner vrijheid moeten boeten voor de trouw aan hunne overtuiging. Ook Pater Schmitz heeft nu dit lot getroffen. In het ochtendblad der Nieuwe Rotterd. Courant van 22 Augustus 1.1. kon men lezen: De correspondent van De Tijd in België bericht, dat de bekende geoloog en desDE LAAN" DOOR C. H. VAN GENDT Altijd verbaasde ik er mij over, dat de laan van ons was. Het huis, ja, en de groote mooie tuin, ook zelfs het kleine arbeiders huisje voor aan de laan ik wist het het was allemaal van mijn vader geweest en na vaders dood was het moeders eigendom. Maar die wonderlijke laan! Die prachtlaan! Want zie, als ik er n u nog aan denk, dan komt het me voor, dat er nooit mooier laan geweest is. Het waren oude, zware eiken, die aan de kanten stonden en in den zomer bogen zich daar boven de takken naar elkaar en was de laan overdekt door een koepeldak van bladeren. Een geweldige bekoring lag voor mij in de laan, juist omdat ik er niet loopen mocht. Ik herinner me hoe moeder zei: Als je nu eens bij den buurman wezen moet, dan kun je gaan, maar je moet er me niet te veel scharrelen!" De laan leek me eindeloos lang. Zeker was het wel een vijf minuten loopen tot het eind, waar de boerderij was van onzen buurman: Anton Verwaay. Als moeder uit was, zag ik mijn kans schoon de laan uit" te gaan. Ik keek eerst van uit onzen tuin, of er soms bedelaars liepen; de laan liep namelijk evenwijdig aan onzen tuin en was er door een breede sloot van gescheiden, want het was om de vele bedelaars, die naar den buurman gingen, dat moeder niet wilde, dat ik er liep. Dan, de laan veilig wetend, holde ik den tuin uit, het zware ijzeren hek door en de Jaart op, de laan, De ? ? i ? ? italist Financieel Nieuwsblad Singel 342, A.' TELEFOON N. 6925 bevat steeds actueele arti kelen, betrouwbare cor respondentie, uitlotingen van premieleeningen, producties, koerslijst enz. Abonnement slechts |5O| ets. per kwartaal. Vraagt gratis Proefnummers Aanvang van den nieuwen cursus Donderdag 12 September. Inschrijving van nieuwe leer lingen Maandags en Donderdags vanaf 4 Sept. aan het Gebouw der School Pieler de Hooybslraal n Werdan, IIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIMIIIIHIIIIIIMtlllMIIIIIIMtlllllllllmntll kundige op het gebied van het Limhurgsche mijnwezen, Pater Schmitz te Leuven, door de Duitschers is gevangen genomen.. Pater Schmitz, aldus de correspondent, stond aan het hoofd der bekende keurboekerij." Waarom in dezen laatsten zin ingevoegd werd: aldus de correspondent", zal ver moedelijk aan vele lezers van de N.R.C, niet duidelijk geweest zijn. Aldus" dat of dat buitenlandsch blad of die of die staatsman, is een in de N.R.C, gebruikelijke wending om te kennen te geven, dat een bericht of een meening geheel voor rekening wordt gelaten van de courant of den persoon, pp wier naam zij staan; dikwijls zal hét redactie lid van de N.R.C., dat aan zijn uitknipsel of zijn referaat dit aldus" toevoegt, er mee bedoelen: ik voor mij geloof er geen sikke pit van. Juist daarom zullen misschien vele lezers van de bovenaan gehaalde regels gedacht hebben: waarom moet nu bij het bericht, dat Pater Schmitz aan het hoofd der Leuvensche boekerij stond, alweer gezegd wor den : aldus de correspondent" ? Hier geldt het toch geen betwistbare meening, maar een simpel feit. Ik vermoed, dat het aldus de correspon dent" oorspronkelijk betrekking had op een ander gedeelte van het bericht van den cor respondent van De Tijd, dat eerst ook over genomen was door den redacteur van de N. R. Ct., maar later door hem is geschrapt; het aldus de correspondent" is toen blijven staan, hoewel er geen reden meer voor was. Aan die lezers van de N. R. Ct., die ook dit weekblad onder de oogen mochten krij gen, wil ik het vervolg van het bericht van den correspondent van D3 Tijd niet onthoude_n; zij weten dan meteen, dat Pater Schmitz niet verbannen is, omdat hij aan het hoofd van de Leuvensche boekerij stond, zooals zij uit het bericht in de N. R. Ct. hadden kunnen afleiden, maar om een andere reden; zij kunnen dan meteen zien, welke Mimiiiiiniii onze heerlijke laan tot bijna bij den buurman. Daar, vlak bij de boerderij lag een plank over de sloot en kon ik op het weiland achter onzen tuin komen. Daar zocht ik dan bramen, die groeiden tegen de heesters. Of het voorjaar, zomer of herfst was, altijd zocht ik er bramen dom klein meisje, dat ik was. Soms ook liep ik door en kwam bij den buurman op de boerderij. Dat was zoo'n aar dig gezicht. Als je kwam uit die donkere laan met de zwarte, koolzwarte aarde, en je zag plotseling het vroolijke, met grindzand bestrooide, zonnige boerenerf. Daar blonken de ruiten en glommen de groene blinden van het huis en op het afstoepje aan de sloot schuurden de meiden de emmers met koper beslag. Maar de bewoners waren niet vroolijk. Den boer" was een man met een ontevre den gezicht, de boerin een knappe stuursche vrouw, die volgens onze meiden nooit niks zei". De eenige, die daar in huis het woord voerde, was Piet, eigenlijk Pietje, de eenige en idiote dochter. Als ik nog bedenk hoe bang ik was als Piet op de laan liep l 7e had het er altijd op gemunt me te laten schrikken, als ik in den tuin speelde en riep dan in eens hard: Hoe?Boe" door de boomen en dik wijls holde ik ,weg, vergetend, dat er toch heusch een sloot was tusschen de vreeselijke Piet en mij. Piet was een jaar of twintig; ze droeg zomer en winter een pannekoekachtige stroohped met rood lint, die meestal op haar rug hing doordat ze voortdurend met haar hoofd knikte. Ze was een uitbundig vroolijk soort stakkerd en gilde van het lachen, dagen lang. En soms, als moeder en ik in den koepel zaten, zeien we: Stil, daar komt Piet aan" en dan was ze pas heel achter in de laan. Dan praatte en lachte ze in zich zelf en riep : Zoo doet ie", haalde de platte hoed van 't hoofd, zette die weer schuin op en danste op en neer. Ha, ha, ha". Zoo doet ie!" Wij begrepen dat nooit»maar wie kan de woorden van een arme idioot be grijpen ? HAARD FAUTeiML -.. 79.V/ILLIAM AMB MARY STIJL RUK GtBEêLDHOUWD in AMTie* G6KL6URD rsorenHouT BfcisLeeo Mer oRoen OF BRUIM Fuuweeu. i_osse rvjssens ceiLLusTReeRDÊtieuBEI-CATALOGUS FRAHCO C A. M A. F3 e LI AMSTERDAM «GRAVeMHAGe HEIDENS S.B. gereed en naar maat vanaf r *.-. Coupéur-reiziger te ontbieden. DER BUG dingen door de N. R. Ct. NIET worden mede gedeeld. De correspondent van De Tijd liet op de regels, die in de N. R. C. alleen zijn over genomen, nog deze volgen: Van officieele Duitsche en ook van Duitsch-katholieke zijde is herhaaldelijk ge tracht, op de Vlaamsen-katholieke studen ten-beweging invloed te krijgen in verband met (bedoeld zal zijn: ter bevordering van) de Duitsche doeleinden in Vlaanderen. Dit was ook het geval met een oproep, dien groepen katholiek-Vlaamsche studenten heb ben verspreid en die een België onder be stuurlijke scheiding eischt. Tegen dit en dergelijk drijven heeft pater Schmitz, die ook niet afliet Belgische jongelieden op hun plicht aan het front te wijzen, ^meer dan eens gewaarschuwd. Hij Boet zijn patriot tisme thans in'de gevangenis". Aldus" de correspondent van De Tijd. 23 Aug. 1916. G. W. KERNRAMP. iiliriiMHiiiiiiiimi Germania in den Talmud Velen, die zich steeds met verontwaardiging keeren tegen wat men pleegt te noemen het Duitsch Militairisme en dit instituut aanzien als een vlaekwaardig overblijfsel uit den oertijd, zullen het wellicht toch merkwaardig vinden, dat reeds in het klassieke werk den Talmud", een passage aangetroffen wordt, die zich eveneens met bitterheid keert tegen de verwoestende strijdlust der voorzaten onzer oostelijke buren, maar blijk baar met even weinig resultaat als onze tijdgenooten. In den Babyl-Talmudtractaat Megilloo, blz. 6ö, wordt onder auteurschap van Rabbie Jitschak [2e eeuw] melding gemaakt van een volkstam geheeten ** ""~ .. als onderdanen Kermamie van Edom wiens zwaard de wereld ver woest waar zij uittrekken ten strijde. Daar behoeft men nu geen dom, klein meisje voor te zijn. De eenige relatie, die tusschen ons en den buurman bestond, was déoude schoolvriend schap tusschen moeder en Tonia, de boerin. Moeder wilde ook nooit hebben, dat Toon" haar mevrouw noemde, al was zij dan ook honderd maal de mevrouw van het buiten" en Toon de boerin van de hoeve aan de laan." Maar een zekere ontevreden stugheid van den kant der boerin maakte, dat er toch geen aardige verhouding bestond. Toon kwam ons wel eens vereeren met lammetjes van grasboter of biest, en ik bracht er in den herfst van de appelen en peren. Dat was alles. Een innige band kwam er pas nadat... Nadat op een morgen een van de meiden zoo maar de kamer binnenholde, waar moeder en ik sliepen, en riep: Mevrouw, den boer is weg!" Want, in dat gedeelte van ons land, waar de wonderlijke laan en waar de blijde hoeve was, spreken de menschen ook van den boer", al is hij onderwerp! En moeder, laco niek, zei: Zeker naar de markt". Maar onze oude Marie ging door, zenuwachtig vertellend, hoe Toon overal rondliep en doodsangstig was. Hoe den boer" sinds den vorigen avond spoorloos verdwenen en 't heele dorp er vol van was. Toen stond moeder resoluut op, was in minder dan geen tijd aangekleed en stapte de laan af. Toon en Piet waren bij haar toen ze terug kwam; Piet juichend: Zoo doet ie", Toon, doodsbleek en zwijgend. Drie dagen en drie nachten bleven ze. Als ik uit school kwam, draafde ik van het dorp naar huis en het eerste dat ik vroeg was: Is de boer d'r weer ?" altijd was het nee". Tot me op een keer de uitdruk king van Toons gezicht haast versteenen deed van schrik, toen ze heel kalm zei: Die komt niet werom, kijnd!" Maar waar was ie dan gebleven ? Alles had moeder in het werk gesteld in de slooten was gedregcj overal was aanB O U W T TE NUNSPEET MOOIE BOSCHRQKB TERREINEN SPOOR, TRAM, ELECTT LICHT, TELEPHOON .. INL1CHTINOEN Bty. DE VELUWE" DE BILT Te koop Villi's en Bouwgrond, l 100 ipoorverb.l p. dag Bos-1 schen. Zand-1 grond. Elec. | Gas. Water. J. J. STOKMANS, Kantoor ran ] ' raste ' Tel. Int. No. 38. goederen. IIIINIHUimilllllllllllllllllllllll Dat men->«den*heeft te mogen vaststellen t. p.~4net Germania te doen te hebben, vereischt kortelijk een nadere motiveering op complilatorische wijze. Op den voorgrond moet echter geplaatst worden dat algemeen in den Talmud litteratuur met Edom het Romelnsche Rijk bedoeld wordt. Als oudste en meest gezaghebbende com mentator noem ik Raschie [12e eeuw] die op bedoelde plaats aanteekent, Een Konink rijk onder voogdij van Edom [Rome]. Jacob Emden [17e eeuw] het Raschiecitaat be sprekend, zegt dat hier niet anders bedoeld is dan de voorzaten van het in Emden's tijd bekende Duitschland. Elia Wilna [18e eeuw] als een der grootste Talmud-autoriteiten erkend zegt in zijn aanteekeningen op tractaat Joma blz. 10 waar eveneens het hier besproken woord voorkomt dat gelezen moet worden Kerma/zië, derhalve de letter verwisselt en naar diélezing een verklaring ten beste geeft op een Michna plaats in tractaat Nekongiem" die door de nu reeds beroemde Michna verklaarder Lipschitz, met ingenomendheid geciteerd wordt. Men heeft hierbij ook in het oog te houden dat de Mischna een ouder werk is dan de Talmud, en de Mischna het woord met n" gebruikt. Rabbie Nathan Jechiel [lle eeuw] in zijn woordenboek Aruch" dus nog voor Raschie wettigt den indruk dat ook hij aan Germania denkt en wel in verband van een door hem geciteerde plaats uit Beresith Babba" terwijl Benjamin Musafia [17e eeuw] die zijn Aruch omwerkt en aangevuld heeft, eenvoudig Ger mania vertaalt. Deze laatste wordt dan ook door Johan Rabe in zijn vrij goede duitsche Michnavertaling geciteerd. Van dezelfde opvatting zijn ook Schönhak in zijnMaschbier en dr. Levy in zijn Galdeeuwsch W rterbuch beiden 19e eeuw, alsook Marcus Jastrow, van zeer jonge datum in zijn Dictonary of Talmud" enz., die de hier besproken plaats vertaalt, Germania". Hij vertaalt namelijk The Roman province of gifte gedaan de boer was weg en bleef weg en bericht kwam er niet. Tot den derden dag 's avonds. Wat was ik blij net thuis te zijn toen de brief van zijn hand kwam! Al die dagen had ik op school en in het dorp de vreemdste geruchten gehoord die allemaal daar op neer kwamen: Den boer dronk". Ik begreep het niet goed en wilde noch durfde er naar vragen: Gekke Jan", een van de bedelaars, die geregeld naar Verwaay ging, die dronk, dat wist ik: hij slingerde dan op en neer van den eenen kant van de laan naar den anderen. Maar dat deed de boer toch niet! Honderd maal had ik hem de laan op en af zien loopen, maar zooiets was er nooit aan hem te zien geweest. 't Moest een vergissing zijn, dacht ik. Maar nadat die brief gekomen was bleek het dan toch waar te zijn, dat heele erge van den boer! Die brief kwam uit Parijs! BK hij schreef er in, dat hij niet wilde voortgaan met te leven als hij deed. Dat hij van den drank af wilde en nu uit eigen beweging in een gesticht tegen alco holisme was gegaan. Hij had het adres van den dokter gekregen. Geld had hij genoeg en hij kwam niet terug voor hij er heelemaal af was. Toon moest maar zien hoe ze de zaak klaar speelde: Neem anders nog een knecht", zoo eindigde de brief, groet Piet". Dus de boer dronk wel": liever gezegd, hij had wel gedronken. Moeder was, zooals ik haar zelden had gezien, zóvol geestdrift voor het plan van den boer voor zijn zedeiijken moed den strijd tegen zichzelf aan te binden. Toon knikte, zei niet veel, ,,'t Is een heel end Parijs", zei ze alleen. En even daarna: Nou dat ik weet, waar ie is, gaan ik weer naar de hoeve. Bedankt". Ik zie Toon nog den brief dicht vouwen en in haar zak steken, ik zie haar nog op staan en moeder de hand drukken. Van dien dag af aan kwam Toon ons ge regeld de brieven brengen, die Anton, meest eens per week, aan haar schreef. TRADB MASlt Le Cognac Martel! est garant! comme tant Ie produit naturel des TUIS récoltés et distillés dans la > région de COGNAC. Agents: '* KOOPMANS en Wm,. AMSTERDAM. HiiiiiiiMiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiilimiiiiiiiiiftiiiiüfiii Germania. Terwijl dr. Alex Kohut in zijn Aruch Completum" een voortzetting en uit gebreide omwerking van het werk der eerst genoemde Lexicograaf, een autoriteit van buitengewone beteekenis, ook tot de con clusie komt, bijzonderlijk bij het woord Asiaf dat overal waar in den ouden'Talmud en Rabbijnsche litteratuur van den volkstam Germania", gesproken wordt bedoeld is de voorzaten der Duitschers". " "** Vermeld ik eindelijk nog dat prof. Lazarus Goldsmit in zijn nog niet geheel uitgegeven bekende Duitsche vertaling van den Talmud eenvoudig vertaalt Edomitische Germanen". Geenszins is door mij bedoeld een weten schappelijke verhandeling te" geven 'over hét Gejrnania in den Talmud, veeleer wjlde ik aafltoonen als curiositeit hoezeer reed*_, de oudheid de voorzaten-onzer ? ' buren gevreesd waren, om hun a< en vereering voor zwaard en degen. Bevreemd heeft het mij echter dat zoo tril van geleerden die zich bezig hielden me*4fc ethymologïe van het woord Germanen-Ge*mania de hier vermelde bronhen totaal niet benut hebben, vermoedelijk omdat die litteratuur voor hen niet toegankelijk was, derhalve kan'dit opstel wellicht nog ais bijdrage bij een nieuwe studie in deze .van eenig nut zijn. s j D f t . ..,.-.-.,. v. :iD.\|. H-? I1IIIIIIIHII1IIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIII1IMIIIII111IIIIIIII1IIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIM1III Moeder zei dan lachend: Daarom was de post zoo laat vanmorgen!", want als r'een brief was van Anton Verwaay* Ijet onze goede, oude postbode aan een? ieder, bet be wuste document zien?p, zalig p'dStgeheim. En tegen een ieder zei hij, volbewon4«rjng: kranige vent, dien boer, om d'?r. zejf, te willen komen, ja, de duivel -^--*en de duivel zal er uit!"* Verwaay schreef steeds, dat n|J,/*ïvan overtuigd was, dat de kuur zou hij was nu, (het was drie weken later) in het stadium dat hij geen drank meer kreeg (het volume drank, dat hij gewoon was te gebruiken was langzaam verminderd-ge worden, opdat het zijn gestel niet aan tasten zou) en het beviel hem best. Hij had niets geen last van dorst of katterigheid of wat ook en zijn eetlust was best. Hij was zoo lekker als de kippetjes, maar 't was beroerd, schreef ie, dat het nu nog twee maanden duren moest. Hij zou er nu maar liefst tusschen uit en weer naar Toon toe de boer kreeg sentimenteele neigingen / maar daar wilden ze in het gasthuis,^ zooals hij het noemde niets'van hodren.;De vierde week kwam er een zondering epistel. Toon", schreef hij, gij moet mij v nu voortaan in de Fransche taal schrijven^ ik mag hier geen Hollandsche brieven meer en t van gen. Laat mevrouw" (dat was moe der) ze maar voor je schrijven. En schrijf dan vooral, dat het boerenbedrijf zonder boer niks gedaan is, dat ge me erg mist en dat ge Piet niet in bedwang kunt houden". Moeder aarzelde, maar beloofde toch den brief te zullen schrijven, 's Avonds mocht ik bij wijze van proef, ik leerde betrekkelijk pas Fransch, den brief vertalen, ch we schaterden samen van-het lachen toen ik mijn brief oplas: Une paysanne sans paysan, ce n'est pas fait du tout. Surtout parce que je ne sais pas retirer Pierre." Maar nadat .de brief in elkaar zat en Toon hem was komen overschrijven, vroeg ik: Moeder, .zou ie er genoeg van hebben?" Ik denk 't," zei. moeder. (Slot volgt

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl