9 Sept. '16. No. 2046 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 De Nieuw-benoemde Gouverneur van Suriname (Teekening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakensiek) {Roemenië gaat In de Oorlogszee (Bystander) .-a -* B u l g a r ij e: Hoe het is ? Ik zal het zoo gauw niet wér doen! Voor jou is het zoo erg niet, want het tij lis al dalende. . . maar ik? ,Was ik er maar uit! Engelsen' Speelgoed (Sitnplidssimus) Een Staal-tje" van Bureaucratie Redacteur: Dr. A. O. OLLAND A. R. Falckstraat 5, Utrecht Alle berlchten.deze rubriekbetreffende.gelieve men te adresseeren aan bovenstaand adres. PROBLEEM No. 52 VAN H. WEENINK TE AMSTERDAM (Eerste publicatie) ZWART a b c d e f g WIT Wit: Kfl, Dd8, Lb7, Pf6, pionnen c6 en e6. Zwart: Khl, Lb8, pionnen d7 en h4. Wit geeft mat in twee zetten. Oplossing over 14 dagen. OPLOSSING PROBLEEM No. 51 Wit: Kdl, Da7, Tb3 en f4, Uil, Pc4 en h4, pionnen d3, e4 en f2. Zwart: Kd4, Tc5 en g3, La6, Pfl en g7, pionnen c6, d2, d6, f3, h2 en h3. 1. Tf4?g4, La6Xc4, 2. Da7?alt enz. Goede oplossing ontvingen we van: M. Dolman te Zeist, J. Koopman te A'dam, J. Torn te Waalwijk, J. Rietman te Dieren, G. A. C. te Antwerpen, L. O. te Utrecht, H. Boissevain te A'dam, J. Wormhoudt te Fort a/d. Ham, J. Schoonbeek te Weiwerd, Henrie Levie te A'dam, L. J. van Rhijn te Wageningen, B. H. Snijders te den Haag, J. S. te Zeist. CORRESPONDENTIE J. W. te Fort a/d. Ham. We betwijfelen of de Engelsche componist inderdaad be doeld heeft de volkomen insluiting van de Duitsche vloot voor te stellen; trouwens ieder tempo-dwang-probleem leent zich tot beschouwingen, zooals u houdt, waarvan we echter gaarne de geestigheid erkennen en op prijs stellen. WEENSCHE PARTIJ (Gespeeld in den nationalen wedstrijd te Amsterdam, den 8sten Aug. 1916) Wit Zwart Dr. A. G. Olland Mr. W. Fick 1. e2?e4 e7-e5 2. Pbl-c3 Pg8-f6 3. Lfl-c4 De beste zet; 3. f4 is niet goed, daar zwart dan zeer sterk d7?d5 kan antwoorden. 3 Lf8-b4 Volgens Bilguer de beste verdediging in verband met zwart's volgenden zet. Ook 3... Lc5 en 3... Pc6 zijn goede zetten. 4. d2-d3 c7-c6! 5. Pgl-f3! Beter dan 5. Pe2, waarna zwart volgens Bilguer iets in het voordeel komt, bijv. 5. Pe2, d5, 6. ed5: cd5: 7. Lb5f Pc6, 8. 0-0, 0-0, 9. Lg5, Le7, 10. d4, e4 (Cohn Schlechter, Karlsbad 1907). 5 d7?d5 6. e4Xd5 c6Xd5 7. Lc4?b5f Lc8-d7 8. C-0 0-0 Wellicht had zwart hier beter Lbo: ge1 speeld. Na 9. Pb5: Pc6 heeft hij een iets ruimer spel dan wanneer het paard op d7 staat, daar c6 een betere plaats is dan d7, de d-lijn voor de koningin open blijft en het witte paard op b5 toch vroeg of laat met tempo-verlies terug moet. 9. Lb5Xd7 Pb8Xd7 10. Lel?g5 Belet e5?e4, waarop nu Pd5: zou volgen. 10 Lb4Xc3 Deze afruil moet vroeg of laat toch ge schieden, als een gevolg van de zwakke centrum pionnen. Wit krijgt nu een open torenlijn en de looper welken wit overhoudt, blijkt later zeer sterk te zijn. 11. b2Xc3 Dd8-c7 12. Lg5-d2! Tf8-e8 Zwart wil terecht de doorbraak in het centrum niet overhaasten, maar liever eerst zijn grof geschut een gunstige plaats geven. 13. Tal?bl b7?b6 Om de koningin vrij in hare bewegingen te laten. 14. Tbl-b4 e5-e4 Om het kasteel van den koningsvleugel af te houden. 15. Pf3?d4 Pd7?f8 16. g2-g3 Pf8?e6 17. Pd4?f5 Dc7-d7 18, f2-f3! Dreigende fe4: en den toren op f l in actie te brengen. Slechts schijnbaar kost deze zet een pion, immers na 18 e4Xd3 19. c2Xd3 Pe6-c5 20. g3-g4 kan zwart bezwaarlijk 20... Pd3: spelen, daar wit dan door 21. Td4 den pion niet alleen terug dreigde te winnen, maar boven dien een heftigen aanval zou beginnen, bijv. 20... Pd3: 21. Td4, Pe5 (Pb2, 22. Del, Pc4, 23. Lg5) 22. Lg5, Tad8, 23. Pe3 enz. met overwegend spel voor wit. 20 g7-g6 Verzwakt den koningsvleugel; zwart deed wellicht beter 20... Pe6 te spelen om Lg5 te beletten. Wit staat ook dan echter na 21. Pg3 met de dreiging g4?go en Th5 beter. 21. Ld2?g5 g6Xf5 22. Lg5Xf6 Dd7-e6 23. Lf6-d4 Deö-e2 Wat moet zwart anders spelen? Op 23... fg4: bijv. kon volgen: 24. fg4: De2 (25. Del? Dg4:f 26. Khl, Pd3:!) 25. De2: Te2: 26. Lc5: bc5: 27. Tb7, Tf8, 28. Ta7: enz. met voor deel voor wit. 24. Ddl-cl! De2?e6 Gedwongen door de dreiging Dg5f. (Stelling na 24... De2-e6) ZWART f g a b c d e WIT 25. g4Xf5 Door dezen zet, welke aan zwart het veld e6 geeft voor den toren om naar g6 te gaan ter bescherming van den koning, geeft wit het behaalde voordeel prijs, dat hij door den fraaien zet Tb2 had kunnen vasthouden, bijv. 25. Tb2! Pd3: 26. gf5: Pel: 27. fe6: Pd3, 28. Tg2f Kf8, 29. ef7: Kf7: 30. Tg7f gevolgd door Th7: en wit heeft mooie winstkansen. Blazen meneer Buil! De Russische beer verliest al weer lucht!" 25 DeGXfS 26. Tb4?b2 Te8-e6 27. Tb2-g2 Te6-g6 28. Tg2Xg6 f7Xg6! Op 28... Dgö:f volgt 29. Khl en 30. Tgl: op 28... hg6: volgt 29. Dh6, f6, 30. Lc5: bc5: 31. Tel! Tb8, 32. Te7, Tblf 33. Kf2, Tb2f 34. Kg3, Dg5f 35. Dg5: fg5: 36. Te5 en wit is in het voordeel. 29. Del?e3! Een correkt pion-offer, immers op 29... Dd3: geschiedt 30. De5! en op 29... Pd3: volgt 30. De7 (Tdl? Pf4, 31. De7, Pe6!) Df7, 31. De3, Df5! (Pf4? 32. De5! enz.) 32. De7 remise. 29 Pc5?e6 30. Ld4-e5 Ta8-e8 31. d3--d4 Niet 31. f3?f4 waarop 31... Pf4: zwart een pion bezorgt. 31 Df5-g5f 32. Kgl?f2 Dg5Xe3 Deze afruil is niet voordeelig voor zwart, daar hij den witten koning naar een goede plaats brengt. Na 32... Tc8, 33. Tel, De3: 34. Te3: Tc4 enz. stond zwart zeker niet slechter dan wit. Na den tekstzet heeft wit de beste kansen. 33. Kf2Xe3 Te8-c8 Slechts bij zeer zorgvuldige verdediging is het eindspel wellicht nog voor zwart te houden. Beter dan de tekstzet was Pg7 gevolgd door Pf:i, Kf7 en Ke6. 34. Ke3-d3 Tc8-c4 35. Til?bl Wit wil den zwarten pion d5 te lijf, wat zwart bezwaarlijk kan beletten, op 35... Pc7 bijv. zou 36. Tb4 volgen, 36... Tb4: 37. cb4: en wit is in het voordeel. 35 Pe6-g5 36. Tbl?b5 Pg5Xf3 37. Tb5Xd5 PfSXeSf 38. Td5Xe5 Wit heeft nu een mooien vrij-pion, boven dien den koning goed geposteerd en den zwarten koning afgesloten. Het navolgend eindspel is voor wit gewonnen. Zonder moeite gaat het echter nog allesbehalve. 38 Tc4 - a4 Ook na 38... Tc7 moet zwart verliezen, bijv. 39. c4! Kf7, 40. c5, bc5: 41. dc5: en doordat de zwarte koning door den toren van wit afgesloten is, gaat het eindspel voor zwart verloren, bijv. 41... Kf6, 42. Kd4, Tc8, 43. Td5, Ke6, 44. Td6f Ke7, 45. Kd5 enz. Op verschillende momenten kan zwart anders spelen, maar o. i. niet beter. 39. d4-do! Ta4-a5 Na 39 . Ta2: zou wit winnen door 40. d6, bijv. 40... Tal, 41. Ke2, Ta2f 42. Ke3 enz. 40. Kd3- c4! Om na Ta2: terstond do te kunnen spelen, wat na Kd4 niet gaat, wegens Td2f. Wit had eveneens 40. c3-c4 kunnen spelen, want na 40... Ta3f 41. Ke4! Ta2: 42. d6, Te2f 43. Kd3! Te5: 44. d7 en «ok na 42... Td2, 43. Td5, Te2f 44. Kd4, Te8 (Td2f 45. Ke5!) 45. d7, Td8, 46. Ke5 enz. is zwart verloren. De tekstzet is echter eenvoudiger. 40 Kg8?f7 41. Te5-e2 Ta5-c5f 42. Kc4-d4 Tc5-c8 43. d5-d6 Tc8-e8 44. Te2-e5! Te8Xe5 Neemt zwart niet, dan volgt Kd5, Kc6 en Kc7. 45. Kd4Xe5 h7-h6l 46. Ke5-d5 Wit moet nog voorzichtig spelen; op 46. d7 zou zwart na 46... Ke7, 47. e8D, Ke8: 48. Kf6, g5, 42. Kg6, Kf7, 50. Kh6: Kf6 remise hebben. 47. Kf7-e8 48. Kd5-e6 g6-g5 49. Ke6-f6 geeft op. Een der beste partijen van den wedstrijd, beiderzijds goed gespeeld en belangwekkend tot aan den laatsten zet toe. (Opmerkingen van mr. FICK en dr. OLLAND) miiiiiiiiiiimn 13e Jaargang 9 September 1916 Redacteur: K. C. DE JONGE Van Woustraat 112n, Amsterdam Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te ricbten. PARTIJFRAGMENT Onderstaande stelling ontvingen wij van den heer J. Waaker, A'dam, en is uit een spelende partij. Zwart (11 schijven) 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (11 schijven) J. Waaker Stand. Zwart: 3, 6, 8, 12, 15/20, 22. Stand. Wit: 27, 31, 33, 36, 38, 39, 43, 45, 47/49. Zwart is in deze stelling aan zet en speelt 1. 17-21 waarna volgt 47-42 2. 21:32 38:27 3. 12-17 42-38 4. 8-12 wanneer zwart eerst speelde 17-21 dan zou volgen 38-32. en er dreigt een damzet voor zwart of schijfverlies. 45-40 5. In deze stelling rekende wit uit dat wanneer zwart achter de schijf 27 blijft loopen, wit een schijf wint. Men trachtte dit?alvorens het verdere verloop der partij te zien eens voor het bord uit te rekenen. 5. 17-21 40-35 6. Het opbrengen der schijf 45 naar 35 is zeer mooi. Daardoor wordt het mogelijk dat wit een schijf wint. 6. 21:32 38:27 7. 12-17 43-38 8. 17-21 voor de derde maal loopt zwart achter de schijf, maar dit geschiedde zooals de speler met zwart later mededeelde met de navolgende bedoeling. Indien wit nu '9-43 zou spelen dan zou de partij verloren zijn geweest voor wit als volgt: Wit: 49-43? 38:27, 27:16,_31:24_ Zwart: 21:32, 16-21, 22-27, 20Ï9! Dit was dus het vooropgezette doel van zwart, toen deze bij den aanvang van den partijstand 17-21 speelde. Nu is de beste voortzetting voor wit 36-31 dreigende door 31-27 de zwarte dam te vangen, maar nu speelt zwart 49-43, de eenige zet om de dam te redden. Wit nu 39-33 gedw., zwart 43-34 en de dam wordt behouden. Wit had natuurlijk ook 48-43 kunnen spelen, maar wit ging nu een schijf winnen, aldus 38-32! 9. en nu gaat er altijd een zwarte schijf ver loren. Zie maar: Wit: 38-32, 35-30!! prachtig 30-25! l 25:32 Zwart:"21-26," 26~:28'. ~ 22:31 en de zwarte schijf op 31 gaat verloren. Op elke andere zet van zwart volgt 31-26 met schijfwinst. Zwart zou b.v. nog kunnen vervolgen 19-24, maar dan volgt Wit: 31-26, 26:28, 27-16, 35:24 Zwart: 3-9, 16-21, 24-30, 20:27 en verliest een schijf. Goede oplossingen ontvangen van probl. No. 10,, 109 en 110 van M. Boom, A. j. Bartels, J. Polak, S. Serlui, Amsterdam en 1. Heertje No. 108, Amsterdam. NEDERLANDSCHE DAMBOND WEDSTRIJD OM DEN MEESTERTITEL Stand na de 2e ronde: A. Visser 4, S. de jong 3, M.KoperbergS, S. E. van der Meer 3, N. de Vries Gzn. 2, J. Waaker l, C. J. Lochtenberg O, B. Rustenburg 0. Te Den Haag: Van Leeuwen 4, Kleute 2, Ruitenboer l, Sneepels 1. Voortzetting 10 September 1916, 3e ronde, Amsterdam: S. de Jong?S. E. v. d. Meer; M. Koperberg?A. Visser; C. J. Lochten berg?N. de Vries Gzn.; B. Rustenburg J. Waaker.