De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1916 14 oktober pagina 15

14 oktober 1916 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

14 Oct. '16. No. 2051 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 15 Hadjï's iiiiiiiMiiiiiiiiiiMiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Europeaan en Inlander door J. C. VAN EERDE Directeur van de af deeling Volkenkunde van hel Koloniaal Instituut Een Europeaan meldde onlangs, dat de Mohammedanen van Halmaherazijn : bru taal, geniepig en achterdochtig" (Bericht Utr. Zendv. l Maart 1916 blz. 35). De be woners van Midden-Celebes houden zoo werd van andere zijde verteld (28ste Zendingsconferentie blz. 30) voor niet zeer snugger den Europeaan, die vraagt naar de inlandsche namen van zand, gras, touw of ijzer, dp.ar hij, volgens hen daardoor blijk geeft die dingen voor het eerst te zien. De geniepige" inlander en de niet snug gere" Europeaan zullen zich waarschijnlijk van het door hun anders gekleurden broeder gevelde oordeel niet veel aantrekken, opper vlakkig en onjuist als dat oordeel door den wederzijds gescholdene zal worden aan gemerkt. Niet zeer snugger de Europeaan. Welk eene verstoring zou het zijn van zijn schoonsten meerderheidswaan! De West-Europeaan heeft immers maar al te vaak de neiging om aan een donkere huid verbondeu te achten een duister zieleleven, dat niet tot de lichtende hoogten van der blanken denkwereld kan worden verheven. Hij, Europeaan, beheerseht de natuur krachten ; hij maakte de elementen aan 7,ijne behoeften dienstbaar; hij onderwierp de lagere volken met de technische middelen, die zijn verstand uitdacht. Geeft die verstandelijke meerderheid niet evenzeer recht op de pretentie van zielenadel, geestesbeschaving, karaktergrootheid 1 Of gaat het ;.Europeesch-Amerikaansch in tellect mank aan tekort in zielsrust, geestesevenwicht, relegie en schoonheid, de schat ten, die nog bij de inlandsche volken worden gekoesterd en geëerd, en dus te behoeden De Indische Proefstations door Prof. Dr. F. A. F. C. WEST Bij het beschaafde publiek van Nederland begint meer en meer de overtuiging door te (hingen, dat ons land in 's Lands Plantentuin te Buitenzorg een inrichting bezit, die als centrum van de wetenschappelijke studie der tropische gewesten eenig is in de geheele wereld. Wanneer Nederland zijn aanspraken op erkenning als koloniale mogendheid van den eersten rang doet gelden, dan is zeker 's Lands Plantentuin een van de inrichtingen, die het eerst op den voorgrond geplaatst zullen worden. Dat het Nederlandsche volk zich dit bewust is, zal, naar ik hoop, blijken bij de herdenking van het eeuwfeest van dien tuin op 18 Mei 1917. Het zou echter zeer onbillijk zijn, wanneer hierbij vergeten werd, welk voortreffelijk werk er daarnevens is verricht door de Indische Proefstations. Het komt mij voor, dat het besef daarvan buiten de kringen der direct belanghebbenden nog weinig is doorgedrongen en dat het daarom van nut kan zijn, dit in ruimer kring bekend te maken. Het spreekt wel vanzelf, dat een kort weekbladartikel niet de plaats is, om dit uitvoerig uiteen te zetten; alleen enkele hoofdzaken kunnen hier vermeld worden. Toen kort na 1880 de suikercrisis en de serehziekte de rietsuikerindustrie op Java met den ondergang bedreigden, werd eerst de hulp van de Regeering ingeroepen, die Treub uitzond om een onderzoek naar de serehziekte uit te voeren, maar al spoedig staken de suikerfabrikanten zelf de handen uit de mouwen en gingen over tot de op richting van proefstations, waar de gevreesde ziekte onderzocht moest worden en zoo mogelijk bestrijdingsmiddelen moesten worden gevonden. Het eerst in 1886 ontstond het proefstation Midden?Java te Semarang, daarna in hetzelfde jaar dat voor West Java te Kagok in de toenmalige residentie Tegal, eindelijk in 1887 het Proefstation Oost?Java te Pasoeroean. In den aanvang waren alleen te Pasoeroean Nederlanders als wetenschappelijke krachten benoemd, aan de andere Proefstations wilde men slechts buitenlanders hebben. Het was een gebrek aan vertrouwen in eigen kracht, dat toen nog zoo overheerscbend was en dat wellicht nog niet geheel verdwenen is. De aamang was in elk geval moeilijk; er werden tal van fouten begaan, de personenkeuze was niet altijd gelukkig geweest en vooral: de suikerfabrik.'inten hadden een veel te groote verwachting van hetgeen een Proefstation in korten tijd kan opleveren. Men had geen begrip van de moeilijkheid en den langen duur van wetenschappelijke onderzoekingen, ook waar het gold de be antwoording van betrekkelijk eenvoudige vragen. Eenvoudig was een vraagstuk als dat van de sereh in elk geval niet ten bewijze strekke, dat de oplossing nog niet gevonden is en pas langzamerhand drong net besef door, dat er heel wat meer te onderzoeken viel dan alleen dit eene ziekteverschijnsel, dat niet alleen andere ziekten, maar ook de normale levensomstandigheden van het suikerriet vrij wel geheel oubelcer.l «'aren, zijn voor den invloed der haastig opduweude Westerlingen? Ziedaar een onderwerp, dat zich opdoet naast de vraagstukken welke samenhangen met de aanraking, die in eene kolonie be staat tusschen de eigen opvattingen en die van andersdenkenden, minder ontwikkelden, lager beschaafden, geestelijk anders toegerusten. De moderne koloniale gedragslijn heeft voortdurend rekening te houden met het inlandsche maatschappelijk leven dat zoo nauw is saamgeweven met gevoelige denkbeelden omtrent adatrecht en godsdienst. De atmosfeer, waarin de daarop betrekking hebbende maatregelen worden besproken en toegepast kan intusschen gelouterd worden door een goeden, ouderlingen omgang van de vertegenwoordigers der verschillende rassen, welke door de koloniale geschiedenis op samenwerking zijn aangewezen. Die omgang behoeft daarom volstrekt niet gericht te zijn op sentimenteele onderlinge bewondering, doch zij kan tot uitgangspunt hebben het streven naar wederzijdsch be grijpen en waardeeren van elkanders ver langens, behoeften en overtuigingen. Zulk ean omgang is niet in de eerste plaats te verwachten van telkens van standplaats ver wisselende Europeanen, noch van de onbe schaafde elementen van de Europeesche samenleving, die het in ontginning brengen van koloniën pleegt mede te voeren, want vluchtig en slecht waarnemen heeft bijkans immer een ongunstig oordeel over andersgekleurde medemenschen ten gevolge. Niet van onontwikkelde, ongeschoolde krachten is in dit opzicht bij voorbaat goeds te verwachten, wel daarentegen van hen, die door onderricht en ervaring zich bewust zijn geworden, zoowel van de betrekkelijke waarde der eigen opvattingen als van den eerbied, die de beschaving van minderont wikkelden eischen kan. Want dan zijn vragen gesteld met be trekking tot de begeerlijkheid van de voor treffelijk gewaande eigen kultuurschalten IMIIIIIIIMIIIIHIMMIIMIIII dat men dus ook niet wist, hoe op de meest rationeele wijze de kuituur moest plaats hebben, dat men ook omtrent de bereiding van de suiker in het blinde tastte en dat in het algemeen op Java zoo gewerkt werd als men in Europa deed, zonder dat men zich afvroeg of de omstandigheden der keerkringslamden ook een andere werk wijze noodzakelijk maakten. Het Proefstation Midden?Java verhuisde eenige malen, maar ging ten slotte in 1893 te gronde, de beide andere Proefstations bleven in stand; in den aanvang liep hun bestaan nog al eeus gevaar; de medewerking der suikerfabrieken was verre van algemeen, maar naarmate er meer resultaten voor den dag kwamen, die aan de riet-suikerindustrie voordeel brachten, veranderde de stemming. Het Proefstation Kagok werd onder dien naam in 1900 overgebracht maar een fraai nieuw gebouw te Pekalongan, de beide vereenigingen, die oorspronkelijk min of meer tegenoverelkaar stonden, werden ineengesmolten tot Het Proefstation voor de Java-Suikerindustrie" en eindelijk overgeno men door het Alge meen Syndicaat van Suikerfabrikanten, ter wijl een verdeeling van arbeid werd ingevoerd van dien aard, dat te Pasoeroean meer de be langen van de kuituur van het riet behartigd werden, te Pekalongan die van de fabricatie van de suiker. Daar naast werden locale afdeelingen van dit algemeene Proefstation op verschillende plaatsen van Java opgericht. Men kan wel zeggen, dat i geen suikerfabrikant op j Java zich thans meer voor kan stellen, hoe zijn industrie zou kun nen bestaan zonder de Proefstations. Er heeft verder een eigenaardige indirecte werking plaatsgehad van de Proef stations. Zij hebben de fabrikanten over tuigd, dat zonder grondige kennisvan het vak de rietsuikerindustrie onbestaanbaar is ; ten gevolge daarvan is het gehalte van de employé's en administrateurs langzamerhand zeer vooruitgegaan en dat heeft zeker in niet geringe mate meegewerkt met de resultaten door de Proefstations verkregen om de rietsuikerindustrie op Java de plaats te verzekeren, die zij thans in de wereld inneemt. De suikerproefstations hebben zich geheel onafhankelijk van Buitenzorg ontwikkeld; ditzelfde kan niet gezegd worden van andere Indische Proefstations. In de eerste plaats geldt dit voor de tabakskultuur in Deli. In 1893 stelden de tabaksplanters ter voor in eene geheel andere omgeving wonende menschen. En het antwoord op die vragen kan dan aanleiding zijn tot be scheidenheid of to' goed gegronde bewustheid van de waarde van eigen denkbeelden omtrent recht en moraal. Aldus de theorie en aldus de praktijk. Neem als voorbeeld de aanraking tusschen Europeanen en Inlandersintropischestreken, waar de landbouwondernemer grootendeels is aangewezen op de arbeidskracht'van de inlandsche bevolking. Voor een goed gebruik en een deskundige leiding daarvan is noodig die paedagogische zin, welke wil rekening houden met de eigenaardigheden der arbei ders als gevolg van hun geographische, klimatologische, historische en sociale om geving. Wanneer men paedagogie kinderpolitiek wil noemen, dan komt men hier te staan voor koloniaal-politieke vraagstukken, die wijzen op de studie der volkenkunde als voorlichtster nopens het recht en het onrecht, het goed en het kwaad naar des inlanders denkwijze; nopens zijn beschavingspeil en de voorwaarden tot verhooging daarvan; nopens de draagkracht van de inlandsche psyche ten aanzien van de eischen, die de Europeaan den Inlander meent te kunnen stellen. En hiermede staat de volkenkunde midden in bet practiscbe leven. Wat uit een paar voorbeelden blijken kan. In het recente rapport der commissie van enquête inzake der werkvolkkwestie in Banjoewangi (bijl. A, blz. 71) is het volgende te lezen: Nu doet zich in de latere jaren door de uitbreiding der cultures het feit voor, dat de Europeesche planters over het geheel vooruitgaan in netheid van vormen en beschaving, maar niet in kennis van tien inlander en dat de inlander, die op de perceelen komt werken achteruitgaat in moreel geha'te en in plichtsbesef. Feitelijk is de inlandsche werkman een kind, dat in de laatste jaren verkeerd is opgevoed." Bij den planter gebrek aan kennis van den inlander, bij den inlandscben werkman de gevolgen van een verkeerde opvoeding. Vrage hoe kan hier sprake zijn vaneene goede leiding, die tot verblijdende uitkomst voor beide voeren kan ? Of elders. De gouverneur van de Oostkust van Sumatra somde onlangs de oorzaken op van de moordaanslagen op de plantersassistenten. (De Planter van 12 Mei 1916 blz. 1707 e.v.). In het kort weergegeven komen die oor zaken neder op het gehalte der arbeiders, het dalend gehalte van die assistenten, het geldend arbeidsstelsel, te nauwen omgang van Europeesche planters met vrouwelijke contractarbeiders en vooral: de ruwe en ontactvolle wijze waarop den werkman op zijn plicht en verplichtingen wordt gewezen, dikwijls gepaard met scheldwoorden of beleedigendei uitdrukkingen en met hand tastelijkheden. Is het wonder, dat de genoemde bestuurder slechts verbetering van dit euvel verwacht, wanneer naast betere bestaansvoorwaarden van de plantersassistenten wordt verkregen een goede manier van optreden van den werkgever, een goede behandeling van den werknemer en een betere wijze van orngamj tusschen Europeaan en Inlander in verband met den tegenwoordigen tijdgeest"! iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimimiiiiiiiMliiiiiiiiiiiii iiiiiniiiiiiiii Oostkust van Sumatra een som ter be schikking van Melchior Treub, opdat deze daarvan kon benoemen een plantkundige, die de ziekten van de tabak zou onder zoeken en wiens werkplaats Buitenzorg zou zijn. Dit Laboratorium voor het Onderzoek van de Deli-tabak", waaraan later ook een scheikundige verbonden werd, was dus ge vestigd te Buitenzorg, maar de onderzoekers waren genoodzaakt herhaaldelijk heen en weer te reizen naar Sumatra's Oostkust, waar te Medaii een kleine gelegenheid voor laboratoriumswerk werd geopend. Ten slotte bleek deze toestand toch niet houdbaar te zijn en zoo werd het Deli-Proefstation^ in 1906 geheel overgebracht naar Medan waar het enkele jaren geleden gehuisvest werd in het schitterende nieuwe gebouw, Een Indische Statie-lijkwagen Door een der Indische Vorsten is kortelings bij de Firma M. LI. Hermans, rijtuig en carroseriefabrikanten te Den Haag, een statie-lijkwagen besteld, welke wagen de Indiërs rouwen niet in het '/.wart doch in het wit geheel in het wit is uitge voerd. Is zoo 'n Indisch vorst gestorven, dan is het natuurlijk moeielijk om even gauw een statie-lijkwagen te laten maken, vandaar dat hij reeds bij zijn leven zoo'n luguber voertuig besteld. Aangezien nu deze Vorst in de bergen begraven wordt, ofwel bergachtig land moet passperen eer de koets zijn laatste rustplaats heelt bereikt, heeft men onder den wagen een balam;oire anngebractit, welke direct met de kist in verbinding staat; rijdt n - de lijkkoets bergopwaarts, dan blijft de kist toch in haar oorspronkelijke horizontale ligging door dezen balans. IMIIIHIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIMIIIIIIIIIMIinlIlllllnillMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Die tijdgeest doet langzamerhand de oude, kunstmatige slagboomen vervallen en den schijn van onechte meerderheid in j-ook verdwwijncn. In deze dagen vraagt de Europeaan naai den besten weg om de aanhankelijkheid in de medewerking van den Inlander te winnen en de Inlander keurt welke Europeaan hem het veiligst zal voorthelpen op de banen van den alom verlangden geestelijken en stoffelijken vooruitgang. De Inlander wordt gewogen naar zijn aanleg en de Europeaan naar zijn zedelijk en verstandelijk overwicht in verband met beider wensch om tot vrucht bare samenwerking te geraken. In zulk een tijd is onderling begrijpenen waardeeren meer dan ooit noodig; in zulk een tijd dient men bij elkaar ter schole te gaan, de een om te zien welke Westersche beschavingsschatten begeerlijk zijn voor de Oostersche omgeving, de ander om te zoe ken naar de beste wijze, waarop het aan passingsproces kan plaats hebben tot beider heil en tot steviging van den door de ge schiedenis geslagen band. School tot opleiding van Inlandsche artsen te Weltevreden. College dat zeker wel het fraaiste van de Indische Proefstations is, nog mooier dan het toch zeker ook imposante Suikerproefstation te Pasoeroean. Niet alleen die tegenwoordige gebouwen vormen een geweldige tegen stelling met de zoo eenvoudige inrichtingen, waarmee de proefstations hun werk be gonnen, hetzelfde verschil vindt men, wanneer men de een of twee weten schappelijke werkers van den aanvang plaatst tegenover den grooten wetenBchappelijken staf van den laatsten tijd. Zoo telt het Deli-Proefstation thuns een directeur-zoöloog, l nssistent-zoöloog, l botanicus en l assistent-botanious, l che micus en l as. istent chemicus, l landbouw kundige en l assistent-landbouwkundige. De derde plaats onder de Proefstations neemt het Theeproefstation te Buitenzorg in. Oorspronkelijk waren aldaar eenige scheikundige onderzoekingen over thee door Dr. van Romburgh uitgevoerd; toen deze van praktisch belang bleken te zijn, werd door eenige theeplanters het geld bijeengebracht ter aanstelling van een assistent en hieruit heeft zich do inrichting ontwikkeld, die sedert 1909 den naam van Proefstation voor thee" draagt en die te Buitenzorg gevestigd is gebleven. In dit geval leverde die vestigingsplaats niet veel bezwaren op, (laar de belangrijkste theedistricten van Java in de omgevirg van Buitenzorg gelegen zijn. Hoe het in het vervolg zal gaan, nu zich ter Oostkust van Sumatra een groote theekultuur begint te ontwikkelen, zal de toekomst moeten leeren. Het is ondoenlijk, in een kort bestek de ge schiedenis van de Proef stations in Midden-Java met eenige volledigheid te vermelden. Volstaan kan hier worden met de mededeeling, dat er reeds lang te Klaten een Proefstation geves tigd was, dat hier later op dezelfde plaats een tweede bij kwam, dat het eene in een zekere verbinding stond tot 's Lands Plantentuin, het andere niet, dat hieruit na verschillende wederwaardigheden een Proefstation voor Vor stenlandsche Tabak" voor den dag is geko men en dat deze inrich tingen uitstekend werk geleverd hebben vooral wat betreft het verkrij gen van nieuwe rassen van tabak, bemestingsvraagstukken, enz. Een ander Proefstation, oor spronkelijk op kleine schaal te Salatiga op gericht, voor het onder zoek van vraagstukken in verband metdecacaokultuur, werd later om gezet in een grootsch .__ "Algemeen Proefsta tion" voor l'ergcultures op dezelfde plaats met filinlen elders op Java. Een t>'prootsehe opzet en andere reden en waren oorziak dat dit Proefstation te gronde ging, maar gelukkig konden er nog reeten van gered worden. Ten deele vindt men die in het reeds ge noemde Proefstation te Klaten, ten deelc in het Bezoekiscn Proefstation te Djember, waar Oosthoektabak, rubber en koffie voorwerp van onderzoek uitmaken, in het Malangsch Proefstation te Malang, wnar koffie en rubber onderzocht worden en in dat te Salatiga zelf, waar vooral de dierlijke vijanden van de cuaokultuur worden na gegaan. Misschien ware ook het Kinaproefstation te Tjinjiroean te beschouwen als een brok van het oude Aigemeene Proefstation to Salatiga. ware het niet, dat Inhoud van de October-Tijdschriften: Wetenschappelijke Bladen: Opmerkingen omtrent den beweerden volksoorlog in België Over de rangschik king van de moleculen in vloeibare kris'allen. Van het oude en het nieuwe Turkije. De geometrische bouw in de drie rijken. Het Russisch Staatsnationalisme. Oolmar v. d Goltz. De physisch-technische DReichsanst'üf te Charlottenburg. Vragen van den D'ig: Prof. dr. H Pirenne, De Belgische natie. Dr. J. E. Knklaar, Lagereen hoostere vormen van het denken. Dr. J. H. Blink, De Roemenié'rs. Dr. Kmile M. A. Timmer, Iets over duurte van levensmiddelen en uitvoerpolitiek der Rpgeering in het jaar 1800 Vezelstof der planten uit inlandsche Klora. G. de Clerc<i, Bodemonderzoek door middel van electririteit. Steitimr-i des Tijd*: Mr. O. Q. van Swinderen, Zede lijkheid, Recht en Strafrecht. Mr. P. A. Diepenhorst, Taima als minister. Dr. J. C. de Moor, De schoone Droom. Dr. F. M. Th. Böhl, Paradijs en Zondvloed in Sumer en Akhad. J. Jac. Thomson. Literair Keuroverzicht. Leestafel. Nederland: Anton v d. Stok, Illusies of Donderkoppen. Nora Verloren. Dorothea's thuiskomst. Marie van Ebbenhorst-TangberEen, ullij " \V. Heenweg, De oude huizen. Hannah Croll-Soupertje, v. L. Kroniek. * * H. BERSSENBRUGGE, PORTRETFOTOUKAAF. Verhuisd l November: ZEESTRAAT 65, DEN HAAG. dit thans geheel een Gouvernementsinstel ling is; het was toch mijn bedoeling, hier alleen te vermelden wat op het gebied van het Proefstation wezen in Indië tot stand kwam door het particulier initiatief. Wilde ik de Regeeringsiurichtiugen noemen, dan zou ik vanzelf aan een beschrijving van 'ei Lands Plantentuin toekomen. In den laatsten tijd is het aantal Proefstations, dat in Indië door particulieren betaald wordt, nog vermeerd. rd met een centraal Rubberproefstation te Buitenzorg en locale rubberstations te Buitenzorg en te Medan, het laatste in aansluiting aan het DeliProefstation. De vragen, dio aan de Proefstations onderzocht worden, hebben betrekking op de normale levensomstandigheden der kultuurplanten en op hun ziektever schijnselen, ten einde daardoor in staat te zijn invloed op de hoeveelheid en den aard van het product te verkrijgen; daarom ook zijn pogingen in het werk gesteld om nieuwere en betere rassen van die planten te kweeken, pogingen, die reeds herhaaldelijk met succes bekroond werden. Verder wordt alles wat op de i'abriealie van liet product betrekking heelt aan een onderzoek ouder worpen, ook hier weer dikwijls met het gunstig gevolg dat de fabricatie een ver betering kan ondergaan. Maar een opsommii.g van de onderwerpen van onderzoek zou in dit korte bestek onmogelijk zijn; daarom willen wij alleen nog vermelden, dat de resultaten van die onderzoekingen neergelegd worden in publicaties, die hun weg vinden over de geheele wereld en die bij alle deskundigen ten volle gewaardeerd worden. Ook sommige tijdschriften, zooals b. v. het Archief voor de Java-Suikerindustrie danken hun ontstaan aan de medewerking van de Proefstations. Veel van onze Indische kultuurondernemingen kunnen een vergelijking met die in andere koloniën niet glans doorstaan. Dit dan ken zij voor een niet gering deel aan de Proef stations en aan den daar verrichten arbeid. Dat deze in het algemeen zoo gunstige resultaten heeft opgeleverd, is vooral een gevolg van het hoi'ge wetenschappelijke gehalte van de peivonen, die daarann verbonden weiden. Men sttlt zich niet tevreden met halve krachten, m;iar eischt personen, die een volledige Univrr-itaire studie achter den rug hebben; lief-t Nederlanders. In dat liiat>-te opzicht is er een groot verschil met den toestand deriig jaar geleden. Dat men toch genoodzaakt is, n u en dan vreemdt lingen te benoemen, is uitsluitend een gevolg van hi:t gebrek i\an geschikte personen in Nederland. Dat A^ wetgever hier zou kunnen helpen om de studie van chemie en biologie aan de Universiteiten te bevorderen door aan oudlecrlingen der H. B. S., die met gunstig gevolg eindexamen hebben af gelegd, toegang te verleenen tot do akademifche examens in de Faculteit der Wis- en Natuurkunde heb ik kortgeleden in een redevoering uitvoerig betoogd; hier volsta do vernield ng daarvan. ^-~.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl