Historisch Archief 1877-1940
ittfov. "16. -"80.*%
D'E A M S T E R D A MM T?, WEE k B L A D" V R^Ët? E ffüA N D
;-, l.t. ~, ?
Chauffeeren
$uïwij in de oorlogvoerende landen de
vrouwen in allerlei nieuwe beroepen zien
optreden, doet ook In neutrale landen de
weerslag hiervan zfch gevoelen, prikkelde
die verhooging van werkkracht en onder
nemingsgeest ook daar tot navolging, zij
het al meest op veel bescheidener schaal.
En in dit opzicht zou f en statistiek uit de
verschillende opgaven voor den Urgentleraad
een zeer leerrijk beeld kunnen opleveren
van de richting, waarin de vrije werklust
van de Nederlandsche vrouwen zich bij
voorkeur gaat bewegen.
Ook ons onderwerp geeft hiervan een
klein staaltj'-:
Tegelijk met de verschillende opgaven
van jonge vrouwen, om bij preferentie in
tijd van nood op te treden als chauffeuse,
zien .we steeds meer eigenaressen van auto's
zelf Het stuurrad in handen nemen en werd
te Haailem geopend de eerste chauffeursscbool
in N derland met vrouwelijke leiding. En
dat Mevrouw A. M. de Jong?Groes in haar
eerste leerseizoen reeds dadelijk een kleine
tiental leerlingen heeft kunnen bekwamen
(en dat zonder n aanrijding van dood of
levend materiaal) is wel een zeer sterk be
wijs, dat aan een chauffeursschool voor
vrouwen behoefte bestond, ten minste in
het zoo sportief aangelegde Haarlem, dat voor
meer dan. een soort sport een ook door
Amsterdammers zeer gezochte voorstad is,
bij haar in het algemeen tot rijden sterk
uitnoodipende omstreken.
Natuurlijk zien nog velen dit chauffeeren
door vrouwen met het noodige wenkbrauw
fronsen aan, om allerlei redenen; maar onder
dit bleek nog dezen zomer toen deze
Haarlemsche met een xJame-leerlinge alleen een
welgeslaagd achtdaagsch tochtje door ons
land maakte, was een gewone
dorpssmidsjongen, die mogelijk wel uit eerzucht voor
het moderne werk zichzelf'overtrof, nog in>
staat een lekken band te verwisselen.
En last not least" nog altijd zijn onder de
passeerende auto's ruimschoots vertegen
woordigd hulpvaardige chauffeurs en eige
naars,' zooals elke fietsende heer op een
buitenweg de dame te hulp komt, die hij
met een beschadigd rijwiel langs den weg
vindt staan.
De grootste last hebben vrouwelijke chauf
feurs nog op het oogenblik met de straat
jeugd, ja, op de landelijke bevolking uit het
Oosten van ons land scheen een auto met
twee dames alleen nog zoo ongeveer den
indruk van een viiegmachine te maken en
een oorverdoovend geklepper van klompen
en klompjes was de vaste
begeleidingsmuziek voor het inrijden van de herbergstal;
maar ook deze tegenstand van, op hun
wijze, belangstellenden slijt met de jaren,
zooals we weten uit de ondervinding met
de fietsen.
Een bezwaar, dat gegronder schijnt, is de
twijfel of vrouwen voor chauffeeren wel
veel geschiktheid zullen hebben. Een rustige
hand, een sterke concentratie van alle ge
dachten, groo'e tegenwoordigheid van geest,
de drie eigenschappen, waarop het bij het
chauffeeren meest aankomt, z<ker zij ont
breken menige vrouw, maar toch blijkbaar
meer uit gebrek aan oefening dan uit aanleg,
getuige 'de vele werkkringen, waarin juist
ook,vrouwen door deze eigenschappen uit
munten; In onze dagen van algemeene
specialiseering , wordt de aandacht onzer
vrouwen vooral meer verdeeld dan gecon
centreerd gehouden en ons huisvrouwen
worden daarenboven zoo nadrukkelijk en
uitvoerig de gevaren geschilderd, die ons
en onze huisgenooten, ons huisraad en onze
voeding bedreigt van allerlei grootere en
kleinere wezens, dat wij ongemerkt heen
Een les in 't chauffeeren
de heeren, die het aantrekken van den
bandrem, het inschakelen der versnellingen te
zwaar en te ongracieus achten voor een
vrouw, zijn er nog verscheidene, die inder
tijd bun moeders en zusters zonder een
greintje bezwaar van hun gevoelige harten
zagen zwoegen met ouderwetsche
trekmangds en met stroef gaande waterpompen.
Weer anderen méenen, dat een vrouwe
lijke chauffeur bij de minste panne" totaal
verlegen zal moeten staan. Maar ten eerste
is het grootste gedeelte van het daartoe
noodige gereedschap voor een vrouw ook
wel te hanteeren en ten tweede wordt het
aanbrengen van een wiel, het verhelpen van
een vette bougie op de moderne wagens
steeds gemakkelijker. Ten derde als de
chauffeuse maar zelf goed weet, wat [er
verholpen moet,. als zij weet hoe het
gereedschap gebruikt moet worden, ont
breekt er op geen dorp de fietsreparateur,
die het noodige zwaardere werk kan uit
voeren,, ja, op aanwijzing van de instructrlce
Een Verkenning
Nadat we ons Pil varenplasje vaarwel had
den gezegd belandden we op den grooten
weg naar St>amprooy, dien we een poosje
hielden. Hier konden we wat rustiger rijden
en rondzien en 't duurde dan ook niet lang,
of we zagen langs den wegrand een paar
dikke, kleurige vogeltjes rondscharrelen.waar
ik al een poosje naar had uitgekeken. Het
waren ortolanen, bij name welbekend uit
Lafontaine's fabelen, die we veertig jaar
geleden met gemengde gevoelens uit 't
hoofd moesten leeren. Destijds gold de
ortolaan in Nederland nog als een vrij
fabelachtig beest, dat alleen maar vetge
mest en gebraden voorkwam, thans echter
broedt hij zoowat overal beoosien de
Utrechtsche Vecht en bezuiden de Waal, op som
mige plaatsen meer, op andere minder en
hier, in Midden-Limburg het meest.
Het moet erkend worden, dat wij deze
toename van ortolanen en ook van grauwe
gorzen hoogstwaarschijnlijk te danken heb
ben aan de ontginningen, want deze beide
vogelsoorten zijn vaste begeleiders van den
graanbouw. Wie het de ortolaan naar zijn
zin wil maken moet evenwel niet al het
land in. roggeveld veranderen, maar zorg
dragen voor houtaanplant op erven en langs
de wegen en voor het behoud van kleine
stukjes bosch te midden van de velden,
in menig opzicht een allergelukkigste com
binatie.
Wij stegen eventjes af om de mooie
vogels gade te slaan, twee mannetjes en
een wijfje, de eersten met mooie effen
grijsgroene kopjes, een heldergele rand om het
oog en ook heldergeel aan keel en on
der de wangen, langs de rug ongeveer ate
komen over het punt, dat den overgang vormt
tusschen bedachtzaamheid en angstvalligheid.
Chauffeeren nu is voor dien fatalen over
gang een uitstekend tegenwicht.
Schijnt het in de eerste oogenblikken aan
het stuurrad of we met een wild geworden
rijdier, of eigenlijk nog juister, dat dit rijdier
met ons voortholt, tegelijk doordringt ieder
daar gezeten, de groote verantwoordelijkheid
voor zichzelf en anderen en dit gevoel dwingt
ons tot ontvouwing van de eigenschappen,
die noodig zijn. Een kostelijke les in
zelfbeheersching, die zich zelf weer loont, in
afleiding van allerlei tobberijen, ontstemming
of overdreven gevoeligheid.
Is het voordeel, dat vrouwen chauffeeren
kunnen leeren van een vrouw, uit practisch
oogpunt al zeer groot; bovendien de ge
dachte, dat, waar wij nog weifelen en falen,
naast ons een vrouw is gezeten, die de
noodige handigheid en zelfbeheersching
reeds bezit, wie bovendien geen onzer be
wegingen ontgaat, en die ingrijpt bij gevaar,
bij een musch, de onderzijde mooi bruin
rood. Als ze opvliegen komen aan den staart
witte veertjes te zien. Het wijfje heeft aan
den kop in hoofdzaak dezelfde teekening
als de man, maar het geel is bleeker, het
groen is doffer en er loopen donkere streepjes
en spikkeltj-s door. Nu we ze eenmaal
terdege bezien hebben, ontdekken we den
heelen dag overal weer ortolanen langs den
weg, in de hagen en bij de plasjes.
Nu verlaten we onzen grintweg weer en
na een korten rit door rogge en grasland
krijgen we hei te zien en dennen- en
stuifzand en eiken kreupelhout, dat opklautert
tegen een steile helling. Wij scharrelen
daar tusschen door en komen tot onze blijde
verbazing terecht op den rug van een lange
smalle heuvelrij, die er haast uitziet als een
hooge verlaten en verwaarloosde
spoorwegdijk. De gelijkenis met een kunstwerk is zoo
groot, dat de een of andere oppervlakkige
men" gemeend heeft, hier te doen te heb
ben met den dijk, diende Angrivariërs opge
worpen hadden, om zich tegen de Cheruskers
te verdedigen, een bewering, die kant noch
wal raakt, want die lui woonden benosten
den Rijn en we zijn hier nog altijd bewesten
de Maas. En nu we eens goed om ons zien
den kant naar België heen, blijken we te
doen te hebben met een zeer mooi voor
beeld van een zeer gewoon verschijnsel. De
dijk van de Angrivariërs is niets anders
dan een stuifrug door den Westenwind
opgeblazen uit de groote vlakte, die voor
ons ligt en nu geheel met hei is begroeid.
't Is een breede zandgolf, die van ver is
komen aanrollen. Onderweg heeft hij
waterloopen versperd en zoo plassen doen ontstaan,
waar bosschen in ven-tikten. Eindelijk is
hij hier tot staan gekomen, toen de plan
tengroei er in slaagde, het stuif'a d vastte
houden. Alles met alles is deze
Tungelrooysche berg een van de mooiste landduinen,
die ik ooit heb gezien en de mooie
Cypreswolfsklaauw die er overvloedig groeit tus
schen de eikjes en onder de dennen, verhoogt
de aantrekkelijkheid. Jammer dat we den
tijd missen, om het prachtig uitzicht naar
alle kanten behoorlijk te verwerken.
d'e gedachte verhoogt bij het leeren zoowel
den lust tot inspanning als het gevoel van
.rust, dat in de eerste plaats noodig is.
Door dit alles zal het leder duidelijk wor
den, dat chauffeeren bijzonder zenuwsterkend
werken kan. Natuurlijk zullen er vrouwen
zijn, die er ongeschikt voor blijken bijv.,
zooals wij dezer dagen een beroepschauffeur
het hoorden uiten, al dadelijk al die vrouwen,
die bang zijn voor een muis. Voor vele
vrouwen zou het ook bepaald nadeellg
werken. Zoo is het trouwens ook met fietsen,
maar de gelukkiger rest onzer vrouwen
trapt er daarom niet minder lustig op voort.
De meest practische reden, waarom elke
auto-eigenares eigenlijk moest kunnen chauf
feeren, is wel het feit, dat er, evenals bij
het berijden van paarden, van
zuinigheidsstandpunt een groot verschil bestaat in de
wijze van bes1 uren van een auto en dat ook
elke machine haar eigenaardige kracht en
zwakke punten, heeft, die niet straffeloos
geforceerd kunnen worden, door een achte
loos bestuurder.
Als ook de eigenares zelf de inrichting,
Werking en behandeling van den wagen kent,
zal het haar mogelijk worden reeds alleen
uit de verschillende geluiden te hooren, wat
er hapert en mede te beoordeelen aan wien
of wat de schuld is.
Ten slotte, inderdaad is het chauffeeren
door vrouwen niet meer dan een zeer
gewoon logisch uitvloeisel van den gang
der bewegingstechniek. Niets
gtëmancipeerder dan al sinds eeuwen het mennen
en sturen van haar paard, is het chauffeeren
van haar auto voor de vrouw uit onze eeuw
en wie geen eigen paard of auto heeft, be
hoeft zich daarom nog niet te ontzeggen het
inderdaad groote genot van zelf teugel of
rad te kunnen sturen, waarheen het schoone
van de natuur ons trekt.
J. M. S. P.
Wat in Pulchri Studio te zien was
Wanneer in den Haag iets wordt onder
nomen op het gebied van de liefdadigheid,
is het succes bijna altijd bij voorbaat ver
zekerd. Weldadigheidsvoorstellingen worden
druk bezorgd en men betaalt gaarne en veel
ten behoeve van het 'goede doel. Straatcol
lecten brengen meestal in de residentie groote
bedragen op.
Zoo blijkt ook de Vente de Charité" in
Pulchri Studio, georganiseerd door l'Oeuvre
Internationale des Prisonniers de guerre,
Section de la Haye" een succes fou" te
te zijn. Hollandsche, Engelsche en Belgische
krachten hebben hier onder presidium van
Baron R. van Zuylen van Nyevelt samen
gewerkt om bijeen te brengen een fancy
fair, zooals wij er in de laatste jaren geen
hebben gezien, die zoo velerlei den bezoe
kers bood.
Een der grootste aantrekkelijkheden is wel
deze, dat men er heen kan gaan met... een
kleine beurs. Er worden geen bovenmatige
prijzen gevraagd en men vindt er allerliefste
snuisterijen van / 1.50 . ?2: kleine
bonbonnières, een handmade toiletkussen voor den
prijs van n rijksdaalder. In het rayon der
dameshandwerken werd ons oog geboeid
door de prachtigste eigengemaakte dingen,
alles door Haagsche dames bijeengebracht,
maar veel ook uit het depot der Belgische
vrouwen, een winkel aan het Tournooiveld,
waar vrouwelijke vluchtelingen en vrouwen
van geïnterneerden tentoonstellen wat zij
maken in haar vrijen tijd.
Ook aan de kinderen was gedacht. Er
stond o. m. een grabbelton, een vat waarin
verscheidene ingepakte prijsjes waren ge
worpen ; daaruit mocht de jeugd er een
grabbelen, en er was een rad van fortuin,
een bromtol, die een bepaalden weg moest
volgen, en tot belooning was een heerlijke
verzameling speelgoed uitgestald.
De Prinses de Ligne behartigde het rayon
der schoone kunsten, waar een eerrpoort,
versierd met guirlanders van roodbruine
crysanthen en donker s.parregroen toegang
verleende. Het is altijd jammer, dat op een
fancy fair de kunstafdeeling zooveel dilet
tanten werk bevat, en de artiesten staan
voor liefdadigheidsbazaars zelden hun beste
werk af. Maar er waren meubelljes met
inlegwerk van baron Mare van Pdllandt, die
eerbied afdwongen voor het artistiek kunnen
van den maker. Geen vakman zou dat kun
nen verbeteren. Met welk een liefde voor
het mateiiaal moet de heer v. P. dit werk
De Kranskarwy
Maar reeds zitten we weer op het wiel
en weer gaat het langs kronkelende paden
en smalle hobbelweggetjes tusschen het
koren door. Van het half uurtje, dat nu
volgde heb ik geen andere herinnering dan
die van angst en inspanning. Onze leider
reed vooraan met groote zekerheid, vast en
rechtop, knokig en gebruind, vervuld van
zijn zending, het redden van wat onvermij
delijk verloren dreigt te gaan. Kuilen of
diepe wagensporen, keien en plassen schenen
voor hem niet te bestaan, hij droomde alleen
van Carum en Spiranthes en hoe meer ik
in angst raakte, hoe meer hij ging gelijken
op Don Quichotte en ik op Sancho, niet
om de corpulentie, maar om de volgzaam
heid en de verzuchtingen. Eindelijk kwam
er een stukje, waar het pad meteen water
scheiding was. Twee rijen dikke graszoden
vormden er een dak en over de nok moesten
wij nu heen, dat was om zoo te zeggen
het laatste strootje en toen kort daarna
een band sprong, was niemand bltjder dan
hebben verricht. De schilder Antoon van
Welie had inreen zijzaaltje levende kinder
portretten gearrangeerd, genomen naar schil-'
derijen van beroemde meesters. ' \..
Wij zagen hier de reproducties van Rey
nolds levend, vór ons. Ook de .beroemde
schilderij va« Lawrence:1 le.roi de Rome"
werd vertoond. De kinderen waren om te
zoenen", en beheerschten zich prachtig in
hun vaak moeilijke pose. De beïichtintr was
buitengewoon artistiek. De pauze werd ons
verkort door literaire en muzikale voor
drachten, die niet boven'dilettantisme uit
stegen, behalve de zang van Mme
Ftanchilucci, een hier zeer vermaarde italiaanache
zang-paedagoge. Maar ik heb haar vaak veel
beter bij stem. gehoord.
Van Welie scheurde ten aanschouwe van
het publiek allerlei beesten uit gewoon
papier, vrij uit de hand, d. w. z. zonder eerst
een teekening gemaakt te hebben. Verwon
derlijk, hoe goed de schilder het karakter
der dieren wist te treffen! Ze werden den
meestbiedende verkocht. In een andere
afdeeling waren ondergoederen te krijgen ten
behoeve van .de gewonde soldaten. Men
koopt een heel stel voor den bescheiden
prijs van / 460, dat door de zorgen van
het oeuvre wordt verzonden.
Naarmate het theeuurtje naderde, verga
derde al wat den Haag kent aan noblesse
en beau monde in Pulchri's zalen. Er was
een keur van jonge meisjes en er waren
beeldige toiletten, de meeste niet overdadig
van coupe of maaksel, maar zóelegant.
Er waren keurige complets, en rijke man
tels, maar er was distinctie en geen
extravagance. Eén oogenblik schoot 't mij door
't hoofd hoeveel schooner effekt het zou ge
maakt hebben, indien déze vrouwen op het
binnenhof hadden geposteerd; maar de
schoonheid is een zeldzaam goed, dat alleen
wordt verkregen door samenwerking, goede
smaak en?gevoel voor kleur en lijn. Het
Japansche huisje met de drie Japansche
bloemenmeisjes was een uitbundig succes
en de diseur de bonne aventure" had, meen
ik, nog al veel te doen in zijn met geheim
zinnige teekens en figuren beschilderd tentje.
De stemming was vroolijk en gul, en een
symphonie strijkje vulde mogelijke leemten
in gesprekken aan, wat. niet erg noodig
bleek, want als je stil in een hoekje stond,
ging het geruisen van kleeren en het gezoem
van stemmen aan je voorbij als 't voortdu
rend geroes van vele menschen in beperkte
ruimte, 't Werd te vol en te warm, en toen
ik de zaal weer uitging, stond ik opeens in
de koele marmeren gang en was om me
de stilte, die rust gaf.
Maar de soldaatjes in Duitsche 'krijgs
gevangenschap zullen ondervinden, dat de
vrouwen in Den Haag meevoelen voor
hun moeilijk bestaan in.deze barre tijden
zoo ver van huis. t _
. C. v. D. MANDELE
VAN ALLES WAT
Een a.s. St. Nkolaas-grap _'
Hoe men aan een tekort van dienstboden
kan tegemoet komen.
De electrische schel in een dienstmeisje
omgezet.
E. H.-v. B
iiiiliniillliiiiilliilill in iiiiiiiiiiiimiii iminiiimi mi
Wil men oude hoornen messenheften
polijsten en als nieuw maken, dan doet men
dit door ze terdege te wrijven met een meng
sel van groene zeep (zonder water) en fijn
wit krijt (half om half). Daarna uitwrijven
met een droogen, schoenen doek en nog wat
fijn krijt. Water moet vermeden worden.
Na een paar dagen herhaalt men de bewer
king. De messen worden er prachtig door.
Verzoeke alle stukken voor de
rubriek Voor Vrouwen" in te zenden
Koninginneweg 93, Haarlem.
* * *
iiuii MIIIII n imnimimiiiii in u IIIIIH
CHET5
Sancho, vooral toen hij merkte dat het
niet eens zijn eigen was. Onze leider
tooverde een boerderij meteen rijwielhersteller
te voorschijn en legde ons toen uit, dat er
een groot geluk bij dat ongeluk was en
wel dat wij nu zonder argwaan te wekken,
het begeerde plekje konden bezoeken, dat
hier vlak in de buurt lag.
O, wat was dat mooi. De waterrijke beek,
die hier door een bouwland kronkelt, heeft
vroeger eens zijn bedding verlegd en 't
oude stuk is deels een plas gebleven, deels
tot moeras geworden. In dit moeras nu
groeit de zeldzame krans-karwij, een tamelijk
onaanzienlijk schermbloempje. Overal zag
je de fijne blaadjes, die oppervlakkig wel
iets hebben van die van het duizendblad,
dat overal langs de wegen groeit. Maar ze
zijn fijner en haast rond, net staartjes of
/kleine boa's. De plant bloeit in Juli en
Augustus met kleine witte schermen, nogal
dikwijls samengesteld uit twaalf schermpjes
van twaalf bloemen, net om er iets mysii'eks
op te verzinnen. Maar rut volk schijnt deze
plant niet opgemerkt te hebben, want ook
in Duitschland is zij zeldzaam en hoewel
ze naar het zuiden toe langs de Atlantische
kust en het Westelijk bekken van de
Middellandsche Zee meer schijnt voor te komen,
heeft zij nergens een volksnaam. In de laatste
twintig jaren is gebleken, dat haar gebied
in Nederland veel grooter is dan men eerst
meende, zij is te vinden in en langs de
heele Zuid-Peel van de buurt van Weert tot
in de buurt van Valkenswaard en altijd in
drassig land, dat dikwijls onder water staat.
Draineering en ontginning maken haar ge
bied met den dag kleiner, daarom zag de
Vereeniging tot behoud van Natuurmonu
menten uit naar een gunstige groeiplaats,
om die te behouden.
Daar hadden wij het nu, het drassige
weitje. Het was gedeeltelijk omgeven door
lage natuurlijke wallen, begroeid met els en
waterwilg en sporkenhout, onderaan om
zoomd met varens van allerlei soort, waar
onder enkele reusachtige koningsvarens.
Een kantje werd ingenomen door geurige
gagel en overal stonden moeras-orchldeetjes.
Maar 't mooiste was nog wel een
eenigszins hooger plekje waar een paar oude
eiken getuigden van vroegeren woudgroei.
Daar stond ook hulst en wat de bramen
nog vrij lieten was bedekt met maagdepalm
en dalkruid en andere mooie boschplantjes.
Hier zong een tuinfluiter uit den treuren,
een winterkoning ketterde in het lage hout
en er lag langs dien wal ook stellig min
stens n ortolanennest, want het kleurige
mannetje lag te stuiptrekken aan den
wallekant, juist zooals zijn verwant de rietgors
ook doet, als hij in angst verkeert voor
nest of jongen. Waar het beekje langs
denwoudrand kronkelde was de oever hoog ge
noeg om een ijsvogel gelegenheid te geven
tot nestelen maar hij ontbrak op 't
tooneel. Wel schoten her en der over het
kringelend stroompje de groene waterjuf
fers met de diepe fluweelachtig groene
vlekken op de vleugels. Terecht heeten deze
dieren Calopteryx, schoonvleugel; ze zijn
kenschetsend voor alle mooie landschappen
in het Oosten en Zuiden van ons land. Dit
boschhoekje, de beek, het moerasje en de
diepe poel met de wiite waterlelies liggen
hier te midden van de onafzienbare rogge
velden als een welbewaard compendium van
het natuurschoon, dat vroeger deze streek
sierde. Die kranskarwij is al merkwaardig
genoeg, merkwaardiger misschien dan wij
méenen, maar van meer belang nog is het
juweel-landschapje zelf en als er ooit een
model-natuurmonument genoemd mag wor
den, dan is het dit hoekje aan de
Tungelrooysche beek. Het is rijk en schilderachtig,
het herbergt een botanische rariteit, het is
een voortreffelijke schuil- en broedplaats voor
vogels en ander wild gedierte, het is gunstig
gelegen en noch te groot noch te kostbaar.
Geen wonder dus, dat het grootendeels is
overgegaan in het bezit van de Vereeniging
tot Behoud van Natuurmonumenten in Ne
derland. Als het altijd maar zoo gemakkelijk
en plezierig kon gaan! Dat het vaak anders
is, zouden wij dienzelfden dag nog onder ?
vinden.
JAC. P. THIJSSE
(Wordt vervolgd.)