Historisch Archief 1877-1940
14
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
23 Dec. 16. No. 2061
ROBBERT KALFF^O
AMSTERDAM.
Filiaal DEN HAAG: Noordeinde 16O.
Donald Maclaine Campbell: lava"
(Ingezonden)
Naar aanleiding van de recensie van Mr.
H. J. Boelen (Amsterdammer d.d. ,2 Dec.)
over 't boek: Java" van Donald Maclaine
Campbell, waarin ref. diens oordeel over
Chineezen weergegeven heeft, zij 't mij ver
gund een enkele opmerking te maken.
Toen wijlen de heer Donald Maclaine
Campbell zijn oordeel over Java-Chineezen
neerschreef, heeft hij stellig geen gelukkig
oogenblik gehad. En de heer Mr. H. J.
Boelen heeft hem geen goeden dienst be
wezen door juist een passage uit zijn boek
over te nemen, waarin de logica is schuil
gegaan.
Wanneer, gelijk de auteur schrijft, de
chinees is een goed zoon, goed vader, goed
echtgenoot en een goed vriend, dan klopt
met deze inderdaad niet geringe loftuiting
al zeer weinig hetgeen er op volgt, namelijk
dat desniettemin de Chinees depraved,
loose and immoral" zou zijn.
Overigens waar sprake is van ons intiem
en huiselijk leven, kunnen wij noch aan zijn
lof tuiting, noch aan zijn afkeuring eenige
waarde hechten, om de eenvoudige reden,
dat hij daarover niet oordeelen kon. Wat
weet hij en wat weet de Semarangsche
advokaat (?) Mr. H. J. Boelen, die 't met
den auteur eens schijnt te zijn; daarvan af?
De schelding tusschen de bevolkingsgroe
pen op Java is zoo groot, dat buiten han
delsrelaties, geen andere aanraking bestaat
en dat men hoogstens van elkaar iets
weten kan van hooren zeggtn. Ik maak mij
sterk, dat de heeren Campbell en Boelen,
even als nagenoeg alle Europeanen op Java
van hun standing, buiten de kantooruren
geen andere ontmoetingen met Chineezen
gehad hebben dan dat zij, in het belang van
hun zaak, nu en dan eens bij een Chineesche
cliënt of afnemer, wiens zoon of dochter
trouwde, op receptie zijn geweest.
Iets anders is waar de schrijver, die een
koopman was, van Java-Chineezen zegt als
zou er niets zijn wat zij weigeren te doen,
eerlijk of oneerlijk, als zij er slechts voor
worden betaald en als zouden de Chineesche
kooplieden, die een naam te verliezen heb
ben, eerlijk zijn because it pays them to
do so".
Natuurlijk zijn er ook onder de Chineesche
kooplieden zwarte schapen, evenals men
die onder de Europeesche handelaren vindt.
Als algemeen oordeel echter is het onge
motiveerd en onjuist.
AC
H. v. d. Velde
III
VIE DE BOHÈME
Ik begreep wel, dat we dien avond den
laatsten trein niet zouden halen en besloot
maar vooraf naar een hotel te gaan om een
kamer te bespreken.
Ik overlegde: dit of dat hotel. Maar wat
kwam het er eigenlijk op aan, 't was toch
allemaal hetzelfde, vervelend,
Ineens kwam de wei-amusante gedachte
bij me op: Hilde en Theo opzoeken, die
hier een maand engagement hadden.
't Was weer eens iets anders, iets dat
buiten mijn gewonen kring van denken en
doen viel. Wie weet in wat voor zonder
ling oord ze logeerden, maar het leek me
iets avontuurlijks, dat lokte.
Ik tramde naar het gebouw waar ze op
traden, vernam daar den naam van hun
hotel met eenige vage aanwijzingen waar
het lag.
Het was Zondag en vol overal. Ik tramde,
ik liep door donkere straatjes, ik tramde
weer, vroeg agenten. In de drukke straten
grapten zondagsjongens tegen me. Zenuw
achtig zocht ik verder, ongelukkig tusschen
al die menschen, die me van een ander,
vreemd en vijandig ras leken. Eindelijk
vond ik wat ik zocht, 'k Was er eenige
keeren voorbijgeloopen, klein en onaanzien
lijk als het hotel" was, boven een sigaren
winkel.
'n Half openstaande deur, 'n flauw
verlicht portaaltje, 'n strentelig trapje.
Ifc scharrelde naar boven, stond weer op
een portaaltje voor een Open deur, zag in
een blauwen walm van sigarenrook
mensehenhoofden die druk bewogen en ineens
Met den heer mr. P. H. Fromberg zou ik
den heer Campbell kunnen antwoorden,
dat de Chinees door het geheele Ooiten
bekend staat wegens zijn eerbiediging van
het eens gesloten contract" 1). Dit wordt
bevestigd door een ander deskundige, den
heer Andiée Meeuwesen, die zeer onlangs
een studiereis, speciaal op handels- en
industrieel gebied in Indië heeft gemaakt
en die daarover een voordracht hield in de
Maatschappij van Nijverheid te Haarlem op
l Juli 1916 Aan de Chineesche kooplieden
in Indië reikt hij het volgende gunstige testi
monium uit:
De handteekening of het woord van een
Chinees, ook al kent men hem geen groot
bezit toe, is dikwijls van meer waarde dan
dat van vele Europeanen, omdat doorgaans
bij den Chinees, die zich in geregelde handels
transacties begeeft, meer de goede trouw
voorzit, en hij bovendien, indien noodlg, op
meer steun van zijn clan" kan rekenen
dan menig Europeaan op die zijner
landgenooten en dus geru-ter is op de resultaten
zijner ondernemingen" 2).
Vergelijkt men deze oordeelvellingen over
Chineesche kooplieden op Java met die over
handelaren in China dan blijkt ook hieruit
weer, dat de Java-Chinees Chineeschgebleven
is. De toenmalige minister-resident te Peking,
thans Hd der He kamer, de Heer F. M. Knobel,
schrijft over den koopman in China het
volgende:
Geschillen tusschen Europeesche koop
lieden en den Chineeschen koopmansstand
zijn naar evenredigheid lang niet zoo groot
in aantal als de geschillen op handelsterrein,
welke zich in Europa voordoen.
^ Dit is voornamelijk te danken aan het
feit, dat de Chineesche koopman in China
eerlijk is. De Chinees in China steekt gunstig
af bij andere Aziaten, wat betreft eerlijkheid
en nakoming van het eens gegeven woord" 3).
Een Times-correspondent velde een der
gelijk oordeel: ,.Er is aldus schreef hij
van alle Aziatische volken geen, waarmee
gij veiliger een contract zoudt kunnen sluiten
dan met den Chinees. Hij zal zijn uiterste
best doen, om, vór de overeenkomst ge
sloten wordt, de voordeeligste partij te
wezen. Maar na eenmaal geteekend te hebben,
zal hij op het contract liever verliezen, dan
het niet nakomen" 4).
Inderdaad, het contract is de grondslag
van een geregelde maatschappij. Heerscht
er geen goede trouw bij de contracten dan
staat de maatschappij te wankelen. Is 't
daarom niet ten hemel schreeuwend onrecht,
dat zulk een goed steunpilaar van de maat
schappij in Indië nog ten achter gesteld is
bij de Japansche prostituees uit infame
bordeelea ?
Aan 't slot zijner beschouwing stelt ref.
Mr. H. J. Boelen aan de oud-Indische men
schen de heer Campbell ten voorbeeld,
doordat deze na gemaakt fortuin, in En
geland teruggekee'd, daar niet werkeloos
bleef.,.." Naar mijn bescheiden meening
bestaat voor de Europeesche kolonisten geen
beter voorbeeld dan de Chineesche, die
blijvers zijn, die na gemaakt fortuin niet
wegtrekken en dus die niet zoo immoreel zijn
om Indië van zijn kapitaal te draineeren.
Den Haag. YAP HONG TJOEN
1) Mr. P. H. Fromberg. De Chineesche
Beweging en het Koloniaal Tijdschrift.
2) Tijdschrift der Maatschappij van Nij
verheid, 84 jaargang aflevering Juli 1916.
3) Tijdschrift voor Ned.-Indië, Juni 1897.
4) Tijdschrift voor Ned.-Indië, Sept. 1898.
De Gemeentebedrijven en de plaats,
die de bedrijfsinkomsten innemen
onder de Gem. Ontvangsten
De Commissie voor de in September j.l.
MiMimiiiiimiiiiiiiiii
zei een stem: Daar heb je Joan" en werd
ik naar binnen getrokken."
Plotseling was er een groepje menschen
om me heen en ik stond er midden in, m'n
hoofd een beetje opzij, als een versufte kip.
Hilde en Theo en de vader van Theo en
een vriend van Theo en het meisje van
den uriend, allemaal uit Den Haag overge
komen. En of ik al gegeten had en of ik
hier speelde. En of ik bleef logeeren, hèja,
gezellig blijven logeeren.
Maar het hotel" had maar zes kamers
en de eigenaar, die er uitzag als een melan
cholieke boef zei, dat er geen plaats meer was.
Toen zag ik mezelf weer buiten in de
volle straten, met mijn taschje in die onbe
kende wijk vol duwende en om mij grappende
menschen en een gevoel van grenzelooze
armoedigheid kwam over me.
Maar Theo wist natuurlijk raad. Hij had
een kamer met twee bedden, die nemen
jij en Hilde, dan neem ik Hilde's kamer. Ik
zal straks mijn rommeltje wel oversjouwen."
Met een zucht, omdat het nou eenmaal niet
anders kon, stemde ik toe.
In het portaaltje, aan een overbevracht
kapstokje poogde ik mijn goed op te hangen
en veroverde me toen een kop thee en een
sigaret. Hilde en The waren vol verhalen:
reuzensucces. En eea publiek! Nee maar
prachtig.
Ik keek- het armelijk kamertje rond, dat
een eetzaaltje verbeeldde. In een hoek zaten
nog twee gasten. Op een soort buffet stond
een groote maquartbouquet. Alles leek ouc!
en hopeloos. De melancholieke boef was w
ggesloft. Buiten rumoerde de Zondagsstad. De
eenzame gaspit maakte het kamertje nog
triestiger.
De pa informeerde of ik heelemaal niet
zingen kon en waarom ik niet filmde en o
al m'n haar echt was en of ik geen kinde
ren had De vriend en zijn meisje waren
verliefd en hielden stille dialogen. En boven
alles uit klonk de vroolijke jonge stem van
Hilde als het onbedaarlijk zingen van een
vog. 1. Ineens proestte ze het uit: OJoan
je blijft toch altijd dezelfde, met je schoone
kraagje en je nette haren. Hoe kom ik aan
zoo'n nette vriendin.'
Ze lachten allemaal, vonden het
barkomiek"; schoven met hun stoelen en sloegen
op de tafel. Ik had het gevoel of ze een
Indianendans om me uit gingen voeren.
Oorlogsmunt en Gedenkpenningen
II
In een van onze vorige nummers voorspel
den wij dat tengevolge van de geweldigen
wereldstrijd voor verzamelaars en lielhebbers
nog veel curiosa te wachten waren op het
gebied van muntei en penningen. Niet alleen
aoor de bion waaruit wij de vorige maal
putten konden, tut Ams'. Wissel- en Effec
tenkantoor LelieKracht 22, maar ook van
andere bevriende zijde kregen wij bewijzen
van belangstelling. Eenige zeer zeldzame
exemplaren gaan hierbij
No. l is een ijzeren penning, grootte iets
meer dan een gewone hollandsche gulden.
Dit penninske is geslagen op last van de
Duitsche regeering om uit te reiken aan die
vrouwen of meisjes, die op de dringende
aanvraag om goud of zilver voor de nood
lijdende Rijkskas hunne gouden of zilveren
sieraden offerden.
Aan de voorzijde ziet men eene vrouwen
figuur die haar halssnoer overreikt met het
omschrift:
In eiserner zeit 1916."
Aan de achterzijde leest men:
alhier gehouden tentoonstelling op gemeen
telijk financieel gebied, heeft de voornaamste
rapporten en stukken, die op deze tentoon
stelling ter bezichtiging en kennisname
lagen in een twettal boekdeelen vereenigd
en zal daaraan nog een derde toevoegen,
bevattende de praeadviezen op het, aan de
tentoonstelling verbonden, Congres uitge
dacht met de stenografische verslagen der
gevoerde debatten.
Dezer dagen heb ik het Tweede Deel
dezer uitgifte ontvangen, waarin de Ge
meentelijke bedrijven en alles wat daarmee
annex is behandeld wordt. Aan 246gemeenten
werden vragen met betrekking tot de ge
meentebedrijven gericht en uit de daarop
ontvangen antwoorden blijkt, dat 124 ge
meenten gemeentelijke bedrijven hebben,
verdeeld over gasbedrijf, elec'riciteitswerken,
waterleidingen, reinigingsdienst, telefoon,
tram, abattoir en grondbedrijven.
Van welke beteekenis deze bedrijven voor
de gemeentelijke financiën zijn, blijkt uit de
volgende cijfers. Het Sdldo van de vijf
hoofdbedrijven bedroeg in 1913 in het totaal en
per 100 gulden gezamentlijke gewone in
komsten en per 100 gulden opbrengst plaat
selijke directe belastingen:
Per f 100 Per f 100
Saldo dir. bl. gew.ontv.
Voor Amsterdam:
Gasfabrieken f3767.861 f 5567 f1255
Electricitietsw.?1821.441 2693 601
Waterleiding. 1.485743 2195 4.94
Telefoon 966620 1428 3.21
Tram j^l3!!-' 54 , 2026 . 456
Totaal... f9.412.8ï9 f 139.09 f31.27
Toen moest ik weg, had niet den moed
vooraf mijn kamer te gaan zien.
Zoo tegen half twaalf vond ik den weg
terug. Op het portaal brandde een flauw
gaspitje. De eetkamer, die ook dienstdeed
voor conversatiezaal, was donker. Ik kuchte
bescheiden, kuchte toen wat brutaler. Een
boordloos hoofd dook uit een achterkamer op.
Ze zijn boven", zei de melancholieke.
Of ik nog wat eten kon".
Nee, natuurlijk niet, de keuken was al
dicht. Maar een glas melk kon ik nog wel
krijgen. Dat zou hij me dan wel boven
brengen.''.
Ik stommelde weer een trapje op 'n
Roovershol, of misschien een spionnenboel,
'n hotel was het vast niet.
Boven stond de deur van Hilde's kamer
wijd open. Ze liep rond in een pyjama,
op bloote voeten. Haar lange zwarte haren
zwierden los rond haar lachend gezicht
Ze was prachtig van ongegeneerdheid.
't Is op de kamer gezelliger dan bene
den", zei ze.
De familie is weer terug naar Den Haag,
Theo komt zoo. We hadden het brood
vergeten, hij weet altijd nog wel een adres.'
Op den eenen stoel hingen pakken van Theo
Dan was er ook nog een divan, maar die
lag voi met de meest ulteenloopende dingen,
kranten, 'n city-bag, 'n schminkdoosjtf, 'n
corset van Hilae, 'n bosch valsche bloemen,
'n scheerriem, 'n paar foto s.
Voorzichtig maakte ik een hoekje vrij,
ging dan zitten, klein en keurig als een poes,
die eindelijk een droog plekje in een natte
keuken gevonden heeft.
Smijt den rommel er toch af," lachte
Hilde.
Ja zie je," antwoordde ik, ik moet eerst
wennen".
En dat klonk zógek, dat we het
uitschaterden.
Ik bekeek haar, zooa's ze daar rondliep
alsof het zoo van zelf sprak tusscnen a
die rommeldingen, fnsch en jong. Met een
gebaar als van eene koningin nam ze h
voor mij bestemde glas melk van den
melancholieke aan, ging dan blikjes open
maken.
Theo kwam thuis met het brood, verdween
weer en kwam even later terug in een soor
wollen kamerjapon, waarboven zijn kui
plezierig-artistiek rondwapperde. Hij raadde
Gold gab ich zur Wehr"
Eisen nahm ich zur Ehr."
Hoewel van een bizonder bereid soort
ijzer is de munt artistiek bewerkt.
No. 2. Eene vierhoekige gedenkpenning
geslagen in de stad Korneuburg, ten
voordetle voor weduwen en weezen der in den
Voor Rotterdam:
Gasfabrieken f2.375.310
Electriciteitsw., 1.392.178
Waterleiding 789409
Telefoon 680610
Totaal... f5.237.507
Voor 's Graven hage:
Gasfabrieken f 1.913.157
Electriciteitsw. 981.795
Waterleiding. 900.468
Telefoon 45 1 .600
Totaal... f 4.24V'.~03
Voor Utrecht:
Gasfabrieken f535663
Electriciteitsw. 194.917
Tram
95.73 f 11.16
56.11 6.54
31.81 3.71
2743 3.20
f211.08 f24.t>l
f 49.75 f 8.94
25.53 4.59
23.42 4.21
,. U 74 . 2.11
"?"H0.44 19.85
f
49.81 f 13.71
18.13 4.99
6.95 1.91
.
Totaal : .~. f 805.358
Voor Groningen :
Gasfabrieken f317.780
Electriciteitsw. 137861
Tram 47.735
TotaahT f 603.376"
Voor S hiedam :
Gasfabrieken f 128.497
Electriciteitsw. 5911
Waterleiding. 60.804
f 74.89 f 20.61
f 44.56 f 10.74
19.33 4.66
669 . 1.61
i 70.58 l 17.01
f 101.72
4.68
f 15.75
0.72
__
Totaal. . . f 195.212 ~'ÏT5T53~T23.92~
Uit deze cijfers volgt, dat in Amsterdam
31.27 pCt. van de gemeentelijke inkomsten
uit de vijf bedrijven komt en dat de
gezamentlijke netto-inkomsten dezer bedrijven
ca. 40 pCt. hooger dan de totale opbrengst
der plaatselijke directe belastingen zijn. In
Rotterdam, waar geen eigen trambedrijf is,
dragen de vier overige bedrijven ca. 25 pCt.
tot de totale gewone inkomsten der gemeente
bij, terwijl zij meer dan het dubbele zijn
mij aan, het me ook wat makkelijker te
maken," maar daar hij er blijkbaar niet over
dacht om daarvoor even weg te gaan,
bleef ik zoo maar zitten, wel voelend het
malle dat ik daar netjes op den divanpunt
zat, met mijn keurig geonduleerde haren
mijn gekleede japon, terwijl zij op den rand
van het bed waren gaan zitten - waar
schijnlijk het mijne en zielsvergenoegd
met hun beenen bungelden.
Maar langzamerhand ontdooide ik, begon
het grappige van het geval in te zien. Er
was toch wel iets heel echts in hun
ongeneerde spontaniteit, in hun hartelijkheid voor
mij, in de zorg waarmee ze allerlei dingen
gekocht hadden om mij te laten soupeeren,
zelf als twee kinderen blij om al dat feeste
lijke. Ik wist opeens, dat ik bezig was oud
en vervelend te worden ?an dat nette ge
zelschap, waar we op zoo'n keurige manier
de kunst dienden. En dat het toch eigenlijk
wel heel goedig van hen was om zoo lief
te zijn tegen mij, die zoo duf en kritisch
daar maar alles zat te bekijken.
Met kleine golfjes welde weer blijheid
in me op. We dronken en kjpr ken, aten van
alle blikjes en lachten om zotternijen. Ver
geten was de armoedige kamer, het lugubere
hotel, den rommel rondom. We waren jong
en sterk en hadden de kunst lief. Brokstuk
ken van liedjes werden geneuried, zij spra
ken over hun werk. Hun oogen schitterden,
hun stem werd gevoelig. Plan na plan sprong
uit hun vernuftig bedenken. Duo's zingen
was wel aardig, maar het liefst wilden ze
weg. Stel je voor met een sketch naar
Amerika en dan moet jij mee, Joan. Met
z'n vieren bijvoorbeeld. We moeten dan nog
'n type voor je vinden, 'n goed danseur zou
het beste wezen. Ik vond alles prachtig, zelfs
het type dat ze wel voor me zouden op
duiken!' Het was of ik prettige, lichtzinnige
vleugeltjes kreeg. De wereld was zoo groot
en begeerlijk, zoo zalig wijd en in dat wijde
dreef ik, dreven wij , en hadden het leven
lief
Om drie uur besloten we te gaan slapen;
de kamer stoid blauw van de rook, de blik
jes en de fl^sch wijn waren leeg. Lang
zamerhand was er wat reactie gekomen, we
waren moe. Toen was er nog een lachbui,
toen ik, verrukt over de ontdekking, riep:
O, ik heb heusch een schoonen handdoek."
Ik sliep dadelijk, P r r'k droomde vreeselijk,
strijd gevallen militairen uit de plaats af
komstig.
De voorzijde geeft als beeldtenaar een
geharnast strijder waarnaast staat:
In Treue Fest 1915.
Aan de keerzijde het wapen der stad
waaronder:
Korneuburgs kriegers züEhr und ge
dachtenis, deren witwen und waisen zur
wohlfart."
No. 3. Eene penning geslagen op de over
gave der vesting Maubeuge op 8 September
1914.
Aan de eene zijde de beeldtenaar van
generaal von Zwehl, aan de andere zijde
ziet men de vestingcommandant zijn degen
overgevendeaan von Zmehl, zijn overwinnaar.
Deze penning kort geleden gemaakt, is
verbazend in trek.
F. A. ITTER Jr.
van de plaatselijke directe belasting. Dit is
echter blijkbaar een gevolg van de omstan
digheid, dat deze laatste belasting in Rot
terdam minder zwaar is en een grooter deel
der gemeentelijke inkomsten uit andere
indirecte heffingen wordt verkregen.
Ook zoude om eene juiste vergelijking te
kunnen maken, ook in aanmerking moeten
worden genomen.wat bijv.in Rotterdam uit de
concessie van de tram, die daar geen ge
meentebedrijf is, getrokken wordt.
In 's-Gravenhage leveren de vier bedrijven
ongeveer een vijf Je van de totale gemeen
telijke inkomsten op en overtreffen zij de
plaatselijke directe belasting met ruim 10 pCt.
Te Utrecht, waar de cijfers van slechts
drie bedrijven zijn vermeld, brengen deze
drie reeds een iets grooter percentage van
de totale gemeentelijke inkomsten op, maar
bedragen zij slechts 75 pet. der plaatselijke
directe belastingen. Schiedam daarentegen
ontvangt alleen uit het gasbedrijf reeds meer
dan uit de plaatselijke directe belastingen,
terwijl Tilburg uit gas en electriciteit alleen
37 pet. der gezamentlijke gemeentelijke in
komsten trekt en deze beide bedrijven bijeen
bijna het dubbele (187.33 pet.) van de plaat
selijke directe kelastingen opbrengen.
Bij den omvang en de beteekenis dezer
bedrijven is het natuurlijk eene gebiedende
eisch, dat de administratie op gezonden,
commercieelen grondslag wordt gevoerd. In
het besproken boek komen tal van interes
sante mededeelingen voor omtrent de in
richting dezer administratiën en o. a. ook
opgaven van de wijzen, waarop
commercieele en technische leiders der bedrijven
in de verschillende gemeenten een belang
een sardinenblikje, dat leeg liep in mijn
lakens, mijn kennissen die we tegen kwa
men, terwijl ik liep met een corset in de
eene en een scheermes in de andere hand;
de man waar ik in stilte op verliefd was,.
zei: Joan, je bent dronken" en toen moest
ik voor straf zijn baard af cheren, zijn baard
waar ik zoo dol op was en toen kon ik me
ineens niet meer schminken en begon
vreeselijk te huilen.
Hilde zat rechtop in haar bed. Waarom
huil je? Heb je ook een ongelukkige li< f de?"
Ja-ha-ha'1, snikte ik en toen begon zij
ook te snikken en deden we elkaar de won
derlijkste confidenties, waarvan ikalletn nog
weet, dat ik vreeselijk fantaseerde en me
erg romantisch voelde.
Wat zwaar in mijn hoofd werd ik's mor
gens wakker. Ondanks het raam, dat wat
opengestaan had, stonk alles naar tabak;
de lakens en de handdoek roken naar oude
huizen. Ik maakte zoo goed en zoo kwaad
als het ging wat toilet, haastig, met het
sterke verlangen: zoo gauw mogelijk weg
te zijn. Met moeite vischte ik mijn bezit
tingen uit den chaos op.
Toen ik bijna klaar was, werd Hilde
wakker, begon zich vliegerig aan te kleeden.
Natuurlijk kon ze niets vinden, liep telkens
naar haar kamer om wat te halen, op haar
manier zachtjes doende om Theo niet te
wekken.
In het triestige eetzaalfje zaten we met
z'n beiden aan het ontbijt, Hilde met een
slaperig gezicht, het haar in een warrigen
wrong.
Op het laatste moment kwam de melan
cholieke aansloffen met de rekening. Mijn
heele vertering bedroeg een gulden vijftig.
En we hebben het hier best," zei Hilde.
Ze bracht me naar de tram. Theo riep van
uit zijn bed me een goeie reis" toe. Haas
tig vluchtte ik het hoteldeurtje uit. Toen
ik ten slotte in de tram zat en me ver
beeldde dat alle menschen raar me keken
en wisten waar ik gelogeerd had, stond
Hilde nog voortdurend te wuiven, uitbundig
als een jonge
hondEindelijk, in den trein, was ik weer een
nette dame, die naar een nette repetitie
ging van een net stuk.
JOAN