De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1916 23 december pagina 5

23 december 1916 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

23 Dec. '16. No. 2061 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Teekening voor de Amsterdammer" van E.lHeymans-v. Beek Gegevens voor het versieren van den Kerstdisch Kaarsjes in doorboorde, rood-wangige appelen. Sleedjes van karton met bonbons en surprises. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiHiiiiiiniiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiii iiiiiiinii imlMMIIIIItlllllllHIHIIIIINIIIIIIMlmlIllllllMIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIMIIIHIIIIIIHIHIIIMIIIIIIIIIIIIIMUIIIIIIIMIIIln^ Het Kerstfeest Een jonge dame zei onlangs, te betreuren, dat de versiering van den Kerstboom" en de indrukwekkende viering van den aan het Kerstfeest voorafgaanden avond, bij ons niet even algemeen zijn als in Duitschland. Zij vroeg mij, wat daarvan de oorzaak mag wezen. Wel, men zou -evengoed kunnen vragen, hoe het komt dat wij hier te lande twee kerkelijke Kerstdagen hebben en in Engeland slechts n; en waarom wij dien nen niet precies zoo vieren als men dat in Dickens Chrisimas Carols" lezen kan: met evenveel geschenken en weldadigheden als in Duitschland op den heiligen Abend" worden uitgedeeld. En waarom wij niet, als in Frankrijk, op Kerstmis wel een Chant de Moei" zingen, maar eerst met Nieuwjaar trennes" uitdeelen; of waarom de Scan dinavische Julklap" bij ons niet inheemsch is. Het geldt hier een aan geheel Europa gemeenzaam historisch verschijnsel: de vie ring van Jezus' geboorte, geënt op oeroude, omstreeks den winter-zonnestilstand in de volksziel heerschende feeststemmingen. Maar, bij overeenkomst van karakter, ver schillen de daaruit voortgesproten gebruiken voor onderscheiden landen. Dikwijls hangt dit eenvoudig samen met geographische omstandigheden. Heel sterk spreekt die samenhang in 't hooge noorden, waar de tegenstelling tusschen zomer en winter het grootst is en dus den diepsten invloed uitoefent op de heele natuur inclusive de menschelijke maatschappij. Als in Zweden de boeren, in de duisternis van den vroegen Kerstmorgen kerkwaarts trekken, worden op de gevaar lijkste paden geestelijke liederen aangeheven, met het min of meer bewuste doel, daar door de lastige berggeesten te verjagen, (iets door Selma Lagerlöf zoo dichterlijk te pas gebracht in haar Keizer van Portugal"). In onze vlakke landen, waar daarenboven zelfs aan het eind van December de zon heel wat .vroeger opkomt dan in Telemarken, is van zulk een tradltioneele geestenbannerij geen sprake. Maar wel stemt voor hier en ginds, zooals trouwens voor overal rondom ons, het gebruik overeen, in 't hartje van den winter zich op een vasten datum te vermaken en geschenken te geven. Onder den Kerstboom Een Kerstvertelling door A. B. v. TIEN HO VEN Met teekeningen van Rie Cramer Midden in de groote kamer stond een kerstboom. Het was de middag aan Kerst mis voorafgaande. Een heer en dame had den den boom in orde gemaakt in de kamer waar de menschen uit dat huls alleen maar kwamen bij feestelijke gelegenheden, en behalve de vader en moeder die den boom versierd hadden had dus niemand er nog iets van gezien. Met groote zorg hadden ze aan het opsieren van den boom gewerkt. Bovenaan was een prachtige goudpapieren ster, overal hingen gekleurde ballonnetjes en guirlandes van goudgele- en oranjeappeltjes, laagjes glimmende en blinkende sneeuw, en wel honderd kaarsjes waren er tusschen gezet. Een klein rose engeltje van was met gazen vleugeltjes hing ergens bovenaan, en deed een beetje verwaand. Het zei dat eigenlijk de heele boom van haar was en ze schommelde aan het gouden draadje om haar buik, waarmee ze was vastgebonden, of ze wilde gaan vliegen. Ook hingen er nog chocolade kerstkransjes en ander lek kers, en die zeiden: Wat verbeeldt zoo'n engel zich, wij zijn het voornaamste van den heelen boom, want van ons houden de menschen en de kinderen het meest. De oude boom lachte om al dat ijdele gepraat van al dat versiersel. Als ik er niet was," ? dacht hij, dan waren jelie allemaal niets. We hebben dus te doen met drie overal in dit jaargetij optredende factoren: gods dienstige feestviering, joligheid, en een waarschijnlijk onder Christelijken invloed tot gewoonte geworden goedgeefschheid. Alleen de dagen waarop, en de vormen waaronder deze drie zich vertoonen, wijken eenigzins van elkaar af. Soms hangen zij nauw te zamen, soms werken zij ieder af zonderlijk. Bij ons te lande is, in hooge mate, dit laatste het geval. Onze Kerstviering heeft van oudsher een stemmig, uitsluitend godsdienstig karakter gedragen, waarbij zich dan min of meer de in intiemen kring doorgebrachte Oude jaarsavond aansloot. De goedgeefschheid, wat giften en gaven van weldadigheid be treft, die kwam op Nieuwjaar aan den dag. De joligheid, die had dan reeds haar beurt gehad op Sint-Nicolaas, en kwam, in het pasbegonnen jaar, evenals in Frankrijk, nog eens eventjes op Driekoningen om 't hoekje kijken. De Driekoningsviering is zoetjesaan verdwenen; maar de goed-heilig-man van 6 December verheugt zich in een kerngezond leven, ondanks de concurrentie, hem gaan deweg door buitenlandsche zeden en ge bruiken aangedaan. De machtigste dier concurrenten is, zonder twijfel, de Kerstboom. Dat die niet oor spronkelijk in onze landstreek is ontkiemd en opgeschoten, ligt wel voor de hand. Zelfs wat Duitschland betreft, is zijn a l ge meen e invoering, zooals die thans bestaat, nog niet zoo oud als men zich dat doorgaans voorstelt. De bekende prent, waarop Luiher met zijn familie bij een modern-versierden i' boom staat, is een anachronisme. Het geI bruik om, ter eere van de Kerstviering, een altijd-groen-blijvenden boom met lichtjes te versieren, is natuurlijk het eerst inheemsch geworden ergens waar men zulke boomen voor het grijpen had. Uit de boschrijke streken van Zuid-Duitschland heeft zich de sympathie voor deze zinnebeeldige smaakuiting van den volksgeest, eerst langzaam, en, naarmate het verkeer toenam, sneller over het grootste gedeelte van Duitschland verspreid. Maar b.v. te Berlijn had, honderd jaar geleden, wel reeds het denkbeeld van zulk een versiering post gevat in de ge moederen, ja maakte zij een onafscheidelijk deel uit van hetgeen de heilige avond" in gemoedelijken familiekring meebracht; maar het was een graote weelde daarvoor een heuschelijken boom te gebrui ken. Alleen rijke menschen konden zich dit veroorloven. Op de Weihnachtsmarkten", waar de burgerij hare inkoopen deed, paradeerden heele rijen van PyramiJelie zijn niets anders dan mijn mooie sie raden. Ze hebben mij van diep achter in het bosch gehaald omdat ik zoo'n mooie boom ben, en nu sta ik hier in de lekkere warme kamer en wordt er een groot feest gehouden, alleen voor mij." Dat beetje snoeven dat ze allemaal deden was allemaal niets vergeleken bij wat er onder den boom gebeurde. Daar was de heele grond met speelgoed belegd. Er zouden twintig kinderen op het feest komen en daarvoor waren twintig cadeautjes ge kocht, tien voor de jongens en tien voor de meisjes. Voor de jongens was er een vilten Duitsche luitenant, lang mager, met een verwaand gezicht, en een glaasje in zijn oog. Hij was de aanvoerder van vier vilten soldaten. Dan waren er een doos met tinnen soldaatjes van het Hollandache leger, een spoortrein, een Hollandsen kaasboertje met een stapel roode Edammer kaasjes, een zeppelin, een politie-agent. een takshond, een bulldog, en een beer. Voor de meis-jes waren er poppen, een pop die roode-kruiszuster was, een mooie Japansche pop met een beschilderde kimono, twee baby's, een Elsasserinnetje, een Zwitsersche pop, en een Griekache pop met een jurk met een Griekschen rand, en dan was er nog een poppenledikantje. Het was een erg gemengd gezelschap dat onder dien boom niet goed met elkaar vrede kon vinden. De Duitsche luitenant begon de rust te verstoren. Hij zei tegen het kaasboertje: Die kazen, die neem ik, die zijn noodig voor de voeding van ons leger, die eisch ik op, en als er nog een overblijft stuur ik die naar Berlijn voor het Kerstfeest van den Keizer. Je hebt heelemaal niets te vertellen" zei het kaasboertje stak zijn handen onverschillig in zijn wijde broekzakken, en deed een trekje aan zijn Goudsche pijp. Ik lever niet aan Duitschland," liet hij er op volgen. Dan laat ik ze in beslag nemen" zei de luitenant, maar de tinnen soldaten uit de doos waren dadelijk op hun post, en al was elke Duitsche soldaat ook al twintig maal zoo groot als een van hen, ze waren klein, maar dapper. De aanvoerder riep: Als jelie je niet dadelijk stil houden laat ik je inter neeren, dan ga je regelrecht naar Bergen." Toen daarmee de herrie begonnen was, barstte ze van alle .kanten los. De taks den": uit latjes getimmerde, groengeverfde kleine stellaadjes, waar kaarsjrs konden op gezet, en schitterende rariteitjes konden aangehangen worden. Eerst met uitbreiding van den spoorwegdienst zijn levende spar ren en dennen meer binnen ieders bereik gekomen. Doch b. v. onder de plattelands bevolking in afgelegen streken van Silezie taalt men er nog niet naar, met Kerstmis een spar te versieren. Wel is daar een eigen zinnebeeld uit het plantenrijk in zwang: begin December zetten de huismoeders een paar vruchtboomtakken in een fleschje met lauw water achter de kachel, in de hoop dat tegen Kerstmis blad' en bloemknoppen ontloken zullen zijn. 't Is er doorgaans een ontluiking naar; maar de symbolische be doeling is genoegzaam bereikt en de takjes spelen hun decoratieve rol bij de Bescheerung", de uitdeeling der Kerstgeschenken, hetzij uit volle of platte beurs, behoort vast bij Kerstmis, beide in geheel Duitsch land en Engeland. Bij ons is de Kerstboom, na enkele spo radische verschijningen in uit Duitschland afkomstige gezinnen, omstreeks 1870 meer bekend geworden; evenals, nog wat later,, uit Engeland de met rood lint versierde hulst en de maretakken (mistletoe) ter Kerst viering zijn ingevoerd. Welja, waarom niet? Dat rood en dat glimmende groen staan heel mooi bij mekander; en zoo'n takje vogellij m, aan een kroon of in een deur gehangen, kan aardige scènetjes opleve ren. En evenzoo geeft de harstgeur van het naaldhout, onder den mooien gloed der kaarsjes, midden in den grauwen win ter, een recht behagelijk gevoel. Vooral wanneer het wordt verbonden aan blij ge gunde liefdegaven, op kinderfeesten en der gelijke gelegenheden. Doch de diepere beteekenis, die de Weihnachtsbaum" in het Duitsche leven heeft gekregen: patriarchaal in het groot en naif-aandoenlijk inhet klein, (zie b.v. Clara Viebig's meesterwerk Das tagliche Brot") die beteekenis krijgt hij hier nooit. Daartoe is hij hier te zeer kant en klaar, als mode-artikel geïmporteerd. Ik misgun hem zijn plaats in onze maat schappij niet, maar zou het jammer vinden als hij onzen oiden Sinterklaas verdrong. Daartoe heb ik, behalve het feit van des Heiligmans oudere brieven, nog een andere reden. Bij al de goedmoedigheid, waarmee in Engeland en Duitschland, op Kerstmis geschenken worden uitgedeeld, heeft de manier waarop dat geschiedt, iets erg nuchters. Men wil iemand iets geven, dat hem aangenaam is, wijdt de noodige moeite aan de keus daarvan, koopt of maakt het, legt het voor hem klaar en hoopt dat het hem begon brutaal te worden tegen het Zwitschersche boerinnetje en de bulldog vloog op de taks af, en zei: Ik zal je wel krijeen, Ik bescherm de neutraliteit van de kleine landen. Toen kwam de politieagent onmiddellijk tusschenbeide en haalde het tweetal nog bijtijds van elkaar. Jij moet meehelpen, als er oorlog komt," zei de bulldog toen aan de Japansche pop, die heel rustig alles met haar scheeve spleetoogen bleef aanzien. Als jij de onkosten betaalt," gaf ze ten antwoord, en me nog een belooning geeft op den koop toe." Dat kan me niet schelen," zei de bull dog, ik ben rijk genoeg." Het Grieksche porje was vreeselijk zenuw achtig, want de Duitscher en de bulldog begonnen allebei met haar op te stoken, ze huilde: Ik weet niet wat ik doen moet." Intusschen riep de kapitein van de Zeppelin tegen de twee babfes: Als jelie Engelschen zijn gooi ik je dood met bommen." Dat is schandelijk gemeen" riepen de kaasboer en de tinnen soldaten, de kinderen hebben niks gedaan." Maar de Zeppelin-kapitein zei: Dat kan me niet bommen, want daarvoor zijn juist de bommen." Juist wilde de bulldog de babies te hulp Je hebt bier heelemaal uieU te veitell«n", zeid het kaasboertje. .J.... behagen zal. Het treft ons, Nederlanders, dat dit zoo recht-toe in zijn werk gaat: zoo zonder iets van dien omweg van geestigheid of gratie, die bij ons op 5 December ge waardeerd worden. Als men daarover spreekt, krijgt men ten antwoord, dat het karakter van het Kerstfeest daar te ernstig voor is. Om die reden dunkt het mij dus wel het best, de intieme winterschenking van den 25sten December afgescheiden te houden. Dan kan zij een kostelijke aanleiding blijven tot oefe ning in de kunst van eenvoudige grappen, van plagerijen zonder hatelijkheid: van dien zin voor aardigheid, waarin anders onze natie niet uitmunt, maar waarvoor zij pp Sinterklaas plotseling een eigen orgaan schijnt te krijgen. Of men dan in Duitschland (in normale omstandigheden!) omstreeks dezen tijd vaji 't jaar in 't geheel geen traditioneelen datum van grappenmakerij heeft ? Zeker: op Oude jaarsavond. Dan worden allerhande joligheden uitgehaald. Dan komt o. a. het Bleigiessen" aan de orde. In een ijzeren lepel worden stukjes lood gesmolten en voorzichtig in een emmer met koud water geworpen; en uit de figuren die zij al stollend aannemen, worden, met veel gejuich en plagende com mentaren, voorspellingen gedaan voor het volgende jaar. Maar op dien avond hebben wij, op onze beurt, doorgaans weer meer ernst in het hoofd l GEERTRUIDA CARELSEN Voor het Kerstmaal ENQELSCHE KERSTGEBAKJES (mince-pies) Voor den buitenwand: 250 Gr. bloem, 125 Gr. boter, wat water. Voor het vulsel: 100 Gr. krenten, 100 Gr. rozijnen, 75 Gr. sucade, 25 Gr. snippers, Va liter zure appelen, 100 Gr. kalfsniervet, 80 Gr. suiktr, Vu theelepel gemberpoeder, Vs thee lepel gestampte kruidnagelen, sap van twee citroenen, geraspte schil van n citroen. Zeef het meel in een kom, leg er de boter in en hak beide door elkaar, tot het zoo fijn is als bioodkruim. Voeg er luchtig roerende zooveel water bij, tot het deeg als een stevigen bal aan elkaar hangt. Rol dien op een met meel bestoven plaat tot een dunne lap uit, en laat het deeg dat door de behandeling slap is geworden, op een koele plaats, een half uur rusten. Ontdoe het niervet van de velletjes, wasch het, evenals de krenten, rozijnen en de geschilde, in vierde partjes gesneden zure appelen. Hak dit alles met de sucade door elkaar, tot het een fijn mengsel is gewordtn. Roer er de suiker, het komen, toen een der groote vilten soldaten het hlsasser popje bij haar twee vlechten pakte en meesleuren wilde. Help John" (want zoo heette de bulldog) riep het arme Elsasserinnetje, en de bulldog zei nog gauw tegen de babies dat die Zep pelin-kapitein toch niet raken kon, en haalde den ruwen soldaat bij het Elsasserinnetje van daan. De politie-agent liep in dien tijd maar heen en weer en trachtte zooveel mogelijk orde te houden. Het verpieegstertje was ook op haar hoede, want ze verwachtte het ergste. Ze ging naar den machinist van den trein, en vroeg of ze die gebruiken mocht om de gewonden te vervoeren. jawel" zei de machinist, die op een Hollandschen trein stond, maarikhebkolennood. Ik kan wel rijden, maar ik kan de coupés niet verwarmen. Dan moet het zoo maar" zei het ver pieegstertje en ging naar het poppenledikantje, waarvan ze het beddegoed gebruiken wou om een roode-kruistrein mee in te richten." Intusschen wilde een der Duitschers met gevelde bajonet op den beer afstuiven, maar de beer trok ijlings terug. Wat vreeselijk, wat vreeselijk," riep het engeltje van boven uit den boom. Duitschland is begonnen," zei de kaasboer, die zich liever neutraal hield, maar toch niet noodig vond zijn oordeel te verbergen. Dat is niet waar," riep het rose engeltje (dat ook van Duitsch fabrikaat was). Duitsch land heeft nooit van oorlog gehouden. De keizer en de kroonprins ook niet, vraag het ze zelf maar l" Als je je mond niet houdt, klim ik in den boom, en bijt het gouden draadje door aan je buik, waar je aan opgehangen bent," zei de bulldog toen. Ik ben een vredesengel," zei ze, en jij. jij bent het die den vrede heeft verstoord." Het begon donker in de kamer te worden en de kapitein van den Zeppelin dacht er over om op te stijgen en de babies dood te gooien. Maar toen ging de deur open en een huis knecht kwam binnen en stak alle honderd kaarsjes aan. Door -dat licht werden ze allen even beduusd, en hielden zich rustig, maar toen de lichtjes aan waren gingen ook de groote schuifdeuren naar de aangrenszende gemberpoeder, de citroenschil, het citroensap en de gestampte kruidnagelen door. Besmeer ongeveer 30 kleine zandtaart-vormpjes met boter, voer ze met een stukje van het deeg en vul ze met een weinig van het mengsel. Leg er een laagje deeg op, druk de randen stevig op elkaar en zet de vormpjes op een bak blik in een matig warmen oven. Laat de gebakjes licht bruin en gaar worden (pi.m. 20 min.) stort ze en bewaar zeeenige dagen in een trommel, alvorens ze te presenteeren. F. v. B. ** * Verzoeke alle stukken voor de rubriek Voor Vrouwen" in te zenden Koninginneweg 93, Haarlem. iifiiiiiifififfiiiiiiifiiimmffffuiiffinfiifiiifiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiuiiii 4 Deken Reclame Dagen m Koningsplein ^Amsterdam brengt van Woensdag 27 tot en met Zaterdag 30 December eene party Leidsche Wollen Dekens in den verkoop welke niet meer geheel f r is eb. en daarom in prijs sterk vermin derd zijn f 9J5, f 10,15, f 11,50, f 12.50 en hooger. Speciale aanbieding Donzen Dekens. imiimmitiiiiiiiMimiii iimiuiiimiiiimiiiiiiiiiiiii Ik zal je wel krijgen zeide de bulldog tegen de taks. Ik bescherm de neutraliieit van de kleine landen"..., kamer van elkaar, en kwamen er twintig kinderen binnen. Ze riepen van vreugde: O, wat mooi, wat een prachtige kerstboom" en ze wisten niet wat ze mooier vonden, die boom met de heerlijke flikkerende lichtjes en de fonkelende ballonnetjes, oi htt prachtige speelgoed dat er onder lag Een heer en dame waren er ook bij, en hadden pret mee om al die gelukkige kin deren. Het waren de ouders van een jon getje en meisje, die er bij waren. De vader vertelde toen dat het Kerstfeest een feest van vrede was, van vrede en ge luk. Toen begonnen de kinderen een heel mooi lied te zingen, een lied van vrede op aarde. De poppen schaamden zich, toen ze dat hoorden, en konden wel huilen van be rouw, en de soldaat, die het Elsasserinnetje zoo aan de haren had getrokken, fluisterde of ze haar vergeven wilde. De luitenant keek heel ernstig voor zich en de bulldog en de taks keken elkander aan alsof ze zeggen wilden: wat hebben we zooeven toch dom gedaan." Alleen de Zeppelin, kapitein bleef onaangedaan en keek stuursch voor zich heen. Maar daar rolde een heete druppel op zijn neus. Dat was een stukje van het been van het vredesengeltje, dat boven een kaars hing en aan het smelten was gegaan. Dat was een bewijs, dat het geen echt vredesengeltje was.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl