De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 20 januari pagina 13

20 januari 1917 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

20 Jan. '17. No. 2065 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 Nederland en de Deportatie der Belgen . Teekening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakensiek De Onmisbare" thuis (Punch) Brieven, moeder?" Ja, een, van je grootvader die In de loopgraven is!' Verschiet (Lustige Blatter) Jullie wou geen afzonderlijken vrede ? Goed, schrijf dan maar alle drie tegelijk ik dicteer!" Minister Loudon: Zacht wat, vriend, die menschen staan onder onze bescherming l" HMiimiiiiftiiititHliitttiiimiiiiiiiiiiiliiiiuiiiim Redacteur: Dr. A. G. OLLAND A. R. Falckstraat 5, Utrecht Alle berichten.deze rubriek betreffende.gelieve men te adresseeren aan bovenstaand adres. CORRESPONDENTIE G. A. C. te Antwerpen. De schaak-puzzle zal mettertijd geplaatst worden. Zij is echter nog al moeilijk. J. S. te Zeist. Rocheeren is slechts ge oorloofd in een scherts-probleem. EINDSPELSTUD1E'No. 56 VAN A. MOUTERDE (Sydsv. Dagbladet, 1913-14) ZWART d WIT g Wit: Kcl, Lb4, pionnen a3, f2 en h5. Zwart: Kb7, Lb6, pionnen a5, e5 en h4. Wit speelt en wint. Oplossing over 14 dagen. OPLOSSING EINDSPELSTUDIENo.55 VAN A. TROITZKY Wit: Kgl, Pc8 en d3, pion b2. Zwart: Kg7, Td7, pionnen a7 en d5. 1. Pd3?c5, Td7?f7! 2. Pc8-d6, Tf7?f3, 3. Kgl?g2 en de toren is verloren. Zeer eenvoudig, maar juist door zijn een voud een kunstwerk. Goede oplossing ontvingen we van: O. Feijth te Bunnik, J. S. te Zeist en J. Rietman te Dieren. Eindspelstudie No. 54 werd nog juist opgelost door Joh. Nielsen te Amsterdam, die ook van de beide schertsproblemen alsnog de goede oplossing inzond. MATCH CONDE-YATES Voor eenlge weken heeft te Bradford een kleine match plaats gehad tusschen den Engelschen kampioen van dit jaar mr. Yates en een sterken Mexicaanschen speler, Conde genaamd, welke match in Engeland nog al de aandacht getrokken heeft. De uitslag was een gelijk resultaat, elk der spelers won n.l. twee partijen, terwijl n partij remise werd. Onderstaande partij geeft een goed beeld van den speeltrant van den Mexicaan. Conde nam ook deel aan de clubmatch Bradford contra Huddersfield en smaakte het genoegen aan het eerste bord H. E. Atkins te verslaan, die, gelijk men weet, met recht voor den sterksten speler van Engeland ge houden wordt. Deze partij zal men in de volgende rubriek -vinden. SPAANSCHE PARTIJ (Derde matchpartij, gespeeld 18 Nov. 1916) Wit Zwart A. G. Conde F. D. Yates 1. e2-e4 e¥-e5 2. Pgl?f3 Pb8-c6 3. Lfl?b5 a7?a6 4. Lb5-a4 Pg8-f6 5. 0-0 Lf8-e7 6. Tfl-el d7?d6 Beter is eerst 6... b5. 7. c2-c3 Lc8?g4 8. h2-h3 Verzwakt min of meer den koningsvleugel en is niet bepaald noodig. Wit kan zeer goed 8. d2-d4 spelen, bijv. 8... b5, 9. Lc2. Lf3: 10. gf3: Ph5, 11. f4, Pf4: 12. Lf4: ef4: 13. Df3, g5, 14. e5 (dreigt Dc6) d5, 15.Lb3enz. met uitstekend spel voor wit. 8 Lg4?h5 9. d2-d3 Nu zou d2?d4 niet zoo goed meer zijn, omdat na 9... b5, 10. Lc2, Lf3:11. gf3: de witte h-pion zeer zwak is. 9 0-0 10. Pbl-d2 Pf6?d7 Om f7?f5 te spelen. Een beter speel wijze lijkt ons 10... b5, 11. Lb3 (11. Lc2, d5!) Pa5, 12. Lc2, c5 enz. 11. g2-g4 Belet zwart f7?f5 te spelen, maar geeft den tegenstander een aanvalspunt (g4). 11 Lh5-g6 12. Pd2-fl Pd7?c5 Zwart deed beter door h7?h5 consequent het zwakke punt g4 aan te vullen. 13. La4-c2 d6?d5 14. Ddl-e2 d5?d4 15. PH-R3 Pc5-e6 16. Pg3-f5 Le7?g5 17. Pf3Xg5 Pe6Xg5 18. Kgl-h2 Wit heeft nu duidelijk het beste spel. Hij heeft een uitstekend geposteerd paard, beide loopers en een goede kans om op den koningsvleugel een aanval te beginnen. Zwart's eenige tegenwicht is zijn betere stelling in het centrum en de gedeeltelijke insluiting van den looper op c2. 18 Pg5?e6 19. De2-f3 Dd8-d7 20. Lcl-d2 Ta8-d8 21. c3-c4 In. aanmerking kwam 21. Tadl eventueel gevolgd ddor Lel. 21 f7?f6 22. Tel-gl Pc6-e7 23. Tgl?g2 Lg6-e8 24. Tal?gl Pe7?g6 25. h3-h4 Pg6-f4 26. Tg2-j>3 c7-c5 27. Ld2Xf4 Pe6Xf4 28. h4?h5 Kg8?h8 29. Pf5?h4 g7-g6 30. h5Xgöh7Xg6 Zwart heeft zich goed verdedigd en is er in geslaagd een der beide witte loopers te verwijderen en zijn paard een gunstige plaats te doen innemen, vanwaar het echter door wit verdreven kan worden of althans geruild. De kansen schijnen gelijk. 31. Tgl?hl Tf8-f7 32. Kh2-gl Tf7-h7 33. Ph4-g2 Th7Xhlf 34. KglXhl g6-g5 35. Pg2Xf4 e5Xf4 36. Tg3-h3f Kh8?g7 37. Th3?h2 Om plaats te maken voor de koningin. 37 Le8-g6 38. Df3-h3 b7-b5? Te haastig l Zwart moest eerst Tc8 spelen, want na den tekstzet gelukt het wit den ingesloten looper in het spel te brengen. 39. c4Xb5 a6Xb5 40. Lc2-b3 c5-c4 Stond nu de toren op c8, dan zou deze zet zeer sterk geweest zijn. 41. d3Xc4 Le6Xe4f 42. f2-f3 Dd7-e6 (Stand der partij na 42... Dd7?e6) ZWART , 43. Dh3-h6f Volgens Burn in The Field had wit goede winstkansen behouden door 43. fe4: bijv. 43... De4:f 44. Kgl, Delf 45. Dfl, Dg3f 46. Tg2, De3f 47. Tf2 enz. 43 Kg7-f7 44. c4-c5 Td8?d5 Dit verliest, zwart moest 44... Ld5 spelen. Ook 44... Lf3: zou verliezen, bijv. 45. Kfl, Ld5, 46. Dh7f Ke8, 47. Ld5: Td5: (Dd5( 48. Dg7 en wint) 48. Dh8f Kd7, 49. Th7f Kc6, £0. Da8f Ko5: 51. Tc7f Kd6, 52. Tc6f enz. 45. f3Xe4 De6Xe4 46. Th2?g2 Kf7-e6 47. Dh6?h8! Ke6-d7 48. Lb3Vd5 en na 48... Dd5: 49. Dg7f Ke8, 50. Dg6f Ke7, 51. Df5, Df3, 52. Kh2. d3, 53. c6, Dc6: 43. Dd3: f3, 55. Tc2 gaf zwart op. milllllMMNIIIIIIMMII IIUIIIIIIItllllllllMlltlMIIIIMII 14e Jaargang 20 Januari 1917 Redacteur: K. C. DE JONGE Van Woustraat 112'2, Amsterdam Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek betreffende, aan bovenstaand adres te richten. AUTEURSOPLOSSiNG PROBLEEM No. 129 van den Auteur A. J. BARTELS, den Haag Stand. Zwart: l, 2, 5, 29, 32, dam op 10. Stand. Wit: 20/22, 36, 43, dam op 3. Wit: 20-15, 21-17, 43-38, 15-10, Zwart: ~ 10:4? 4:37 gedw., 32:43, 5:14, 3:49, 36-31, 17-11,31 -27, 49:21 27-16 A, 16-7, 7:16, 16:32 A , 4927, 36:27, 27-22, 17:8, 27^47 4:31, 1-7 a, b, c, 7-12," 2:13, 22-17, 17-12, 127, 7-2, 2-30^30-48! 3~l9719^23, 23-28,28-33,33-38 c .27-22,17-12,12-8, 8-3, 3-25 enz. Y-8,8-13, 13-19, 19-23, 23-29 b -, 27-22, 22-18, 17-12, 12-8^ 8-3 enz. 2-7, 1-6, 7-ll7 11-16716-21 a .17-12, 27-22, 22-17 1-6, 6-11, -Ï6 Zeer gemakkelijk op te lossen, maar toch is er nog iets in, dat men op een dwaal spoor gebracht zou worden, wanneer men b.v. zeu slaan 3:16, dan zou zwart remise maken door 43-48. Het mooie is dus dat de zwarte dam niet wordt geslagen, maar dat deze oogenschijnlijk eenige vrijheid geniet, die evenwel maar van korten duur is. AUTEURSOPLOSSING PROBLEEM No.130 VAN DEN AUTEUR M. C. KINGMA, DELFT Stand. Zwart: 4, 6/9, 12, 14, 16, 17, 19, 23, 25, 29. Stand. Wit: 21, 26/28, 32, 34/36, 39/42, 48. Wit: 39-33, 36-31, 27-22, 35:11, 28:10,11:41 Zwart: 29:47, 47:36, 36:30, 16:18, 4-.15 Een prachtvolle ontleding, die lang niet voor de hand ligt! Hoe mooi is b.v. de derde zet om de dam te vangen. De ver plichte meerslag" is uitstekend in dit probleem weergegeven. Men beschouwe de stand na de 4e zet van wit maar eens. Bij het eerste gezicht is men geneigd verkeerd te slaan, want zwart kan op 3 manieren slaan, maar moet de meeste n.l. 16:18 slaan. De stand van het geheel is vrij goed. Een schijnoplossing is de navolgende: Wit: 27-22, 22j33, 34-_29_of ? Zwart: 16:47, 23:32, 32-28 enz. en wit kan wel inpakken! Om de geheele ontleding te volgen zonder aanraken der stukken, vereischt nog al heel wat van het voorstellings vermogen. Goede oplossingen ontvangen van J. Polak, A'dam, No. 127 en 128, J. Luteijn, Groede, No. 127 en 128, S. Serlui, A'dam, No. 127 en A. J. van Brero, Apeldoorn, No. 128. COMBINATIE In de competitie Ned. Dambond maakte de heer B. Springer van D. O. S." tegen den heer S. Serlui van van Embden" de navolgende combinatie. B. Springer Zwart (13 schijven) 1 c 11 16 21 26 3! 36 41 4C suf & ; «éSi ^ /, '4-jlr '%& %0> ,© i$' 6i , M "^ "& m ' :-* - ;,;.- _ ^ n ,<* ?~^^ . s^* >^~? ', ,: - ' *"?? v' '~j 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (13 schqven) S. Serlui Het spel verliep als volgt: 1. 6-11 48-42? 1. 43-39 was in ieder geval beter, vooral omdat ruit 20 nog onbezet is. 't Neemt evenwel niet weg dat wit er allesbehalve gunstig voor staat. 2. 15-20!! 36-31? 2. Hoewel de stand vrijwel verloren is voor wit, meenen wij dat 43-39 nog eenig uitstel zou gegeven hebben. 3. 29-331 38:29 3. Op 28:39 volgt zwart 23-29, wit 34:12, zwart 8:48! 4. 24:33 28:39 4. 34:12 5. 23-29 40-34 6. 8:48 om te trachlen naar dam te komen. 6. 48:16 34-29 7. 21:32 30-24 8. 't Zal niet baten. 8. 19:30 35:15 9. 3-9! De zet die de partij besliste. Wit gaf de partij op. PROBLEEM No. 131 VAN DEN AUTEUR M. C. KINOMA, DELFT (Eerste publicatie) Zwart (14 schijven) l e 11 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (14 schijven) Stand. Zwart: 3, 6, 7, 9, 10, 12/14, 16, 20, 21, 25, 26, 35. Stand. Wit: 22, 23, 28, 29,33, 34, 36/41,44,48. Wit speelt 36-31, waarop zwart 21-27 laat volgen. Hoe wint wit? PROBLEEM No. 132 VAN DEN AUTEUR MAX NERDEN, A'DAM (Eerste publicatie) (Zwart 11 schijven l dam) l t li 16 21 26 31 36 41 4C 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit (14 schaven) Stand. Zwart: l, 6, 8/10, 14, 18, 19, 22, 23, 28, dam op 50. Stand. Wit: 16, 21, 25, 29/31, 34, 35, 40/42, 45, 48, 49. Oplossingen binnen 14 dagen in te zenden aan bovenstaand adres.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl