De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 24 februari pagina 7

24 februari 1917 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

24Febr. '17; No. 2070 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VO OR NEDERLAND Suriname's Vooruitzichten door HERM. J. JACOBS Oud-Hoofd der Prins Hendrikschool te Paramaribo Den 27en Februari behoort Suriname 250 jaar aan ons. Kan ons land trotsch zijn op wat er van is gegroeid onder zijn bestuur? Drie jaar geleden schreef de oud-Gouver neur mr. H. J. Smidt:*) De bestaande en steeds voortdurende droevige toestand der kolonie strekt tot schande, schaamte en schade van Nederland." En bijna hopeloos riep de heer Rambonnet, Minister van Koloniën a. i. in de vergade ring van 29 December 1915 van de Tweede Kamer uit: We hebben nu in die (laatste) 50 jaren 32 millioen gulden uitgegeven voor Suri name en wij zijn geen steek opgeschoten." Moeten we dan nu toegeven, dat het een dwaling is geweest, Nederland in staat geacht te hebben, deze kolonie tot bloei te brengen ? Moeten we maar gehoor geven aan de reeds meermalen geuite wensch Suriname te jverkoopen ? . Het aanzien van Nederland zou er zeer onder lijden als het thans zijn onmacht als koloniseerende mogendheid demonstreerde door het onder den hamer te brengen. Al kunnen we heden niet met voldoening terug wijzen naar- het verloopen tijdperk, we kunnen de lichtpunten naar voren brengen, die zich aan den Surinaamschen hemel vertoonen en die de teekenen zijn, dat we aan de toekomst van dit gewest niet behoeven te wanhopen. Al valt geenszins te voorspellen wat er nog komen kan, toch schijnt Suriname zich langzamerhand te herstellen van de crisis sen, die het de laatste jaren op landbouw gebied heeft doorstaan. De afschaffing van de slavernij was een Keizerstraat te. Paramaribo m In den Cultuurtuin te Paramaribo met den dood bedreigd. De opbrengstlliep dan ook terug tot 854,000 K.O. in 1904. Thans heeft men, na jaren gissen en missen, eindelijk de ware verwekker dezer ziekte leeren kennen en is men tevens tot het vaststellen der middelen gekomen, die een rationeele bestrijding mogelijk maken. De gemiddelde opbrengst over de laatste jaren bedroeg 1,466,000 K.G. Veel gunstiger staat het met den verbouw van koffie. Bij dit gewas heeft men tot heden weinig met ziekten te kampen gehad en de productie is dan ook jaar op jaar stijgende. Terwijl het rendement in 1890 nog maar 7,138 K.G bedroeg, liep dit op tot 196,431 K.G. in 1900, tot 203,300 K.G. in 1910, ter wijl de jaren 1913, 1914 en 1915, respec tievelijk 319,900 K.G., 481,000 K.G. en 609,700 K.G. voortbrachten. Ook rijst wordt meer en meer een beEen Sinaasappelen-aanplant nekslag voor de eertijds bloeiende suiker industrie van onze kolonie. Terwijl zij in 1835 nog 108 suikerplantages telde, bedraagt dit aantal thans slechts 5, die echter hare produktie zoo wisten op te voeren, dat ze ongeveer dezelfde hoeveelheden voortbren gen als de vele ondernemingen, die er vroeger bestonden. In 1835 bedroeg de opbrengst 18 millioen K.G. suiker, in 1914 ruim 15 millioen. De cacaocultuur, die zich sterk ontwik kelde na de afschaffing der sjavernij (1863), in 1873 bedroeg de jaarlijksche productie 856,000 K.G.'en in 1897 3,582,000 K.G. werd door de vernielende krullotenziekte *) Suriname en Nederland, naar aanleiding van de bacovenzaak door mr. H. J. Smidt. Die Geschichten des Kabbl Nachman", ihm nacherzaehlt von MARTIN BUBER. (Rütten und Loening, Frankfurt a/M.). Martin Buber, de schrijver van het beste boek over de Tao-leer van Lao Tsz' en Chuang Tsz' (?Reden und Gleichnisse des Tschuang Toe, Insel-Verla?, Leipzig), wiens Geist des Judentums" ik onlangs in dit Weekblad (22 April 1916) beprak, was zoo vriendelijk mij twee nieuwe werken van hem te zenden, waarvan ik het eerste thans bij :? den lezer ga inleiden en het tweede Die Legende des Baalschem" later in deze kolom men hoop te behandelen. Het is wonderlijk, zoo weinig de diep zinnige Martin Buber, een der grootste geesten van het tegenwoordige Duitschland, hier in Holland, zelfs in Joodsche kringen, bekend is. Is het wellicht, omdat zijn aan leg niet enkel wat men noemt weten schappelijk", maar vooral mystiek is? Beide nieuwe boeken van Buber zijn zuivere bloemen van mystiek. De mystieke aanleg, zoo schrijft hij, is den Joden van oertijden af eigen geweest. Hij heeft wel eens gesluimerd, is ook wel eens een tijd weg geweest, maar kwam telkens weer boven, en de laatste gestalte van den Joodschen mythos, die wij kennen, is het in 't midden der 18e eeuw ontstane Chassidisme, dat hij in deze beide deelen behandelt. Er zijn mij onlangs van Joodsche zijde eenige vragen gesteld, o.a. over den invloed van Joodsche schrijvers in onze literatuur. Ik heb om ver schillende redenen, die ik hier niet op kan noemen, liever niet op deze vragen geant woord, maar wél wil ik nu even mijne ver wondering uiten, dat er door onze Joodsche schrijvers zoo overstelpend veel realisme", maar zoo in 't geheel geen Joodsche mystiek aan onze literatuur is gegeven. Martin Buber verrijkt de Duitsche literatuur hier alweer met twee boeken, van groote mystieke waarde, en van schoonen literairen vorm tevens. Er komen, enkel reeds in Die Geschichten des Rabbi Nachman", bladzijden voor, die naast de beste van Meister Eckhart langrijk voortbrengsel van Suriname. Dit is vooral te danken aan den ijver waarmede de vrije arbeiders, de Britsch-Indiërs en Nederlandsch-lndiërs, die zich na afloop van hun contracttijd in Suriname vestigden, op deze cultuur toeleggen. En al is 't waar, dat de rijstbouw nog heel wat uitbreiding zal moeten ondergaan, aleer die in het noodige voor de locale consumptie kan voorzien, toch is de toe name van den rij s t oogst in de laatste jaren zeer beteekenend. In 1900 bedroeg de totaalopbrengst 285,927 K.G., in 1905 reeds 1,140,172 K.G., in 1910 ruim 1,962,000 K.G. en in de jaren 1913, 1914, 1915 respectievelijk 2,231,000 K.G., 3,135,700 K.G. en 5,280,200 K.G. Terwijl in 1900 bijna 3X millioen K.G., iiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiMiii en de Tao TehKing niet aan waarde verliezen. Chassidismus (Chassid de Vrome) om schrijft Buber als in den kern te zijn eine hochst gotterfüllte und höchst realistische Anleitung zur Ekstase als zu dem Si n n und dem Gipfel des Daseins". Ook als die Ethos gewordene Kabbala". Het leven, dat het leert, is geen Askese, maar Freude in Gott". De grondlegger van dit Chassidismus was Israël uit Miedzyborz, de Baalschem", d. i. de Meester van den wónder-werkenden Godsnaam. Zooals hij in zijn andere boek Die Legende des Baalschem" zegt, is alle positieve religie Bandigung, Vergewaltigung der Daseinsfülle", maar is alle mythos Ausdruck der Daseinsfülle, ihr Bild, ihr Zeichen, unablassig trinkt er von den Quellen des Lebens". De religie ziet in den mythos haar erfvijand en bestrijdt hem. De geschiedenis van den Joodschen godsdienst, schrijft Bu ber, is de geschiedenis van zijn strijd tegen den mythos. In dezen strijd behaalt de gods dienst altijd weer de schijnbare, maar de mythos de werkelijke overwinning. In het Chassidisme overwint voor een wijle het mystieke Jodendom over het officieele, welks wezen men in gemeinverstandliche Formeln" vat. De leer van den Baalschem is zeer onvol komen bewaard. Hij zelf schreef haar nooit neder, en ook mondeling vertelde hij alleen maar datgene over wat hem, naar hij eens zeide, als een al te boordevol vat deed overloopen. Onder zijn leerlingen schijnt hij er geen gevonden te hebben, zijn gedachten op te nemen. Toch is, uit wat er van zijn leer overgeleverd is, de werkelijke zin aan zijn grondleer herkenbaar. Ik laat hier even Buber aan het woord, en haal een paar fragmenten aan uit zijne beschouwingen over de leer van den Baalschem: Gott, so lehrt der Baalschem, ist das Wesen jedes Dinges. Wer, ungeblendet vom Scheine, in das Wesen der Dinge schaut, der schaut Gott. Gott spricht nicht aus den Dingen, sondern er denkt in den Dingen; und so kann er nur mit der innersten Kraft der Seele empfangen werden." Jede Handlung, die in sich geweiht ist, mag sie auch noch so niedrtg und sinnlos erscheinen dem von auszen Herankommenden, is der Weg zum Herzen der Welt." Was wir das Böse nennen ist kein Wesen, sondern ein Mangel; es ist Gottes Exil", die unterste Stufe des Guten, der Thron des Guten; es ist in der Sprache der of ruim 12|maal zooveel als de totale pro ductie, werd ingevoerd, was de verhouding tot opbrengst en invoer in 1905 ongeveer als l : 4, in 1910 als l : 3 en in 1915 werd ruim 500,000 K.G. minder ingevoerd, dan voortgebracht. De oorlog is aan de verhoogde rijstproductie niet vreemd en heeft, voor Suriname althans, dit voordeel gebracht, dat velen tot een klaarder besef zijn gekomen van den rijkdom van eigen bodem. Mede onder invloed van den oorlog en de daarmee 'gepaard gaande vrees, dat de toe voer van consumptie-artikelen groote stag natie zou ondervinden, heeft men de productie van koorn (maïs) en aardvruchten (voorna melijk cassave), welke producten in Suriname als volksvoedsel veel waarde hebben, weten op te voeren. Gedurende de jaren 1913, 1914 en 1915 bedroeg de opbrengst van maïs 1,076,200 K.G., 877,700 K.G. en 1,867,900 K.G. en van aardvrruchten 1,343,400 K.G., 1,517,500 K.G. en 2,024,500 K.G. Ook de cultuur van kokosnoten en daar mede samenhangende bereiding van copra en kokosolie nam de laatste jaren toe. Zijn alzoo de vooruitzichten voor Suriname als landbouwstaat vrij gunstig, dit zal nog meer het geval blijken te zijn, als het Neder land eindelijk eens moge gelukken een be hoorlijke regeling voor landbouwcrediet tot stand te brengen. Reeds zijn eenige jaren verloopen, dat een desbetreffend voorstel door de volksvertegenwoordiging werd ver worpen. Langzamerhand wordt het tijd, dat blijkt, dat men in dezen op het Binnenhof diligent is. Te meer dringt deze kwestie, nu het gouvernement de eerste stappen heeft gezet op 't gebied van wetenschappelijke landbouw-voorlichting, door cursussen in het leven te roepen. In 1917 zal de eerste ploeg onderwijzers van een landbouwcursus examen doen en daar mede een kleine schaar zijn gevormd, die de sneeuwbal aan 't rollen moet brengen. In den loop van het vorige jaafis de eerste cursus voor planters geopend en het zou half werk wezen, als het gouvernement niet zorgde door steun in crediet, dat straks toegepast kan worden wat in theorie is opgezet. Ook op ander gebied is er leven in de brouwerij. Aan den heer C. A. J. Struycken de Roysancour is een belangrijke concessie verleend. Deze onderneming, opgericht met Amerikaansch kapitaal, heeft op het oog: l o. het tot standkomen van den boot en tramweg Paramaribo?Albina. 2o. het inrichten van een houtkapbedrijf op groote schaal, waarvoor de beschikking is verkregen over 250,000 H. A. land, 3o. de exploitatie van 25,000 H. A. grond voor de cultuur van suiker, kokosnoten en sisal. In 1915 heeft men ontdekt, dat de Surinaamsche bodem groote rijkdommen bevat aan bauxiet, de grondstof voor alluminium. Al is door den oorlog van exploitatie nog Illllllllllll JIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII II Illlll M alten Kabbala die Schale", die das Wesen der Dinge umgibt und verhüllt." Es gibt kein Ding. das böse und der Liebe unwiirdig ware. Auch die Triebe der Menschen sind nicht böse; je grösser ein Mensen, desto gröszer ist sein Trieb; aber der Reine und Geheiligte macht, aus seinem Triebe einen Wagen für Gott", er lost ihn von aller Schale ab und lasst seine Seele sich daran vollenden." Des Menschen Denken ist sein Sein; wer an die obere Welt denkt ist in ihr. Auf allen Wegen findet der Mensch Gott, und alle Wege sind voll der Einung. Aber der reinste und volkommene is der Weg des Gebeles. Wtr in seinem Feuer betet, in des sen Kehle redet Gott selbst das innere Wort." De leer van den Baalschem vond spoedig ingang bij het volk, dat niet, aan zijne Idee toe was zoo schrijft Buber maar zijn Godsgevoel mitschwingènd" ontving. Evenals alle groote, zuivere leeren ont aardde het Chassidisme, onder onzuivere Zaddikim" (d. is. Gerechten, bemiddelaars tusschen beide werelden) in droog sekteleven. Een der mannen, die dit verval zagen aankomen, en het, hoewel tevergeefs, tracht ten tegen te houden, was Rabbi Nachman ben Ssimcha, die, naar de voornaamste plaats van zijn werken, Rabbi Nachman van Bratzlaw wordt genoemd. Deze Rabb! had een grootschen droom, een Zaddik" te worden, die de ziel van het volk" zou zijn. Als alle groote leeraren der menschheid, werd hij, door dezen droom, arm en tot aan zijn dood omgeven door vijanden. Daar hij geheel in dien droom leefde, versmaadde ook hij het, zijn leer neer te schrijven, zoodat-ook van dézen Meester van het Chassi dismus geen authentieke, onmiddelbare bood schap over is. Alles wat van hem bekend is, komt uit fragmentarische overleveringen van leerlingen, die meestal den diepen zin van zijne woorden niet geheel vermochten te doorgronden. Rabbi Nachman was een achterkleinzoon van den Baalschem". Martin Buber geeft een korte schets van zijn leven, en wat mij daarin het meeste is opgevallen, is het ver haal, hoe de Rabbi, die zijn jeugd in nauwe stads-straten en stegen had doorgebracht, plotseling buiten in de vrije natuur kwam, en hoe toen, zooals Buber het noemt, de muren van zijn geestes-Ghetto" nedervielen. Er brauchte sich um die Offenbarung nicht mehr zu mühen", schrijft Buber leicht niet gekomen, toch schijnt het vrij zeker, dat hiermede in de toekomst een begin zal worden gemaakt. In haar economisch over zicht over Suriname in 1915, schrijft de Surinaamsche Bank dienaangaande: Onder zoekingen gaven resultaten, die de hoopvolle verwachtingen alleszins gemotiveerd doen schijnen". Ten slotte wijzen we er nog op, dat de bevolking, al is 't ook langzaam toeneemt*) Alzoo behoeven we aan Suriname» toe komst niet te wanhopen, alleen moeten we wat geduld hebben en niet forceeren, wat zich niet dwingen laat. De 27ste Februari, de herdenkingsdag kan geen jubeldag zijn. Doch laat het wezen de oudejaarsavond, waarop we wat voorbij is kalm overzien, waarop we ons ernstig af vragen, wat aan ons beleid heeft ontbroken, wat onze fouten en tekortkomingen waren. heengaan van Baron v. Asbeck en het op treden van Gouverneur Staal. In onze volksvertegenwoordiging is aan de Surinaamsche begrooting voor 1916 een heel wat ernstiger behandeling ten deel gevallen, dan in de meeste vooraf gaande jaren. De vereeniging Oost en West benoemde voor eenige maanden een subcommissie (West-Indische Commissie), met de taak verdere belangstelling en sympatie op te wekken voor onze W.-I. koloniën. De in October uitgezonden Gouverneur van Suriname, de heer G. J. Staal, nam het initiatief tot het oprichten van het z. g. Suriname-studie-syndikaat, waarin vele be langhebbenden bij Oost-Ind. cultuurondernemingen zitting namen, en hetwelk zich ten doel stelt te onderzoeken, welke cultures van uitvoerproducten in Suriname op ge zonde basis kunnen worden gevestigd. Te Amsterdam zullen in den loop van dit jaar cursorische voordrachten worden gehouden over Onze West." Het eerste koloniaal onderwijs-congres, in het laatst van Augustus 1916 te 's-Gravenhage gehouden, heeft op zijn proeramma voor 1917 mede opgenomen de beschouwing van het onderwijs in onze West-Indische bezittingen. De uitgeversfirma Mart. Nijhoff te 's-Grahage heeft het aangedurfd een lijvige ency clopedie over West-Indiëin 't licht te geven.*) Dat zijn alle min of meer belangrijke teekenen, dat de belangstelling voor onze stiefmoederlijk bedeelde kolonie wassende is. De leuze mag voortaan niet meer wezen: Alles voor Indië! De koloniale zaak, om vattende Oost-Indiëen de geheele West, moet een volkszaak worden. Zou dat mogetijk zijn? We zouden in dezen geest niet schrijven als we het onmogelijk achten, maar ieder diene er dan ook van doordrongen te zijn, dat belangstelling in onbekendheid geen Immigranten-woningen^op'een Surinaamsch^plantage (Vooral niet, wien de schuld daarvan gege ven moet worden.) Laat het de dag zijn, waarop we ons plechtig voornemen met het aanbreken van den nieuwen morgen te toonen, door scha en schande- wijs te zijn geworden. . Dat zij ons eerste willen. Maar dan ook moet de Surinaamsche zaak meer een Nederlandsche worden, dan ze tot heden was. Met blijdschap constateeren we, dat in dit opzicht de laatste jaren en meer nog de laatste maanden beterschap beloven. Nooit veroorzaakte een bestuurswisseling te Paramaribo zooveel geschrijf als het *) Volgens het Kol. Verslag 1916 vermeer derde de bevolking in 1915 met 1283, waar door ze op 100,245 kwam. und f roh findet er seinen Gott in allen Dingen". Hij hoort de stem van God in het riet, het paard, dat hem in het bosch draagt, brengt hem nader tot God, die hem aan alle boomen aanziet und mit dem jedes Kraut auf du und du ist". En Rabbi Nachmann zegt tot zijn leer lingen. Wenn der Mensch gewürdigt wird die Gesange der Krauter zu vernehmen, wie jedes Kraut sein Lied zu Gott spricht, ohne alles f remde Wollen und Denken, wie schön und süsz ist es, ihr Singen zu horen." Een geleerde professor zou hier dadelijk klaar staan met het etiketje Pantheïsme", maar ik denk hier liever aan die diepzin nige leer van de Shen" (in Japan: Zen) Sekte, die in 520 n. C. door den indischen patriarch Bodhidarma in China werd ge bracht, en die tot de subliemste schilder stukken van China en Japan, zoo niet van de geheele wereld, geïnspireerd heeft. De geleerde Protessor zou alweer glim lachen om Rabbi Nachmans woorden, door Buber aangehaald: Denn wenn man einen Baum abhaut vor seiner Zeit, ist es, alsob man eine Seele gemordet hatle", maar iedere priester-schilder van de Shen-sekte zou dit begrepen hebben. Het is zeker zeer jammer, dat er niets authentiek geschrevens van de leer van dezen Rabbi over is, maar zeer juist wijst Buber op het gevaar, dat zuiver pathos dreigt van de zijde van woorden. Het grootste, zegt hij, is het pathos, als het dit gevaar erkent; zich mededeelend, omdat het niet anders kan, voelt het toch de ontoereikendheid van de mededeeling, voelt het toch de onuitputte lijkheid van al het beleven, en gloeit van angst, door de eigen spraak gebonden te te worden. In de laatste jaren van zijn leven vertelde Rabbi Nachmann zijn leerlingen verschei dene sprookjes en verhalen. De drang hiertoe was voor hem het gevoel dat zijne leer stellingen geen kleederen hadden". De sprookjes en verhalen moesten de kleederen van zijn leer zijn, en tevens een middel, in een begrijpelijken vorm een mystieke idee of een levenswaarheid in hun hart over te brengen. Zes van die verhalen geeft Buber in zijn boek. Het is wel typisch Joodsch, dat al deze verhalen, in stede van juist zooveel te geven als voor de mystieke idee noodig ware zooals b.v. in een oud Hindoesch sprookje stellig zou gedaan zijn veel te breedsprakig en wijdloopig worden, zoodat de eigenlijke idee er veel te diep voedsel kan vinden. En van Suriname weet men in ons land nog zoo weinig. Voor de pers in de allereerste plaats is hier een taak. In de meeste zelfs groote dagbladen wordt de West-Indische mail slechts ter loops genoemd. Dat moet ver anderen. Maar ook van hoogerhand van Departement en Volksvertegenwoordiging uit, moet men ernstig nagaan hoe onze Kolonies in Amerika meer bekend kunnen worden gemaakt. Als het thans daartoe komt, dan kan toch nog deze 27ste Februari tot een dag worden van groote historische beteekenis. *) Thans compleet verschenen onder redactie van Joh. F. Snelleman en Dr. H. W. Benjamins. onder begraven ligt om gemakkelijk te worden teruggevonden. Misschien ligt het ook aan de wijze, waarop de leerlingen de verhalen hebben overge leverd, hetgeen volgens Buber op völlig verstümmelter und fragmentarischer Weise" gedaan is. Vijf jaren na den dood van den Meester, 1815, zijn 13 dezer verhalen in het Joodsche origineel, met hebreeuwsche ver taling gepubliceerd geworden, en Buber ontleende hieraan de zes, die in zijn boek in 't Duitsch voorkomen. Hij geeft, vóór deze zes verhalen, eerst nog zeven bladzijden Worte des Rabbi Nachman", die mij eigenlijk van meer waarde toelijken, in hun kortheid, dan xle honderd negen pagina's, die de verhalen beslaan. Ik haal er, tot slot van dit artikel, enkele uit aan: Alle Gedanken des Menschen sind Worte und sprechende Bewegung, auch wenn er es nicht weiss". Man muss sich an jedem Jage erneuern, um sich zu vollenden". (Dit is bijna precies zoo ook door Confucius gezegd H. B.). Es gibt Menschen, die im ffenbaren gar keine Herrschaft haben, aber im Verborge nen regieren sie das Geschlecht." Für des Menschen Aufstieg ist keine Grenze, und jedem ist das Höchste offen. Hier waltet allein seine Wahl." Die Welt ist nur um der Wahl und des Wahlenden willen erschaffen worden." Man kann Gott mit dem bösen Triebe dienen, wenn man sein Entbrennen und seine begehrende Glut an Gott lenkt. Und ohne bösen Trieb ist kein volkommener Dienst." Wenn ein Mensch sichselbst nicht richtet, richten ihn alle Dinge und alle Dinge wer den die Boten Gottes." Wenn eine Seele auf die Welt kommt, beginnt ihre Tat aus den heimlichen Weiten empor zu steigen." Terecht zegt een Duitsch criticus van dit diepzinnige boek van Martin Buber: Wij waren allemaal een klein beetje met logica en wetenschap over-gevoed, een klein beetje verstands-moede, en smachten naar droom en visioen." Dat, tegen het einde van 1916, in Duitsch land nog zulk een boek is kunnen verschijnen, en reeds het 4e en 5e duizendtal exemplaren noodig was om aan de aanvraag te voldoen, is voor mij een verblijdend teeken voor eene geestelijke opleving na den oorlog. HENRI BOREL

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl