De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 28 april pagina 5

28 april 1917 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

36 April '17. No. 2079 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND (Teekening voor ,de Amsterdammer" van Hanna Lamberls MODE-KRONIEK iiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiitiniiiiiiiitiiii Herinneringen aan Rusland IITSARSKÖJE SELO, PETERHOF ? .Een paar maanden na mijn komst in Rusland," vertelt miss Eagar,- gingen we naar Tsarskoje Selo (het Dorp van den Czaar). 't Is een aardig stadje, vijf uur ten Zuiden van Petersburg gelegen, met een paar dui zend inwoners, te midden van uitgestrekte sparren- en dennenbosscfaen. In dit stadje zijn twee paleizen, het groote of Citharinapaleis en het kleine of Alexander-paleis, dat Catharina voor haar kleinzoon Alexinder I Het bouwen. Wij logeerden in het laatste, een wit Grieksch gebouw met een groen dak in een aardig park en vlak aan den weg gelegen, waarvan het door een ijzeren hek gescheiden is (niet door dubbele muren van graniet omgeven, zooals ik eens in een buitenlandsch dagblad las). Toen ik in Rusland kwam, waren de kinderkamers op Tsarskoje Selo vriendelijk maar klein; na een paar jaar werd er een nee Ie reeks van elf kamers voor 't gebruik der kinderen ingericht. In de badkamer stonden een vast zilveren bad voor de grootsten en een kleine, verplaatsbare zil veren kuip voor baby. De naam van al de kinderen is er in gegraveerd, zoodat het eenmaal historische waarde zal hebben.. De eerste naam is Nikolaas I; de laatste die van Alexis, den Czarewitch, die in Augustus 1904 geboren werd. De wanden der kinderkamers waren smaakvol beschilderd met bloem-, vogel- en kapetmotieven. In de badkamer was een fries met een meeuwendécor. Aan het einde der vertrekken lag de speelkamer met acht ramen aan de parkzijde. Alles was hier geel es -«roen, versierd met narcissen en met een fries van pauwen, die statig tusschen zachtgroene planten wandelden. De groote speelkamer had twee haarden, enkel voor de ventilatie, want het paleis wordt centraal verwarmd. Behalve voor verborgen muziekdoozen moet Catharina II stellig een voorliefde voor seringen gehad hebben; de parken van Tsarskoje Selo staan er vol van; acht ver schillende soorten verspreiden er 's zomersavonds hun fijne, bedwelmende geuren. Men zegt dat de keizerin ze uit allerlei landen liet komen en fabelachtige prijzen voor sommige variëteiten besteedde. Hoe het zij, ze hebben haar moeite beloond. Op vele plaatsen vormen rie bloeiende struiken reusachtige boeketten en langs de lanen staan ze in hooge, dichte rijen. De aanleg der parken en de inrichting der paleizen met hun schitterend mooie en zeld zame marmersoorten, de beroemde amberTEXEL u Veelal beschouwt men de Wadden-eilanden als de overblijfselen van een door de zee aan stukken gebeukte kuststrook en men gaat wel eens zoo ver dat men ze heel pathetisch beschouwt als ten ondergang gedoemd. Nu mag' dat op Vlieland of Rottum of, als we het verder zoeken, op Wangeroog wel zoo lijken, maar over het algemeen is die voor stelling toch niet geheel in overeenstemming met de werkelijkheid. Op Vlieland zijn wij zelfs in den letterlijken zin des woords het al prachtig, aan het bolwerken: sinds den aar,leg der strandhoofden is de hoogwaterlijn er nietnoemenswaard achteruitgegaan. En Texel is in den historischen tijd belangrijk in oppervlakte toegenomen, nagenoeg verdub beld. We kunnen zeggen, dat het uit drie deelen bestaat: de oude grind- en zand gronden, de polders en de duinstrook en d«arvan zijn de polders het grootst. De oudste polders zijn het Burger en Hoorner Nieuwland, die dateeren al uit de middeleeuwen. Later volgt Waal- en Burg, terwijl in de vorige eeuw Eijerland, de Prins Hendrikpolder, Het Noorden, de Een dracht en de Volharding zijn ingedijkt. Al die polders bevatten nog kreeken en poeltjes en walen", die eraan herinneren, dat zij op de zee zijn veroverd en dat de zee van tijd tol tijd probeert het verloren gebied te herwinnen. Zeer oude slaperdijken hebben tot in den jongsten tijd hun bestaan weten te rekken, hoewel ze thans, nu de bewerking van den grond meer intensief geschiedt, gaandeweg worden genivelleerd. De tamelijk primitieve waterloozing en vrij zwakke bemaling heeft tot op dezen tijd ook die kreeken en rillen doen voortbestaan, daarin komt echter bin nenkort ook verandering, wat voor den vo gelstand wel een ongunstige uitwerking kan hebben. Maar 't geeft waarschijnlijk meer llllllllllltlllllllllllllllIJllllllllMllllllllllllllllllllllMHIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIMIIIIIIllllllUIIIIIIIIIII Overal zakken l llllllllllllllllHIIIMinilllllllllllllllllllllllllllllllllllinilllllltlMIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIMIIIirilllllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIMIIIinlIIIMMIMIIHIIIIIIII kamer met haar wanden van ambermozaik, haar amber»toelen en tafels pleiten voor Catharina's smaak. Tusschen de beide par ken liggen de Kleine en de Oroofe Gril. 't Verhaal gaat dat de keizerin, toen ze eens met een harer ministers, een verklaard gun steling, in het park wandelde, zich beklaagde over de-vlakheid van den bodem. Ik wou dat ik hier morgen eens plotseling een heuvel vond", moet ze lachend gezegd hebben. Catharina's wensch was bevel. De minister zette onmiddellijk de geheele bevolking der streek aan het werk, en dienzelfden nacht we d op de plek waar de keizerin gestaan had, een heuvel opgeworpen, die later be plant is. 't Schijnt dat in Catharina's tijd het verre Oosten groote attractie voor de Russische verbeelding ? bezat. Op de Groote Gril" verrijst een Chineesche pagode uit die dagen; in het park ziet men overal Chineesche brugjes, verder een model van een Chineesch dorp en een theater in Chineeschen stijl. Op Gatschina, het landgoed van de keizerin weduwe in de Dunderhof-heuvelen is een Chineesch museum vol curiosa' door Paul I, Catharina's ongelukkigen zoon, verzameld. 't Moet een schat gekost hebben, meer dan een eeuw geleden, al die CMneesche rari teiten naar Rusland te vervoeren. Het Paaschfeest viert de keizerlijke famile meestal in Petersburg en toen we een paar dagen daarna naar Tsarskoje-Selo terugkeer den, was de lente komt vrij plotseling in Rusland de heele streek als bij tooverslag in voorjaarsdos gestoken. Waar men keek zag het landschap groen; de vogels zongen, en overal vertoonden zich de wel kome lenteboden. Indertijd heeft de vrouw van Alexander II vroege bloemen uit Duitschland te Tsarskoje Selo laten planten. Ze ver spreidden zich al heel gauw door het park en vertoonen zich nu zelfs tot aan Peterhof toe, dat ongeveer tien uur gaans van Tsarskoje-Selo, ten Westen van Petersburg, aan de Finsche Golf ligt. Begin Mei trok het keizerlijk gezin naar dezen, door Peter den Groote aangelegden lusthof, nu een kleine residentie met ver schillende paleizen, waaronder n zeer groot voor officieele gelegenheden. In de verte-ziet men Kroonstad liggen, omringd door zijn forten. Peterhof is buitengewoon mooi, maar het is hoofdzakelijk van een schoonheid door menschenhanden gemaakt. Het bezit sierlijk aangelegde tuinen en parken en beroemde fonteinen, die vol gens de Russen de waterwerken van Versailles nog overtreffen. Zér jammer is echter, dat de Baltisctie zee geen tb of vloed kent en juist bij Peterhof zoo door land is omsloten, dat ze nauwelijks een zee kan genoemd worden. De plaats zelf is vochtig en dus verre van een ideaal vorstelijke zomer-residentie. G. E. lllllllflIllllllllllllllllllllllllligillllllllllllllllllllllllllllllllllllllltlllllMlIII Babbeltjes Voorjaarsstemming... Krokussen, in kersversche tinten..., blauwe lucht , dreigende, IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIHIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIl hooi. Intusschen maakt de gesteldheid van de polders het tot nu toe mogelijk, dat zoo wat alle zee- en strand vogels nog over het geheele eiland kunnen broeden en in het bijzonder de Polder Waal-en-Burg mag ze ker nog altijd gelden als een vogelkundige schatkamer. Dat hebben wij in de allereerste plaats te danken aan de omstandigheid dat zij doorsneden wordt door zoo'n oude kreek, de Rommelpot, die uitloopt in een vrij groote plas Het Kil. De oevers van Rommelpot en Kil zijn pp sommige plaatsen zandig, op andere slijkerig en dikwijls ook begroeid met riet en biezen. Het land van den polder wordt voor 't grootste deel gebruikt als hooiland en ligt dus rustig tot in Juni. Er zijn maar weinig boerderijen, zoodat het heele voorjaar door de vogels op de groote vlakte vrij spel hebben en zij laten zich niet onbetuigd. Wie eens een Meischen morgenstond" grijze wolken, vlammende zonsondergangen, koude neusjes, coquette strooien hoedjes. Veel schrils, veel liefelijks, veel kleurigs. En dat schrille, liefelijke, veelkleurige is er ook in de mode van >'t voorjaar. Niet in de officieele, maar in die, waar we zelf, met han dige vingers, bpunnen, en die bedacht schijnt enkel en alieen om der wille van haar, die in den afgeloopen win'erop uitverkoopen van allerlei .gesnoept" hebben. Ze krijgen aller-glorierijkst, gelijk thans, nu de mode grappige bedenksels brengt van gecom bineerde, en verschillende stofjes. Zelfs van 's heeren gemaals-zijde, van welken kant destijds met oogen als poffers naar den .beer" is gestaard, die zich met zooveel en zooveel meter van dit en van dat, melden kwam... Lappedantjes, snoes, die 'k niet dadelijk noodig heb, maar te pas komen ze altijd..." Tegen den driftigen voorjaarswind in, stapt mevrouwtje, in den wijden, nieuwen pinguïn" jas, voort, die zeer ruim, zeer los, ceintuurloos om het figuur valt, en waarvan de verrassend-breede heup-basques, strak overspannen zijn, door een bandeau van de zelfde ruige, grijae shepherd plaidstof, als die waarvan de jas gemaakt is. Weg, de uniform-allure, met den hoogen col. De sjawlkraag, (hier van mat grijs laken met gelijkgetinte manchetten) is weer ineere hersteld. Een extravagant, brutaal, contrastenrijk middag-kostuum brengt een donkergroenen mantel, bij een rok van zeer groote witte en groene ruiten, welk weide-grond" motief zich ruitenrijk" herhaalt aan den grooten rol-kraag, en aan de manchetten. Ook combinaties van stof en zijde treft ge aan bij de namiddag-wandelkostuums. De man tel (bijvoorbeeld van laken) wordt dan , ook langs zakken, ceintuur etc., geboord met zijde, terwijl het bovengedeelte van den rok van zijde is, en het onderstuk met grandiooze en hoog boven de voetjes wiegelende lakenplooien prijkt. Voor rappe vingers, die veel zelf thuis maken is het nieuwe kraagloozemantelpak eene vondst. Kleu/: donker marine blauw. Manteltje in de coupe van Russische blouse met magyaar mouwen. De kraag (?dat lastige probleem voor alle dilettant costumières I) ontbreekt. Maar langs de lange kruiselingsche sluiting met haar V-vormige halsinsnijding, loopt een boordsel van khaklkleurige zijde, met groenen flanersteek be werkt. Aan weerszijden van de taillelijn, die van voren, dank zij een paar donker blauwe knoopen, aaneengeschakeld en verbonden door een blauwen, lakensche lus gemarkeerd wordt, treft ge de losse, overslaande zakklep-motieven aan, welke evenals de iiiiiiiiiiiiiimiiiMiiiHiiiiHiiiiiiiliiiiltiiimmiiiiiiiiiiHiiiiiiiliiiiiiimiiii Texel. (DEN BURG). Hotel DE LINDEBOOM". TELEFOON No. 9. Eig.: S. TER HORST. zeer bijzonder wil genieten, behoeft maar den lijnrechten grintweg af te leggen, die dwars door Waal en Burg leidt en de ver binding vormt tusschen Wa«l en het zee dorpje Koog. We willen nu veronderstellen, dat de eerstvolgende drie weken het lente wonder zullen brengen, want dan kunnen we ook in Waal en Burg gerust den dichter nazeggen: heel d'aard is met gebloemt gesierd." Daar ontbreekt geen enkele plant van de vochtige hooilanden en menige plek ziet bont van boterbloemen,koekoeksbloemen, ratelaars en de veeltintige orchideeën. Als op Texel de lucht onbewolkt is, en dat ge beurt vaker dan ge denken zoudt, dan is de hemel diep blauw, haast net als in de bergen. Heel in de verte zien we de grauwe duinen, naar rechts en links een slaperdijk, maar die zijn zoo ver en laag, dat ze ons niet beëngen. Onophoudelijk zingen de leeuweriken, telkens zien we er een omhooggaan of weer De Tureluur Uit: Onze Vogels in 't Wild. Stereoscoop-opnamen van A. Burdet. Uitgave van de Vereeniging tot Bescherming van Vogels manchetten, ook al geboord zijn met het aardige bruin-groene tlerlantijntje. Denk u bij 't kwieke, meisjesachtige kostuumpje een khaki kleurige of een groene zijden blouse, en een grappig groen hoedje. Een geheel om te stelen, mits heteenjgeestige, petillante brunette inhoudt l Kleine opmer kingen: Fichu's, en jabots, zijn voor de Hollandsche vrouw even zoovele peniten ties; we kijken er boven uit als een von nissend rechter boven zijn bef. We hebben er de frimousse" niet voor. Veel opgang maken de practische, losse frontjes van ge plooid, fijn wit linnen, voorzien van luchtig en donkeren lint-col met ruche. Het ziet er n.l. naar uit, dat lage halzen uit den booze" zullen zijn op straat, dezen zomer. De garneering der voorjaarstoiletjes is uiterst sober: stltch, stitch, stitch," even als in het bekende, tragische Engelsche vers. Langs ceintuurs, stukken, manchetten en kraagjes: stiksteek garneering, voor en na. Smaakvol doet, op een ruimen rok, met breede stolpplooien, een stiksel garneering, boven den zoom aan, welke afwisselend, den eenen rokplooi siert, en den anderen effen laat! Wie weet er geen weg met zijn restanten-inkoopjes van crêpe de chine, Georgette-crêpe en tule? Hier zijn een paar modelletjes, welke voor mylady's" zenu wen in dezen schoonmaaktijd een tonique" zu'len zijn, dat alle booze buien bezweert. Eerste denkbeeld: een blouse; lijfje en mouwen van crêpe de chine; de groote kraag, (V-vormig decollete!), en het kleine gesmockt frontje, van Georgette. Het geheel, kan bij voorbeeld in de volgende contrasteerende tin ten gehouden worden. Het crêpe-de chine ge deelte; in zacht, nevel blauw; de Georgettekraag en het frontje van het allerteerste bleek roze met blauw borduursel. Zeer elegant is ook de altijd weer nieuwe overgooier" .blouse, met zijn lijfje van crêpe de chine, en zijn chemisette en mouwen van tule;... een avond-blouse, die haar wederga als middagblouse kan vinden, wanneer de chemisette en de mouwen van tule, voor den middag vervangen worden door een onder blouse van dik ninon óf Georgette. Voert ge de mouwen in het Georgette geval met vleeschkleurig ninon, dan hebt ge buitendien een blouse, die knus" warm zit, als 't Hollandsche voorjaar ons bij den neus heeft. 't Gebruik van verschillend mate riaal is niet alleen beperkt tot blouses voor best l Kraagjes en manchetten van een ver schillende stof, staan goed op de eenvou digste blouse. Daar is bijvoorbeeld een donker groen dingske (zelfde kleur als de rok), met een breeden vierkanten kraag van groote, wit en groene ruiten. Een andere kleur-combinatie treft ge aan bij de nieuwe, eenvoudig gemaakte zacht-gele blouse (heel zacht geel, gansch niet hatelijkI) met een langen rol-kraag van grijs blauw en wit gestreepte stof (en dito manchetten), afgezet door een randje van effen geel! Naast de V-vormige halsinsnijding komt voor de avondblouse, de concurrentie van het ronde en van het vierkante decollete. Het iiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifciiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiimiiiiiiii neerdalen, piepertjes volgen hun voorbeeld, maar meestal wordt hun fijne zang over stemd door het welluidend gejoel der water vogels. De tureluurtjes schieten telkens uit den slootkant op, of ze naderen ons van uit de hooilanden met kort en angstig tuut, tuut". Zoo komen zoo dichtbij, dat we de roode snavels en nog helderder roode pooten duidelijk kunnen zien. Dan maken ze weer rechtsomkeert, vliegen jodelend over de bloemen, dalen neer en houden dan als ze al op den grond staan, hun vleugels nog even omhoog gestrekt, zooals ook de sterntjes gaarne doen. Intusschen komen al de anderen opdagen; kieviten schermen schor schreeuwend om ons heen, scholeksters schieten fel gillend lijnrecht op ons af en in de hoogte cirkelen de grutto's, mooie bonte vogels met lange snavels, de achterwaarts gestrekte pooten steken juist eventjes buiten de staart uit. Ook enkele wit met zwarte kluiten komen aanschokken. Naar rechts is druk geflikker van witte vleugelen. Daar staat een hoog donker hek in 't veld, het is de toegang tot de tweede bezitting der Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten: de Steert", eenige hektaren grasland en slibgeulen aan den oever van de Rommelpotskil. Het terrein is hoofdzakelijk bestemd voor vluchtoord voor jonge vogels in den hooitijd, maar het wordt tevens in beslag genomen door een zeer talrijke broedkolonie van zwartkopmeeuwen en sterntjes. De toegang is streng verboden, maar wij kunnen een paar oogenblikken voor 't hek blijven staan, om te genieten van het rondvliegen en tieren van al die hon derden meeuwen. Zelfs kunnen we enkele van de nesten onderscheiden; opeenhooningen van rietstengels en bjezen op het fijne groene gras. Over eenige weken is het veld zoo goed als onbegaanbaar, want dan zit op eiken vierkanten meter een jonge vogel tusschen het gras verborgen. Iets verder langs den grintweg wacht ons nog een zeer bijzonder schouwspel. Daar hadden, voor dat de weg werd aangelegd, de kemphanen hun tournooiveld in de bonte wei en zij hebben zich niet laten verdrijven. Ieder voorjaar strijk en zet keeren ze op dezelfde plaats terug en ook nu zien we ze voor ons in het gras van den wegzoom. In laatste wordt dan gaarne gemarkeerd door een strakke verslering, van satijn lint die het decollete hoekig omteekent", en die van voren en van achteren in een rechten lijn doorloopt, tot over den bovenarm van den langen mouw. Op den bovenarm wordt ze met een strikje afgemaakt. De beide elkander snijdende lint-lijnen, sluiten den schoudertop, als 't ware in een driehoek. Een blouse dus, uitsluitend voor menschen met schouders als Mien Duymaer! Een ander denkbeeld voor een ninon blouse is een magyaar model ran gekleurd-ninon over een onderblouse (van satinet), welke sierlijk met kant en twee boven en beneden de buste van voren gestrikte lintjes, versierd is. Steek in uw ceintuur een roos, in de kleur van het lint der onderblouse, waarvan de strikjes en het kanten fonds van voren, beneden het decollete door het vestvormige vaneenplooien der blouse te zien komen. YVONNE DE TESSAN H. MEIJER - KONINGSPLEIN RMSTERDRM HEEFT DOOR TIJQIGEN INKOOP NOG GROOTE VOORRADEN Tafellinnen Bedlinnen Huishoudlinnen Linnen Zakdoeken Alles nog in de bekende solide kwaliteiten en tegen weinig verhoogde prijzen. - Vergelijkt" de collecties met die van z.g.n. particuliere fabrikanten, al vorens uw linnenkast aan te vullen of uw uitzet te koopen ^_ ______^ iiiiiiiiiiiiiiiMiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiit tegenstelling met al die andere moerasvogels maken ze geen geluid. Zwijgend komen ze aanvliegen, ze zien er heel anders uit dan de zoowat evengroote tureluurs, doordat ze om den hals een dikke vederkraag heb ben, die ze van voren nog al log maakt. Schuw zijn ze in 't geheel niet, als we ons rustig houden kunnen we de vechtplaats naderen tot op een meter of tien. Er staan al misschien een half dozijn vogels, alle maal mannetjes met dikke kragen van allerlei kleur: zwart, roodbruin, parelgrijs, wit met geel. Telkens als er weer een nieuwe vogel komt aanvliegen, stuift de heele partij op, met uitgespreide kragen. Dan rennen ze op elkaar af en om elkaar heen, hakken naar elkaar met de rechte snavels en staan dan weer opeens als verstijfd en wezenloos. Een wijfje, eenvoudig van veeren en zonder kraag stapt uit de biezen te voorschijn en dadelijk ligt een mannetje voor haar geknield in 't stof, in de diepste devotie. En dan gaat alles weer aan 't vechten, doller dan ooit dat de veeren in 't rond vliegen en soms vloeit er een blpeddroppeltje. Vertoonen de wijfjes zich niet, dan krijgen we meer danspasjes en spiegelgevechten te zien. Er zijn in Waal en Burg nog een paar van die vechtplaatsen. Ze wordon jaar in jaar uit door de vogels bezocht van April tot laat in Juni en iedere vogel schijnt zelfs zijn vaste standplaats te hebben, zoodat in de wei bepaalde kleine plekjes totaal zijn platgetreden. Als de vechttijd een paar weken heeft geduurd, zitten- de wijfjes al gauw te broeden op het viertal dei groene donker gevlekte eieren, die goed verborgen liggen tusschen het hooge gras, evenals die der tureluurs. De Waal en Burgerweg stijgt langzaam op naar de hoogere Mientegronden, een voormalig heideveld, dat langzamerhand onder cultuur wordt gebracht en zoo be reiken we langs oude kraaihei en jonge dennetjes het kleine dorpje Koog, prat op zijn badhotel. JAC. P. THIJSSE J. D. Men wordt lid van de Nederlandsche Vereeniging tot Bescherming v.an Vogels, door zich eenvoudig aan te geven aan het Bestuur der Vereeniging, Rokin 69, A'dam.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl