De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 5 mei pagina 2

5 mei 1917 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 5 Mei '17. No. 2080 UIT HET DIENSTHUIS VAN DE KONINGIN DER AARDE \ , C. K. ELOUT, Redacteur van het Algemeen Handelsblad" Voor De Arasterdammer" geteekend door A. Lefebure Bij het portret van C. K. Elout Redacteur van het Algemeen Handelsblad" door J. J. DE ROODE, Redacteur van Het Volk" Als tijdgenooten over elkaar gaan schrij ven, pleegt het al te minzaam, of al te hatelijk te zijn. Als journalisten over elkaar gaan schrijven, qualitate qua, pleegt het uit te vallen naar den hatelijken kant. Alleen bij jubilea slaat de kwaadaardigheid om In haar tegendeel en opent de bokser zijn armen, om den vijand aan het gemoed te drukken, en hij verzoekt het publiek, even luide te jubelen, als had hij den man gelegd. Maar wat nu, kollega Elout, nu het noch een bokspartij, noch een jubileum geldt? Men wil dat ik u zal definïeeren, zooals ik lang geleden de orchideeën heb gedefinieerd, die, in mijn jongenstijd tenminste, bloeiden in het wild in de kleine moerassen van het Wassenaarsche duin. Waartoe? Dat gij een knappe kerel zijt een knap manspersoon natuurlijk ook, maar ik bedoel een man van studie n verstandelijke kracht, wie zal het in zijn hoofd krijgen om het te ontken nen? Dat gij een eigen stijl hebt, van ge spierde lenigheid, uw lezers weten er alles van. HOLLAJfD'S BUSTE . HUWT CENTS Sl&AAft N. V. TOONEELVEREENIGING: Eva Bonheur Er is maar n zonde: gebrek aan hart. Onder dit motto aanvaarden we dankbaar heel Heijermans' oeuvre, elk nieuw werk van zijn hand en hart, slikken de vulgaire grapjes waaraan hij nu eenmaal niet ont groeit, en houden ons aan onzen stoel vast op den oogenblikken, dat de bekende inventaris van nachtjakken, burgermanskwa len en vlooien voor onzen dichterlijken neus wordt uitgestald. In alles de liefde.... De volstrekte. Voor dit alternatief stelt in Eva Bonheur" zoo geheeten naar de bovenbuurvrouw, de kwade genius van het huis, een moeder den verloofde van haar dochter: Zou je, indien je aanstaande vrouw een ongeluk trof, zoo danig dat ze lichamelijk verminkt bleef, een arm of been verloor, haar toch trouwen? Niet uit eergevoel, medelijden en plichts besef, maar uit zuiveren drang, uit onaan getast liefdevol begeeren? Het is een vraag, die zich aan onze tijds omstandigheden" pijnlijk aanpast, de vraag van den dag. Misschien is ze een criterium voor de liefde, misschien schuilt zelfs in het feit, dat negen van de tien verloofden zich gelijk in deze de musicus Nanning Storm eerst eens even zullen moeten bedenken," het bewijs harer zeldzame volmaaktheid. In elk geval is het een knip, die men, elkaar in de bruidsdagen voor de aardigheid maar niet op den neus moet zetten. Mevrouw Jasper had min of meer het voorrecht haar aanstaanden schoonzoon op deze ongebrui kelijke wijze aan den tand te voelen. Zij Gij schrijft over gemeentezaken, over kunst en over politiek. Waarvoor gij zelf het grootste zwak hebt, durf ik niet uitmaken, want er zijn in het journalistenhart onbe grijpelijke teederheden. Maar voor de Nederlandsche natie is de politiek toch uw hoofd werk; en hoewel gij ook het Parlement op letterlievende wijze hebt behandeld de heeren in Den Haag waren er grootsch mee blijft gij toch politicus allereerst. Politicus, niet: partijman. Krachtens uw overtuiging staat gij midden in het liberalisme, en krachtens uw overtuiging staat gij vaak lijnrecht tegenover de liberale partijen. Gij zijt, het gemeene scheldwoord moet eruit: een individualist. Van louter liberalisme zijt gij een zoo hardnekkige individualist, dat als men u uw gang liet gaan, er van de liberale partijen alleen maar scherven over waren. Gij kent voor den liberaal geen andere politieke noodzakelijkheid, dan den plicht om uit eiken strijd de vaan der liberale gedachte ongekrenkt en onbesmet terug te brengen. Gij zit hoog te paard, en als de volksvertegenwoordigers aan uw voeten tot buigen en kronkelen, tot handel en konkelen geneigd schijnen, als gij het kwaad der parlementaire ontaarding maar vermoedt, dan haalt gij als vertegenwoordiger der idee uw zweep over hun ruggen. Gij zijt geen mak personaadje! En als de striemen op de liberalen neerkomen, kruipen zij bij elkaar en grommen: van je vrienden moet je het maar hebben! De journalisten in Nederland, hoe zij in zelve volgde een man met-houten been naar het stadhuis. Een gezonde, jonge vrouw, die wist, dat haar bruigom straks, in den eersten huwelijksnacht, dat been zou afgespen, en dat daar dan zou zijn... een stomp. En die desalniettemin niet aarzelde?In haar eenvoud meent zij deze natuurlijkheid, als iets in vreemde oogen wellicht onnatuurlijks, nog te moeten verklaren: Zij had gedacht, denk eens aan! Jasper te zullen verliezen,heelemaal, alles van hem ! Wekenlang leerde zij, op haar knieën vóór den machtigen Dood, wat die man, elk deeltje van hem, haar waard was. En behield hem. Op n been na Nu ja ! Een stomp... zelfs het afzichtelijke kan schoon zijn voor wie het beziet met koesterende oogen. Miep Jasper ts een kind van haar moeder. Zij kent niet anders dan het huwelijk op dezen grondslag. Zooals vader en moeder getrouwd zijn, zoo alleen wil ook zij haar gezin. En als Nanning Storm voor het alternatief geplaatst, niet het alternatief van: twee beenen of n, maar dat van: een meisje met of zonder geld wél aarzelt, maakt zij zich niets wijs. Een lichamelijk gebrek zou zij als haar moeder niet geteld hebben, maar een defect aan het hart, daarover komt een Jasper" niet heen. Drie dagen moest Storm, nadat hem door de vriendin-woekeraarster boven, die het gezin in haar macht heeft, werd geopenbaard dat de finantieele staat dezer menschen minder rooskleurig is dan hij waande, opzijn kamer ijsbeeren", eer hij wist of hij het meisje, over eenige maanden de moeder van zijn kind, gegeven deze misrekening eigenlijk wel lief heeft? Als man van eer behaalt hij, gelijk dat heet, de overwinning-op-zich-zelf. Doch de heilige drie-énheid, vader, moeder en kind, dankt hem voor dit alsnog geboden fatsoen", zij zullen met hun drieën Miep's kindje in een beter gezin" groot brengen, dan een man als Nanning Storm er ooit een zou kunnen stichten. Zoo blijmoedig als de moeder haar huwelijk aanvaardde, zoo blijmoedig verwerpt de dochter het hare. het openbaar ook soms tegen u te keer mogen gaan, hebben zonder uitzondering ergens in hun binnenste een hoekje, waar een stille sympathie voor u woont. Aller minst omdat gij een allemansvriend zoudt zijn, en zelfs niet allereerst om wat gij in onzen Kring, gij, onafhankelijke en bevoor rechte, hebt gedaan om aan het bestaan van den journalist wat meer vastheid te geven. Maar vóór alles hierom, omdat gij bij gröote en kleine gebeurtenissen steeds als een kerel stondt voor uw meening, en zoo aan het publiek achting hebt opgelegd voor het vak in zijn geheel. Wij zijn, wat achting van het publiek betreft, niet verwend; wij kunnen best nog een duwtje de hoogte in velen; gij met den moed van uw individu alisme, duwt gestadig door; en als gij een jubileum vierdet, zou ik op dat thema nog wat verder borduren. Nu veroorlooft ge mij wel, dat ik het hierbij laat, nietwaar? Vale! Volgende week: J. J. de Roode, geteekend door Jordaan, met tekst van C. K. Elout. De schrijver v^n dit artikel ELECTRIGITEITSVOORZIENING door J. G. BELLAAR SPRUYT e. i. De Staatscom missie, die in 1914 advies uitbracht omtrent de vraag, welkemaatregelen genomen kunnen worden om te be.vorderen, dat in de behoefte aan electrische kracht, welke in verschil lende deelen des landsenmetname ten plattelande be staat, op zoo doel treffend en zoo economischmogelijk wijze worde voorzien," gaf in haar rapport als een harer wenschen te kennen, dat bij het verleenen van concessiën (van welker aan vaarding zij de medewerking der regeering afhankelijk gesteld zou wenschen te zien) in het oog worde gehouden, dat: a. het stelsel van stichten van district centrales de meeste kans biedt, dat het geheele rijk spoedig en op economische wijze van electriciteit voorzien worde." Men stelde zich toen voor, dat het land in districten zou worden ingedeeld, en dat voor ieder district een concessie zou gege ven worden voor het uitoefenen van een electriciteitsbedrijf, welk b'edrijf dan het geheele leidingsnet over het district met de daarbij behoorende centrale zou omvat ten. Wel begonnen zich ook toen reeds andere opvattingt.; baan te breken, getuige de beschouwingen, die in het bovengenoemde rapport voorkomen over de wenschelijkheid van transportleidingen van deStaatsmijnen*) naar belangrijke centra van gebruik, maar men beschouwde het districtsbedrijf toch als een in zich gesloten geheel. Toen de provincies zich nu met de electriciteitslevering begonnen te bemoeien, gingen er dan ook verscheidene stemmen op, die ver kondigden, dat de grenzen van de distric *) Het doet mij altijd zoo vreemd aan, wanneer ik ten opzichte van dit onderwerp, zoowel in het rapport der Staatscommissie als in de besprekingen in de Kamer, alleen de Staatsmijnen genoemd zie. Een trans portleiding, zooals die hier bedoeld wordt, is een transportmiddel dat gebruikt wordt om energie in den vorm van electriciteit over te brengen, zooals een spoorweg ge bruikt wordt als transportmiddel om energie in den vorm van steenkolen te vervoeren. De energie van gering waardige brandstoffen wordt beter als electriciteit getransporteerd, die van goede brandstoffen beter in den vorm van kolen. Het lijkt mij dat de trans portlijn moet dienen als middel om de geringwaardige brandstoffen van de mijnstreek nuttig te kunnen gebruiken, en dat dit middel dus geenszins uitsluitend ten dienste van de Staatsmijnen behoort te worden gebezigd. Mijn- en elecriciteitsbedrijven zijn beide Entweder... oder Daartusschen is niets. En na deze dagen van te zamen licht gedragen leed, schuift het gezin Jasper weder rustig om den avonddisch, en zoo goed-van-geluk zijn deze menschen, in en met en door elkaar, dat zij er hun kwelgeest, de eenzame, door ratten opgejaagde bovenbuurvrouw, wel bij kunnen dulden. Een nare gast, een houten been, wat geldelijk verlies, de schande" om wat Miep uit liefde toegaf aan een man die haar niet waard bleek... er zijn erger dingen in de wereld. Zij hebben het zoo juist ondervonden. En er is ook zooveel goeds! Een nieuwe band. Het oude, lieve gevoel beproefd en gesterkt. Bondgenooten onder alle omstandigheden De vreemde gast, mevrouw Eva Bonheur, bidt voor haar boterham. Verlos ons van den booze. De bondgenooten glimlachen elkander eens toe. En Miep zegt, dat zij dien nacht wel in tante Eef's" bed zal slapen. Zij is zoo bang niet voor de ratten boven. Wat zou haar, die de rust-van-binnen herwon, nog het ge ritsel deren van zoo'n klein dier! Men moet dit natuurlijk niet te letterlijk nemen. Het werk van Heyermans is altijd minder realistisch dan men denkt. Eva Bonheur", de Vrouw-die-Geluk-is, is een pleit voor de liefde, welke in deemoed en dankbaarheid, ongeluk omtoovert in geluk. Huiskamerpoëzie, vol warmte, vol zachte gemoedelijkheid. Mijn voornaamste bezwaar tegen het stuk geldt de rol van de moeder. Aan deze draagster van zijn diepste gedachte heeft de auteur zich minder gegeven dan aan zijn overige figuren. De eigenlijke Eva Bon heur" is zij. Al begaat zij iets verkeerds, iets heimelijks zelfs, gevaarlijke speculatietjes, waardoor zij geld moet leenen van de bovenbuurvrouw, deze afdwaling vermindert het gehalte dezer vrouw niet. De sterk belichte figuur van de vriendin werpt een schaduw over haar, drukt haar tijdelijk, doch nooit zóó, dat zij ons voorkomt als een gewoon, ietwat stumperig burgervrouwtje. Zij blijft de beminde echtgenoote, de jarige" moeder, trouwens van zooveel gewicht, dat zij af zonderlijk beheerd dienen te worden. ten voor electriciteitsvoorziening, zooals die in verband met een behoorlijke en zuinige distributie en opwekking vastgesteld behoorden te worden, geenszins met de provinciale grenzen zouden samenvallen. Die meening is zeker juist, zoolang men ieder der oistrictsnetten met de daarbij be hoorende voedingsleidingen en het centraalstatlon, als een afzonderlijke eenheid opvat. In den laatsten tijd heeft men echter wel ingezien, dat men op die wijze niet tot een economische electrificatie van het land zal komen. De lO.OOOvolt netten, die als verdeelnetten worden gelegd ten dienste van de stroomlevering aan gemeenten en aan gröote f ibrieken, en die men vóór den oorlog begonnen is te maken, kunnen geen gröote vermogens over belangrijke afstanden over brengen. De leidingen, waaruit zij zijn samengesteld, zijn slechts van plaatselijk belang, en de wijze, waarop het land in districten of wat hetzelfde is, dit net in deelen wordt verdeeld, zal op de plannen voor die leidingen van betrekkelijk weinig invloed zijn. Hoe ook ten behoeve van uitvoeringsmaatregelen, stroomleveringsvoorwaarden, administratieve regelingen en toezicht in districten verdeeld, altijd zal een behoorlijk bedrijf mogelijk blijken, wan neer slechts op behoorlijke wijze voor de voeding dezer locale 10.000 volt-netten wordt gezorgd. De economische oplossing van het vraag stuk der voeding van deze netten en, daar mede samenhangend van dat van de productie der electriciteit, is zonder twijfel deze, dat van de bestaande stations gebruik wordt gemaakt, die daarvoor, hetzij afzonderlijk, hetzij in groepen vereenigd, hetzij op den duur misschien alle met elkander verbonden, den stroom op verschillende plaatsen voor verschillende netgedeelten zullen moeten leveren. Men zal dus veelal den toestand krijgen, die men thans trouwens reeds op verschillende plaatsen heeft, dat distributie en opwekking niet in n hand zijn. Voor een goede samenwerking van de verschil lende bedrijven is het dan noodig, dat een behoorlijk contract tusschen den producent van en den grossier in electriciteit gemaakt kan worden, en dat is niet wel mogelijk, zoolang het financieele belang niet bekend is, dat beide bij het tot stand komen van zulk een contract hebben. En ook voor het geval, dat meerdere stations op n net werken, is het, zelfs dan wanneer de stations en het net in n hand zijn, noodig om het voordeel te kennen, dat de leveringen door die stations ieder afzonderlijk geven, omdat die kennis het mogelijk maakt om het be drijf behoorlijk te regelen en om te beoordeelen, welk van de stations bij gröote stroomvraag uitgebreid behoort te worden. Het regelen van de rechten en verplich tingen van producent en grossier in elec triciteit is betrekkelijk gemakkelijk; het rege len van de financieele verhouding is zeer moeilijk gebleken, en de behoefte aan een dergelijke regeling ontgaat men, ten minste bij een behoorlijk beheer, ook dan niet, wanneer een net en meerdere daarop wer kende stations in n hand zijn. De financieele verhouding tusschen pro ducent en grossier, tusschen centrale en distributiebedrijf dus, is in de meeste ge vallen zóó geregeld, dat de stroom betaald wordt naar gelang van het gevraagde ma chine-vermogen en naar dat van het aantal afgeleverde kilowatturen. in sommige con tracten zijn de voor vermogen en hoeveel heid vastgestelde prijzen constant, bij andere wordt voor de levering aan de grootere industrie een reductie gegeven, bij weer andere vertoonen de prijzen een afdalende schaal, zooals die ook voor de levering aan gemeenten gebruikelijk is. Juist zijn die regelingen geen van alle, want zij hebben alle tot gevolg, dat het distributiebedrijf, de grossier dus, een ander belang heeft dan de producent, dus dan de stroomleverende centrale. Het financieele belang van een dis tributiebedrijf, dat een contract van den evengenoemden vorm met zijn stroomleverancier heeft, zal meebrengen, dat het een licht net legt, van gering vermogen, om daarmede dat deel van de electriciteit te leveren, dat duur kan worden verkocht. Het financieele belang van ieder bedrijf van stroomopwekking wordt slechts gediend door een groot debiet, desnoods tegen lage prijzen. Waar de belangen van afnemer en leve rancier in conflict komen, zooals dat bij den nu geldenden contractvorm wel overal moet iitmiiiiiiiinti iiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiMiiiiiiiiiiniiiiiiii de vrouw, die den man harer liefde be houden" heeft! Wij mogen geen oogenblik vergeten, dat zij in de lietde gróót voelde, iets onaantastbaars in zich draagt. Juist tegenover Eva Bonheur, de in haat zich krommende, had zij, trots de bezwaarlijke omstandigheden, op hooger niveau moeten blijven. Ik geloof, had Heyermans haar wat meer van zijn humor gegund, waardoor ook mevrouw van der Horst de rol in een lichter toon had kunnen nemen, kinderlijker, dat dit het geheele werk ten goede zou zijn gekomen, dat dan het contrast tusschen beneden" en boven" meer verinnerlijkt, het armzalig bestaan der in eenzaamheid hatende, schrijnendervoor onsgevoel zou zijn geweest. Al mist het vernuftig arrangement van daken en goten, geranium-ramen, vogelkooien en keffende honden, het bescheiden silhouet eener onverleidelijke Eva op het gevallen lancaster in een Heyermansstuk nooit zijn succes, al kunnen we deze felingeleefde kleinkunst van mevrouw de Boer van Rijk in haar soort telkens weder prijzen, waar ze een tekort moet dekken gelijk hier, hindert ons de overbodige uitvoerigheid op dit onverkwikkelijk terrein, dubbel. Aan Jasper", handelaar in instrumenten en opgezette dieren, heeft Heyermans veel liefde en zorg besieed. En misschien wel juist daardoor zóó springt het noodlot met ons om bleef de figuur te veel lite ratuur. Deze, vooral uit de moderne Duitsche literatuur bekende, huis-philosoof, de man die, opgaande in kunst, wetenschap of lief hebberij, middenin het harde leven wie eine Blume" bleef, leeft minder dan de andere figuren, wij voelen het opzet, zien door de compositie heen. Voor Jasper is de wereld zijn hoekje tusschen de doode vo gels. Lezend in zijn geliefde boeken, zou men het huis rond hem kunnen afbreken, en het is eerst in den hoogsten nood, dat deze gezinsvader zich als mondig mensch doet gelden. Eenige graden minder onbe vangen", en het karakter, dat hij in het laatste bedrijf toont te bezitten, zou menHelden met Bewaarschool-kennis Zierikzee is nu getroffen, Morgen gaat den Haag er aan, Daarna leest men dat de aanval Bij vergissing is gedaan. Door een overspannen vlieger Is onschuldig brand gesticht, Moet zoo'n domkop dan niet weten Waar of Holland zoowat ligt? Zonder weet van Aardrijkskunde, Gaat het jonge mensch op reis, En begaat hier ongelukken, Bij gebrek aan onderwijs. Als een blufferige bengel, Smijt hij maar zijn bommen neer, Om een lintje, of een pluimpje, Gaat hij roekeloos te keer. Zet een luchtheld op de schoolbank, Die geen onderricht genoot, Zet hem in geen vliegmachine, Waar hij per abuis mee doodt. Jammer dat 't 's nachts gebeurde, Overdag had een soldaat Hem vol vreugde neergeschoten, Na zijn stomme heldendaad. Als de heeren willen vechten, Laat ze dan hun gang maar gaan, Laat ze dan elkaar vermoorden, Wat gaat ons hun ruzie aan ? Worden we niet voor ons welzijn Uitgehongerd en getergd ? Nu nog op ons laten schieten, Is wel iets te veel gevergd. Als de heeren willen vechten, Voor hun rechten van den mensch, Is: Er goed gezond bij blijven!" Onze zeer bescheiden wensch. gebeuren, is een behoorlijke samenwerking niet te verwachten, en is het te begrijpen, dat om ingrijpen van den Staat wordt ge roepen. Mocht de Staat ingrijpen, dan zal het blijken, dat hij voor dezelfde moeilijk heden komt te staan, die aan sommigen doen meenen, dat zijn hulp zoo wen schel ij k is, en die moeielijkheden kunnen niet wor den opgelost door het Staatsgezag, maar moeten door inzicht tot oplossing gebracht worden. Wat voor het vinden van die op lossing in de eerste plaats noodig is, is een goed inzicht in de factoren, die op den zelfkostenden prijs van de productie eener centrale invloed hebben, en dat inzicht leidt tot de overtuiging, dat vergrooting van het debiet van overwegend belang is op het verkrijgen van een lagen productieprijs. Dat belang is zóó groot, dat het voor een cen trale, die bijv. voor de stroomlevering in een onzer steden gebouwd is en werkt, van groot voordeel is om den stroom aan de landstreek ia haar omgeving te leveren tegen betaling van de gemiddelde kosten van op wekking. Bij oppervlakkige beschouwing maakt het een verrassenden indruk, dat een leverancier er voordeel bij zal hebben om zijn product te leveren tegen den prijs, waarvoor hij het maken kan, en voor de meeste producten zou een dergelijke aanbieding ook alleen verklaard kunnen| worden uit altruïstische neigingen van jdien leverancier. Voor elec triciteit is het echter een ander geval. De productiekosten van electriciteit dalen in zoo sterke mate met de vergrooting van de productie, dat de bezuiniging op de voort brenging der eigen behoefte de moeite, de zorg, en het risico voor de levering van miiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiliii IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIII H. BERSSENBRUGGE, PORTKETFOTOeKAAF ZEESTRAAT 65, naast Paioraffl DEN HAAG. - Tel. 1538. IMIIIIIIIIIIIIMIII schelijker geworden zijn. De wijze woorden, welke hij daar tot Nanning Storm spreekt, zouden ons inog meer voldoen indien hij ook bij den aanvang der verloving eens een verstandig woordje met den a.s. schoonzoon had gesproken. Men kan als vader liberaal zijn, ruim en mild, zonder nochtans, waar het de toekomst van een kind geldt en de waarborgen daarvoor moeten gevonden worden in een hof makerij over den heining, de voorzichtigheid geheel uit het oog te verliezen. Oppervlakkig heeft Heyermans Jasper niet bedoeld, toch duurt het lang eer wij iets van diepgang speuren, en in het, zooveel mooie tooneelen bevat tende, laatste bedrijf, waarin ook de figuur van Nanning Storm maar zwak staat, ?voelen wij den ernst der woorden niet wor telen, niet verantwoord in het gansche ver band van het werk. Mogelijk heeft Musch uit de eerste be drijven ook niet alle tinten gehaald. Het was weinig geschakeerd, gewild, een beetje wrang, de glimlach werd niet rond om zijn mond. En het bleef... literatuur. Doch in het laatste bedrijf was zijn spel prachtig, het tooneel met Miep, Tilly Lus, broos van ge voeligheid, fijn en innig, stond voor mij boven alles wat wij dezen winter in het Grand Theatre aan goed tooneel zagen. Van haar was heel de, haar zoo wel passende, rol, in eenvoud ontroerend. Lobo speelde.den musicus te ongunstig. Hij had ook zijn uiterlijk, het massief gebaar hem eigen, voor deze rol niet mee. We zijn ze ook zoo beu, die verleidelijke musici op de planken! Onthouden wij ons echter van aanmerkingen van deze soort waar het een auteur betreft wiens naam het begin en het einde van onze dramaturgie omvat. Een, die kans ziet twee verdiepingen tooneel te vullen, waar nous autres" al heel blij zouden zijn met n. TOP NAEFF

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl