De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 9 juni pagina 3

9 juni 1917 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

9 Juni '17. No. 2085 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND DEN HAAG ROTTERDAM AMSTERDAM H. G. THiEME, OUD-CHEISTIA» SCIENTIST, Haag - Denneweg 25a, geneest zieke personen, die andere Scientists onbe kwaam bleken te genezen en speciaal Blind-, Doofatomen Idiootgeboren personen, die van af ?1500, betalen. Zonder Genezing - Geld Terug! HET ADRES VOOR HEERENKLEEDINS H.J.LOOR, Utrecht 'OXYDOL' (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) 45 cent p. Tube. Naail. Venu, STUK & Co. Chemische Fabriek ,,'s-Hage" '8-GRAVENHAOE. J.S. MEUWSEN Hilwrancisr Hoed» in Hodi-Magizijnan. | AMSTERDAM. Leidschestraat 4, B.paasage h. D.rak, Damstraat b. Nes, Doeleustr. h Ach- | terburgwal. ROTTERDAM. Mosseltrap 3, Boymanutraat 3. TAMINIAÜ'S ? JAM ? E.? HEIDE 's-Gravel.weg. Tel. 1150 ARTISTIEKE MEUBILEERIHB SPECIALE ONTWERPEN GEBrU&L.DE RIDDER De nieuwe Tea Room van het Oranje-Hotel te Zandvoort is geheel ingericht door de Kon. Fabriek van H| Rieten Meubelen De AmsteV' SOPHIAPLEIN DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts /l.65 per kwartaal iiiiimmiiiitiiii VOORJAAR EN ALLEENVERKOOP LIB6RTY BLOUSCS VAN WITT6 VASCHBAR6 VOIL6 MCT KANTJ6 net HAMDBORDUURSO. 6.50 8.95 KAMI IM MAT6N 42-44-46-40 HCrnzettDlMG OP AAHVRAAG M6TZ&( AMSTCRDAM N. V. Maas- en Waterweg Maatschappij tot bevordering van de vestiging van industrieën te SCHIEDAM EN OMSTREKEN Lange Haven 3 Tel. «3 Schiedam Verleent haar bemiddeling bij den Aan- en Verkoop van Panden en Industrieterreinen en het verschaffen van Bedrijfskapitaal. S. C. zich dacht, deze zou bestaan uit 9 slagschepen met het noodige kleinere mate rieel. De vijf-nieuwste schepen zouden in Indiëzijn, de andere in Nederland. Het vlootplan was over een groot aantal jaren verdeeld. Dat laatste was een groote fout. Snelheid van handelen was hier een elsch! Dan wilde de S. C. het leger verminderen omdat ze van meening was, dat haar vloot krachtig genoeg zou zijn om Indiëafdoende te verdedigen. Dit was een onverantwoordelijk standpunt, want voor zoo'n zware taak zou een veel sterker vloot nog niet voldoende geweest zijn. Geen wonder, dat het Rapport van ver schillende zijden met teleurstelling en heftige kritiek werd begroet. In de marine ont brandde een groote strijd over het vraagstuk artillerie- of torpedo-vloot. De oud G.G. Van Heutz richtte zich in een schrijven aan »Onze Vloot" in krasse bewoordingen tegen het Rapport. De tegenwoordige legercom mandant, toenmaals kolonel, de Greve schreef een brochure naar aanleiding van het Rapport. Hij kantte zich vooral tegen de verzwakking van het leger. Voorop stellende, dat een krachtige vloot noodig was, achtte hij niet temin een sterk leger eveneens een eisch. Hij wees op de noodzakelijkheid een militie uit de Europeanen te vormen ten einde het leger te versterken, tevens meende hij dat een inlandsche militie tot op zekere hoogte mogelijk en gewenscht was. Ten slotte sprak hij zich uit over de keuze van de vlootbasis. Hij kwam met het geniale plan straat Soenda daartoe te versterken. Zözouden leger en vloot hun steunpunt bij elkaar hebben. De vijand zou gedwongen worden tot splitsing van zijn zee-strijdkrachten, hetgeen de kans voor onze vloot beduidend zou vergrooten. Ten slotte zou de mogelijk heid worden geopend Sumatra te betrekken in het operatie-gebied van het leger. Wat al voordeelen! Helaas kwam men van marine-zijde met immmaiaaaesmmKMtu DE SPION" DOOR J. FABIUS Het was in Sofia dat ik hem voor de eerste maal ontmoette. In het Sofia van de eerste oorlogsdagen in het najaar van 1912, in het zwijgende, achterdochtige, zwaar moedige Sofia, waar met de eerste overwinningsberichten ook de eindelooze stroom gewonden heen kwam. Hij woonde in het Hotel de Bulgarie, vlak tegenover het koninklijk paleis, waar ook ik mijne tenten had opgeslagen. Het was er vol, daar woonde de Duitsche militaire attachéen de Fransche gezant, zag men 's middags in 't caféde kopstukken der Europeesche en Amerikaansche pers. Druk en bewegelijk, de Fransche en Italianen, kalm als altijd een pijpje smookend hun Anglo-Saksische collega's. Daarliep de groote zware figuur van Ludovic Neaudeau gearmd met den mageren Barzini, de wereldbe roemde Corriere-correspondent, daar zat de Hollandsche kapitein Ram te schaken met een Bulgaarsche professor, liepen de vreemde diplomaten en militaire attaché's in en uit. Men hoorde er alle talen, een klein inter nationaal wereldje te midden waarvan de Bulgaren stilzwijgend en achterdochtig, haast onopgemerkt, maar toch speurend links en rechts met de listige geslotenheid van den oosterling. Er hing een eigenaardige atmospheer van oostersche geheimzinnigheid en westersche mondainiteit. Een enkele elegante vrouwen figuur, diplomatenvrouw of fransche cocotte ruischte omgeven door een patsjoeli-geur technische bezwaren, die onoverkomelijk schenen. Zonder werkelijk in onzen tijd van de wonderen der techniek dergelijke bezwa ren niet te overwinnen zijn? En nu is het 1917! Nog altijd heeft men niets gedaan! De verdediging van Indiëis nog steeds in tieizelfden staat van hopelooze verwarring. Nog steeds heeft de vloot" haar steunpunt op Oost-Java en baseert het leger zich op West-Java. Nog altijd liggen de buitenbezittingen onbeschermd en neembaar voor wie ze nemen wil. Nog steeds is Java vrij wel weerloos. Die toestand van onzekerheid en verwar ring mag niet langer voortduren! In het belang van Indiëniet en in dat van Neder land niet. Er dient eindelijk eens klaar aan gegeven te worden hoe Indiëverdedigd moet worden en welke middelen daarvoor ter beschikking kunnen worden gesteld. K. iiHiiiiiitiiMiiiiMiiiiiimiiiiiiiiiiMMiiiimiiiiiimimiiiHiiiHtmiiiH VRAOENRUBR1EK voor Algemeene Wetenswaardigheden Men gelieve de vragen voor deze rubriek in te zenden aan het Redactiebureau, met op den omslag het motto -Leekenspiegel", en onder opgave van naam en adres (die als vertrouwelijk zullen worden beschouwd.) J. F. te S. Hoe is men gekomen aan het rood (vroeger oranje), wit en blauw van onze vlag? langs de corridors. Soms heel even een herinnering aan het naburige oorlogsveld een roode kruiszuster dan wel een officiersfamilie uit hét binnenland, die man of vader een laatste uitgeleide deed naar de hoofdstad, Te midden van al die drukte zat hij den geheelen dag in de leeszaal te schrijven, men wees hem elkaar aan als de corres pondent van de Times. Het type van den engelschen gentleman, mager, kort geknipt de snor; dragend zijn kleeren zooals alleen een engelschman dat kan Het was een gewezen diplomaat heette het en had veel invloed, stond in nauwe relatie tot het Hof, zijn collega's waren jaloersch, hij gaf zoo nu en dan een tip waaruit bleek hoe hij over bronnen be schikte die geen onzer tot dusver had weten te ontdekken. Man van invloed als hij blijk baar was, zocht ik zijn kennismaking en dank zij den dultschen majoor von G... met wien ik persoonlijk nogal bevriend was en die ook met hem in nauwe relatie stond gelukte zulks mij vrij spoedig. Hij sprak zijn talen voor een engelschman zeer vlot, alleen het neusgeluid, zijn ras eigen bleef hem verraden. Na onze eerste kennismaking sprak ik hem dikwijls en verraste hij mij meermalen door zijn origineele kijk op de zaken, nu en dan blijk gevend van een groote kennis der europeesche diplomatieke verhoudingen. Toen ik eindelijk, mede door zijn be middeling naar 't front vertrok, wisselden wij kaartjes. Ik heb het nog bewaard, het bevatte slechts zijn naam en zijn Londensch adres, een der voornaamste clubs uit het westend. Toen ik na zes weken aan het front te hebben doorgebracht wederom in het Hotel mijn intrek nam, zat hij nog altijd te pennen. Een paar maal dineerden wij toen samen en bleek hij een even voor treffelijk gastheer als aangenaam causeur. Ik bleef nu niet lang meer in Sofia en vertrok naar een ander deel van het oorlogs terrein, onze wegen scheidden en ik verloor hem uit het oog. Het antwoord hierop zult u kunnen vinden in een van de volgende boekjes: De Jonge, Over den oorsprong der Nederlandsche vlag. De Nederlandsche vlag, of onder welke driekleur streden onze vaderen tegen Spanje; en hoe zijn wij aan de tegen woordige driekleur onzer vlag gekomen? Muller, De oorsprong der Nederlandsche vlag opnieuw geschiedkundig onder zocht en nagespoord. Met vervolg. ter Gouw, De oorsprong der Nederlandsche vlag. , De prinselijke afkomst der Nederl. vlag gehandhaafd. Vermeulen, Nederlands vlag. Tips, Zijn de kleuren van Neêrlands vlag rood, wit en blauw of oranje, wit en blauw? De Waard, De Nederlandsche vlag Nieuwe bijdragen tot de kennis harer kleuren. M. S. te A. De indeeling van het Rijk in gemeenten, en de juiste grenzen van deze zijn toch zeker door de Regeering vastge steld. Waar kan ik de gegevens daarover vinden? Het Staatsblad geeft ze niet; wel de wijzigingen in de grenzen aangebracht. De indeeling van het Rijk in gemeenten berust voor sommige provinciën hoofdzake lijk op de keizerlijke decreeten van 14 Mei en 18 November en van 21 October 1811. Ons Staatsblad dateert eerst van 1813, zoodat ze daarin niet zijn opgenomen. Ze zijn te vinden bij Fortuin, Verzameling van wetten enz. van franschen oorsprong, Deel 3. Voor anderen provinciën, met name Utrecht, Zee land, Holland, Gelderland en Noordbrabant, berust zij op de reglementen van bestuur ten platten lande, voor deze provinciën in 1816 en 1819 tot stand gekomen en te vinden in B ij v o e g s e l tot het Staatsblad van 181G en 1819. Een jaar later betrad ik weer het Balkan schiereiland, thans te Valona, echter niet meer als correspondent, maar als gendarme officier in dienst van het nieuwbakken konink rijk Albanië. Weer was ik in die half oostersch, half westersche omgeving, die den Balkan zoo kenmerkt, alleen was het geheel hier veel primitiever dan in Sofia. In de eetzaal van het kleine door een Griek beheerde Hotel, waar behalve de Hollandsche officieren ook enkele Oostenrijksche postzegelhandelaren hun middagmaal nuttigden aan wankelende tafeltjes, met smoezelige tafeilakens en een schamel eetgerei, vond ik hem terug. Hij herkende mij dadelijk en onze ontmoeting was allerhartelijkst. Hij gaf mij direct te kennen geen Times correspondent meer te zijn, en op mijn vraag wat hij thans nu uitvoerde, kreeg ik slechts een ontwijkend antwoord. We', gaf hij blijk nog altijd even goed ingelicht te zijn, ja zelfs stond hij naar zijn zeggen in relatie met Venizelos. Voor Thomson had hij een groote bewondering maar de toekomst van het jonge rijk zag hij blijkbaar donker in. Zeer verbaasd was ik toen ik merkte dat hij de jonge vorst persoonlijk scheen te kennen en zijn oordeel over diens omgeving waarmee hij ook al in relatie stond was zeer scherp. Het gelukte mij evenwel niet om uit te vinden wat hij eigenlijk kwam doen. Op een keer toen wij samen dineerden, had hij blijkbaar een mededeelzame bui, hij vertelde mij van zijn sympathie voor de Duitschers en hoe hij den geheelen winter gelogeerd had op duitsche landgoederen. Verschillende kieken toonde hij van picnic's en sledetochten, in een wintersch berg-landschap en ik ontdekte wel hoe op al die photö's een zelfde vrou wenfiguurtje voorkwam. Plotseling was hij echter weer verdwenen en voor de tweede «aal verloor ik hem weer uit het oog. Het jonge koninkrijk stortte ineen, de DE FRANSCHE REOEERINQ EN DE VREDESCONFERENTIE TE STOCKHOLM Teekening voor de Amsterdammer" van Jordaan Naar Stockholm; neen. Eerst naar Berlijn." groote oorlog brak uit en haastig spoedde ik mij door het mobilizeerende Europa naar het vaderland om daar het eentponige leven van gemobiliseerd vredesofficier van een europeesche kleinstaat te leiden. Ik dacht niet meer aan mijn ouden kennis toen ik plotseling aan zijn bestaan werd herinnerd. Het was de dag voor Kerstmis 1915 en ik zat in 't Hotel Centraal in den Haag met een vriend van een dag verlof te ge nieten, toen het gesprek, hoe, weet ik niet [ meer, op den TY/nes-correspondent kwam, en haast onwillekeurig noemde ik zijn naam. Het was vol om ons heen, een elegant pu bliek, veel vreemdelingen vooral Belgen, gevend een eigenaardig cachet aan dit typisch Haagsen milieu. Nauw had ik zijn naam genoemd of een voor mij gezeten mijnheer draait zich om, kijkt mij strak aan en zegt: Ha, Fabius, how did you know me by my back". l -*~&K . Daar zat hij in levende lijvelvoorïmij, hij was in gezelschap van een paar adelijke belgische jongelui en we moesten direct bij hen komen zitten. Hij logeerde, zoo ver telde hij mij in De twee Steden" en vroeg mij direct te eten hetgeen ik helaas niet kon aannemen, aangezien mij de tijd daartoe ontbrak, daar ik dienzelfden avond weer naar mijn standplaats terug moest. Hij scheen voorloopig van plan in Holland te blijven en zoo kwam het dat ik een dag of tien later in het Amsterdamsche Trianon zat te teaen, ik hem eensklaps zag binnenkomen in gezelschap van twee elegante vrouwen. Hij zag mij direct zitten en vroeg verlof met zijn gezelschap aan mijn tafeltje te komen zitten en tot mijn groote verbazing stelde hij mij toen in 't duitsch voor aan baronin von S. en Fraulein Tochter. Direct kwam het gesprek op den europeeschen oorlog en heel moeilijk was het voor mij, om, gezeten tusschen die onderdanen der elkaar op leven en dood bestrijdende mo gendheden, het discours gaande te houden, zonder een der partijen daarbij te kwetsen. Het lukte mij het gesprek op wederzijdsche kennissen in 't buitenland te brengen, de wereld is oh zoo klein en het bleek dat een neef der barones een goed vriend van mij was en terwijl om ons heen de zachte muziek van het strijkje zich mengde met het brouhaha van het mondaine Amster damsche wereldje, waande ik mij even in het buitenland in de tearoom van een der groote caravan serails. Bij het afscheidnemen moest ik hem be loven, zoodra ik in den Haag kwam bij hem te komen dineeren. Te vergeefs had ik ge tracht uit te vinden wat hem thans naar ons land gevoerd had. Een maand later wederom met verlof in den Haag zijnde, besloot ik aan zijn uitnoodiging gevolg te geven. In de hall van het hotel ontmoette ik B. een bekend Amerikaansch journalist en toen deze vernam voor wien ik kwam, zeide hij vol verbazing maar moet je die spreken? Die is de vorige week opgehangen als spion in de Tower te Londen." ROBBERT KALFF&C2 AMSTEQDAM : nEECENSPACnl 270 L

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl