De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 9 juni pagina 7

9 juni 1917 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

9 Juni '17. No. 2085 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM 81 B W A B M A B M A 8 ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABMABM.ABM.ABM.ABM llllllllltllllllllllMIIMIIIIIMIIIMIIIIIIIIIII Ad* MEERE.N-ARTI KELEN, UITRUSTINGEN. Levenswil. Roman van J. C. VAN WIJCK CZN. (J. P. Swartsenburg, Zeist.) Het is een zonderling geval voor mij, dit boek. Ik zou er van kunnen zeggen: wat zou het mooi geworden zijn, als de schrijver maar schrijven kon. Want J. C. van Wijck kan in 't geheel niet schrijven en heeft tóch het talent in zich, noodig voor een goeden psychologischen roman. Dit talent moet wel zeer waardevol zijn om het mogelijk te maken, dat ik dit slecht geschreven boek, dat ik nu en dan onwillig ter zijde legde om den horribelen stijl, telkens weer opnam en met een gevoel van respect en waardeering uit heb gelezen. De mensch, dien ik met moeite door de rhetorische zinnen en den onhandigen stijl heen nu en dan aanraak, is een ernstige geest, die belangrijke dingen te zeggen heeft, helaas zonder ze belangrijk te kunnen uiten. Het begin van Levenswil", een aankon diging in 4 bladzijden van wat de auteur alzoo zal gaan schrijven, van een gezwollen pathos en een ongelukkige beeldspraak om direct voor weg te loopen, zou mij al voor goed het boek hebben doen neerleggen, zonder het accent van echtheid, dat hier en daar er in slaagt, flauwtjes door al die ge stamelde schijn-verhevenheid heen te breken. Dit bock is de slecht geschreven en psychologisch goed geanalyseerde geschie denis van een mensch in zijn vallen en opstaan, in zijn smart en in zijn vreugde, in zijn lijden en in zijn zich sterk gevoelen, in zijn haat en zijn liefde tot de menschen, ja, tot in zijn opstand tegen God" zooals de auteur het uitdrukte, en daarin zal hij zijn innerlijke weelde voelbaar maken, de heerlijkheid van den gevondene onder de millioenen". In een streng orthodox milieu geboren, opgegroeid in het fijne" geloof, komt Pieter van Oudermeulen, in een bitteren strijd om het bestaan, om als een armzalig boekbindertje, tusschen kaften en prentbriefkaarten en potlooden den Levenswil" in zich te voelen voortdringen, en den twijfel omtrent het hem in zijn jeugd ingestampte geloof uit te vechten. Het wordt de strijd vanden enkeling, het moeizaam dringen uit zijn nauwe begrenzingen, door het geweld der massa om hem heen, en ten slotte het sterven, gebroken, maar niet overwonnen. Met zijn zwakke litteraire middelen heeft van Wijck dezen strijd zóó ernstig weten uit te beelden, dat er, naast mijn weinige literaire appre ciatie (maar bijna schreef ik hier wat doet die er ook eigenlijk toe ?") toch een gevoel van hoogachting en sympathie voor dezen auteur in mij is ontstaan. Een vriend van Pieter zegt ergens in dit boek: Daarom begrijp ik zoo goed, wat dat is in jouw leven: dat willen en niet kunnen, dat omhoog willen en telkens weer neergeslagen worden, dat sterk willen zijn en alles willen trotseeren om uit te komen boven het kleine en duffe, waarin het massaleven ronddraait in onbewusten roes, om daarin ten slotte jezelf te pletter te loopen op de werkelijkheid van het leven rondom." Hierin is het karakter van Levenswil" zoo ongeveer uitgedrukt. Helaas valt het moeilijk voor den litterairen lezer om ook In zichzelf den strijd uit te vechten tusschen den onwil om door te lezen, ontstemd als hij wordt door den affreuzen stijl, en de immniiiiiini Miiniiiiimiiiiimiiiiiiiinniiniiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiimiiiiiii DE RUSSISCHE KUNST Bestaat er een Russische Kunst? De Petrograder Academie des BeauxArts. De pensionaires in Parijs. ~ Beroemde schilders en beeldhouwers. ~ Nationale beweging. Er zijn nog altijd een groot aantal men schen, die aan Rusland het voorrecht ont zeggen van een eigen kunst geschapen te hebben en in eere te houden. Aan dezulken zou men gaarne een reis door Rusland voor schrijven. Zelfs wanneer ge het dichterlijke karakter van de nationale Russische zangen en van den uitgesproken smaak veor muziek van den Russischen boer buiten rekening laat, dan zou de twijfelaar aan een eigen Russische kunst" al te overtuigd moeten zijn, wanneer hij hoorde van den zeer bijzonderen smaak, die de boer bij de ver zorging van het decor" van zijn woning met zijn nederige meubels en zijn weinig gevarieerde weefsels en stoffen in het oog houdt. Wanneer onze reizigers de dorpen van het groote Rusland zouden doortrekken, zouden ze met welbehagen' zich buigen over de borduurwerken, met de in vele kleuren gewerkte patronen, die meestentijds van een allerbekoorlijkste losheid zijn en die de servetten, de tafellakens, de hemden en andere producten van het zelfde soort landelijke werk der Russische boerinnen versieren. Een dergelijk genre van versiering wordt aangetroffen aan de karren, de sleden en de booten der Russische boeren. De na tionale kleeding van de eene en de andere sexe in Rusland draagt een zeker cachet van sierlijkheid, de levendige kleuren overheerschen, zonder evenwel het oog te hin deren door te groote bontheid. Op een uur rijdens per rijtuig van het Kremlin, heb ik een poort ontdekt die eer tijds een gedeelte uitmaakte van een ringmuur, die thans verdwenen is. De bekleeding van gezegde poort (verglaasde tegels) in Perzischen trant was voor mij een oogenfeest. Niets zuiverder, dan de harmonie van de turkoois-blauwe, de witte en de geele tinten, die de helderste stemmen waren in deze belangstelling in het psychologische ge beuren, wakker gehouden door het vermoeden van een sterken menschengeest achter deze zwakke literatuur. Men zal dit begrijpen door maar even een zin als den volgenden te lezen: Een zoon, een zoon, voortdrager van zijns vaders naam, zijn hoop en het ver langen van de zes voorbijgegane huwelijks jaren heerlijk vervuld, vergoed indien het mogelijk ware het smartelijk verlies van het eerste pand hunner liefde, dat zij, na een bezit van slechts enkele maanden, aan het graf moesten afstaan." De persoonsbeschrijvingen geeft van Wijck in den volgenden trant: Nelly Bakker was een meisje van om streeks twintig jaar, met een onbezorgd, opgewekt karakter en veel gevoel voor de natuur die haar omringde." Of ook wel zóó: De burgemeester was een nogal trotsch en hoogmoedig man, die met zijn vrouw vergoeding zocht voor zijn kinderloos ge bleven echt in het bezit en gebruik van een automobiel, waarin zij hun kortere of langere tochten ondernamen, al naar het seizoen hiertoe aanleiding gaf." Dit is een zin, voor een literair criticus om mee te spelen als een kat met een muis, om hem daarna tot moes te knauwen. Let wel bezit n gebruik", de burgemeester bezat niet alleen die auto maar hij gebruikte haar ook wel degelijk, en het seizoen gaf aanleiding tot langere of kortere tochten er mede! En toch ben ik na zulke verschrikkelijke zinnen doorgegaan met lezen. Ja, nog erger beproevingen heb ik doorstaan. Ik hebeen quantum bijbelteksten, psalmen en gezangen geslikt, die ik nooit gedacht had in een roman te kunnen verteren, en heb al de slechte verzen gelezen, dit Pieter van Oudermeulen aan het meisje stuurde dat zooveel gevoel had voor de natuur die haar omringde." Verzen b.v. als: Geen liefde gaf men mij. Ik was naar liefde smachtend Meer dan een hert kan smachten naar de bron. Want tnoegejaagd, gefolterd en geslagen, Sleep ik mijn leven voort en pijnigt het: Waarom ?" Het is maar goed dat Nelly alleen gevoel had voor de natuur die haar omringde en niet voor verzen, want anders zou ze Pieter den weigemeenden raad gegeven hebben, liever met dichten uit te scheiden. Nu las ze het vers met klimmende aandacht" en staarde in gedachten verdiept voor zich uit, met het papier op haar schoot! En, wat grooter wonder is, ook ik heb met klemmende aandacht dit boek uitge lezen, vooral toen ik eenmaal vast had gesteld dat J. C. van Wijck Czn. niet schrijven kan, en daar, wat men noemt overheen" was. De ontwikkeling van dit bleeke leven", de groei van deze menschenziel door de be nauwende belemmeringen heen van een burgerlijke, beklemmende omgeving, de ziels-ellende van dezen licht-zoeker in het bpekbinderswinkeltje, zijn scheppingsdrang, die telkens uit ruïnes oprijst, ik heb dit alles met grooten ernst gevolgd, en kan, na den geest te hebben aangeraakt van den mensch achter dit boek alleen nog maar even her halen : wat jammer dat nq niet schaven kan en dat zooveel anderen, die veel minder te zeggen hebben, het wél kunnen! HENRI BOREL Mevrouw J. M. GOEDHART?BECKER, Martje Vroom bij P. N. van Kampen en Zoon, Amsterdam, zonder jaartal. In dezen roman, die voor het eerst ge publiceerd werd in Elseviers' Maandschrift HIMIIIIImlIIIIIIUIIMIIIHIIIIIMMMIIIlmlIlllllmilllllllMlllmlIIIIIIIIUIIII kleurensymphonie. U hadtniet gedacht, zooiets in Rusland te vinden, niet waar? Om u de waarheid te zeggen: weinig Russen kennen het bestaan er van. Zelf de hoogstontwikkelden hebben geen idee van het vele zeldzame en schoone, dat in enkele van hunne kunstoverblijfselen leeft. Het oude Perziëen het oude Byzantium reiken elkander de hand in de oude volkskunst van Rusland, en toch is zij gesproten uit den smaak van het Russische ras zelve. Sinds Catherina de Groote bestaat in Rus land een officieel kunst onderricht. De Academie des Beaux-Arts te Pretrogad, welke onder die machtige regeering in het leven werd geroepen, is eene wél-georgani seerde instelling. Onder leiding van kunste naars van naam, maken de leerlingen er kennis met het a. b. c. van hun aanstaand beroep, Driemaandelijksche en halfjaarlijksche concoursen houden de vurige hoop op de eindbelooning bij gelegenheid van het jaarlijksche concours levendig. Behalve een gouden medaille ontvangen de eerste prijzen den titel van pensionnaires der Academie van beeldende kunsten en deze titel gaat vergezeld van een uitkeering die vroeger slechts zes honderd louis" (ongeveer 3300 gulden) bedroeg, en thans is gestegen tot een som van onge veer 4000 gulden. Deze uitkeering geschiedt vier jaar ach tereen, gedurende welken tijd, de historie schilders en de beeldhouwers verplicht zijn tot een verblijf in Rome. Maar terwijl, de kunstenaars der andere landen, In de Villa Medicis, steeds het oog gericht houden op het Vaderland, en met elke uiting ervan in contact blijven, leven de Russen in op zich zelf, geïsoleerd; vereenzelvigen zich lang zamerhand met het milieu, vervormen zich, en veront-russen'' er zich zoo volkomen, dat wanneer de jaren van de uitkeering zijn verstreken, zij zich voor goed metterwoon vestigen in de eeuwige stad. De Russische schilders, die door de Aca demie naar Parijs zijn gestuurd, verontrussen", er zich minder. Aangezien zij, hoewel zij volkomen vrij blijven bij de keuze behandelt Mevrouw Goedhart?Becker een eenvoudig gegeven. Het is de geschiedenis van drie zusters, die, ieder op haar eigen manier, aan het vrijen geraken. Hunne moeder is eene zwaarlijvige weduwe, die in tamelijk goede omstandigheden is, doch, door. overmatig gebruik van cognac en port, traag, suf en sentimenteel geworden is. De zorgen van het huishouden rusten op Herrie, de oudste dochter, en'zij aanvaardt dien plicht met meer liefde nog, dan zij het Willem Baanders doet, een goedlgen kantoortobber, die haar tot vrouw begeert. Martje, de tweede dochter, die minder verantwoordelijkheid, doch meer zucht tot genieten voelt, geraakt in verboden ver houding tot den zoon van een vermogend handelsman; wanneer die betrekking af breekt door zijn engagement (?Handelscon necties, en... en geld" legt hij uit) moet zij in de liefde van zekeren Maters, een vriend van haar zuster's verloofde, de harde wer kelijkheid aanvaarden van een simpel huwe lijk in haar eigen stand". Het jongste dochtertje heet EngeKje, en schijnt voorbestemd, om, zonder bezwaarlijkheden, de geopende armen binnen te zeilen van Hans Pons, een derden goedigen kantoortobber, en zoon van Louise Pons, de vriendin van hare inmiddels over leden moeder. Zoo geraken de drie meisjes Vroom aan het vrijen: de oudste zonder veel illusieën, de tweede uit desillusie, de derde in een vage belofte tot illusieën en een toekomst, die buiten het bestek van dit boek valt. Zoodat ons, uit alle rake typeeringen, en geestige toetsen van het verhaal, overblijft de liefde van Martje Vroom, en den zoon des rijken handelsmans. Dit is het eenvoudig gegeven: het uit haar sfeer van zorgelijkheid en gemeenplaatselijkheid gerukte meisje, dat in een genotzuchtigen, en niet al te beschaafden aristocraat het genot, en 't geen naar be schaving zweemt, gaat liefhebben. Bij de breuk helpt hare natuurlijke be schaving van beminnende vrouw haar over de leegte heen, van het nu te ontbeeren genot. Ze mist de vrijheid van denken om hem te veroordeelen, maar ondergaat, onbe wust, de verkilling van hare verwachtingen. Terwijl ze in hem de zorgeloosheid blijft liefhebben, aanvaardt ze liefdeloos de zor gelijkheid van een hu welp in haar eigen sfeer. Ge kent het gegeven; in alle straten, bioscopen en koffiehuizen dringt het zich in duizend variaties aan uw vermoeden op. Ge raadt dan de chablone-dessous van zulke gevalletjes, en ge vindt uwe vage voor stellingen daaromtrent vastgelegd, en sterk getypeerd in dit boek. Mevrouw Goedhart?Becker geeft die analyse op even bezonnen als vergevensgezinden toon; hare milieu-schildering is, hoewel soms wat pijnlijk gedetailleerd, en subjectief-ironisch, zeer suggestief; men voelt haar persoonlijke voorkeuren in de behandeling van iedere scène; wat zij dui delijk ziet, werkt zij uit, maar 't geen zich wat vaag aan haar gevoelen opdringt, blijft wel eens onvolmaakt... zoo b.v. de figuur van den rijken jongen man. Hij blijft niet anders dan een element in het leven van Martje Vroom; maar omtrent zijn persoon vernemen wij weinig anders, dan dat hij gemeenlijk zijn hoed wat achterover en zijn handen in de jaszakken draagt, terwijl een gebaar hem eigen is, waarmee hij door zijn blonden baard strfjkt, om een glimlach te verbergen. Hij is niet interessant, maar, onder voor behoud van eenige in zijn stand ietwat vreemde hebbelijkheden, aannemelijk. Trouwens, in het simpel leven van Martje Vroom is maar een duiding op beschaving noodig, om de begeerte daartoe in haar zuiver hartje te doen opbloeien. Die duiding is hij. Evenals de wijze van behandeling" in dit verhaal, drijft mevrouw Goedhart's stijl op het peil harer persoonlijke aandoening. In hare milieu- en persoonsbeschrijving is zij verfijnd, en weldadig menschelijk, en in heel de liefdesgeschiedenis dwingt zij zich tot een beschaafde eenvoud, als in den laatsten zin van haar boek: Dit is het einde van de geschiedenis der liefde van Martje Vroom". H. SALOMONSON nul uuur iiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiliiiriMiiiiiiuiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiii van den meester, die hun bij hun volmaking in de kunst behulpzaam kan zijn, verplicht worden samen te komen in den Cercle der artistes russes," in de rue de Rome en zich te schikken naar den wenschen van den president van den Kring; naar't voorschrift voor de schetsen en de schilderijen van elk trimestre. Een der presidenten van den kring was de bekende Bogolubof, oud-marine officier, overal, waar zijn kruistochten hem hadden heen gevoerd, had hij met water verf, in notitie-boekjes, de waargenomen effecten van de atmosfeer, en het licht ge noteerd en de effecten in zijne schilderstukken waren steeds raak getroffen. Ik zag zijn doek Les bords de la Volga", dat van een prach tige breede impressie is, en een Effet de nuit sur Ie Kremlin", dat een zeer levendig succes behaalde. Op de samenkomsten in den rue de Rome heerschte daarom zulk een goede geest, omdat de penslonnaires alle de dikste vrien den waren. Daar zag men Ignatius, Gritsenko, en ook Tkatchenko, die dikwijls in den Parijschen salon exposeerde. Zijn fraaie doek Bois de hétres" dat in 1912 werd tentoon gesteld, zal mij niet licht uit de herinnering gaan, om den indruk van gedempte en zachte charme, en alles doordringende zwaarmoe digheid, die het achterliet; Verestchaguine, de groote Verestchaguine maakte een uit zondering, Nooit zette hij een voet in de Reu de Rome. Elk jaar trok hij, harts tochtelijk liefhebber van reizen, als hij was, de wijde wereld In om er nieuwe sen saties pp te doen. Wie nooit de verzakeling van zijn teekeningen en schilderstukken, zag, welAre hij van zijn reizen, gemaakt a la suite van het Russische leger in de Bal kan-staten, meebracht, kan zich geen denk beeld vormen van den weisprekenden en hardvochtigen gloed zijner momentopna men". Ongelukkigerwijze leefde Verestcha guine niet lang genoeg en hij verdween, zooals in het begin van deze eeuw een grool aantal beroemde Russische kunstenaars in Parijs verdwenen. De portretschilder Lehmann is een van de uitvinders van het genre der gekostumeerde Prof. Mr. A. A. H. STRUYCKEN naar] het doof] Dr. Jan Veth geschilderd, portret. Bij zijn aftreden als hoogleeraar werd door leerlingen en oud-leerlingen aan Prof. Struycken diens portret aangeboden. Dit portret is thans gereed gekomen en den hoogleeraar overhandigd. iMiiiiiiMiiiiniitiMiilnitiiiiiiMiiiiMiiiiiinMiininiiiliiiiiiniiiiiiiHiiiiillMiifiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiittiiiliiiiiiiliiiMiiiiiiiliiiiitiiiiiililltlfllltllllltlliillll L. H. A. DRABBE, De laatste Adem, bij A. N. M. van Hees, Amsterdam, zonder jaartal. Er zijn menschen, die geweldig veel ge dachten" hebben. Dat noemt men in zekere kringen prakkiseeren". Ze houden iedere hunner opwellingen voor een onsterfelijke waarheid, en gaan zichzelf belangrijk vinden, omdat ze nimmer vernomen hebben van de vele millioenen menschen, die belangrijker waren dan zijzelf. Wanneer nu zulke menschen behalvendien nog romanticus zijn, kunnen zij een mis plaatste belangstelling gaan voelen voor anderen. En, wanneer zij romancier zijn, en die anderen hun scheppingen... dan schrijven zij een boek als De laatste Adem". Dit alles schrijf ik niet, om den heer Drabbe onaangenaam te zijn, maar alleen, omdat zijn boek een interessant geval is, interessant, omdat het onomwonden, en in sterke mate een euvel vertoont, dat een sluimerende kwaal is in veel moderne romans. De laatste Adem" is onbeholpen geschre ven, en het is niet de bedoeling, de wonden en gebreken er van bloot te leggen, zooals men zich dat in het publiek vermeet te mogen doen aan een armlastigen kliniek patiënt. Trouwens, daartoe zou de patiënt niet eens stil genoeg kunnen liggen; hij doet niet dan spartelen tegen alles dat als onge schreven en geschreven wet geldt, zoo goed in de schrijfkunst als in de maatschappelijke samenleving. Met een feilen schop en een hortenden zin wendt hrj zich tegen een con ventioneel euvel, en even daarna ondervindt hij zeer menschelijken pijn, om een inder daad pijnlijke toestand. Hij is een soort groteske fopspiegel, en als zoodanig een duizendvoudige overdrijving, van 'tgeen bespeurbaar is in zooveel mo derne romans. Juist in dezen tijd, waar het in alle kunst ontbreekt aan een vaste richting, aan een maatstaf, komt een oude en overbekende voorwaarde zich , met verdubbelden noodfiguren. Ik herinner mij eene muscadine in blauw fluweelen kleed, en met een directoire hoed op, gezeten in een Louis XVl leun stoel , die met een uittartend gebaar, over haar over elkander gekruiste knieën een karwats gespannen hield. Het was een mees terstuk van den schilder. Daar waren verder de aquarel-schilder Rohmann, die landschap pen en bloemen op 't doek bracht, de KleinRussische schilder Pokhitonof wiens schil derstukjes van een toegespitste fijnheid van uitvoering waren, en de schilder van sol daten, typen, Popof. Daar was Malyschef, die voor den ex-keizer van Rusland het be zoek van Peter den Qroote aan madame de Maintenon had geschilderd, in navolging van het verhaal van Saint Simon. Daar was Pranishnikof, wiens handigheid en talenten zich het Maison Hachette in de Tour du Monde" en de Géographie Universelle" ten nutte maakte. Daar was ten slotte Makowski die onlangs overleed, en wiens grootste gave bestond in de bekwaamheid van op groote compositie-stukken, enorme aantallen van personen ten tooneele te voeren. In Rusland zelf, wonen eenige beroemde schilders en het zijn les plus vraiment peintres" in de moderne beteekenis van het woord. De doeken, die op den oorlog be trekking hebben, van den schilder BogdanoffBtelski, de Tolstoïvan het penseel, de diepzinnige en grootsche vertolker van het Russische zieleleven, en die zoo levendig aan Dagnan-Bauveret en Bastlen-Lepage her inneren , dwingen ieders bewondering af. Repin is een verrukkelijk kunstenaar vol geest en fijnen smaak, Als meesterwerken worden zijn doeken in Rusland beschouwd. En Ryericht! Hij bezit de lichtheid van toets, en de sierlijkheid, de bekoring der teekening. Maar hij heeft nog andere deugden. Hij is een kundig en machtig schilder, die zijn modellen van die levensintensiteit weet te doen zijn, welke de voornaamste schoonheid der Russische schilderkunst uitmaakt. Hij heeft zich dan ook in Rusland gevormd tot den meester, die hij thans is. Nijesterow is de historie-schilder bij uit nemendheid, ook zijn stukken munten uit zaak opdringen aan lederen scheppenden kunstenaar. Die eisch is, zichzelf, bij gebrek aan eenigen anderen maatstaf, zoo zuiver mogelijk te houden: te werken in de overtuiging, dat iedere gedachte tot het bewustzijn komen moet uit den helderen bron van een onver stoorbaar onderbewust leven. Daardoor wordt ieder woord een nood zakelijkheid en iedere aandoening een vinger wijzing. In dezen auteur nu, ontbreekt absoluut de harmonie tusschen bewust en onderbewust. In sommige zijner uitingen blijkt hinderlijkduidelijk op welke uiterlijkheid ze geïnspi reerd zijn. Er is geen rust en gén bezon nenheid in zijn werk, en de elementen, uit wier ontmoeting het verhaal geboren wordt, zfln niet anders dan de tegenstrijdigheden in schrijver's eigen gemoed. Flaubert zegt ergens in zijn correspondance: Wij schrijvers bestaan niet voor het publiek, alleen onze werken. En in dien eenvoudigen zin lost hij het vraagstuk met dezelfde krachtige natuurlijkheid op, als Dürer het deed met de verdeeling van het vlak, een détail dat door vele moderne schilders als hoofdzaak naar voren geschoven wordt. Flaubert en Dürer verdiepten zich niet in de oorzaken van hun drang tot productie. De heer Drabbe doet dit misschien ook niet; maar het verschil blijkt het best uit de vergelijking van de zon, die zich niet afvraagt waarom zij schijnt, en den mijnheer achter op de tram, die er niet bij nadenkt, wanneer hij zegt dat het mooi weer" is. De klank van een onnoodig uitgesproken woord in nu eenmaal banaal. De heer Drabbe heeft meer te mopperen en te mallen, dan hij feitelijk te zeggen heeft. H. SALOMONSON iiiiiiiiMimniiMiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii door smaak; en daarnaast hebben de gods dienstige doeken van Wasnietsow charme lichtschittering en verraden een wilskrachtig gevoerd penseel. Benoit is goed schilder, maar toch nog beter critikus en Kandinsky over wiens merkwaardige moderne kunst, wij ons hier reeds eenigermate verwonderen: ne manque certainement pas de talent. Bakst en Doboujinski zijn twee illustrators en decoratieve kunstenaars van beteekenis. Het zijn de vindingrijkste de begaafdste en de karakteristiekste decor-schilders van Rusland. Bakst vooral (men herinnert zich den opgang, welke indertijd zijn kostuum en decor-ontwerpen voor Strausz' Josephballet te Parijs maakten) wordt beschouwd als de onnavolgbare meester in alle genres! Rusland heeft, in de laatste jaren, eenige groote talenten verloren, als daar zijn Lewitan, de Tschechow der Russische schilderkunst en Sjerow, de beroemdste onder de Russische portretschilders. Beiden genieten een te algemeene bekendheid, dan dat het noodig zoude zijn, er in dit artikel langer over hen uit te wijden. Onder de veel belovende jongere Russische schilders van dien tijd bewoog zich ook de gevierde en jonge figuur van Maria Bashkirtsef. Ongetwijfeld kunnen onze lezers het schil derij van hare hand, dat zich in het Rijks museum bevindt. Mevrouw Goloubyewa is op het huidige oogenblik de grootste beeldhouwster van Rusland. Het beminnelijke talent dezer be minnelijke vrouw is er waarlijk een van groote beteekenis. Hare werken treffen zoo wel door fijne afwerking, als door sierlijk heid van lijn. Geen wonder, dat haar succes bij gelegenheid van de verleden jaar ge houden tentoonstelling van haar werk, in het Alexander-museum te Moskou groot was. Het behoeft ons niet te verbazen wanneer in gelijken evolutie-gang met de groote omwenteling in Rusland, zich ook een zeer levendig en gewettigd verlangen zal ver heffen naar een wedergeboorte van de nationale kunst, die zoolang overheerscht werd door de nabootsing der westersche kunsten. HENRI HABERT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl