Historisch Archief 1877-1940
30 Juni '17. No. 2088
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Brieven uit New-York
III ?
Beste Kitty. Heb je ooit van een
Kwartierdaags club" gehoord ? Het doel of eigenlijk
de gedachte die aan deze Vereeniging ten
grondslag ligt is deze: Er worden door
vele vrouwen en meisjes vele kwartiertjes
vermorst, als wij die alle konden verza
melen, wat al nuttige dingen zouden daarin
voor de armen kunnen worden vervaardigd.
Een kwartier! wat geeft dat nu", zeggen
velen, het is niet de moeite waard om aan
iets te beginnen." Dat is echter juist het
cardinale punt, begin slechts aan iets en
het komt van zelf verder zegt de Vereeni
ging; in een regelmatig terugkeerend kwartier
kan werkelijk wel het een en ander worden
tot stand gebracht, meer dan men zoo op
pervlakkig denkt. Zondert men de Zondagen
af, dan komt men tot 313 kwartieren per
jaar, dit maakt 78 uren of wel 13 werkda
gen van 6 uur! en daarin kan men toch
heusch wel een of meer kleedingstukken
of andere nuttige zaken vervaardigen. Maar
men moet volhouden; natuurlijk is het voor
vele bezige vrouwen niet gemakkelijk eiken
dag een kwartier af te zonderen maar met
goeden wil en volharding kan het toch best
gedaan worden. Er is een lid der club die
zér veel te doen heeft en steeds aan inter
rupties bloot staat, zoodat zij dikwijls haar
kwartier in driemaal vijf minuten moest
verdeelen. Zij heeft op die wijze in een jaar
drie wollen shawls gebreid en een sprei
gehaakt! Een groote moeielijkheid, volgens de
leden, is, om zijn kwartier niet te vergeten.
Daarom geeft het Bestuur aan haar leden
een karton waarop met duidelijke letters
niets anders staat dan Het Kwartier
een eenvoudig randje omgeeft deze twee
woorden; het is van een lus en haakje voor
zien om het op een goed zichtbare plaats
op te hangen. Bij het karton is een gedrukt
papier gevoegd met eenige wenken; regels
heeft de club niet:
Neem uw kwartier zoo geregeld mogelijk,
het beste is onmiddellijk na den een of ande
ren maaltijd.
Kijk op de klok wanneer gij begint en
werk precies een kwartier: niet korter of
langer; denk niet: even nog dit eindje afma
ken, dan wordt het ongeregeld.
Kies een gemakkelijk werk en leg het
steeds op dezelfde plaats, berg het niet te
zorgvuldig in een kast weg, het moet voor
de hand liggen.
Om het kwartier te verkrijgen is de vol
gende raad gegeven:
Sta een kwartier vroeger op.
Lees een kwartier korter in uw boek.
Handwerk een kwartier minder voor uw
genoegen.
Praat een kwartier minder.
Maak uw visites een kwartier korter.
Doe uw boodschappen een kwartier vlugger.
Dan volgen nog eenige aanduidingen over
het soort werk, dat het meest geschikt is.
Haak- en breiwerk zijn het gemakkelijkst,
maar ook naaiwerk kan heel goed gedaan
worden. Er wordt ook aangegeven wat er
alzoo van oud goed gemaakt kan worden,
want vele vrouwen en meisjes die gaar
ne medewerken, schikt het niet de
noodige materialen te koopen. Hierin wordt
ook op andere wijze tegemoet gekomen.
Op de eenige algemeene vergadering staat
een gesloten bus waarin een ieder naar zijn
wil en vermogen iets kan laten glijden, voor
den inhoud koopt het Bestuur materialen,
die door de leden kunnen worden aange
vraagd. Aan ieder lid wqjdt verzocht op
de vergadering mede te brengen of in te
zenden hetgeen zij gedurende het jaar in het
kwartier daags vervaardigd hebben. Het is
leerzaam en opwekkend te zien wat er alzoo
VOORZOMER
Op een hoogen duintpp is het altijd frisch
en koel, zelfs als ze daar beneden zuchten
Kraag in Duchesse techniek vervaardigd op de Kantaf deeling van de
Rijks-kunstnaaldwerkschool te Amsterdam
IIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIII1IIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIII IMIIIIIIIIIIIIIirllllllIIIIIIIII
Kraag van Russische kant, vervaardigd op de Kantafdeeling van de
Rijks-kunstnaaldwerkschool te Amsterdam
ingebracht wordt en men staat verbaasd
over de vindingrijkheid van sommige vrou
wen om van niets iets te maken. Uit rokken,
nachtjaponnen en hemden was veel klein
kindergoed vervaardigd en ook een groot
aantal zakdoeken. Van de goede stukken
van oude handdoeken waren droogdoeken
gekomen en waschlappen van badhanddoe
ken. Haak- en breiwerk was echter het meest
vertegenwoordigd, veel spreien, die schijnen
de arme menschen heel graag te hebben,
ze zijn warm.zwaar en sterk en kunnen
gewasschen worden. Het Bestuur heeft een lange
lijst van behoeftige gezinnen en belast zich
met de uitdeeling van het vervaardigde,
maar als er leden zijn die gaarne zelve haar
gaven aan haar bekende armen geven, is
dat even goed en kunnen zij uit de voor
raad nog erbij krijgen wat haar npodig dunkt.
Aardig is het de groote verscheidenheid der
leden te zien, er is jong en oud, rijk en niet
rijk bij elkaar, er wordt thee en cakes ge
presenteerd en muziek gemaakt ter opluiste
ring. Reeds op scholen wordt voor deze club
geijverd door kinderen en jonge meisjes op
te wekken dagelijks n kwartier van hun
vrije tijd voor anderen op te offeren.
Wie begint een Kwartier-daags club" in
Holland ?
je ERNA
Kantwerk
In Amsterdam is dezer dagen kantwerk
te zien. Aan de kunstnaaldwerkshow van de
Rijksschool voor Kunstnijverheid is, zooals
velen bekend zal zijn, tegenwoordig ver
bonden een leercursus in kant maken, welke
cursus ook toegankelijk is gesteld voor
hospitanten. Zaterdag 30 Juni worden de
diploma's uitgereikt voor het werk der
leerlingen, bij welke gelegenheid de
kantstukken op de school vervaardigd worden
tentoongesteld.
l en einde de belangstelling in deze hand
werktechniek op te wekken, werd besloten
de tentoonstelling a.s. Maandag, Dinsdag
en Woensdag nog open te stellen.
Wij willen onze lezeressen aanraden, de
tocht naar den nok van ons Rijksmuseum
(ingang Jan Luykenstraat) eens moedig te
ondernemen, want 102 treden moeten wor
den opgeklommen. Wij zijn er het werk
van de school kennend zeker van, dat
voor haar die voor handenarbeid voelen, de
moeite beloond zal worden. De hierbij ge
geven afbeeldingen geven stalen van den
arbeid. Directrice vandekantwerk-afdeeling
is mej. J. A. Faber. E. M. R.
bij vijf-en-tachüg graden in de schaduw.
Nu bloeien de laatste duinroosjes en de
kruipwilgen langs de helling zien wit van
het zomerdons hunner pluiszaden. Een late
kneu is er in aan het werk en is nu al vijf
maal een bek vol witte welletjes komen halen,
daar voert hij het nest mee voor zijn
nabroedsel. Overigens gaat er weinig om,
want de zomerstilte nadert. Omlaag, in 't
hooiland, een half uur ver weg, ratelt een
maaimachine alsof daar een heel groote krekel
aan 't zingen is. De pas gemaaide velden
Wat zullen wij eten?
Een boterham met tevredenheid, hoe dik
wijls werd zij al aangeprezen in dit blad,
maar het meel wordt er niet beter op en
de tevredenheid verdwijnt meer en meer.
Zou het niet goed zijn, de zuinigheid, de
voordeelen eens op te geven die een met
takt en kennis van voedingswaarde toebe
reide vegetarische maaltijd geven kan. Nu
alle huisvrouwen meer moeite hebben rond
te komen met haar huishoudgeld, nu er
dikwijls een tekort aan brood is en het
vleesch duur blijft, durf ik allen aanraden,
's middags eens een goed toebereiden
vegetarischen maaltijd te geven.
Al meer dan zeventien jaar ben ik vege
tariër, ben gezond en werkzaam en de
groote zorgen voor het dure eten drukken
mij lang zoo erg niet dan de vele vrouwen
die ik er telkens over hoor spreken, mis
schien omdat ik met het allereenvoudigste
tevreden ben, het eten mij altijd goed smaakt,
ik de geruststelling heb dat de doctoren,
die vroeger zoo onbepaald vóór sterke
vleesch- en eiwitvoeding waren, nu in vele
gevallen zelfs het gebruik van vleesch ont
raden, en ik ondervonden heb, dat door goed
te kauwen men ook spoediger en beter is
verzadigd. Door vegetarische voeding wordt
men vroolijker, want men is dankbaar dat
men persoonlijk tenminste niet medewerkt
tot het vreeselijke mesten en slachten van
dieren.
Nu er telkens recepten in de Amster
dammer" voorkomen, verzocht ik de Redac
trice van de Rubriek voor Vrouwen" ook
eens een enkele maal een vegetariër het
woord te geven, en zie, het werd toegestaan
en dat nog wel in de pause op het congres
voor Duurzame Vrede!"
En om u allen nu eerder te boeien, ten
minste niet te vervelen, ga ik geen theorieën
verkondigen of ideëele uitspraken doen, of
wonderen vertellen van de vegetarische
voeding, wat ik allemaal best zou kunnen
klaar spelen, want ik ben een zeer overtuigd
en enthousiast vegetariër maar ik geef
u hier alleen enkele menu's.
Het liefst zou ik telkens tegenover de
menu's, of liever recepten van vleeschspijzen
die in dit blad voorkomen, een minstens even
voedend en smakelijk vegetarisch recept
stellen, maar ddt is voor de Redactrice te
lastig, daar ik dan telkens vooruit van het
recept vleesch-voeding inzage zou moeten
hebben, en Bosch en Duin in dezen
kolennoodtijd niet zoo'n vlugge postverbinding
heeft als de steden.
Toch wil ik nog even den vleeschschotel
Jonge aschgrauwe kiekendieven.
Uit Burdet's stercoscoopplaten. Uitgave varj de Vereeniging tot Behoud van
Natuurmonumenten
geven nieuwe lichte plekken in het landschap.
De duinen liggen grijs en wit en dor onder
den strakken hemel en het verre strand
steekt scherp af tegen de donkerblauwe
ledige zee. Alleen naar het zuiden, over
het zeegat heen, is drukte van masten en
een lange bruine vuurtoren.
Langzamerhand dwaalt de aandacht weer
terug naar de wijde vallei aan den duinvoet.
De kneu heeft nu aan een prikkeldraad een
vlok van echte schapenwol ontdekt, die hij
liever heeft dan wilgenpluis, en zit nu te
rukken en te trekken om daar een portie af
te halen. Waar zou hij zijn nest maken ?
Er groeien hier maar weinig duindoorns,
want dit zijn geen kalkduinen. Het is haast
alles hei, groene kraaiheide, die al gebloeid
heeft en nu zijn zwarte bessen rijpt en bruine
struikheide, waar nu leven in begint te komen.
Blauwgroene dotjes hier en daar zijn stekelige
jeneverbessen, daar kon diekneu wel in liggen.
Dan zijn er nog ooschjes van meidoorn,
hier en daar wat vliersttuiken en een enkele
berk. Er gaat ook een groene streep recht
door de heele lengte van het dal, dat is de
ellendige draineersloot, die een van de rijkste
wilde landschappen ter wereld veranderd
heeft in een armelijk graas-terrein. Dat is
een halve eeuw geleden zoo tot stand ge
komen in den nuchteren tijd voor 1880.
Toch is er van de oude glorie nog wel
iets overgebleven en als we wat vroeger
in den tijd waren, zouden we hier den heelen
dag gejoel en gezang en gefluit hooren van
allerhande vogels. Ze hebben het nu te druk
met het voeren der jongen, die doodstil zitten
in de nesten op den grond. Al hebben dieklein
tjes nog zoo'n honger, ze geven geen kik, alsof
ze wisten, dat ze weerloos en verloren zijn,
zoodra een vijand de nestplaats ontdekt.
In het bosch is dat anders; de vogels die
in de boomen nestelen en vooral de hol
bewoners voelen zich betrekkelijk veilig en
daar is dan ook den heelen dag het
hongerkoor te hooren van de jonge meezen, boom
klevers, spechten, spreeuwen of draaihalzen
en ander gedoe.
Maar hier in de duinvallen is alles stil
en als we wat van de bewoners willen ont
dekken, dan moeten we geduldig en scherp
uitzien naar de oude vogels, die hun jongen
komen voeren of die op jacht naar voedsel
zijn. We hebben nu zelfs meer kansen om iets
te zien, dan een paar weken geleden, toen
alles nog zat te broeden, want die jongen
moeten den heelen dag gevoerd gevoerd wor
den, het drukst in de morgen- en avonduren.
a Toch valt het nog niet mee, want de kleine
die kort geleden in dit blad stond hier her
halen en daar een vegetarischen tegenover
stellen, die bovendien nog bijna geheel in
de hooikist kan worden klaargemaakt.
Opgerolde varkenslapjes gevuld met gehakt
en die, nadat ze gebraden zijn, geplaatst om
een puddingvorm van rijst, terwijl aan plakjes
gesneden en gekookte peen met pieterselie
den schotel versieren."
Als vegetarischen schotel zou ik hiertegen
over willen stellen: een putée van groene
erwten met een beetje uien of fijngehakte
pieterselie er door. De puree in
puddingvorm in het midden, er om heen een
rijstrand of torentjes van rijst (als vorm een kopje),
daarbij een pieterseliesaus met kleine stukjes
peen, een kerrie- of een tomatensaus.
En nu een drietal eenvoudige menu's.
No. l. Groentesoep. Natuurlijk een soupe
maigre, alleen met een goed stuk je boter en wat
zout er in. Er zijn nu zooveel jonge groenten
te krijgen als spinazie, postelein, zuring.
Nooit het water waarin gij de groenten gaar
kookt, weggooien; alles met elkaar vormt de
soep en maakt ze voedzamer. Gij kunt ook
een paar groenten door elkaar doen en de
soep met wat rijst binden. Dan bloemkool
au gratin met aardappelen en botersaus,
wat koude vla en bitterkoekjes, sla of
chocoladepudding.
No. 2. Aardappelsoep of macaroniesoep.
In beide een goed stuk boter en in de
eerste wat pieterselie, in de tweedeeen dooier
van een ei en geraspte parmesaansche kaas.
Dan spinazie met gebakken brood en
croquettes van rijst, rhabarbermoes met lange
biscuits of taart.
No. 3. Bruine boonensoep met een goed
stuk boter en wat kokskruiden. Sla met eieren
of een eenvoudige mayonaise, gebakken
aardappelen en griesmeel' met bessensap of
flensjes met gelei van vruchten,
Men kan heerlijke croquettes maken van
spinazie, van aardappelen- of erwten- ook
van rijst-puree en die bakken in boter
of Delfia; lekkere schotels van macaroni
met allerlei toevoeging. Rijstschotels op
Indische manier klaar gemaakt, zijn smake
lijk, maar de vegetariërs kiezen of gebruiken
alleen die toevoegsels om te kruiden, die
plantaardig zijn en, hoe langer men vege
tariër is, hoe minder men van prikkelende
spijzen houdt.
Kleine pannekoekjes op elkaar gelegd met
geraspte kaas er tusschen, in den vorm van
pasteitjes, zijn, evenals gewone pasteitjes ge
vuld met champignons of macaroni heel
smakelijk bij het begin van den maaltijd en
alle vruchten, van vijgen, dadels, gedroogde
appelen of peren af.tot de zoo heerlijke versche
vruchten zijn den vegetariër altijd welkom en
hij gebruikt daarvan bij iederen maaltijd zoo
veel als verstand, beurs en tijdsomstandig
heden toelaten.
C. A. WORP-ROLAND HOLST
DAMES EN HEEBEN NET FLAJ?ELLEN
KOU/EN ? /OKKEN
'AM/TEC.DAM
ueic>/-CHB/TiiA>n- -ts.
HA'AR.L.BM
GH.OOTEHO UT/TR/OvT 16
DE GEE/TDE/TyD./'
BROCHUR.E GRONO/TOFFEN EK. HyGl'ÈME
OPAXN VEAGE GRATlV V E R. K R.y<3 B AT* R,
vogeltjes blijven haast altijd tusschen het
lage struikgewas. Alleen heel aan de over
zijde vliegen wat witte vischdiefjes af en
aan, die hebben daar, zooals ze wel meer
doen, een paar afzonderlijke nesten, ver van
de groote kolonie op de lage vlakte aan den
zeekant. De vischjes, die ze komen aan
dragen blinken in de verte als spiegeltjes
van een heliograaf. Nu strijkt een troep
kleine grijze vogels overdeheide: spreeuwen,
jonge spreeuwen, de eerste voorboden van
den herfsttrek. Dan weer een heele poos
niets en dan zwiert nog al hoog in de lucht
een tamelijk groote vogel met lange spitse
vleugels. Je zoudt denken een meeuw of
een groote stern, maar hij is kort aan zijn
kop en lang aan zijn staart: een roofvogel.
Toen hij over den duinkam kwam zweefde
hij eerst rond op stille wieken, nu doet hij
een paar slagen en dan glijdt hij regelrecht
naar een grijsgroen vlakje nog al ver weg,
een biezenplek, waar de draineersloot geen
vat op gehad heeft. Een oogenblik later
ben ik onderweg daarheen, want daar moet
nu die kiekendief zijn nest hebben en de
jongen zijn altijd aardig om te zien.
Nu blijkt bij het gaan door de hei en de
struiken, langs meidoorn en kamperfoelie
en jeneverbes, stekelige braam en dicht ge
vlochten wilgen, dat er nog heel wat huist
in de stille vallei. Telkens komen ver
schillende vogeltjes voor den dag. Sommigen
gaan in hun agitatie dadelijk zingend de
lucht in,ook een duinpieper,dieheel wat rijker
zingt dan een graspieper. Een grasmusch
warrelt met opgestreken kuif en wijd ge
spreide staart omhoog; hij zingt altijd
kijfachtig. Het bonte paapje, mooi met die
breede witte streep over zijn oogen en het
warm bruinroode borstje, zit te wippen boven
op een dorre meidoorntwijg, en zegt niet
anders dan tak-tak"'. Een eindje verder zit
een rietgors uit al zijn macht flauwte vallen
maar ik mag mij door zijn grimassen niet
laten afleiden, evenmin als door de mooie
bloempjes van het wintergroen, die zich hier
gaan openen naast blozende dophei. Ik ben
nu dicht bij het galigaanveld, waarde
kiekendief broedt, en als ik hem kan zien opgaan,
heb ik een heel goede aanwijzing, want dat
stekelig rietgras groeit zoo hoog en dicht,
dat hij wel vlak bij 't nest moet opvliegen.
Daar gaat de vogel dan ook, 't is een
bruingevlekt wijfje, het mannetje is blauwgrijs,
veel mooier. Hoog uit de lucht klinkt een
druk herhaald geroep, een echt roofvogel
geluid, en daar is het mannetje dan ook en
beide vogels zwieren nu rond, terwijl ik mij
in de hooge galigaan ga wagen. Met schouder
en ellebogen moet ik mij een weg banen, de
lange smalle stugge bladeren hebben zulke
scherpe zaagranden, dat ik ze met de hand
maar liever niet aanraak. Een stok zou hier
goed dienst kunnen doen. Opeens gonst
een troep vliegen omhoog, bruine en blauwe
en blinkend groene, en op de plek, waar ze
opvlogen, liggen afgerukte vogelpootjes en
wiekjes en een rattekop. Ziezoo, dat is alvast
de bijkeuken, waar de oude vogel zijn prooi
in brokken deelt, om daarmee de jongen te
voeren, en na nog wat gedraai en gewurm
vind ik pok het nest zelf. De groote, bijna
vlugge jongen hadden zich tot nu toe nog
al stügehouden, maar nu zij ontdekt zijn,
verandert hun taktiek. Met groot vertoon
van vleugels en pooten staan zij te sissen
en te blazen, om angst aan te jagen en als
we ze beetpakten, zouden we merken, dat ze
het bij dreigementen niet laten en klauwen
en snavel al goed kunnen gebruiken: wakkere
woestelingen. Mijnheer Burdet heeft van
zoo'n geval een mooie foto gemaakt; die
noemen we doorgaans C^aira ol
deMarseillaise, kijk maar eens.
Ik ga nog even naar de pootjes en wiekjes.
Daar zijn er bij van leeuweriken, te kennen
aan den langen nagel van den achterteen,
ook een van een spreeuw en stuk of zes
van strandloopertjes. Inderdaad, en op
Terschelling en Schiermonnikoog nog meer dan
op Texel, leeft de aschgrauwe kiekendief
voornamelijk op het strandgevogelte.Wie ooit
de duizenden en millioenen strandloopers
van velerlei soort heeft gezien, die van het
vroege voorjaar af tot In den winter toe
onze zandbanken en slijkplaten bevolken,
zal begrijpen, dat de kiekenöieven maar
zelden hongeren en ook, dat de aanwezig
heid van vijfentwintig kiekendiefhuishoudens
tusschen Egmond en de Eems geen
noemenswaarden invloed kan hebben op het aantal
der strandvogels. Als ik dan pok
kiekendieven zie jagen, heb ik het rustige en ruime
gevoel dat er goddank nog veel moois en
sterks bestaat en gebeurt, waarbij wij onze
armelijke overwegingen van nut of schade
gerust buiten beschouwing mogen laten. En
toch had het indertijd maar weinig ge
scheeld of die kiekendieven waren In de
vogelwet terecht gekomen op de zwarte lijst.
JAC. P. THIJSSE
IIOL,I,AND'S
BUSTE
CENTS
SIGAAR