Historisch Archief 1877-1940
4 Aug. '17. No. 2093
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOÜR NEDERLAND
J.S.MEUWSEN
HoicTeraicier
AMSTERDAM.
Leidscbeatraat 4,
B.pasaage h. D.rak,
Damstraat b. Nes,
Doelenstr. h Ach
terburgwal.
ROTTERDAM.
Moueltrap 3,
Boymanartraat 8.
ROTTERDAM
AMSTERDAM
B.Y.D.ÜEIDE
'8-GraYel.weg. Tel. 1150
ARTISTIEKE
MEUBILEERING
HEEREN MODE-ARTIKELEN s
HEERENSTRAAT 12, GRONINGEN
TELEFOON 1083
SPECIALE ONTWERPEN
N. V. Maas- en Waterweg
Maatschappij tot bevordering van de vestiging van
Industrieën te SCHIEDAM EN OMSTEEKEN
Lange Haven «l Tel. £3 Schiedam
Verleent haar bemiddeling bij den Aan- en Verkoop van Panden en
Industrieterreinen en het verschaffen van Bedrijfskapitaal.
DE AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
kost slechts f 1.90 per kwartaal
HET ADRES
VOOR
imiimiiiimmmiiimmiutiiiiuiiiHHuiiiu
met beschrijvenden tekst van
ELIS. M. ROGGE
(Deel l vari de Bibliotheek
DE VROUW EN HAAR HUIS")
Prijs ? 1.50
ia cartonnen band.
Uitgave van
VAN HQLKEMA & WARENDORF
te Amsterdam.
:?::?: xx :?::?::?::?::?::?:
il u i imiiilliinimiii "U iiliiiliiiiiiiiiiniiiiiiimiiiiniiniiiiiiiiiiiiiiHiiriiiiiiMiiriiriHiiiiiiiimiiiiiiin uiiimiiiiiiummium imiiiimmiiiimiiiiiimiiiiiiiiiimiiiimiiiiiimiiiuiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiim iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiumiiiimiiini
'OXYDOL'
(CHLORAS KALICUS TANDPASTA)
45 cent p. Tube.
Chemische Fabriek ,,'s-Hage"
's-GRAVENHAGE.
BLINDGEBORENEN
doofstommen, idioten, en
ONGENEZEN GEBLEVEN
patiënten van Chr. Scientists, geneest
door UITBREIDING hunner
praktijk H. G. T H l E M E,
Den Haag, Denneweg 25a
HEERENKLEEDING
H.J.LQOR, Utrecht
XXXXXXXXXX
Verschenen de 2e druk
in Kruis- en
GERESERVEERD
VOOR DE
E. P.
mtiiiiiiiiiiiiiiiin
Volkswil en Grondwetsherziening
Bestaat er een volkswil?
Een experiment op een honderd
Nederlanders
Het ministerie Cort van der Linden heeft
zich bij zijn optreden beroepen op den
volkswil. Regeering en Staten-Generaal zijn
van oordeel, dat de denkbeelden, die door
de aanhangige grondwetsherziening worden
verwezenlijkt, de uitdrukking zijn van den
wil van het Nederlandsche volk. De bestrij
ders van deze grondwetsherziening
daartntegen hebben het luide verkondigd, dat de
volksvertegenwoordigers zich hier hebben
geleend tot een politiek compromis, waar
aan de volkswil geheel vreemd is.
Het is uiterst moeilijk in dezen strijd een
objectief oordeel te vormen. Wie het waagt
zijn meening uit te spreken loopt gevaar,
dat hem voor de voeten wordt geworpen,
Toen het nog vrede was...
DOOR
J. FABIUS
De officieren van het Oostenrijksche
Bataillon dat te Scutari in garnizoen lag gaven
dien avond een bal.
Met het oog op de warmte zou het eerst
om tien uur beginnen en zoo zat ik, al in
avondcostuum, voor 't hotel waar ik gedi
neerd had, een kopje koffie te drinken.
De korte schemering was net aangebro
ken, en vuurrood was de hemel waar tegen
de, door de laatste stralen, der voor ons
reeds verdwenen zon, belichtte bergtoppen
violet afstaken. Want de bergen rond Scutari
zijn grauw overdag, haast niet begroeid,
soms even bedekt met een weinig sneeuw,
maar nauw begint de zon te dalen of het
grauw verdwijnt en heerlijk violet en groen
schitteren zij bij 't wegstervende zonnelicht.
Zwermen kraaien vlogen luid krassend
heen en weer en van af minarets weerklonk
't eentoonig gezang van de marahbouts op
roepend tot het avondgebed.
In de verte heel even 't schelle geluld van
een militair signaal.
Jn de drukke hoofdstraat, de rue Inter
nationale" hing een stoflaag vermengd met
die eigenaardige geur eigen aan het oosten.
Voor mij langs liepen deftige oude Turken,
dat hij zijn eigen meening of die van zijn
omgeving aanziet voor den volkswil. Maar
de eerste vraag, die de onderzoeker, die
streeft naar objectiviteit zich heeft te stel
len is wel deze: of er wel een eigenlijk
gezegde w i l van het volk bestaat ? Ik ge
loof, dat de gegevens van de volgende
enquête misschien een tipje van den sluier
die dit mysterie bedekt, kunnen oplichten.
Uit 500 landstormplichtingen van de
lichting 1909, die waren toegewezen aan
een bepaald regiment, waren door een soort
van geestelijke keuring 94 meer ontwikkel
den uitgezocht, die moesten worden opge
leid voor een rang. Deze 500
landstormplichtigen geven een zuiver beeld van het
Nederlandsche volk; het is een willekeurige
greep uit de jonge mannen, die ih 1917 hun
28e jaar volbrengen. De 94 uitverkorenen
vormen van dat volk de intellectueele elite.
Het is niet mogelijk eenigszins nauwkeurig
aan te geven, hoever dit 5e deel in ontwik
keling uitsteekt boven de overigen.
Onder deze 94candidaat-kaderleden waren
84 kiezers en 10 niet-kiezers. Aan allen werd
op den dag volgende op de stemming voor
de 2e Kamer, waaraan de kiezers onder hen
hadden deelgenomen, de opdracht gegeven,
een kort opstel te maken over deze vraag:
waarover handelt de tegenwoordige grond
wetsherziening? De volgende toelichting
werd daarbij verstrekt: het is de bedoeling,
dat uit het opstel blijkt of de schrijver weet,
waarover de grondwetsherziening handelt.
Wie er niets van weet kan volstaan met dat
te verklaren.
De opstellen werden gesplitst in 4 rubrie
ken. De 1ste groep vormden zij, die
er niets van wisten of die een totaal ver
keerd antwoord hadden gegeven. Tot de 2e
groep behoorden degenen, die een zeer eng
begrip hadden van het onderwerp: die
slechts óf kiesrecht óf onderwijs wisten te
op eenigen afstand gevolgd door hunne be
dienden, een enkele gesluierde vrouw schoof
haastig door de volte, trachtend nog voor
donker thuis te zijn.
Albaneezen uit de bergen met hun vrou
wen, kooplui, soldaten der internationale
bezettingen, Montenegrijnen, alles krioelde
door elkaar en voor mijn oog ontrolde zich
't woelige drukke straatleven, dat reeds in
Spanje en Italiëna zonsondergang opvalt,
maar dat in den Balkan door de zeer ge
mengde bevolking zijn eigenaardig oostersch
cachet krijgt.
Langzaam dronk ik mijn koffie leeg en
telkens de rook van mijn sigaret even in
en dan weer langzaam uitademend, kwam
ik onder de bekoring van dit tafereel, zoo
geheel anders dan waar ook in 't westen;
alleen de uniformen der vreemde soldaten
hinderden mij, die veel doen denken aan
Europa en weinig passen in dit milieu, waarin
alleen de lange gekleede jas, het eenige
kleedingstuk is dat door den echten Moham
medaan wordt gedragen.
Op eens trok een lange magere figuur,
aan de zijde van een mooi blond vrouwtje
mijn aandacht.
Ze waren blijkbaar op weg naar 't hotel,
want achter hen zag ik een groote gele
koffer, gedragen door een paar in lompen
gehulde zigeuners.
Geen oogenblik twijfelde ik aan de natio
naliteit, dat moesten Engelschen zijn. De
boot was zeker net aangekomen.
Ik had goed gezien. Ze moesten in't hotel
zijn, maar er scheen iets aan te haperen,
want de lief buigende waard deed zoo voor
komend als maar mogelijk was, edoch be
sluiteloos bleef het paar voor den ingang
staan.
Al spoedig echter kwam hij naar mij toe
en in zijn typisch Servisch-Duitsch, vroeg
hij om mijn hulp, want zooals Ik reeds ver
moed had, bleken de nieuwaangekomerten
werkelijk Engelschen te zijn en nog wel
van de echte soort, geen andere taal ken
nende dan hun eigen.
Ik hielp belde partijen uit den nood, en
gewoon als ik was, dat een Engelschman
zich laat helpen zonder zich verder iets van
u aan te trekken, stelde ik mij niet voor
en wilde na de zaak geregeld te hebben,
weer achter mijn koffie plaats nemen.
Toen de man plotseling zeide l am
Colonel T.... this is my wife, mrs T.
Are you an Austrian?
Nee, zeide ik, ik ben Hollander, kapitein
bij de gendarmerie, en noemde mijn naam.
Even keek hij mij verbaasd aan. Mijn
kepi had natuurlijk weer verwarring ge
sticht.
Aangezien ik merkende met een hoogge
plaatst Engelsen officier te doen te hebben,
mijne aanvankelijke stugheid wilde goed
maken, noodde ik ze uit mee aan mijn
tafeltje te komen zitten, en weldra vertelde
ik hun hoe de vork in de steel zat en hoe
het kwam, dat ze hier in Scutari een
Hollandsch officier konden ontmoeten.
Maar ook zij vertelden mij, waarom zij
zoo belangstellend vroegen of ik geen Oosten
rijker was. De kolonel was namelijk chef
van een Indisch cavalerie regiment, dat de
keizer van Oostenrijk tot chef had. Hij kwam
pas uit Indiëen was bezig door het Oosten
naar Old-England terug te keeren.
Het bleken zeer aangename praters, maar
ik moest al spoedig het gesprek afbreken,
want 't werd tijd om me naar het bal te
begeven en een oogenblik later stond ik
tegenover den overste Keiler, die, omringd
van zijne officieren ontving.
Het bleek, dat ik echter toch al te Iaat
was, maar toen ik mijne ontmoeting ver
telde en de Oostenrijkers hoorden dat de
kolonel een regiment commandeerde waar
van der alte Kaiser" chef was, vroeg hij
onmiddellijk of ik vergezeld van een
Oostenrijksch collega, een der weinigen die het
Engelsch machtig was, terug wilde om de
Engelsche kolonel met zijne vrouw alsnog
te inviteeren.
Deze keek wel eenigszins vreemd op en
verontschuldigde zich over zijn reistoilet,
maar mrs. T. hoorende dat er gedanst zou
worden, nam de uitnoodiging direct aan en
zoo gingen we te zarnen naar 't
Oostenrijksch casino.
Ik zie ons nog binnenkomen, nauw waren
we in de zaal, of de overste trad naar voren,
kuste galant de hand van de Engelsche.
terwijl ik voorstelde en tevens als tolk
dienst deed.
De muziek speelde het Engelsche
volksnoemen. In de 3e rubriek werden geplaatst
zij, die althans beide onderwerpen vermeld
hadden. Tot de 4e groep werden gerekend
degenen, die een vrij voldoende begrip
toonden te bezitten van de beide onder
werpen; die dus althans dit te kennen
gaven, dat het ging om algemeen kiesrecht
en financieele gelijkstelling van openbaar
en bijzonder onderwijs Het resultaat van
deze groepeering was het volgende:
Kiezers. Niet-kiezers.
Ie groep .
2e groep .
3e groep .
4e groep .
Totaal
8
10
28
38
"84
kiezers.
3
2
4
l
"10
niet-kiezers.
Onder de 31), die tot de 4e groep behoor
den, waren er 15, die aan een juiste uiteen
zetting van de hoofdzaak eenige onjuiste
détails hadden toegevoegd.
De volgende bijzonderheden dienen nog
te worden vermeld. Niet minder dan 20
proefpersonen hebben verklaard, dat de
grondwetsherziening, o.a. handelde over de
troonopvolging! De volgende onderwerpen
werden elk in n opstel als onderdeden
van de grondwetswijziging opgenoemd:
verdediging van Ned.-Indië, staatspensioen,
leerplicht, namenbelasting. Eén persoon
meende, dat het resultaat van deze her
ziening zou zijn, dat niet meer de koning
op eigen gezag, maar dat nu meerdere per
sonen het recht zouden hebben aan den
lied en in de volle zaal stond plotseling
iedereen in de militaire houding, het was
een aardig gezicht, die volle zaal met al
die verschillende uniformen, waarin vooral de
avondtoiletten der dames goed uitkwamen.
De aanwezige Engelsche officieren elegant
in hun korte roode dunner jakets, plotseling
hun volkslied hoorend, traden naar voren en
maakten hun opwachting en ontlastten mij
van 't verdere voorstellen.
Ik begroette thans op mijn beurt de aan
wezigen, eerst de dames. De consulsvrouwen
en enkele officiersdames Voor ditmaal waren
er zelfs ook eenige vrouwen van notabele
Albaneezen gevraagd; onder wie de vrouw
van Prenk Bib Doda direct opviel. Een dikke
blonde jonge vrouw in Europeesch avond
toilet, die zich blijkbaar heel niet thuis
voelde, en door iedereen met altesse" werd
aangesproken.
Ik had het druk, want dan werd ik hier,
dan daar geroepen, moest ik als tolk dienst
doen, tusschen de wel veel talen sprekende
Oostenrijkers, maar die behalve Duitsch, en
hun nationale talen, bijna geen enkele andere
Europeesche taal kenden, en de overige
vreemdelingen van wie 't meerendeel allen
hun eigen taal spraken.
Een Hef consuls-vrouwtje riep mij; ze zat
naast een Oostenrijkse!) kapitein, die haar in
't Duitsch allerlei complimentjes maakte, die
ze echter helaas niet verstond.
Que dit-il donc," vroeg ze met een lief
lachje.
Ach, mein Lieber Fabius, sagen Sie ihr
dass Sie heute reizend aussieht".
11 dit que votre costume ne vousvapas
du tout." vertaalde ik met een ernstig
gezicht.
Zij keek mij met haar mooie oogen vra
gend aan.
Fi donc. 11 est mcchant."
Was sagt Sie,'' vroeg de kapitein, een
jonge man nog, die als charmeur bekend
stond.
Ik vertaalde weer: Das du ein reizender
Kerl bist."
Du Fabius, sage ihr mal was recht nettes,
ik kann ja doch leider kein Franzosisch ?"
Wird gemacht," zeide ik, en flirtte verder
uit naam van den kapitein, die me steeds
vroeg haar antwoord te vertalen, dat ik
echter expres naliet.
Daar kwam de lange Engelschman, Bobby,
aan. De lieveling van alle dames; hij sprak
Fransch, wel is waar met een sterk Engelsch
accent, maar hij sprak 'f toch maar.
Toen was de Hauptmann totaal uit het
veid geslagen en zocht zijn heil verder bij
den Stabarzt die jarig was en bowl schonk
in een hoekje van de leeszaal.
Een klein mooi Weensch officiersvrouwtje
kwam op mij af.
Ik kuste haar hand.
Sie, herr Hauptmann, kommen Sie
morgenfrüh zu mir. Wir geben nachste Woche ein
Festessen, und da wollen wir alle
Nationalita'ten einladen, helfen Sie mir mal die
Katten schreiben, Sie kennen doch aile
Sprachen.
Wird gemacht, gnadige Frau." De muziek
speelde, de wals uit Zigeunerliebe, ik vroeg
een of anderen nabuur den oorlog te ver
klaren.
Het is uiterst gevaarlijk uit deze weinige
gegevens conclusies van algemeene
streKklng te trekken. Men kan echter naar mijn
meening met eenige waarschijnlijkheid de
volgende resultaten opstellen: Zelfs onder
de meer ontwikkelde kiezers, die op den
15en Juni aan de stemming hebben deelge
nomen, was althans bijna X geheel onbe
kwaam om zich omtrent de zaak, waar het
om ging, een oordeel te vormen en meer dan
de helft van die meer ontwikkelden oor
deelde zonder veel kennis van zaken. Hoe
zal het dan met de kennis van de groote
massa gesteld geweest zijn)
Bovendien blijkt dit. Slechts zeer weinig
is tot de kiezers doorgedrongen van de be
doeling van de actie tegen de grondwets
herziening; bijna '/4van deze kiezers meende,
dat een nieuwe regeling van de troonop
volging in de herziening was opgenomen.
Toch is er ook een lichtzijde. Men kan de
hoop koesteren, dat van uitbreiding van het
kiesrecht eenige opvoedende kracht zal uit
gaan. Althans de kennis van zaken bij de
kiezers bleek veel gunstiger, dan die van
de niet kiesgerechtigden van denzelfden
leeftijd. En althans deze conclusie zal wel
door niemand betwist worden: dat er nog
heel wat te doen blijft om de kiezers voor
hun taak bekwaam te maken.
En het mysterie van den volkswil? Het
blijkt ondoenlijk uit den uitslag dezer ver
kiezing den volkswil op te maken: het
meerendeel der kiezers was niet in staat
zich een oordeel te vormen, omtrent de
zaken waar het om ging. Vóór- en tegen
standers van deze grondwetsherziening kun
nen dus voortgaan zich op den volkswil
te beroepen.
F L A v i us
haar ten dansen.
We walsten rond, 't mooie Engelsche
kolonels vrouwtje danste gracieus met de
Oostenrijksche overste, de lange kolonel met
het kleine vrouwtje van den Duitschen com
mandant, die zelf rondhuppelde'met de vrouw
van den Oostenrijkschen consul.
De muziek hield op, en ik moest me aan
de officiesle tafel zetten.
Ik kwam tusschen de Engelsche kolonel
en den Duitschen majoor te zitten; deze
sprak ook Engelsch en het duurde natuurlijk
niet lang of we spraken over den komenden
oorlog.
Ik geloof er niet aan, zeide de Engelsch
man.
Binnen acht jaar, zei de Duitscher, want
dan is Rusland klaar en voor dien breekt
hij uit.
Dat kan wel, zei de Engelschman, maar
voor dien heeft Engeland zijn politiek ge
wijzigd.
Waarom, vroeg ik geïnteresseerd?
ik kom uit Indië, zeide de kolonel,
en heb dwars door Perziëgereisd en
binnen een paar jaar zijn wij daar in open
lijk .conflict met de Russen. Ik benijd uw
Zweedsche collega's niet, zij zitten daar
tusschen ons en de Russen, zooals gij hier
tusschen de Oostenrijkers en de Italianen.
Ik luisterde met belangstelling, dat was
hetzelfde wat ik al van een Amerikaan
gehoord had, die er jaren lang was ge
weest.
Dus, zeide ik, u gelooft niet aan een
Europeeschen oorlog?
Ten minste niet aan een West-Europeesch
conflict.
Laten we daarop drinken, zei de Duitsche
majoor, en we stootten de champagneglazen
tegen elkaar, de Engelschman, de Duitscher
en de Hollander, maar de Fransche consul
had ons gesprek gehoord en zeide daar wil ik
ook op drinken en ten tweeden male stootten
wij aan.
Mocht het waar zijn; ik keek rond om
me heen, daar zaten de officieren der grootste
militaire staten vriendschappelijk bijeen, zoo
goed en kwaad als het ging converseerend,
elkaar toedrinkend, dansend zelfs met elkaar.
In de hoek echter stonden de Russische
consul en de Montenegrijnsche en spraken
op fluistertoon.
Iemand tikte mij op mijn schouder, een
der Albaneesche notabelen stond achter me
en zeide, ik hoorde die dronk, maar niet in
Perziëligt 't lot van Europa. Oorlog of
vrede, de weg naar Indiëis lang, zij begint
bij den Balkan en over veel jaren zijn wij
eerst aan Perziëtoe.
Het werd laat dien avond en toen we
door de Oostersche nactjt, bij volle maan
naar huls gingen, zag ik voor mij een
Franschman, met een Engelschman en Duit
scher gearmd, ieder op zijn manier 't we
gaan nog niet naar huis" aanheffend.
Het wreede toeval heeft gewild, dat thans
eveneens in 't oosten, die daar toen op den
vrede dronken als vijanden tegenover elkaar
staan. Alleen de Engelsche kolonel schijnt
nog te leven, de meeste vrouwtjes zïjn
weduwe, sommigen al jaren lang.