De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 11 augustus pagina 3

11 augustus 1917 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

11 Aug. '17. No. 2094 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND N. V. Maas- en Waterweg Maatschappij tot bevordering van de vestiging van Industrieën ta SCHIEDAM EN OMSTREKEN Lange Haven 3 Tel. 23 Schiedam Verleent haar bemiddeling bij den Aan- en Verkoop van Panden en affen van Bedrijfskapitaal. Industrieterreinen en het verschaf Zooeven verschenen : MODERN BIBLIOTHEEK (deel XVI) De Driedubbele Vrouw door F. DE SINCLAIR Schrijver van: Om Papa's Principe, Baron Selderie, etc. Prijs gebonden fO.95 :-: Uitgave: VAN HOLKEMA & WARENDORF, Amsterdam :-: 005TEQBEEK MEUKLEERIMQEN italist Financieel Nieuwsblad Singel 842, A'd&ra - TELEFOON H. 692S bevat steeds actueele arti kelen, betrouwbare cor respondentie, altlotingen ran premieleenlngen, productie*, koerol^ftt enz. Abonnement slechts per kwartaal. Vraagt gratis Proefnummers MEUBILEERING-MAATSCHAPPIJ HOLLAND" N. Z. VOORBURGWAL 274 AMSTERDAM TEL. 5974 N. BIJ HET INRICHTEN UWER WONING HEBT QIJ 3 RUKTEN IN HET OOG TE HOUDENi DUURZAAMHEID HARMONIE GEMATieOEN PRIJS DAT WIJ IN ONZE INRICHTINGEN DEZE EIGENSCHAPPEN VEREENISEN, BEWIJZEN UE TALLOOZE TEVREDENHEIDSBETUIQINGEN, WELKE WIJ VOOR U TER INZAGE HOUDEN. BLINDGEBORENEN doofstommen, idioten, en ONGENEZEN GEBLEVEN patiënten van Chr. Scientists, geneest door UITBREIDING hunner praktijk H. G. T H l E M E, Den Haag, Denneweg 25a Verschenen de 2e druk in Kruis- en met beschrijvenden tekst van ELIS. M. ROGGE (Deel I van de Bibliotheek DE VROUW EN HAAR HUIS") . Prijs ? 1.50 in cartonnen band. Uitgave van VAN HOLKEMA * WARENDORF te Amsterdam. KKKKKKKKKK Tot het bouwen van Villa's en Landhuizen zijn prachtige heuvel achtige BOSCHTERRE1NEN te koop In HET OOSTERPARK te DE BILT station Lage prijzen, mooie wegen, gas, electr. licht, water. Dir.J.J.STOKMAÏfUOTTOSCHüLZ Tel. Int. 38 & 48 'OXYDOL' (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) 45 cent p. Tube. tal, Veon, STUK & Co. Chemische Fabriek ,,'s-Hage" 's-GRAVENHAQE. Fr. SI NE BUS ZO LEIDSCHESTRAAT 22 AMSTERDAM. TELEFOON N. 8812. HE/VDEM HAAR HAAT. Biënts Balt Zelfond. OO Ct. In d. Boekh. en na postw. bij RIËNTS BALT, Den Haag, bij wlen ook mond. en schr. ond. Mej. K. heeft een plaats bekomen te H., en voldoet zeer goed." (?tv.g.) Zr. L. te B. IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIlnlMIIIIIIIIIIMIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMItllllllllllll l DE t.P. VOEDINGSMIDDELEN EN KRACHTPRAEPARATEN WORDEN ZOOVEEL GEBRUIKT, OMDAT ELK VERBRUIKER ZICH ER ZOO GOED BIJ BË'VINDT EN DE E. P. ARTIKELEN BIJ VRIENDEN EN BEKENDEN AANBEVEELT ! Vraagt onze gedrukte mededeelingen, die voor elk van belang zijn. N. V. EXPL. MAATIJ. VOOR EIWIT-PRODUCTEN KEIZERSGRACHT 790 - AMSTERDAM. ItlllllMlmlIIIIIIIIMIMtlllllllMlmlIIMIIIIIMIItlHIMMMIIIIIIIMItmlIMIIIIIMIIDIIMIMIIIMIIMII luiden: op het gezag van een geleerde die, wat hij zelf de zotheden van een lichtvaardigen n onkundigen prater noemde, voor eigen werk heeft uitgegeven. EEN VERKIEZING DOOR M. SANDERS De Wedono (het districtshoofd) van en ik reden in den rammelënden gouvernements-auto naar de dessa Wringlnanom om daar de verkiezing van een nieuw dorpshoofd te leiden. De rit in het vroege morgenuur door het westmoessonfrissche landschap was een verkwikking en een oogenlust. Het eigenaardige staalblauw der bergen, wier omtrekken zich nu nog strak in het blinkende water der uitgestrekte rijstvelden spiegelden, zou straks achter sneeuwwitte regenwolken schuil gaan... De wedono was op zijn praatstoel dezen morgen. Zoon uit een oud geslacht, grijs al, maar toch nog recht van lijf en leden en militair-stram van houding, wuifde hij, al verhalende, met stil en breed gebaar af en toe voor zich uit, als tooverde hij zijn sier lijke en soms zoo vreemde gedachtebeelden uit onzichtbare verten te voorschijn. En wanneer hij dan zoo op dreef was, gaf hij zich ook graag aan wat zelfverheerlijking over. Wat was het nu weer? Hij scheen opvallend veel hinder te hebben van de prachtige kris, die in een sierlijk gesneden en gepletten lederen band aan zijn zij omlaag hing. Reeds herhaalde malen had hij er iets aan verschikt. Ik begreep hem! Hij wilde het graag weer eens over zijn mooi statie wapen hebben. Waarom zouden wij dat nog niet eens een keer doen? 't Is toch een pracht-kris, wedono! zei ik. Er kwam een tevreden trek op het gelaat van den ouden man, en hij zei, met iets vergoelijkends in zijn stem: Een geschenk van den generaal aan mijn overgrootvader! . Meteen trok hij het wapen uit de lederen draagband, om het mij met een vriendelijk, toch deftig gebaar te overhandigen. Weer lag de kris in mijn handen, en nogmaals wees de eigenaar mij op het schoone en kunstzinnige dat aan zijn geliefde poesaka (erfstuk) op te merken viel. We bezagen de fijn uit goud gedreven huls, waarin de houten schede rustte. We taxeerden het karaat en oordeelden over de kleur, die we prachtig vonden, veel mooier en warmer dan die der meeste goudomhulsels van krissen, die we al zoo gezien hadden. We waren verbaasd over het kunstenaarstalent van den goudsmid, die het stuk vervaardigd had. En ook het met enkele glinsterende edelsteenen in goud omvatte, uit een glan send donkerbruine houtsoort gesneden ge vest, gaf veel op te merken, te vragen en te looven. De kris zelf werd niet uit de schede getrokken. Dat doet de Javaan niet, Die prater" was overigens lang niet zoo dwaas of onwetend als Wolf wel wilde doen gelooven. Als men maar geen grimmigen ernst maakt van al wat hij op gemeenzamen irifdtiiiiirrtiii iilfiiiiiffffiififffffiiliiiiirriiiiifffiiiiffiifffriiiiirirfiittiffifi als het niet hoeft het is beter van niet. Er was trouwens Iets merkwaardigers te zien dan het pamoer (gedamasceerd staal) van dat lemmet. Het was de wlt-kemoeninghputen schede der kris. Als ware ik nog nimmer opmerkzaam gemaakt op de waarlijk wonderbaarlijke figuren, die in de vlammen van dit satijnachtige hout te voorschijn kwamen, wanneer het licht er schuin op viel, wees de oude heer mij de een na de ander den tijgerkop, den langgebaarden grijsaard met zijn tulband, de slang en de papegaai. Ja, het was een wonder! Want wat was deze schede anders dan een stuk hout, eenvoudig van vorm, en glad gepo lijst doch ziet: de zooeven genoemde beelden waren van zelf in de vlammen van het witte hout opgelicht, en duidelijk zichtbaar geworden. En toch toeval was dit niet! De wijze maker, die al lang vóór hij zijn werk begonnen was den boom in het woud wist staan, waarvan het hout voor de schede gekapt moest worden, had ook tijdig voorspeld welke beelden in de vlammen voor den dag zouden komen. En wel geen andere, dan die, welke in het leven van den eersten bezitter zoo'n bijzon dere beteekenis hadden! Er was een zeldzame en eigenaardige be koring in de wijze, waarop de oude wedono dat alles zat te vertellen, eenvoudig weg, en met stille overtuiging. Een oogenblik waren we weer in het rijk der vele moge lijkheden, in het land der sprookjes, in het domein der sagen... maar dan op eens overwon de westersche geest van werkelijk heid weer, en verbrak deze fragiele stemming. Want de wedono ging nu opsommen, wat er al niet voor de kris geboden was! En zoo waren wij van het wonderbare in het geldelijke neergeploft De auto was op eens gevaarlijk gaan hobbelen: we waren een smal desaweggetje ingereden en Wringinanom lag vóór ons. Langzaam tuften we de smalle straatjes van het dorpje door, waar het zwart zag van de menschen, die ter gelegenheid van de aan staande verkiezing daar samenschoolden. Voor het huis van den vorigen, sedert kort overleden loerah (dorpshoofd) hielden we stil. Links en rechts van den ingang dier woning waren in alle haast kleine kraampjes opge slagen waar eetwaar en dranken van velerlei soort en kleur te koop werden aangeboden. Een wolk van stof werd van onder onze auto door den morgenwind over de uitge stalde spijzen heen gewaaid en de verkoop ster haastte zich een stuk pisangbfad over haar dien morgen zoo zorgvuldig met klapperolie ingesmeerde kapsel te spreiden. Daar zijn de javaansche koopvrouwtjes langs den weg altijd het eerst op bedacht; op de open en bloot uitgestalde eetwaar komt het hier minder aan; de snoeplustige inlander ziet op geen zandkorretje meer of minder in zijn versnaperingen. En terwijl nu de eigenares van het stalletje een ruimschoots voldoende hoeveelheid scheldwoorden en booze blikken in de richting van den inlandschen chauffeur zond, zag de eenige gast van het primitieve restaurant goe dig naar de met stof overdekte wielen van toon over de Homerische goden en helden heeft opgemerkt, en vooral... als men onderscheid maakt tusschen hetgeen hij heet te hebben beweerd en hetgeen hij feitelijk beweerd heeft, maken d'Aubignac's be schouwingen, in de lijst van zijn tijd geplaatst, een zeer behoorlijk figuur, en lijkt hij veel eer een vernuftig en zelfstandig denker dan een half suffe beuzelaar. Maar de ne be wering, die voor hem hoofdzaak was en die Wolf dan ook tot den hoeksteen" van zijn betoog heeft gemaakt, de zoogenaamde jeugd van het schrift, is een dwaling ge bleken: een dwaling, in de 17e eeuw vrijwel onvermijdelijk, maar in den tegenwoordigen tijd onmogelijk. Het schrift is vele eeuwen voor de geboorte van den dichter der Ilias of dien der Odyssee bekend geweest. Die hoeksteen is sinds lang door de bouwlieden verworpen" (Blass). Merkwaardig voorbeeld van overgeërfde voorstellingen: ondanks dit beter inzicht, waardoor Wolf s of Hédelin's stellingen onhoudbaar zijn geworden, zijn honderden philologen tóch de door hem aangegeven richting voor en na ingeslagen met onverstoorbaren ijver. Zoo zwemmen de lemmingen altijd maar weer de zee in, om een land te bereiken dat in den voortijd verzonken is. Bérards boek is een groote aanwinst voor de philologie. Vóór den wereldoorlog zou hij het ongetwijfeld een anderen en allicht beteren titel hebben gekregen. Want de duitsche wetenschap" maakt zich niet aan leugen" schuldig als een duitsch geleerde letterkundigen diefstal pleegt. Aan die onzen auto, en over zijn lipoen kwam alleen lakoniek dit ne woord: Awoe..." stof! In de pcndopo (het voorhuis) van het be wuste woonhuis was een tafel met twee stoelen voor ons gereed gezet, en, iets meer op den achtergrond, had men een geheim zinnig hokje getimmerd, vier bamboes, in den grond gestoken en drie zijden van het daardoor gevormde vierkant met oude lappen en afgedragen sarongs dichtgespijkerd. De vierde zijde bleef open, en met deze ope ning naar den achterwand van het voorhuis gekeerd vormde de betimmering een aan de blikken der kiezers en nieuwsgierige toe schouwers tamelijk wel onttrokken ruimte, waarin straks de gekleurde, blikken verkie zingsbusjes zouden worden geplaatst en de kiezers gelegenheid kregen hun stem waar lijk zeer in het geheim uit te brengen. Alles ging zijn gewonen gang. Net als altijd werd de hoofdgeldstaat afgelezen. Want alleen zij die volgens deze opgave kiesgerechtigd waren, mochten op het pleintje voor de pendopo neergehurkt blijven zitten orn aan de verkiezing deel te nemen. Remplaganten werden niet toegelaten. Nadat hun uitgelegd was welke de eischen van ver kiesbaarheid voor het ambt van dorpshoofd waren, rustte op den wedono de zware taak deze eenvoudige menschen aan het verstand te brengen hoe de geheime stemming zou plaats hebben. Hij legde hun meerdere malen achtereen uit dat deze wijze van stemmen ten doel had een einde te maken aan alie, anders onvermijdelijke geknoei, omkooperij en pressie. De candidaten, die met het aangezicht raar de kiezers gekeerd op een rij zaten, kregen elk een verschillend gekleurd bordje op de borst gespeld. En vóór eiken candi daat zette men een met een deksel gesloten blikken busje, met een gaatje in het deksel, welke blikjes telkens gelijk gekleurd waren als het bordje op de borst van den betrekkelijken candidaat. Deze blikjes zouden straks in het hokje neergezet worden en de kies gerechtigden kregen dan, een-voor-een op geroepen, ieder op hun beurt een spijkertje, dat zij in het busje hadden te werpen dat de kleur van hun candidaat droeg. Vrij eenvoudig dus. Doch na een keer of wat uitleggens kwamen de talrijke bezwaren. En als men dan eindelijk tot de verkiezing overging, liep deze herhaaldelijk in de war door de schuld der kiezers. Sommigen van hen vonden het noodig den controleur of wedono op zeer duidelijke wijze en op een voor ieder zichtbare te verstaan te geven in wiens busje zij van plan waren hun spij kertje te laten vallen. Anderen weer waren reeds geruimen tijd achter het beschot ver dwenen en men wachtte op het tikken van de spijker in het blikken busje vergeefs, men hoorde niemendal.... de wedono riep dan iets van: rampocng""> klaar?... maar geen antwoord kwam, zoodat de politie-oppasser van den assistentwedono er zich mee ging bemoeien, en over het schot keek. wat eigenlijk niet te pas kwam, van wege het peheime der zaak en ziet, dan kwam de kiezer, met zijn spijkertje nog tusschen duim en wijsoneerlijkheid zijn allen medeplichtig, die in Duitschland en daarbuiten, ook in Frankrijk, aan Wolf onverdiende eer hebben gegeven, ... als men ten minste medeplichtigheid wil noemen wat zij zondigden in hun onwetend heid, totdat Finsier, de sedert overleden leerling en vriend van von Wilamowitz, in zijn voortreffelijk, bij Teubner te Leipzig en Berlijn verschenen werk de waarheid aan het licht bracht. Gelukkig heeft de studie van Bérard ook een ondertitel. Met les prolégomènes de Wolf heeft de Parijsche geleerde grondig en voor goed afgerekend. Eere zij den man die ons van die nachtmerrie heeft bevrijd. VERZEN Het vreemd geluid ik rustte met de hand slechts even Op mijne oude luit . . . Nooit in mijn heele leven Hoorde ik zoo'n vreemd geluid. Nu alle smart voorbij is En mijn ziel rust stil bij haar Klinkt er heel vreemd en angstig Soms nog een oude snaar. GUUS MOUSSAULT vinger geklemd, weer achter de sarongs te voorschijn, een verlegen, onbenullige trek op het gelaat He! riep de wedono, hij is zuinig ge worden, hij denkt dat het zonder spijkertje even goed en goedkooper kan Hoeft niet, man, steek 'm gerust in het gaatje hoor, ajo, doe 't Het volk lachte. Maar de domme gogol liet zich niet van zijn plan afbrengen: Ik moet eerst nog eens even gaan zien hoe de kleur van mijn candidaat is! En vastberaden stapte hij op den door hem begunstigde toe om zich, vóór hem staande, doodbedaard van diens kleur te vergewissen. En weer anderen hoorde men in de ge heimzinnige ruimte met het busje rammelen: zij konden het gaatje niet vinden en trachtten nu onhandig draaiende en rukkende het deksel heelemaal van de doos te krijgen. Soms ook was er een, die in het geheel geen keuze kon doen hij was kleuren blind. Voor dezulken plaatste men dan bij de gekleurde busjes n op de borsten der candidaten bovendien wel eens bladen en bloemen van verschillende planten. Maar het ergste was, dat velen der kiesgerechtigden in dier mate aan oogziekten leden, dat zij bijkans blind waren. De wedono hielp hen dan maar een handje en vroeg fluisterend: Op wien stemt ge?" maar de kiezer vond al die geheimzinnigdoenerij uit den booze en brulde den naam van zijn candidaat over de menigte uit, die in een gullen lach uitbastte. Edoch dit maal geschiedde er vooreerst niets van dat al. Want nadat de wedono gemeend had, dat het nu genoeg was en zijn uitleggingen staakte, was er op zijn vraag: Hebt ge het begrepen? niets dan een diepe stilte gevolgd. Begreep men het dus? Noewoen ing^ih sampoen! ja! riep men uit de menigte door elkander. Toch haperde er iets aan, dat begreep men, dat zag men. Wat dan ? Geen antwoord. Eindelijk schoof een der aanwezige kies gerechtigden naar voren, maakte een lange sembah en deelde namens de aanwezigen mede, dat de kiezers niets van een geheime stemming hebben moesten, doch wenschten dat men volgens de oude methode te werk ging. Vroeger namelijk had de verkiezing een voudig plaats doordat de kiezers zich op rijen achter den door hen uitverkoren can didaat schaarden en het grootste aantal volgelingen over het verkozen zijn besliste. Maar deze methode was uit den tijd! De stemming moest geheim zijn, en de con troleur legde dus uit dat aan het verzoek der aanwezigen niet kon worden voldaan. Evenwel, de oppositie bleef. Nu herhaalde de wedono vele malen, en telkens weer op een andere manier, wat reeds duidelijk ge noeg gezegd was. Zonder resultaat. Wat nu ? Onverrichterzake huiswaarts keeren en rapporteeren, hoe de zaak zich toegedragen had, wilde men niet. Dwang uitoefen mocht men niet. Verder praten zou niets uitwerken, leek het wel. Wat dan ? Op eens kreeg de wedono een inval. Hij had reeds gemerkt dat de controleur zijn geduld i MUI 11 UMI j l ml' imilMimiiiiiiiiiniiiMmiiimiiiiiiiilmiimiMmiiiiMiM In verlatenheid Dat is, wat wij onheelbaar moeten lijden, In stil gedenken onze droefste pijn; Als lach en lied, die and'ren nu verblijden, Voor ons, alleen voor ons verloren zijn. Het leed, dat wij vertwijf lend weren wilden, Als ons de dood hun heil ontnomen hadd', Waar', wanneer mild de dagen het verstilden, Tot vriend geworden op 't vereenzaamd pad. Als t'avond zich de kimmen purper kleedden, Deed het ons dieper schouwen in den tijd; Als vroeg de neev'len 't rijzend licht bestreden, Waar' het ten arbeid zeeg'nend ons bereid. Zou traden wij gelouterd en verheven, Ten nieuwen kamp verzoend den morgen in. Wat heenging, waar' ons reiner weergegeven, Wat wij verloren, werd ons tot gewin. Maar wat wij steeds onheelbaar moeten lijden, In stil gedenken onze droefste pijn: Als lach en lied, die and'ren nu verblijden, Voor ons, alleen voor ons verloren zijn. J. W. VAN ClTTERT 4-4-4begon te verliezen en in een slecht humeur kwam, iets wat bij een Europeaan, vond hij, altijd een slechte uitwerking had. Dat moest tot iederen prijs worden vermeden, want een goede stemming was voor dezen aristokraat een eerste vereischte. Hij wist raad! In een keurige, kalm ge sproken en met talrijke kwinkslagen door spekte toespraak gaf hij kwasi toe dat de geheime methode eigenlijk niet veel goeds beteekende, en de oude methode achteraf beschouwd toch verreweg de beste was, maar dat het niettemin wel aardig zijn zou óók met de nieuwe wijze van stemmen eens een keer kennis te maken, om het merk waardige er van, anders niet. Want, niet waar, men kon toch niet achterblijven bij naburige dessa's, waar men het gevalletje al onder handen gehad had! Indien men het dus voor de aardigheid eens propeerde. Voor de aardigheid, want gelden, cht gelden zou de verkiezing natuurlijk niet, als de kiezers dat niet wilden, 't Was om het maar eens gedaan te hebben. En dan om den resident toch ook weer niet heelemaal teleur te stellen. Kom, men moest net toch eens probeeren... Het gebeurde. Voor een proefje, voor een verkiezing voor de leus was men wel te vinden. De uitslag was verrassend! Toen bekend gemaakt werd, dat Si Anoe de meeste stem men, 45 in getal, op zich vereenigd had, en men vernam dat de twee andere candidaten er respectievelijk 14 en 3 hadden veroverd^ toonden de aanwezigen zich bij het hooren van dezen uitslag n en al verbazing over en ingenomenheid met het toegepaste systeem. De zegsman van zooeven schoof opnieuw naar voren, nu met een allergenoegelijkste uitdrukking op het gelaat. Hij deelde ons mede, dat men uitermate met het resultaat in zijn schik was. Want 't was wonderlijk: van te voren was al uitgemaakt hoe men stemmen zou, en dat de candidaat Si Anoe 45 stemmen zou krijgen, en de beide anderen ieder 14 en 3. En nu leverde de geheime stemming precies hetzelfde resultaat op! Dan moest het systeem toch deugdelijk zijn. Men was bijgevolg bijzonder over den gang van zaken gesticht, zoodat men verzocht de verkiezing als geldig te mogen beschouwen. Dom volk! Och, ik weet het niet. Het gebeurde bewijst in ieder geval dat men, geheim stemmende, toch zijn woord hield waar het gold zijn stem op den candidaat uit te brengen, die er wellicht voor be taald had. Het volk ging uiteen. In een tevreden stemming stegen we weer in onzen auto, en ik maakte den wedono een compliment over zijn beleid en zijn succes van dezen morgen. Doch de oude heer wees deze hulde vrien delijk aan mij terug, zeggende, dat wij te zamen het schoone resultaat bereikt hadden. En hij eindigde zijn speechje met een hollandsch eendraag maak mach". Voor zijn woning hielden wij stil en de oude heer steeg uit. Hij stak mij joviaal en toch met een hoffelijke buiging de hand toe en nam afscheid van mij met een ernstig: Rèspèk aan Mefrou!"

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl