Historisch Archief 1877-1940
8 Sept. '17. No. 2098
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Welken post neemt gij waar, als de nood aan den man komt?
(Ladles Home Journal)
Er is groote vraag naar
tratnconducteurs
Zware karren moeten worden
bestuurd
Een meisje drQft dit schei
kundig werktuig
Vrouwen leeren het vliegtuig
te besturen
Een vrouwelijke' sergeant en
constabel in 't gelid
Vrouwelijk treinpersoneel
in dienst
Zij vervult haar broeder's Een vrouwelijke machinist Meisjes nemen de
gaspost aan de signalen oliet de machines meters op
Uitstekende vrouwelijke
timmeilui
De vrouw als
chauffeur
Vrouwen op de spoorweg- Meisjes vervangen den
werkplaatsen man op de melkerij
Kindervreugde
Uit het leven
Vacantie, moedert Vacantie! riepen de
kinderen opgewonden, terwijl ze naar bin
nen stormden. Toch was er niet <ffe vreugde
in hun blik, die zaligheid van andere jaren.
Ze wisten, dat ze, in tegenstelling met ge
woonlijk, 's middags niet naar Zandvoort
zouden vertrekken. Grootmoeder, die bij ons
inwoonde, kon wegens zwakte het bed niet
meer verlaten en mocht ook niet vervoerd
worden. We wilden nu bij haar blijven. De
kinderen hadden waarlijk vol liefde elke
opoffering voor haar over, maar dit offer
viel'hun toch heef zwaar. Jammer!" zuchtte
Hans onze tienjarige oudste niet naar
Zandvoort," Ja, heel, heel erg jammer l
Grootmoeder had er zich kort geleden nog i
zoo op verheugd en nu zal ze maar altijd
ziek te bed moeten liggen," hernam ik droe
vig. Hans kleurde sterk, dat merkten zelfs
zijn kleine zusjes. Allen probeerden na op
gewekt te doen en onverschillig voor het
gemis te lijken en dat werden ze daardoor
ook in werkelijkheid al heel gauw. Ze juichten
tiet plan toe, dat ik voorstelde. Ik rekende
op hun kinderlijke fantasie, waarin ik zou
trachten innig mee te leven en zoo bestemde ik
het opgehoogde gedeelte terrein Zuid
VEENFOKKERIJ
Op gevaar af van vervelend te worden
moet ik nog eens de bemoedigende opmer
king maken, dat in de moeilijkheden van
den huldigen tijd een groote opvoedende
kracht schuilt. De groote massa voelt nu
aan den lijve het belang van vele waarheden,
die vroeger al wel van de daken zijn ver
kondigd, maar waar .men toch geen acht op
heeft geslagen. Zoo ook met de kolennood.
Iedereen weet, dat steenkolen en petroleum
.een spaarpot zijn van zonne-energie uit lang
verleden tijden, bijeengegaard door de merk
waardige planten, die destijds de aarde
bedekten en waarvan ge de duidelijke over
blijfselen soms nog aantreft in de steenen"
van uw brandstof. Tot nog toe zijn er geen
betere vergaarders van zonne-energie bekend
dan de planten, het water en de lucht. En
als wij nu energie of warmte noodig hebben,
dan kunnen wij die verkrijgen uit de bewe
gende lucht, het bewegende water of uit de
plantenstoffen. Langzamerhand is de industrie
er toe gekomen, om in hoofdzaak steenkool
te gebruiken. In ons land blijkt dat zeer
duidelijk; in de laatste halve eeuw hebben
wij honderden windmolens zien vervangen
door stoomtuigen en heeft het zeilschip
plaats gemaakt voor stoomboot of motor
vaartuig. De groote vlucht, die industrieën
verkeer in deze halve eeuw genomen hebben,
maakt, dat de steenkolenspaarpot ongemak
kelijk wordt aangesproken en meer dan ooit
bestaat er thans reden, om te vragen: hoe
lang kan de steenkolenvoorraad nog duren
en wat moeten wij beginnen als hij is uit
geput? De kleine stagnatie, die de
steenkolenproductie en het steenkolenvervoer
thans ondervinden, geeft een tamelijk dui
delijke en nogal onrustbatende voorspiege
ling van den nood, die onzen naneef dreigt.
Nu kennen we onze aarde en de eischen
der toekomst nog lang niet goed genoeg,
om op een paar duizend jaar precies te
Op deze en meer wijzen dient de Amerikaansche vrouw reeds haar vaderland
imiimiNiiniiiiHiinnininHiHimMniMHnuHnMnmiinmnrHMnrrnmrimfmmmrfrrïMWfHrïrrmrrmmMi wmiimmmini
den hun heiligdom. Toch maakte h«n kamp,
bewaaid door de daarop aangebrachte
otanjewirhpels en vlaggen --? relecfniën van de
onafhankelijkheidsviering een zeer aardig
effect. De oorlogsmaterialen waren han dwr
ouders en buren zoo gaarne afgestaan, bij
gedachte, dat ook zij ondanks bittere
armoede in staat waren, de kinderen in
den frlsschen buitenlucht, hun kamplevefi {e
laten spelen. De moeder» wisten bij ervaring
dat de stumperds, gesterkt doof de weelde,
die ze nu zoo volop genoten, de ontbering,
die hun thuis wachtte, minder zwaar'Viel
te dragen. 2ij z^n straks geen Lunch zooals
in het pension" te wachten in hun tent,
maar de oorlogsboterhammen Uit de zelf ver
vaardigde ransels en het water uit het rïlikken
werkmanskruikje als veldflesch doen het
voor hen niet minder. Vandaag is elke ont
bering eene vreugde, die hun de fantasie
van net kampleven als werkelijkheid doet
beleven. Zij willen geen koekjes, geen jam
hebben. Het is oorlog! Het zijn echte
Beetsche Hollandsche jongens... ze zijn
zalig. De oude kolenschop is niet in staat
hun werklust te verflauwen bij het uitgra
ven van het hol, waaruit ze straks den
vijand zullen beschieten, evenmin als 'de
afgetrapte schoenen een beletsel zijn om
in stormloof) op den vijand aan te rennen.
De houten stokken tot degsng gefatsoeneerd,
doen hen den stoot bij den aantal niet
minder ernstig overwegen. Ze blazen in den
Ingedeukten fietshoOrn met het meeste enfrain
de verschillende signalen en de papieren
uniformen doen hun de verplichting tot het
stipt nakomen der bevelen van den aan
voerder niet minder sterk gevoelen. De
KIlllnlIIIMIIIIIIIlllllllllllllllllllllllNIMIIIIllMIlMIHIIIIMIIIIHIIIIIIIIIIIMI
al is dat altijd dan nog ongeveer twintig
percent lager dan dat van de goede steen
kolen. Ook, dat behoef ik niet eens te zeggen,
beschikt de techniek over middelen, om dat
koolstofgehalte bpoger te maken en uit turf
een stof te verkrijgen, die nu niet zoo heel
veel van steenkool verschilt. Maar het voor
naamste is, dat de veenmassa zich nog ieder
oogenblik opnieuw vormt, zoodat bfj een
doelmatige inrichting, een zeker evenwicht
verkregen kan worden tusschen verbruiken
aanwas. Echter kunnen de turfvoorradenbij
lange na de steenkool niet vervangen, maar
zij zijn toch voldoende om een belangrijke
besparing te verschaffen.
Er is echter een groote maar." De veen
vorming is een aller belangrijkst natuurver
schijnsel, dat men al meer en meer gaat
bewonderen, hoe meer men er van te zien
krijgt. We hebben allemaal op school geleerd
van laagveen en hoogveen en hoe het eerste
zich vormt in waterplassen, terwijl het laatste
zijn ontstaan vooral te danken heeft aan den
groei van het veenmos. Dat lijkt nog al een
voudig en beknopt is het zeker, maar er komt
nog heel wat bij te pas en de oplettende
PM IIIIINIIIIIflIllltlllllllllll
tot ons'?Zandvoort". Ja, moeder!" gaven de
kinderen dadelijk vroolijk toe. Daar kan
het ook zoo recht lekker waaien l" Na eenige
oogenblikken waren ze als altijd feeds
enthousiast bezig met het pakken van de
zaken, die eiken morgen ohi negen uur
door de drie oudste jongens naar het strand
zouden gekruid wordem De twee jongsten,
meisjes van vier en vijf jaar, aangeboren
Montessoriaantjes, beloofden de huishou
delijke zorgen binnen de mooie Perrytent
voor hare rekening te nemen.' We stelden
ons voor eiken middag tot zes uur daaf te
blijven. Juf en ik zouden om beurten
Grootmoeder verzorgen. En gaan we daar
dan echt lunchen, net als in het Pension"
in Zandvoort, van het porceleinen
ontbijtserviesje van Greetje en melk uit glazen ?
Met vleesch en koek en jam ? Die vragen,
van onzen achtjarigen Bob waarin een
zekere zucht tot Weelde niet téontkennen
viel, deden riie minder prettig aan. Den
volgenden morgen zochten we op het strand
de meest afgelegen plek uit en in minder
dan geen tijd prijkte onze tent met vlaggen
en wimpels in volle glorie. We waren nog
niet lang daar, toen een troepje havelooze
jongens van vijf tot elf jaar zestien in
getal zich dicht bjj ons nederplantten.
Ook de Jordaanertjes stelden hun tent op.
Wel niet op zoo grootsche wijze, maar zee r
zeker op grootere wijze dan bnze kinderen
waardoor de arme jongens al dadelijk hunne
militaire overmacht hun hoogste verlangen
voor den geheelen dag danig voelden.
Vijf ruwe houten latten, voor een gedeelte
met oude lakens en voor den rest met een
bijna versleten vloerkleed bespannen,
vormkunnen voorspellen, wanneer we aan het
eind zullen zqn van onzen voorraad aan
steenkolen en petroleum, maar dat er eens
een eind aan komt, staat vast, want die stof
fen worden niet meer gevormd of ten min
ste niet zoo snel, als ze worden verbruikt.
Nu zeggen de optimisten en ik stem gaarne
met hen in o, de technici zullen wel
middelen vinden, om zonne-energie te ver
garen en naar behoefte te distribueeren en
we hebben ook nog altijd den wind en de
waterstroomen en die duren, zoolang als de
zon zelve duurt.
Maar al zoekende naar die vindingen
kunnen zich crisis-perioden voordoen, zooals
die, waarin we ons thans bevinden. En dan
kunnen we alleen onze toevlucht nemen
zooals nu, tot de bosschen en tot de venen
en daarover wilde ik het nu even hebben.
De venen vormen een allergelukkigst
tusschending tusschen de steenkoolbeddingen
en de levende planten. Zij zijn door een
langzaam ontbindingsproces onder bepaalde
omslandigheden uit plantenoverblijfselen ont
staan en hebben daardoor betrekkelijk een
hooger koolstofgehalte dan de planten zelf,
guitige Jan Hemert heeft thuis zulk een
schitterend plan de campagne opgesteld.
Aan een spannend auditorium wordt door
hem tot de minste bijzonderheid verklaard en
ieder zrjn taak aangewezen. Er heerscht
«efl gewilde volgzaamheid, die door een
verpfitfife aan een weikelijken opperbevelhebber
niet kan Borden overtroffen. De opmarsch
geschiedt dan ook in eene orde, het best
gedisciplineerde bataljon waardig. Eenigen
Van den troep brengen onvermoeid in de
houten kistjes op wieltjes als
amunitiewagens de gevwnden steenen, lompen enz.
aan, om ze straks tot baricaden op te wer
pen. Onweerstaanbaar boeit onze kinderen
hun spel. Ze volgen vol smeekend verlangen
om mede te doen, de Jordanertjes in al hun
bewegingen. Met heilig ontzag blikken ze
óp tot den kranigen aanvoerder. Moeder's
roepen is vergeefsch, ze zijn er voor niet
n oogenblik vandaan te krijgen. En...
geheel verlaten staat op twintig passen
afstand onze mooie Perrytent met de lunch
van het Pension", het porceleinen
ontbijtservies van Greetje, de doozeri met prachtig
afgewerkte soldaten van vele nationaliteiten
en al het andere schitterende
oorlogsiiiiiiiiiniiirrimMmmmiriiitiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiilliini" 111
Mevrouw!
speelgoed, hun bij verschillende gelegen
heden geschonken door familieleden en
kennissen. De kinderen zouden hun geheele
bezit hebben willen geven om in de vreugde
van de Jordaanertjes te mogen deelen. Moeder
had weer een les gekregen. Ze benutte het
juiste oogenblik, de les zou de kinderen nu
in het hart grijpen om hen er van te door
dringen, dat men met het meest eenvoudige
verheugd kan zijn en dat weelde geen
vereischte is voor geluk. Dat het leven was,
zooals je het van uit je binnenste zelf in
richtte. De pas beleefde ervaring spoorde
moeder aan, de kinderen op nog eenvoudi
ger wijze te laten leven, dan ze het tot nu
toe gewoon was geweest.
E. W. ASSCHER
iiiiiiiimiiiHiiniMiiiiiiiiimiiiiiniiiiiMiiiiiMimMitMiiiHiiiiiuiiiiiitiiiii
Verzoeke alle stukken voor de
rubriek Voor Vrouwen" in te zenden
Koninginneweg 93, Haarlem.
iiiiMiiiMiiinmiiimi
Zoo U tevreden is over
TER WEE'S THEE,
zeg het anderen, zoo niet, zeg het ons.
Het Diaconieven bij Oisterwijk.
Een hoekje zonder veenvorming.
wandelaar entmoet nog dikwijls genoeg
plekken, waar wel veenvorming of geen
veenvorming plaats heeft, zonder dat hij
aanstonds kan begrijpen, waardoor dat ver
oorzaakt wordt. Heel Interessant in dit op
zicht is het Diaconieven, een van de bezit
tingen der Vereeniging tot Behoud van
Natuurmonumenten bij Oisterwijk. Dit kleine
vennetje vertoont in zijn oostelijk deel geen
spoor van veenvorming, terwijl in het
westelijk stuk zoowel laagveen als hoog
veen ontstaat. Bij de laagveenvorming komt
het er vooral op aan, dat het water aan
vankelijk niet te ondiep is en niet te zeer
wordt bewogen, want deze twee omstan
digheden dragen er toe bij, dat het zuur
stofrijk wordt en dan worden de planten
resten geheel geoxydeeré.
Bacteriën en wieren spelen ook een groote
rol en op het laatst komen pas de beroemde
scheeren of hanekammen, de egelskoppen
en lischdodden en het riet met al zijn ge
zellen. Het proces verloopt vrij snel, tal van
kavelslooten in het Naardermeer zijn in
dertig jaar tijds geheel dichtgegroeid. In
Friesland zijn ook veel trekgaten, waar
vroeger turf is gebaggerd alweer veranderd
in triiveen en 't is misschien wel na te gaan,
in hoeveel tijd dat is gebeurd, en zoo zou
er een berekening te maken zijn, omtrent
het bedrag der veenvorming in ons land.
Misschien zijn er ai lui die het weten.
Veenvorming kan dus nog ieder oogen
blik van den dag plaats hebben, als men
maar toelaat, dat het gebeur t. En nu Is het
juist zeer merkwaardig, dat wij er altijd
een eer in gesteld hebben, om het niet te
laten gebeuren. Binnen zeer korten tijd zal
het laatste snippertje hoogveen in ons land
zijn afgegraven, terwijl door ontginning en
draineering allerwegen de voorwaarden voor
het ontstaan van nieuw hopgveed worden
weggenomen. Zoo ook met het laagveen.
een uitgebaggerd laagveenstuk wordt
dadeHjk drooggemalen. De oude verveningen,
waarmee men dat niet heeft gedaan, met
name de Utrechtsche en Hollandsche plassen,
de trekgaten en meren in Omijselen Fries
land zijn velen een doorn in het oog en er
zün zelfs heel wat tonnen gouds (en steen
kolen) aan besteed, om deelen ervan droog
te leggen met min of meer succes:
Naarderrnfer! Horstermeer, Bethune. Werkelijk
mag de vaaag gesteld worden, of deze
grondpolitiek wel on voorwaardelijk is goed tekeuren
en of sommige deelen van ons land het
allerbest te gebruiken zouden zijn als plaatsen
waar zich veen vormt. Zoo'n oord van veen
vorming is tegelijk rijk aan natuurschoon,
het is een natuurlijk landschap met vol
maakt autochthoom dieren- en plantenleven.
Wellicht zouden hier natuurschoon, weten
schap en volkswelvaart kunnen samengaan,
zooals dat ook behoort. Dit lijkt nu wel een
beetje gek, vooral als je denkt aan den bloei
van de Groninger en Drentsche veenkolo
niën, naar een zoo scherpzinnig geleerde als
Potoniézegt toch in het slothoofdstuk van
zijn mooie boek Die Entstehang der
Steiukohle": Für den Einzelnen bedeutet
allerdings ein in Kultur genommenes Moor
Landderwerb, für das Ganze aber ist jedes
vernichtete Moor wahrscheinlich elne
Schadigung.
Er zou niet veel voor te zeggen zijn, om
bij de ontginning van onze heide en duinen,
waar stellig binnenkort zeer veel geld aan
besteed zal worden, ook te denken aan de
mogelijkheid van veenvorming. Verscheidene
Brabantsche en Limburgsche vennen liggen
daarvoor om zoo te ze gen reeds kant en klaar.
In de vastgelegde duinen kunnen plassen
gevormd worden, zooals het Zwanewater
bij Callantsoog en de Muy bij Texel, waar
het laagveen of moerasveen zich lustig vormt.
In het bijzonder denk ik hierbij aan den
Zuidwesthoek van Texel, waar ik heb
't al meer gevraagd door de afsluiting
van de Moksloet een eenig mooi merenland
schap zou kunnen worden gevormd, waar
de naneef mettertijd turf kon steken. Het is
zeer de vraag, of er op andere wijze goed
koop genoeg iets oirbaars van kan worden
gemaakt. In de groote duinpannen van
Terschelling heeft onder de hoede van de pro
ductieve lepeltjeheide, de uit Amerika hier
heen verdwaalde cranberry, reeds veenvor
ming plaats en dat kan nog lang zoo
voortduren. Ongetwijfeld zou op menige
plaats in ons land de veenvorming bevorderd
kunnen worden en in afwachting van de
later te verkrijgen turven en briketten zouden
we dan alvast kunnen genieten van een
aangename afwisseling in het
kuituurlandschap. '
JAC. P. THIJSSE