De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1917 6 oktober pagina 12

6 oktober 1917 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 6 Oct. '17. No. 2102 De Maatschappij tot Redding' van Drenkelingen (1767-1917) Er zijn enkele plekken in de wereld, waar het verleden en het heden elkander voelbaar de hand reiken, waar de 17e eeuw nog doorleeft in de twintigste, 't Zijn er maar enkele, want meestal slaat het jongere ge slacht, in naam der vooruitgang, aan stukken wat de voorouders hebben opgetrokken en bouwt dan voort op de puinhoopen. Vooral de moderne ingenieurskunst is daar ver in en onze stad draagt menig lidteeken van de iconokla&tlsche woede dergenen, die meenen alles te moeten vernieuwen en hervormen. Wij mogen er over treuren, te keeren is 't niet. Hechten wij ons des te vaster aan hetgeen nog behouden is. In de maatschappij, die dezer dagen derde halve bestaat, leeft nog iets van het verleden. Het oude, ietwat overhellende huis op het Rokin is als een oaae in de woestijn van moderne gebouwen in den laatstentljd ver rezen, 't Ziet er wat somber uit: de deftige Vlaamsch-linnen gordijnen met de touwtjes zorgvuldig door de ringetjes gehaald, hangen er stijf en voornaam, de helder wit geschuurde eikenhouten traptreden spreken er van die kraakzlndeltjkheid der oude Hollanders, in de reusachtige kamer met de zes stoelen" hangt een atmosfeer van degelijke ouderwetschheid: eenvoudige, strenge boekenkas ten langs de wand, zware mahoniestoelen met rustige bekleeding om de lange tafel, de zilveren luchters, waarom de Bestuurderen der Maatschappij nogiplegen te vergaderen, spreken er van den oude regententijd. Wie in die kamer is, ondergaat iets, wordt stil en aandachtig, het is alsof zoo aanstonds de staalmeesters er binnen zullen komen en in een taal, die de onze niet meer is, hun beraadslagingen beginnen, 't Is eerbiedwaar dig tot zelts de conciërge toe, die uit het stof der archieven schijnt opgedoken. Misschien zullen er zijn, die na deze woorden gelezen te hebben, denken, dat de maatschappij een uitdragerij is. Allerminst, zij dankt haar ontstaan aan een liberale, menschlievende gedachte, zij heeft pioniers arbeid verricht en waardeering gevonden in den vreemde. In de dagen harer oprichting 1767 dacht men over drenkelingen anders dan nu. Moord en zelfmoord waren de eerste ge dachten, die bij het vinden van een bewustelooze opkwamen, de gerechtelijke schouwing was hoofdzaak, de drenkeling zelf bijzaak; het begrip schijndood was nog geen vast staande wetenschappelijke acquisitie en, al schijnt in de geneeskunde, ook in vroeger tijden, het opwekken van levensgeesten bij drenkelingen niet onbekend te zijn geweest, de goegemeente hield zich aan den tegel, dat men een drenkeling met de beenen in het water moet laten liggen tot na onder zoek van de overheid. PJacaten waakten wel tegen misbruiken door baljuwen bij dat onderzoek vaak gemaakt, tot een in zicht, dat men in de eerste plaats moest trachten den drenkeling zelf in 't leven terug te roepen en de menschen moest leeren hoe zij daarbij te werk konden gaan, kwam men niet zoo spoedig. Eerst van 7 October 1766 dagteekent een publicatie van den bal juw van Amstelland verklarende dat het een iegelijk vrij staat diergelijke menschen, wanneer aan dezelve geene uiterlijke wonden of teekenen van een zekere dood bespeurd worden uit het water te haaien en in huys te brengen" en de in 1767 opgerichte maat schappij, die thans feest viert, moest in haar eerste ,publicatie een ieder verzekeren, dat men door het redden van drenkelingen geenszins tegen de wetten der overheid zal handelen, dewijl die wetten het algemeene best ten Doelwit hebbende, toelaaten niet alleen Drenkelingen uit het water te haaien maar ook aan dezelve alle behoorlijke mid delen tot herstelling te beproeven". De nieuwe maatschappij stelde zich ten doel de menschen op te wekken drenkelin gen tot het leven terug te brengen en de middelen bekend te maken hoe dit kan ge schieden. Zfl deed dit door een ieder «die met goede bewijzen kan aantoonen een iiiiiliniiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiitii mensch of kind, 't welk zonder eenige be weeging of teken van leevenulthet waterjis gehaald, door een goede behandeling weder tot zich zelve gebragt te hebben" een pre mie te geven bestaande in zes gouden Ducaten of een Gouden gedenkpenning en de onkosten, die in een herberg of ander huls gemaakt zijn, mits niet boven de vier du katen loopende, boven de premie te voldoen. De maatschappij is zich in dit opzicht gelijk gebleven en reikt nog dezelfde zware reliefpenning uit in goud, zilver of brons waarvan in die eerste publicatie sprake is. In 1916 werd in 41 gevallen een bekroning gegeven. Op de penning werd door de dich teres van het Nut der Tegenspoeden" ook een vers gemaakt: Men ziet de menschenliefde in haaren zachten schoot Het koude lijf eens drenkelings verwarmen, En daar haar hulp meedoogend blijf t omarmen Keert zij met de eene hand de seizen van den Dood. De wijze waarop men de levensgeesten in de dagen van het ontstaan der maatschappij opriep ware wel heel merkwaardig. Het meest gebruikelijk was den drenke ling door middel van een blaasbalg tabaks rook in de derriére te blazen en in een der zorgvuldig bewaarde brieven aan de oudste bestuurderen lezen wij, dat iemand, die voor een premie in aanmerking wilde komen, zijn patiënt een kwartier lang op een dergelijke wijze had bewerkt, waarop deze luide begon te jammeren, zeker tot niet geringe vreugde van den onvermoeiden redder. Het was de z.g. tabaksklisteerpijp bij monsieur Steitz in de Runstraat te Amsterdam te bekomen. Verder beval de maatschappij aan het verwarmen van het lichaam met allerlei middelen en waarschuwde in haar eerste publicatie vooral tegen de oude methoden van drenkelingen op een ton te rollen of hen met een touw onder de armen door, of bij de beenen op te hangen. Er is in die methoden sedert dien weer heel wat verandering gekomen. De menschen zijn in handigheid en in wetenschap vooruit gegaan, in de geschriften, welke de maat schappij thans bij vele duizenden verspreidt worden geheel nieuwe wijzen aangegeven om drenkelingen op het drooge te brengen en schijnbaar doode drenkelingen tot het leven terug te voeren. De wedstrijden, welke wij Woensdag in het Zulderbad ter viering van dit 150 jarig jubileum hebben gezien, getuigen, dat het werk in dien tijd geweldig is vooruitgegaan, maarniet minder, dat deze 150 jarige nog jong is en zich ver jongen kan, dat van haar nog een bezie lende kracht uitgaat. Niet minder dan 10 vereeniglngen hebben aan haar oproep om mee te doen in den wedstrijd in hét zwem mend redden van drenkelingen gevolg ge geven. De maatschappij heeft pionierswerk ver richt. In Venetiëtrok haar arbeid spoedig de aandacht van den magistraal; van uit Engeland kwam men zich op de hoogte stellen van de resultaten met de nieuwe methode bereikt en daar werd in 1774 naar haar voorbeeld de Humane Society gesticht door een zekere Johnson, die de Bestuurders onzer maatschappij in Amsterdam een medaille vereerde met inscriptie: In Honour of tbe original Institution for Restoring Life Founded at Amsterdam 1767; en Pia, echevin de Paris, die in 1777 een werkje schreef: Détails des succes dereta blissement que la ville de Paris a fait en faveur de personne noyées zegt daarin Les Hollandais nous en ont donnél'exemple, nous les avons imités. Le veritable amour pour Ie bien de l'humanitéest plus l'apanage des Hollandais que de toute autre nation." Zoo doet 't goed op deze 150e verjaardag een Hollandsche instelling te begroeten en geluk te wenschen, die baanbrekend is ge weest, zooals in Holland zoo menige humani taire gedachten is gerijpt. De Maatschappij ga vooit! Ze geve jaarlijks premies voor solide redding, zij verspreide kennis omtrent de beste reddingsmethoden, zij steune ook anderen in hun streven om in ons waterrijk land de gevaren van het water te keeren, zooals zij bij den watersnood de eerste was om in de zak te tasten en met een ruime subsidie ellende te lenigen. Ik moge hier herhalen de woorden waarmee haar ontstaan werd begroet: Waar blonk menschlievendheid ooit luister rijker uit, Roemwaarde mannen l dan in 't loffelijk Besluit, Door u van liefde vol grootmoediglijk ge nomen. G' ontrukt den drenkeling, die in het diep der stroomen, Bcreids zieltoogend lag, weer aan het Doodsgeweld l FRISO Boeketjes Sofistiek in Ons heilig ideaal Inderdaad, attente lezer, die mij al, knlp-oogend, van plagiaat zoudt willen beschuldigen, het opschrift dezer vreedzame meditatie is ontleend aan een der schoonste regels van het vroolijke proletarenlied, dat wij zoo gaarne op stille avonden hooren zingen. Het dichterlijke Duitsche volk dat tevens het monopolie der wijsheid bezit waarom het door jaloersche naties zoo gehaat wordt pleegt het zoo naar waar heid te zeggen: Wo man singt, da lasz dich ruhig nieder: böse Menschen haben keine Lieder". Dit volk héft ze vele (kennen niet alle wei-opgevoede Nederlanders den Liederschatz" van buiten ?); het zingt gaarne en goed, en bewijst reeds daarmee wel ten overvloede! de zachtmoedigheid van zijn aard. Men kan zich dan ook in hun gezeschap tustig nederlaten" en met hun zang instemmen. Ja, is dit laatste eigenlijk niet al wat het verlangt: een knus plaatsje in de zon, waar de heele lieve wereld in zijn koor mee-zingt ? Wat toch wel een beminnelijk en voorts artistiek streven genoemd mag worden l Ook onze Stem des Volks bemint en be oefent den zang bijzonderlijk en weet bij feestelijke gelegenheden onze harten te ont roeren door de spontane verrukking waar mede ze, a capella of met orkestbegeleiding, ons, immer-weifelende intellectualisten dezer sceptische eeuw, onder de bekoring poogt te brengen van wat er, fonetisch getrans poneerd, ongeveer zoo uitziet: ons hei-heilich i-hie-diejaal. Niet echter voor de uiteraard begrensde idealen der geknechte-doch-bewust-gewor den massa, noch voor de minder gelimi teerde dito's onzer geëerde naburen wilde ik uwe Zaterdagavondlijke aandacht ver zoeken. De bestrevingen (om 't in goed neder-duitsch te zeggen) dezer overigens voortreffelijke groepen onzer medemenschen zijn reeds algemeen bekend en gewaardeerd, en het is juist het minder-evidente, dat hier onze belangstelling vraagt. Met dit ons", wien een heilig ideaal ge meen is, behoeven we nu eens niets minder te bedoelen dan: het gehéle (beschaafde) menschdom, en speciaal deszelfs respec tabele regeeringen. En, o wonder, de ge meenschappelijkheid en de heiligheid van het Ideaal-in-kwestie, dat zeer grootsch is en niet weinig verheven, zooals trouwens aan een behoorlijk ideaal betaamt, kwam in en door het jongste oorlogsstadium luis terrijk aan het licht. Het is eene der talrijke, onsterfelijke ver diensten van des Pausen vredes-brief, dat deze ons tot het doen van zulk een grootsche ontdekking de gelegenheid schonk. Opper vlakkige kennisneming reeds van de ant woorden, die van uit Berlijn, Weenen, Constantinopel en Miinchen (ja, München ook!) naar Rome werden geseind deze zaken vorderen telegrafische afdoening: de vredesaffaire wordtj|een beetje urgent... doet zelfs den onscherpzinnigen lezer des Pudels kern ontwaren. En het is een waarlij k fraaie en pittige kern', die van dezen diplomatieken poedel. We wisten nu allemaal wel, dat van de zijde der Entente geen ander oorlogs oog merk geambieerd werd, dan dat tennaastebij samen te vatten valt in deze beteekenisvolle termen: vrijheid der natiën, finale executie van het militairisme, democratie. Alleen op aard en strekking der krijgs-idealen van de andere groep, het centrale kwartet, waren we niet volkomen gerust. De herhaalde be tuigingen van den Imperator Rex, dat hij, noch zijne mandarijnen, ooit iets ondernam, zonder zich den bijzonderen zegen des Hemels gegarandeerd te achten, wekte wel onzen eerbied; maar toch, nietwaar, het lot van België, sommige duikbootpractijken, waarvan de gestie op 'teerste gezicht niet bepaald christelijk aandeed... *j de com binatie Duitschland?Turkije dat alles (e tutti quanti) deed ons dan wel eens in een mistroostigen bui schuchter vragen: of mogelijk die Kais.-Kön. Religiositat een weinig onder den invloed der algemeene oorlogspsychose geraakt was. Van vroom heid, die zich verdraagt met daden van het gehalte der spurlose versenkingen vreesde men nog andere onscrupuleuze consequenties te moeten duchten Hoe is nu echter onze angst geheel onge motiveerd gebleken. Op eenmaal mocht, uit aller-ofh'cieelste stukken, gericht aan niemand minder dan Paus Benedictus XV, (bij wien men toch maar geen vodjes papier in zijn brievenbus poogt te deponeeren) afdoende blijken dat ook de Germaansch-HongaarschIlallaansch-Turksche coalitie geheel en al hetzelfde doel najaagt als haar meedoogenlooze belagers. Welk een openbaring! Zie hoe de geestdriftwekkende leuzen: heer schappij der Internationale Gerechtigheid'1; .Zedelijke Regeneratie"; hoogste Volma king van de geestelijke goederen der Menschheid"; ja zelfs deze: moreele macht van her Recht" de schering vormen, en die andere, niet minder moedgevende: inter nationaal scheidsgerecht; bewegingsvrijheid op de open zee; beperking der bewapening" den inslag van het fijne borduursel, dat de diplomaten van den Vierbond voor de oogen van den Heiligen Vader ontvouwden. Wie durft nu nog een atoompje roet in dit smakeiijk eten te gooien? Ontroert ons dan niet de gedachte, dat voor deze waar devolle zaken vele millioenen van nu wel haast alle nationaliteiten enthousiast strijden? Het is natuurlijk jammer gevolg van een afschuwelijk misverstand dat de legerscharen, die nu alle tot het verwerven van dezelfde zegeningen ten dienste der wereldbevolking in het veld blijken gebracht te zijn, nu ook maar niet hetzelfde front in nemen, wat wel zoo logisch wezen zou. Maar men moet niet alles ineens begeeren. Reeds is dit wonderlijk groote bereikt: dat aller heilig ideaal n en hetzelfde bleek. Zoo is in beginsel de profetie reeds tenvolle, of op een kleinigheidje na, verwezen lijkt, die zoo toepasselijk een der muren van het gebouw eener publieke vermakelijk heid (Damrak, boven de P.S.) te Amsterdam siert: D'aard wordt straks n; de volken zijn als broeders." En dat het nu nog op die ne aarde min of meer onbroederlijk toegaat, bleek gelukkig een ongewilde aber ratie, en principieel, meer schijn dan wezen. De unio mystica van ons heilig ideaal' is zeer reëel en waarlijk niet voor de poes", zooals men wel zegt. Nog n stapje verder, en het (voornoemd Ideaal namelijk) wordt in ne taal 't Esperanto moet in 't gebruik voldoen en om zoo te zeggen uit n mond als ook practisch bereikt geproclameerd. Als er dan nog wat (flinke en musicale) menschen over zijn om een stevig koor te vormen, kunnen we een grootschen, internationalen jubeldag beleven, l Mei 1918 bijvoorbeeld ? v. D. *) Onze duikbootbemanningen" mocht de Rijksdagpresident nog voor eenige dagen, onder stormachtigen bijval, langs zijn neus weg zeggen, verrichten everals hun com mandanten rdet alleen wat ze beloofden, maar nog een stuk daarboven".... Inder daad! En ze hadden al zooveel beloofd. Een andere taak; een hooger ideaal Geachte Redactie! Indien u het mij toestaat, zou ik gaarne een bescheiden, maar toch ernstig gemeend protest willen doen hooren tegen het, onder den titel van: Beschouwingen, President Wilson" in uw nr. van 8 September 1.1. opgenomen artikel. De geleerde schrijver van dat opstel is over ons volk niet tevreden. Hij stelt de oorlogvoerende natiën hooger dan de onze. Doch verdienen die strijdende volkeren bewondering ? Maar wat zou een vader zeggen, als 'hij, na een dag op reis geweest te zijn, bij zijn tehuiskomst zijn jongens zóó aan het vechten vond, als thans de natiën van Europa doen ? Zou hij in hun uitingen en daden" grooter begrip van heldhaftigheid en idealisme" zien, dan hij zelf ooit vertoond heeft ? Ik geloof van niet maar ben overtuigd, dat hij ze allen (zonder onderscheid) een flinke bestraffing zou hebben toegediend. Wij", zegt de schrijver, wij wijze, be dachtzame, niet-naieve, nuchtere Hollanders doen zulke dwaasheden niet als in oorlog gaan.' , Maar als de Hollanders nu in oorlog gingen en ze kozen aan de eene of andere zijde partij en ze brachten het zoover, als thane Roemenië, Serviëof Montenegro het gebracht hebben, zouden ze het dan gewon nen hebben ? Mij dunkt, dan hadden ze alles verloren?en de eer bovendien. Neen, het land, waar een Grotius en een mr. Asser geleefd en hun beginselen van het Internationaal recht hebben gepredikt, waar een Hof van Arbitrage gevestigd is en een Vredepaleis staat, heeft een andere taak, dan om andere reden dan ter zelf verdediging ten oorlog te trekken. Het heeft de roeping, om HET GEWETEN der menschheid te zijn en om aan andere volkeren (door ze te wijzen op dat internationaal recht), toe te roepen (als ze verbintenissen en tradaatjes als vodjes papier" beschou wen en zich aan geen eeden en beloften houden): Gij tnoogt niet!!!'' En niet alleen heeft het Ned. volk een andere roeping en een hooger ideaal dan oorlog voeren; ook de andere natiën van Europa hebben dat. Zie, van de 1600 millioen menschen, die de aarde bewonen, zijn ten minste nog wel 1200 millioen in onwetendheid en barbaarschheid gedompeld. En nu moet het de gemeenschappelijke taak en een hoog ideaal van de natiën van Europa worden, om te trachten die menscheii wijs heid, wetenschap, liefde en beschaving te brengen en ze zóó op te voeren tot ware vrijheid en onafhankelijkheid. Dankend voor de opname dezer regelen ben ik, met de meeste hoogachting, UEd. dw. dnr. Leeuwarden, J. KUIPER Zaailand 58 Abonneert U op Groot- Nederland Letterkundig Maandschrift voor den Nederlandschen stam onder Redactie van CYRIEL BUYSSE, FRANS COENEN en LOUIS COUPERUS. Prijs per jaargang f 16.50 Proefnummers zenden gratis de Uitgevers VAN HOLKEMA & WARENDORF, Amsterdam iimiMMiiiiiMHiiimiHHimiiHiiMimni DEBONT&LEYTEN'8 FIJNE CHOCOLADE EN SUIKERWERKEN Onze Uitgebreide Sorteering IBRCM vertegenwoordigt in de be proefde fabrikaten, steeds 't belangrrjkte op dit gebied. Franco levering. Billijke condities voor inruiling CATALOGUS TEN DIENSTE Desverlangd betaling in ge deelten, tegen vergoeding eener billijke rente. FIRMA J. H. W. STOKER Choorstr.9-Tel 40943157 UTRECHT De Fotografische Ateliers C, ). L VERMEULEN zijn gevestigd : OEI HAAG: ? UI RECHT: . ROTTEItOJUi: Tootsiiik. O lieuwt Gricht 50 Cooltiigtl 221 TElEFOOnM ULEFDOI «283 Doofttkidi l En zijn bekend om hun artistiek werk en zeer lage prijzen j. W. VAN HAAGEN'S :-: UTRECHT :-: MERK.LIOND'OR DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts f 1.9O p. kwartaal GEBR. B. H. & H. KOOLHAAS Makelaars en Aannemers ELANDSGRACHT 14 :: TEL. R 7800 Agenten der Centrale Hypotheekbank te Den Haag. Bijkantoor van de Mij. van Brandverzekering voor het Koninkrijk der Nederlanden te's-Hertbgenbosch. ' BOUW-CREDIETÉN D. ADMIRAAL Bloemenmagazünen v/h Rozenoord. Kantoor: Banstraat 22 Telephoon Z. 3693 Leveniverzekerins- fH «_ l ___ Maatschap^ titirn n em Maatschappelijk Kapitaal EEN HILLIOEN GULDEN volteekeed Sluit LEVEffSVEBZEKERIiraEX en I.1JI BEHTES op bijzonder gnnitig* verBeberimr* tegen «eer BUJLI JKE HAARLEM en Omstreken DE BESTE Telefoon 831 en 2535 Verschenen: vanAardappelmes totOfficiersdegen DOOR MELIS STOKE RPIJS f 0.95. VAN HOLKEMA & WARENDORF, Amsterdam. AMEUBLEMENTEN Modelbuis FREDERIKSPLEIN 10 Telefoon lfOOBD ?" OPGERICHT ALFEN%RIJN f ROODEBESSENSAP.ROODE EN WlTTE ESSENWIJN, ' MEIWIJM.FRAMBOZEN-» KERSEnwij»,Bi5scHOpWIJN C3r JLi TJ TL?IJV Eï. 1>E BESTE KLEEFSTOF TER WERELD, voor kantoor-, huishoudelijk- en fotografisch gebruik. Uiterst zindelijk en sterk. Hollandsch fabrikaat. Voor engros verkoop HANDELSHUIS HOLLAND", mreclil-Aoislerdaio.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl