Historisch Archief 1877-1940
12
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
27 Oct. '17. No. 2105
DE STEM VAN 'T VERLEDEN
Teekening voor tde Amsterdammer" van Jordaan
George Washington: I s a y, S a m!!"
IIIIIIIIIKIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIiiiiiiiilllllllllllllinilMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIMIII
vrijhandels-Isolement kunnen blijven vol
harden. Dat argument werd immers ook
voor den oorlog reeds gebruikt; men stelde
het voor als 'n soort van eigenwijsheid, dat
het kleine Nederland tegenover zoo onge
veer heel een wereld van bescherming niet
verkoos In dat koor in te stem men l Maar
met mr. Treub moet men zeggen, dat er
waarlijk na den vrede minder dan ooit reden
zal zijn voor ons, om hier protectie te gaan
Invoeren. Stel, dat dt twee nu oorlogvoerende
staten-groepen straks er toe overgaan den
wederzijdschen ruil van handelsgoederenzoo ?
veel mogelijk te bezwaren of te belemmeren,
dat zij daarbij ook dan in voer uit tijdens den
oorlog neutrale landen niet op den voet der
meest-begunstiging willen behandelen, nu,
dan zou het toch nooit in het waarachtig be
lang der ontwikkeling van onze nijverheid (in
den ruimsten zin) kunnen zijn, om, door
hooge rechten aan onze grenzen, hier duur
der te gaan koopen wat wij wel van elders
moeten betrekken omdat wijzeJven het niet
kunnen maken, noch o»k in ons belang door
zoodanige hooge rechten onze productie
kosten te verzwaren, noch eindelijk onzen
handel door de oprichting van een tolmuur
te bemoeilijken. Ik vat hier nu maar kort
de bedenkelijkste zijden van zulk een handels
politiek voor Nederland in zulk een
Europeesche conjunctuur samen, om in heel
beknopt bestek het argument te weerleggen,
dat zou kunnen worden aangevoerd. Want,
zooals ik zeide, het kan zeer wel zijn, dat
na den oorlog (ook) ten onzent het geroep
om productie weer opklinkt. Moge dan de
Regeering daaraan krachtig weerstand biedenl
ZQ blijve indachtig aan de waarheid dat in
den grooten concurrentie-strijd der volkeren
op de wereldmarkt blijvend de beste kans
verzekerd is aan hem, die daar zijn goederen
voor den laagsten prijs kan aanbieden
is het niet daarom dat heel het Westen de
mededinging van Japan in een wellicht na
bije toekomst als het gele gevaar" be
schouwt? en dat dit slechts mogelijk is,
wanneer de voortbrengingskosten niet op
gedreven worden boven hetgeen die voort
brenging noodwendig moet kosten.
Men zal onder hetgeen de voortbrenging
noodwendig moet kosten" natuurlijk ook
verstaan eene behoorlijke bezoldiging van
lllltllllllHIIIIIIIIIIIIII
:DAMRU5RIEK
14e Jaargang 27 October 1917
Redacteur: K. C. DE JONGE
Van Woustraat 112', Amsterdam
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, aan bovenstaand adres te richten.
JUBILEUMWEDSTRIJD DAMVEREEN.
.GEZELLIG SAMENZIJN"
(KAMPIOENSCHAP VAN AMSTERDAM)
Dez« wedstrijden behooren weder tot het
verleden. Gezellig Samenzijn kan met trotsch
terug zien op de wedstrijden door haar
georganiseerd. Een waardiger herdenken van
een jubileum is haast niet denkbaar, ten
minste wanneer men uitgaat van het idee
propaganda voor ons damspel te maken.
Een woord van hulde is zeker niet misplaatst,
aan de heeren Nolthuis, Vermey en Van
Ede van der Pais, voor hunne voortreffelijke
leiding. Wij hebben den wedstrijd in zijn
geheel gevolgd en waar wij niet in de ge
legenheid waren bij een enkele ontmoeting
den arbeid. Rechtstreeksche invloed op den
loonstandaard wordt door wetgeving en
bestuur niet of niet in belangrijke mate
uitgeoefend. Wel op andere lasten, die met
de bezoldiging van den arbeid samenhangen:
ik denk hier aan de kosten van sociale ver
zekering en in 't algemeen aan sociale lasten,
die uit bescherming van den arbeid voort
vloeien en op de voortbrenging drukken.
Wie een waarschuwende stem daartegen
d.i. tegen opdrijving van die lasten laat
hooren, loopt gevaar zich te hooren toege
voegd dat hier geen overwegingen van zui
nigheid mogen gelden. Echter zijn zuinig
heid" en opdrijving" betrekkeijke begrippen.
Jaren geleden reeds (vóór den oorlog) heeft
von Posadowsky in den Duitschen Rijksdag
duidelijk gezegd dat men ginds met sociale
belasting" van de nijverheid,niet verder kon
gaan, omdat de nijveihetd dan niet meer
concurrenzfahig" tegenover het buitenland
zou blijven. Die uitspraak gaf (en geeft) te
denken,... ook voor ons. Zoolang op dit
stuk geen internationale regeling is tot stand
gekomen vóór den oorlog werd daaraan
gewerkt, maar zij is nu natuurlijk verder
dan ooit van de verwezenlijking verwijderd
blijft voor elk land het gevaar bestaan, dat
het, zwaarder dan andere landen zijn voort
brenging uit dien hoofde belastend, zijn
industrie bij die der andere landen doet
achterstaan op het punt der mededinging
over de grenzen. Dit is het, waarop ik
wilde wijzen.
Tot zoover negatieve wenken: geen pro
tectie; matiging van lasten. Over het positieve
in een laatste hoofdstukje.
SMISSAERT
*) Belangstellende lezers moge ik voor
dit vraagpunt verwijzen naar mijn artikel
.Economische oorlog na den vrede?" inde
October-aflevering van Onze Eeuw.
IIIIIIIIIMIIIIHIIIIIIIIIIIIIIlmlIIIMIUIIIIIMIII HUM MIMIlmt
Draconische Amerikaansche fiscale
maatregelen
Ten einde te voorzien in de ontzaglijke
eischen, die het deelnemen aan den oorlog
aan de Amerikaansche schatkist stellen, zijn
bij de Amerikaansche Wetgevende macht
tegenwoordig te zijn, daar was de heer
Nolthuis zoo welwillend ons de partijen ter
inzagete geven. Hiervoor dan ook onzen dank.
Alles was tot in de kleinste bijzonderheden
fcJ3
D
.O
'
: £
a.
-?.
C.
~ J
I. Presburg. . . 2
L. Prijs OS
P. G. van Hout i1 "[
1. Buitenkai.t . : 0 j 1
I. Hmdrix . .1211
Chr. Markus. . 2
1
W. Lisser. ...il 1
E. C. Lochtenb. 0 t)
J. Schröder. ..Ijl
3
S.
a
>
^
1 ?
] 1
g
^ ^
3 D
-'
'2 |0
1 M
-|0,1
2
11
?1
10.
10
21
C. de Cioeij ... 0 ! 0 1 1
B. Springer Jr. l 1 | 0 | 0 '
J. van Houy . . ; 1
2
C.J.LochtenberK! 0 2
J. Küsnlaar ... 1:1
n
0!
: 1
1
1,1
0 JO
1 0
2: 1
OJ2
2 ! '2
0! U
2 11
2 |
K
c.
0
U
1
1
ff>
V:
^
"l
1
2
bc
.0
o
^ T3
J '£
^ M
a' i-,'
211
2 '1
2 | 0
1 f 2 | 1 | 0
^
^
o ; ti.
^ 'S
-§^
C I
2:1
2|2
1 i 2
2 0
>.
-*
sj
^
-='
1
0
1
2
'12 2:110.11 2
2
2
1
LI
0
1
0 10
1
i
2
0
0
2
1
2
0 1
2:1|
12
0|1 : 0
2-2
1 |0
1:1
2| 0
2 i 1
1
.0
j
x:
J
-i
2
0
2
U
1
K
212:011
1 |0
210
-: 0
2 i
1 1 '1
0 0
0!2
1
2
1
1
0
1
1
1
?>
2
2
_
0
£
D
c
.-;
i
?i
0
i o
2
2
i o
0
9
2
0
1
2
11)
l,1!
l'l
12
ir.
l:;
12
K
16
9
10
ia
12
i:s
geregeld, vooral ook de groepen-wedstrijd.
De leiders hebben de deelnemers ten zeerste
aan zich verplicht. De Amsterd. Dambond
had hare toestemming gegeven om tegelijker
tijd de wedstrijd om het Kampioenschap
van Amsterdam daaraan te verbinden, terwijl
de Nederl. Dambond de wedstrijd om den
allerlei wetsontwerpen ingediend, strekkende
tot invoering van nieuwe en wijzigingen
van bestaande belastingen. In afwijking van
het tot nu toe gevolgde stelsel om de in
komsten van den Staat hoofdzakelijk te trek
ken uit invoerrechten en andere indirecte
belastingen, tracht men de benoodigde
meerdere inkomsten thans bijna uitsluitend
te vinden uit directe heffingen, met name
uit eene zoogenaamde Oorlogswinstbelasting
en uit verhooging van de eerst sedert een
paar jaren ingevoerde inkomstenbelasting.
Dat men daarmede niet weinig drastisch te
werk wil gaan, kan uit de volgende voor
beelden blijken.
De zoogenaamde oorlogswinstbelasling,
die eigenlijk geene oorlogswinst, maareene
verkapte extra-inkomstenbelasting is, beoogt
niet enkel de door den oorlogstoestand ver
kregen winsten, maar alle winsten boven
eene matige percentage van het in eenige
zaak belegd kapitaal op progressieven schaal
zwaar te belasten. Aanvankelijk was voor
gesteld, evenals zulks in de meeste
Europeesche landen het geval is, alleen de
winsten boven het gemiddelde van 1911,
1912 en 1913 te belasten. In den loop der
beraadslagingen is echter door den Senaat
een amendement aangenomen, bepalende,
dat alle winsten boven 10 pCt. van het
werkelijk in de zaak belegde kapitaal zal
belast worden met 12 pCt. voor de eerste
$ 600, klimmende tot 60 pCt. voor winsten
boven de $ 12.000. DéFinancial Chronlcle
wijst niet alleen op het onbillijke van dezen
maatstaf, waardoor zaken, die reeds jaren
vóór den oorlog groote winsten opgeleverd
hebben, even zwaar getroffen worden als
die, welke aan den toevalligen
oorlogsconjucteur haar vermeerderde inkomsten te
danken hebben, maar ook op het onmogelpe
om maar eenigszins met juistheid vast te
stellen, hoeveel kapitaal in den loop der
jaren feitelijk in eene zaak vastgelegd is.
En hoe drukkend die belastiiig zal werken,
tracht het blad aan te toonen door een»
becijfering van hetgeen bij eene winst van
$ 60.000 onder zeksre omstandigheden moet
betaald worden, nml. bijna $ 40,000, zoodat
voor de deelhebbers slechts $ 20.COO overblijft.
De meest draconische bepaling komt ech
ter voor in eene wijziging van de inkomsten
belasting, waarbij aan alle commissie- en
makelaars-firma's de verplichting wordt op
gelegd, bij de autoriteiten eene beëedigde
verklaring in te leveren van de winsten en
verliezen, door hunne cliënten gemaakt of
geleden bij de door hunne bemiddeling af
gesloten transactiën.
Men weet, hoeveel bezwaar ten onzent
reeds gemaakt is tegen de bepaling van de
nieuwe zegelwet, waarbij commissionnairs
en makelaars verplicht zijn in enkele geval
len als dwarskijkers van den fiscus op te
treden. Hoeveel te meer zal dit bezwaar
wegen, wanneer die vertrouwenspersonen
inlichtingen moeten verstrekken omtrent alle
transactiën hunner cliënten.
Eene andere wijziging betreft de heffing
van inkomstenbelasting op inkomsten uit
belegging in schuldvorderingen, waarbij de
debiteur of debitrice zich verbonden heeft,
alle bestaande of toekomstige Amerikaansche
belastingen op die inkomsten te betalen.
Waar de inkomstenbelasting tot nu toe
aan den bron geheven wordt, werden de
betrokken maatschappijen direct met die
belasting belast. Thans wordt echter be
paald, de belasting niet meer aan den bron,
maar van de individueele houders te heffen.
Het schijnt echter, dat voor buitenlanksche
obligatiehouders, die niet gemakkelijk door
den Amerikaanschen fiscus te bereiken zijn,
de maatschappij-debitrice mag voortgaan
met de betaling der belasting. In hoeverre
zij het recht heeft, het betaalde van de
coupons af te houden, is niet duide!3k.
Zooals echter reeds vroeger is medegedeeld,
maken enkele maatschappijen ook nu al be
zwaar, die inkomstenbelasting voor hare
rekening te nemen, zich beroepende op het
persoonlijk karakter dezer heffing.
Het mooiste is echter nog, dat het bijeen
nieuw artikel aan de maatschappijen ver
boden wordt, in het vervolg schuldbeken
tenissen met de tax exempt clausule uit te
geven. Wanneer men bedenkt, dat in vele
gevallen het bestaan dezer clausule essen
tieel is voor de plaatsing van obligaHën in
het buitenland, zal men begrijpen, hoezeer
door het verbod van deze verplichling het
onderbrengen van leeningen in het buitenland
bemoeilijkt en haast onmogelijk wordt. En
nu moge Amerika zich op het oogenblik
nog zoo rijk wanen, er zal weder een tijd
komen, waarop het de beschikbare kapitalen
van Europa maar al te zeer gebruiken kan.
Trouwens het is een voorbeeld te meer van
de ernstige gevolgen van de oorlogsroes.
Staten als Engeland en Amerika, die tot nu
toe golden als de coryfeeën voor persoonlijke
vrijheid, schamen zich niet tot het nemen
van maatregelen, waardoor die vrijheid aan
banden wordt gelegd op eene wijze en in
eene mate als de meest verstokte autocraat
niet zoude hebben durven doen.
J. D. S A N TI L H ANO
Meestertitel uitstelde tot na afloop van dezen
wedstrijd. Deze besluiten zullen zeker door
Gezellig Samenzijn" gewaardeerd zijn.
Bij de groepen-wedstrijden in de Hoofd
klasse, waren er verscheidene deelnemers
die daarin niet thuis behoorden, maar wel
licht hebben zij zich hiervoor opgegeven om
in contact met goede spelers te komen. Uit
dit oogpunt bezien, is een deelname in een
hoogere klasse eenigszins goed te maken.maar
voor het gehalte der partijen in geen geval.
Alle spelers afzonderlijk te bespreken, die
in de groepen-wedstrijden hebben deelge
nomen, zou te veel ruimte in beslag nemen.
Wij stellen ons evenwel voor, enkele slag
zetjes, die voorgekomen zijn, op te nemen.
(Wordt vervolgd)
mmiiiiiiiimiii
iiiiiniiMiiiini
KONINKLIJKE
BEGEERJuweelen, Zilverwerken en Penningen
AMSTERDAM, DEN HAAG, UTRECHT
SEMARANQ _
Opening van het nieuwe Magazijn
KNEUTERDIJK 4-4a, DEN HAAG
UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE
lllMIIIIIIIIIlUlUIII
RIJM-KRONYCK
Het Leesmuseum
Het Leesmuseum gaat verkwijnen,
Gelijk een veelverlangde min,
die, hongerig door schraal gewin,
haar zoete bronnen ziet verdwijnen...
en 't eerst de hulp en steun ontbeert
van wie haar 't drukste frequenteert!
Zij, die zoolang met boek en blad,
met wetenschap en fraaye kunsten
zich veilig waande in de gunste'
der beste geesten van de stad,
zij roept om hulp ... die zij niet krijgt,
... de kring der parasieten zwijgt.
Toch waren er, die aanstonds tastten
naar fonds en goud... al ging het krap...
helaas... de man der wetenschap
behoort niet tot de hoogst belasten!
Hij deed zijn best, en zag niet om,
maar 't bleef een droppel in de kom.
Maar waar zijn zij, wier aspiratie
niet hooger steeg dan 't laagst verblijf,
die, groet n tal, van vier tot vijf,
met kaarten, glas en conversatie,
omhuld door wolken van sigaren
zoo inniglijk tesamen waren?
Waar bleven zij, die trouwste gasten,
en lezers van... het beursbericht,
die, talrijk, schreeuwerig, en dicht
opeengepakt zich steeds vergastten
aan spelen en gezelligheid,
zoo vrij als in een sociëteit!
... Ach, bleven zij maar veel verteren,
Het tieren van hun bitterfeest
is nimmer hinderlijk geweest,
voor wie zich, hoog, in stiller sfeeren,
vrij van 't rumoer had afgezonderd
(den praat- mensen Levy uitgezonderd).
Nóg is het spal niet gansch verloren,
de lezer heeft zijn best gedaan,
nu komt het er nog maar opaan,
of zij, die 't leeshuis uitverkoren
tot sociëteit, die nog begeeren
of elders wagen... 't balloteeren!
MELIS STOKE
4-4-4