Historisch Archief 1877-1940
2 Febr. '18. No. 2119
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
.5
Hoe te helpen?
f Eens zag ik voor een winkelraam een
aardenwerk bord van de bekende soort,
waarin een spreuk was aangebracht. In
plaats van een paar opbouwende woor
den zooals meestal, las men het
allerakeligst platte: Met een dalles Doet
men alles.;' Wie zou daarop in de huis
kamer willen kijken?
Maar, al is dat .alles" wel heel ruim
genomen, die levenswijsheid van dat aarden
bord komt ons hulsvrouwen wel eens in
den zin ats tegenwoordig onze huishouding
telkens meer geld gaat vragen en de uit
gaven In een paar jaar verdubbeld zijn.
Gelukkig echter dat we niet heelemaal
afhankelijk zijn van 't bezit van aardsch
slijk om de zaken te doen marcheeien: we
kunnen heel wat uitsparen door overleg.
Geld, gas, brandstof, moeite, tijd, dat alles
kan bespaard worden door ons overleg of
om 't mooi te zeggen door ons organi
satietalent. In dat opzicht doorloopen we
een harde, maar goede leerschool.
Er wordt tegenwoordig dikwijls gezegd:
.Ja, wie maar geld heeft, die is er goed
aan toe." Men zou daaraan toe kunnen
voegen: .Wie overleg heeft, bezit een ka
pitaal, welks rente is: de stoffelijke en
geestelijke welvaart van haar gezin."
Om te kunnen organiseeren, in dit
geval dus ons huishouden gladjes te doen
loopen, isnoodlg overzicht van den toestand,
van wat, moet gebeuren, en van wat zon
der nadeel kan worden ontbeerd, van wat
kan en niet kan, en een juist begrip van
de hulpmiddelen die ten dienste staan om
de toestand zoo min mogelijk schade
aan ons gezin te doen berokkenen. Dit alles
hangt niet zoozeer samen met geld, dan
wel met meerdere of mindere ontwikkeling,
en zoo geloof ik, dat bijvoorbeeld in den
arbeidsstand minder de druk der tijden
zou worden gevoeld als er meer overleg
was in den zin als ik hierboven aangaf.
Maar het is van een arbeidersvrouw niet
te vergen om alles met het hoofd te ver
werken wat de distributie om nu maar
eens alleen te blijven bij de levensmidde
len te verwerken geeft.
Hier zie ik een plicht van ons tegenover
hen die in dezen tijd geen raad weten, om
dat hun ontwikkeling te kort schiet. Door
voorlichting kunnen we helpen.
Papier is geduldig, maar dat dit toch
niet een theoretische redeneering alleen is,
bewees mij het volgende d*t mij ter oore
kwam. Op een morgen vond mevrouw Grietje
de werkster in. tranen omdat ze haar kin
deren op den laatsten dag van het
broodkaartentijdvak zonder boterham naar school
had moeten sturen. De bakker weigerde
haar zeer terecht, op de nieuwe kaaiten te
leveren. Gort en havermout had ze opge
bruikt. Erwten? Die gebruikte ze voor het
middagmaal. Toen heeft mevrouw haar eerst
een flinke boterham voorgezet en raad ge
schaft voor dien dag en daarna is ze met
Grietje aan 't overleggen gegaan. Als ze nu
de erwten eens bewaarde om bij te koken
als ze brood te kort kwam? En ze at een
paar maal per week van de centrale keuken
en verder kon ze toch goedkoope
regeeringsgroenten krijgen voor stamppot? En de
wasch? Nam die zooveel gas voor heet
water? Dan de wasch verschikt op een
anderen dag, als de heetwaterwagen in de
buurt was. ja, er moest wel veel, heel veel
verschikt en bedacht en veranderd worden,
maar dat moet ieder, zonder onderscheid,
dat begreep Grietje ook wel. Gewillig was
ze genoeg, maar 't was haar over 't hoofd
gegroeid, ze zag er geen gat in... Nu
mevrouw het allemaal eens kalm met haar
bepraatte en met de kaarten er bij naging
hoeveel brood haar gezin dagelijks kon
verbruiken, nu begreep ze dat man en
kinderen het beter konden hebben als de
regeling beter was.
Zoo kan het in vele andere gevallen gaan.
Maar ook hier komt alles op den toon aan;
iiiHiiiiiiMiiiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii iiimnmiMiiii
VOORJAAR
Iedereen herinnert zich nog wel het trieste
voorjaar van 1917. Dat het toen een paar
weken streng heeft gevroren, was zoo erg
niet, dat geeft juist levendigheid. Maar de
dooi, die volgde, was maar zwakjes en weken
Links bloeiknoppen, rechts bladknoppen
van de beuk; links ook nog een loos
vruchtomhulsel van 't vorig jaar
The dear'young lady op haar divan, omgeven door de onmisbare kussens
Ter illustratie van Babbeltjes".
iiMiHliiiiiiiiiiimiiiiiiimiii mum min n IIIIMIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIMIIMIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMMII imimiui
geen raadgevingen uit de hoogte, die de
andere partij bitter stemmen, maar een toe
gewijd zich indenken in de opeenhooptng
van bezwaren en moeilijkheden, die als
lood drukken.
Tijd kost ons huishouden ook oneindig
meer dan vroeger.
.Een hooikist of krantenkist? Wel, dood
eenvoudig. .. Kranten frommelen en zoo
en zoo doen..." Jawel, jawel, maar waar
haalt een huisvrouw, ook in andere kringen
dan den werkmansstand, den tijd vandaan?
Hoe zal een moedertje die óók wel graag
haar kindertjes wat warmer dekt nu 't zoo
kil is op de slaapkamer en 't gaskacheltje
op non-activiteit staat, den tijd vinden om
papieren dekentjes te maken, terwijl 't
haar toch werkelijk niet schikt om de
schreeuwend dure wollen aan te schaffen?
Een lap heeft ze wel, kranten in overvloed
maar met haar drukke kinderhuishoudentje
moet ze 't dag aan dag uitstellen.
Ook zuiken konden geholpen worden,
als zij die veel tijd over hebben, dien daar
aan wilden wijden. Een dame, weduwe met
kinderen, w-as ziek. Als hulp had ze een
meisje, dat niet veel van koken kende en daar
bovendien door de ziekte veJ gas werd
gebruikt, zou ze dolgraag van de centrale
keuken gegeten hebben, maar deze vergde
dat het eten gehaald werd in hooikist of
etensdrager en wie moest die maken of de
kinderen er mee helpen? Na veertien dagen
tobben kwam de moeder van een vriendin
netje van haar dochtertje er achter en deze
maakte op een Woensdagmiddag met de
kinderen een krantenkist, die de zieke van
heel wat zorg en gedoe onthief.
Op deze manier zou, in tallooze variaties,
te helpen zijn. Wordt door instellingen als
Toynbee of 'tjonge Vrouwengilde in deze
richting iets gedaan, dan kan dat in ruimen
kring nut stichten. Ik weet niet of zij dit
werk ter hand genomen hebben, maar wel
weet ik dat ieder in eigen kring het hare
kan doen.
A. DE GRAAF F
WÜPPERMANN
Babbeltjes
Ik heb een oud-tante gehad, die er n
eigenaardige, persoonlijke coquetterie op na
hield. Als ik bezoek krijg, zei ze altijd, dan
zet ik mijn visite zoo, dat ze naar 't aardigste
hoekje van de kamer kijkt; en zich zelf, waar
ze zit, zeer .voordeelig" voelt zitten, maar
ik zorg ook, voor een gezellig achtergrondje,
of voorgrondje voor mijn eigen persoontje.
Een paar bloemetjes, op je iheetafel, in de
kleur van je kostuum, zijn heusch geen
zonde, en een smaakvol kussen in je rug,
dat je een beetje schilderachtig helpt zijn,
llllllllllfllllllllllllllllltlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
lang hebben wij toen niet anders gehad dan
stug weertje, met een thermometerstand van
maar altijd beneden de vijf graden Celsius.
Met moeite kwamen de planten tot bloei en
ontwikkeling, al de lenteboden waren te laat,
een echte uitbarsting van vogelvreugde
werd voor het eind van April slechts zelden
gehoord en> de hommels en wespen kwamen
om in hun winterholen of vertoonden zich
pas drie weken later dan gewoonlijk. Haast
al dien tijd was de temperatuur wat de
weerberichten noemen ongeveer normaal en
dat was juist het ongeluk, want voor een
schoone en krachtige ontwikkeling van het
ratuurleven zijn in ons klimaat de gemid
delde toestanden juist de minst geschikte.
Er moet afwisseling zijn en dan hindert het
niet of soms voor korten tijd uiterste waar
den worden bereikt.
Dat ondervinden wij nu in deze dagen.
We hebben gehad sneeuw, dooi, vorst,
sneeuw, sterke vorst, dooi, vorst,
sneeuwjacht en toen ging opeens de thermometer
omhoog tot boven de tien graden Celsius.
Dat had nu de uitwerking van een
tooverslag. Nog terwijl de sneeuwpap een voet
diep lag lieten de pimpelmeezen hun
lentegeluid hooren, de spreeuwen waren den
heelen dag in extase, en 's avonds zong de
zanglijster tegelijk met roodborstje en
heggemusch. Een enkele hazelaar was al voor
Nieuwjaar in bloei gekomen, maar nu be
gonnen ze allemaal en dt donkere achter
gronden in het stille bosch zijn nu allerwegen
gesierd met de verticale gele streepjes van
de hazelaarkatjes. Ook de vroege wilgen
hebben plotseling een sprong gedaan. Haantje
de voorste onder hen is een vreemdeling, de
Kaspische zandwilg, Salix daphnoïdes een
van de mooiste wilgen, die er bestaan en
een sieraad voor eiken zandigen tuin, maar
in den feilen zeewind krijgt hij nog wel
eens doode toppen. Nu, die had aan zijn
donker blauwig-roodbruine takken dunne
bladknopjes en dikkere bloemknoppen, beide
goed geborgen binnen taaie knopschubben.
Maar nu de temperatuur na de felle kou
zoo plotseling steeg is er leven in die takken
gekomen en in twee dagen tijds zijn van
alle bloemknoppen de mutsvormige schubjes
afgeworpen en nu zijn de twijgen bezet met
dikke, donzige witte katjes. Dat is nog lang
evenmin. We moeten wat voor 't oog van
onzen medemensch over hebben.... Dat is
naastenliefde.
In dezen tijd denk ik dikwijls aan...
.het kussen van tante..." Want we
leven in een tijd, waarin dit kleurig en
fleurig .requisiet" in allerlei moderne
kleuren ex gedaanten, de gezelligheid komt
tinten en verhoogen. Dit laatste, in meer
dan eenen zin, want het formaat van het
z.g. humpty dumply, kussen is van dien
aard ('t heeft iets van een trom), dat kleine
mevrouwtje, die er boven op de sofa op
troont, even majestueus en statig van gebaar
en .taille" kan zijn, als de groote Catherina,
wanneer ze audiëntie hield.
De nieuwe peluw-kussens, in den vorm
van breede pistaches zijn alleraardigst, ge
kunt er een smakelijk stapeltje, kruislings
over elkaar gelegd, van maken, en de sofa,
zal er des te behagelijker uitzien.
Op het plaatje ligt een peluw-kussen,
vooraan, aan 't voeteneinde van de canapé,
waarop the dear young lady zit te breien.
Het i? gemaakt van zwart satinet en van
een cretonne-lap met wit en zwart gestreept
fond, waarover toefjes roode en roze rozen
zijn neergedwarreld. Zelfs de juffer, die
nooit met een naald kan omgaan en
binnen 't kwartier haar werk in een hoek
.duvelt," kan dit kussen in elkaar zetten.
Maak eeru het onderkussen van een lap
linnen, vul het op met restjes veeren, wol,
kleine lappedantjes, knip een reep cretonne,
die om het middel" van het kussen beves
tigd wordt, en geef de lange, platte pistache
dan ihaar twee uiteinden van zwart satinet,
die ge echter tweemaal zoo lang knipt, als
de afstand van het kussen, waarover ge ze
drapeeren moet; want 't oog" wil, dat ge
de donkere uiteinden in lange gelijke
plooltjes, op 't onderkussen vasthecht. Wie niet
van zwart houdt, kan groen of bruin nemen,
en een daarmee harmoniêerend cretonnetje,
de pistache zal een even groot succes zijn.
Peluw-kussen in vorm nummertwee steunt
mijn dame in de ranke schouders. De ge
lukkige bezitster van een lap groen of zwart
satinet, hecht dien ruimgeplooid om een
onderkussen in den vorm van een l ij vi gen
sluimerrol (zorgdragend, dat de dichtge
naaide ingehaalde uiteinden met een kleine
ruche worden afgemaakt), en decoreert de
worst" vervolgens met twee kwasten, om
die daarna aan weerskanten met een breeden
band van meubelstof, cretonne of tres te
versieren.
De ronde modellen, domineeren in de
nieuwe kussen-mode, en kussen nummer
drie, op het plaatje, hoewel kolossaal van
gestalte, is in een wip en niet te duur!
te vervaardigen. Als ge het groote cirkel
vormige onder kussen hebt, knipt ge twee
cirkels van satinet, in gelijke grootte met
het onderkussen, natuurlijk zorgdragend
geen bloei, alleen maar de voorbereiding.
Komt er nu weer zoo'n vervelende periode
van temperatuur ongeveer normaal", dan
blijven die witte dingetjes onveranderd, maar
gaat het vriezen en komt daarna weer, al is
het maar n zomersene dag, dan maken
ze weer een sprong vooruit en komen tus
schen de zijdeachtige haren meeldraden en
stampers zoo halfjes te voorschijn en met
nog een derde of vierde sprongetje wordt
Bloeiend beuketakje.
de bloei bereikt. Onze inlandsche vroege
wilgen doen precies hetzelfde, maar ze blijven
bij onzen Kaspischen vrind altijd net n
sprong ten achter.
Eigenlijk doen alle boomen mee, maar
't is niet altijd even duidelijk merkbaar.
Toch kunt ge duidelijk zien, dat de bloem
knoppen van de iepen langs de grachten
reeds dikker zijn geworden. De bladknoppen
van den iep merkt ge nauwelijks op, maar
de bloemknoppen staan forsch tegen de
voor de stof van een kleinen inslag! Dan
nemen we een stuk cretonne ter hand, met
een groot, gedurfd patroon, knippen een
paar van de groote teekeningen uit dien
cretonnelap, hechten ze op het middenpunt
van eiken satinet-cirkel, en festonneeren ze
om met een knoopsgaten steekje in groen,
of in een andere kleur, die ge mooi vindt.
Het eenige, wat dan nog te doen overblijft
is, de twee cirkels tegen elkander te stikken,
het onderkussen er in te stoppen, er met
de vlakke hand een resoluten marsch op te
trommelen, zoodat het netjes, vlak wordt,
en dan een zijden koord te stikken langs de
randen van de aan elkander gehechte cirkels.
Hoewel 't koord, uit economie, ook door
afwezigheid mag schitteren.
Nummer vier, op 't plaatje, vertoont een
plat kussen, dat bij voorkeur ook als
haardkussen" kan dienst doen, wanneer ge In
de schemering mijmerend in 't vuur zit te
staren. Het vraagt er om, geheel gemaakt
te worden van cretonne, en het is raadzaam,
een cretonne te kiezen met een groot,
raatgekleurd, vaag patroon, hoewel effen gekleurd
satinet met uitgeknipte cretonne-motieven
er op, deze kussen-vorm ook niet misstaan
zal (zooals de afbeelding het trouwens aan
geeft.) Maar we redeneeren over een
haardkussen", en daarvoor is een donkere, ietwat
zwaardere bekleeding van noode.
Twee cirkels van cretonne, worden
aanngehecht en bedekken het onderkussen.
Dan knipt men een langen reep (ongeveer
9 cM. breed en drie el lang) van cretonne
stof, welke alleen aan n kant gezoomd
wordt, terwijl de andere kant, naar
binnengeslagen en als een ,,ruche" wordt ingehaald.
Dat sierlijk lappedantje gaat, langs de rondte
van het kussen den strook vormen, en wel
aldus. Op ongeveer vijf cM. van den rand
van 't kussen hecht men het geplooide ge
deelte vast, terwijl daarop een inhalende"
draad een paar cM. verderop door het nog
recht hangende, losse gedeelte, getrokken
wordt, zoodat de plooien van de strook
zich van zelf vormen. Om het kussen af te
maken hecht men over het ingehaalde ge
deelte, een smal koordje. Moet het kunst
werk" aan beide zijden even presentabel
zijn, dan voert men de strook met
satinet
Nietwaar, wel beschouwd zit net dametje
in gezelschap van vier volumineuze kussens
op de sofa, maar zijn ze in 't oog
vallend ? Eigenlijk niet, dat is 't geheim van
een met smaak gekozen decor voor 't eigen
persoontje. Mijn oud-tante had een blik in
de toekomst... jawel!
YVONNE DE TESSAN
De M a a ti
De maan houdt schitterend als vorstin,
Inspectie over de wolken,
Ze draven voorbij haar in dolle vaart,
Over diepten en heuvels en kolken.
Ze jagen voort in gestrekten draf,
In grijze en grauwe uniformen:
Beneden, daar blaast en daar giert de wind
IH onstuim'ge, wild-woeste stormen.
De sterren houden zich angstig schuil,
En durven zich niet vertoonen,
De wolken, zij zullen haar om haar angst
Nog zeker bespotten en hoonen.
Ze jagen voort met een helsch lawaai:
De maan lacht toch tusschenbeiden,
En laat door die heel dichte wolkengroep
Nog een enkelen lichtstraal heen glijden.
En is de storm eindlijk uitgewoed,
De sterren durven dan komen,
Dan blikt weer de maan toch zoo blank en blij,
En verdiept zich opnieuw in haardroomen.
P. A. E. O O STERH O l'V
iiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiniiuiiiiimiiiiiiiiiiH iiiimiiiitiiiiiiiiiiiiiin
TER WEE
THEE
\namtft dl Jiggklturat foto's in het Qtbum
DE WATERSNOOD 9I6
lucht geteekend, dikke propjes om en om
aan de sierlijk gebogen takken. Er staat
een rijke bloei te wachten.
Zoo is het ook met de beuken. Hun knop
pen ontluiken pas in de eerste week van
Mei, maar er is nu al werking in en wel
in de dikke bloeiknoppen, meer dan in de
slanke bladknoppen. Beide soorten van
knoppen zijn flink lang, daaraan dankt
de beuk zijn levendig voorkomen in den
winter. De slanke bladknoppen zitten in
twee rijen aan tamelijk lange twijgen, maar
de dikke bloeiknoppen zijn in verreweg de
meeste gevallen te vinden en zeer ge
makkelijk ook aan het einde van kleine
takjes, die er merkwaardig gerimpeld uit
zien. Ze zijn bezet met ringetjes van rim
peltjes en daartusschen zitten dan weer
gladde stukken van slechts enkele millime
ters lengte. De knoppen zeif zijn gehuld in
gladde roodbruine schubben, vaak met geel
bruine randjes en zilverigen weerschijn.
Verwijderen we die schubben voorzichtig,
dan vinden we daarbinnen eenige zeer fraai
geplooide bladeren, ieder met een paar
steunblaadjes en ook nog enkele dikke pak
ketjes, in donkere glazige haren gehuid.dat
zijn de bloemen; de mannelijke
meeldraadbloempjes zijn makkelijker te vinden dan
de vrouwelijke stamperbloempjes. Meteen
zien we ook de beteekenis van de rimpeltjes
op de bloeitakken, dat moeten wel de
litteekens zijn van afgevallen knopschubben
en iedere rimpelring beteekent een
lenteontwaken van het takje. Overal aan de
takken zijn die ringen te vinden; het is een
heel amusement, om zoo eens een vijf
entwintig jaren terug de ontwikkeling van een
boom na te gaan en te zien hoe mooi de
kroon is opgebouwd uit langzaam groeiende
bloeitakken en snel doorschietende bladloten.
Aardig is het, om te ontdekken hoe een
takje, dat tien jaar noodig heeft gehad om
vier centimeter lang te worden, opeens een
eindknop maakt waaruit een loot te voor
schijn komt van wel een halven meter lang.
Over de lotgevallen van boomtakken zou
nog heel wat te vertellen zijn, maar we
willen terugkeeren naar onze sprongsgewijze
lente. We hebben nu juist weer een paar
kille neveldagen gehad, als morgen de zon
doorkomt staat weer wat nieuws te wachten:
Raadgevingen van vrouwen
aan vrouwen
Deze rubriek staat open voor vrouwen tut
alle standen der maatschappij. Alle medewer
king wordt zeer op prijs gesteld. Verzoeke
de inzendingen als hieronder te stellen.
Ik verzamel alle kruimels en kaaskorstjes
snijd ze fijn, en droog dan alles om er
de vogels in den strengen vorst mede te
kunnen voeden.
Ik zet de regeeringserwten van 't vorig
jaar 's middags in 'theete aardappel water;
laat ze hierin een nacht weeken; zet ze
's morgens met nog wat water er bij op 't
vuur en daarna in de hooikist. Men kan er
dan nog wat dubbel koolzure soda bij doen,
maar bepaald noodig is het niet.
Ik knip van oude handschoenen de vin
gers af en gebruik 's morgens bij 't huiswerk,
de overgebleven gedeelten als polsmoffen;
dit is goed om 't springen der huid te voor
komen.
Ik kook mijn theewater 's avonds boven
de gaslamp, door het keteltje op te hangen
aan een ijzeren haakje, dat aan het koper
van de lamp is bevestigd.
Ik neem een mergpqp van 15 et. en laat
dien zachtjes trekken op een klein vuur.
Als deze een krachtige bouillon gegeven
heeft, roer ik er wat rijst en wat vermecelli
door, zoodat het een stevige soep wordt.
Deze gebruik ik aan de koffietafel tot aan
vulling van het somtijds te weinig brood)
Men heeft dan een krachtig voedend maal
en niet duur. De soep dient voor een paar
dagen. Ik neem als de soep klaar is, de
merg warm uit den mergpijp en smeer deze
warm op ons brood. Dit is smakelijk en
voedend! Er iets zout over heen doen. De
leege botten geef ik aan onze honden.
Ik maal gort in de koffiemolen en kook
deze op de manier van boekweltgort met
melk of karnemelk. Ik gebruik deze gemalen
gort als parelgarst in de soep.
Ik bak pannekoeken met gemalen gort
en een pakje vanille. Men moet dat mengsel
een paar uur voor het bakken met een
weinig zout en warm water aanmaken.
Onzen hartelijken dank aan allen die
medewerken om in deze rubriek anderen voort
te helpen.
Centraal vrouwen-comitévoor de
distributie
Te Haarlem is thans een sub-comitége
vormd van het Centraal Vrouwen-comitévoor
de distributie. Maandag 2H Januari had een
vergadering plaats, waar Mw. L. Kappeyne
v. d. Coppello-Wijgers het werkprogram
van het comitéuiteenzette. Deze vergadering
was druk bezocht.
Het bestuur is te Haarlem samengesteld
als volgt: M w. H. Brouwer?Poutsma, pre
sidente; Mw. M. C. Kooy?Van Zeggelen,
vice-pres.; Mw. G. C. Borggrève?Meijer,
penn.sse; Mw. F. v. d. Lijke?Prins, Mw.
H. Heineken-Daum, 1ste secr.sse; Mw. J.
Zaadnoordijk?Wigersma, 2de secr.sse.
Het vlugschrift] e dat het Centraal Comit
verspreidt, kan worden aangevraagd bij Mw.
J. S. R. Baerveldt?Haver, Palestrinastraat 19,
Amsterdam.
een groot gedans van wintermuggen, een
sterker zang van leeuweriken, de eerste
vinkenslag, misschien zelfs wel de beruchte
eerste vlinder. In Februari is al van alles
te verwachten.
Wie wat ongeduldig is uitgevallen kan
kunstmatig voor afwisseling zorgen, maar
dan natuurlijk in het klein. We snijden wat
twijgen af in flink vriezend weer en brengen
ze in de kamer in een glas met water. We
kunnen nog verder gaan en de takken eerst
eenigen tijd onderdompelen in heet water.
Ze zullen dan des te sneller tot ontwikkeling
komen. Hetzelfde doel wordt bereikt als we
ze eerst een poosje kwellen met chloroform
of met rook. Al deze methoden worden
toegepast bij het .trekken" van vroege
bloemen en alle berusten ze op het beginsel
dat een korte, krachtige maar niet fatale
tegenspoed de ontwikkeling kan bevorderen;
tusschen twee haakjes een zeer gevaarlijk,
verleidelijk regeltje voor zedemeesters en
paedegogen.
Met de eene soart van takken gaat het
makkelijker dan met de andere. Over het
algemeen zijn de boomen die het verst naar
het Noorden groeien, het moeilijkst en ge
zult dus met beuken en beiken meer geduld
moeten hebben dan met ahorns of kastanjes.
Dat binnenshuis-werk is voor een enkelen
keer wel aardig en altijd zeer leerzaam.
JAC. P. T H ij s s E
Kasplsche Wilg
begin (Januari)