De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 23 februari pagina 10

23 februari 1918 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

10 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 23 Fcbr. '18. - No. 2122 EEN INTERNATIONALE MESSE" STRAKS IN HOLLAND? Bestaat er uitzicht, dat Holland na den oorlog de plaats van vestiging wordt eener internationale Messe"? Moet men dat hopen? En kan nu reeds iets in die richting worden gedaan ? Laat mij eerst de vraag mogen bespreken of er, bij herstel van den vrede, aan zulk een internationale jaarmarkt behoefie zal bestaan? Mij dunkt, dit zal zeker htt geval zijn. Wie alleen let op den ruat, de vijand schap en verbittering, tusschen de twee oorlogvoerende groepen bestaande en OJT den langen duur der vijandelijkheden, ook door de (geslaagde of mislukte) pogingen tot toebrenging van economisch nadeel o-er en weer versterkt, die is geneigd te zeggen dat het wel heel lang zal duren voordat wederzijdsche aanraking mogelijk is en zal worden beproefd. Maar men moet ook in deze niet te algemeen redeneeren. Binnen elk der beide groepen staan niet alle landen scherp tegenover alle der andere: men is In oorlog met de vijanden van zijn bond genoot zonder het gevoel te hebben dat deze nu ook de eigen,laten wij zeggen: persoonlijke vijanden zijn. En waar dat gi/oel ontbreekt, daar schijnt zooiets als economische toenade ring straks niet uitgesloten,te minder wanneer die toenadering slechts hierop neerkomt dat men niet schromen zal dévroegere verhou dingen van goederenruil te herstellen, voorzoover reeds dadelijk de eigen behoeften dat vorderen. Want juist dit is hier m.i. de groote factor: tot opeen niet geringe hoogte bestaat er hier dringende noodzaak, die zich over gevoeligheden zal heenzetten, omdat het eigen belang daartoe drijft Zeker, men heeft wel getrasht en, zoover als het ging, wel geleerd zich vrij te maken van vroegere behoeften aan buitenlandsche,thans vijandige goederen; op den weg van de .,Ersatz"nijverheid, van de nood-voorziening in 't algemeen is men een goed eind vooruiigekomen en van hetgeen men in die richting heeft geleerd, zal men later een zeker deel blijven toepassen. Zoo zal dan niet onverzwakt de wensch naar vreemd goed" blij ven bestaan, maar zóó sterk zal deze factor niet kunnen werken of sterker zal zijn de drang om, nu bevrediging van de in oor logsjaren zoo pijnlijk en lang gevoelde be hoeften binnen het bereik ligt, daaraan te voldoen. Immers, dit staat wel vast: trjts de vernuftige vondsten van allerlei noodvoorzieningen en ten spijt van verklaringen, dat men ook zonder toevoer van goedtren uit de vijandige staten het tamelijk wel kan stellen, is aan beide zijden der loopgraven meer en meer een toestand ontstaan, waarin steeds nijpender het gemis van den vroegeren goederen-ruil als 't ware aan den lijve wordt gevoeld. Dat kan ook niet anders, want niet alles kan overal wprien gemaakt. De eco nomische geografie" is geen opsomming van toevalligheden: natuurlijke, economische, sociale en andere oorzaken bepalen de plaat selijke verdeeling der verschillende voort brengingen over de aarde. Dwingen" kan men in deze slechts ten deele en dan wel nimmer ongestraft. Er zal dus, zoo neem ik aan, een zekere drang zijn om uit de voorheen vijandige rijken weer die goederen te betrekken, welke men in 't bijzonder vandaar het best kan verkrijgen. Maar tegen dien drang in zullen werken nationale gevoeligheden. Het laat zich denken, het is zelfs waarschijnlijk te achten, dat men liever niet openlijk in eenig land goederen aan de markt brengt, die klaarblijkelijk door den vijand-van-gisteren zijn geproduceerd. Bij zoodanige verhou dingen zullen neutraal-gebleven landen een belangrijke bemiddelaars-rol kunnen ver vullen, de rol van den eerlijken makelaar' en nog wel iets meer: met wederzijdsche oogluiking zal tusscnen de tegenstanders van voorheen het neutrale land een soort van doorgangshuis" kunnen zijn, waarin het vija: dig" goed zijn eliket en zijn ka rakter verliest om, zonder ander certifi caat van oorsprong" dan het neutrale, zijn anders onmogelijke b;stemming te bereiken. Een neutraliseerings-proces", als ik 't zoo noemen mag. Maar zulk een proces zal dan ook gewenscht worden bij vraag en aanbod. Ook hier zullen de gevoeligheden blij /en bestaan, niet tusschen alle voorheen vijandige staten even sterk en even langdurig, maar bij de meeste of wellicht bij alle toch sterk en lang genoeg om te beletten dat men zich rechtsstreeks in verbinding stelt met den vroegeren tegenstander. Zoo zal er dan, dunkt mij, behoefte bestaan aan een onzijdig vereenigingspunt, een buiten de partijen" gelegen verzamelplaats, waar men elkaar kan ontmoeten zonder argwaan voor in deze of gene richting werkende nationale in vloeden, een plaats waarheen men gaan kan zonder zich (laat mij zeggen) te compromitteeren als iemand, die bij en van den vijand" gaat koopen.... Een Leiozig of een Lyon, maar noch Duitsch noch Fransen en dus vaor Franschen en Duitschers vrijuit toegankelijk. Zal Holland die verzamelplaats kunnen zijn? Zal hier de internationale jaarmarkt kunnen worden gevestigd, waarop men zien kan wat de vreemdeling heeft aan te bieden en waar men heengaat om op zijn eigen voortbrengselen de aandacht te bepalen? Waarom hier niet? Ik onderstel, dat het tot den einde van den oorlog toe ons geukt is buiten den strijd te blijden, dat wij welke stromingen van oro-Éntente- of van pro-Middenstaten-geündheid er zich ook mogen (b ij ven) voordoen niet gedoodvorfd worden als te hebben openlijk partij gelrokken voor of tegen een van beide groepen. In die onderstelling zal ons land m. i. als aangewezen zijn om een econo mische bemiddelaarsrol te vervullen en om de internationale jaarmarkt te grondvesten en te handhaven, 't Is waar, wij liggen aan den uitersten westhoek van het Europeesch vasteland, maar niettemin centraal genoeg om in deze een middenpunt en geschikte ontmoetingsplaats te zijn: naast Duihchland, tegenover Engeland, grenzend aan België, over dat land gemakkelijk van Frankrijk uit bereikbaar, met de Vereenigde Staten door een eigen stoomvaartlijn verbonden, in vaste verbinding staande met de havens van beide halfronden door onze de wereld omspan nende scheepvaart. Zijn dit niet alle wezen lijke voordeelen voor de vestiging van zulk een markt hier te lande? h het dan niet zaak, die voordeelen te doen wegen, ze te gebruiken ? Want dit behoeft wel geen betoog ge lukt het, hierheen jaarlijks de nij veren en handtlaren uit den vreemde te lokken om elkaar hier te vinden en tot zaken-doen de gelegen heid te openen, dan zal voor ons daarin geen gering profijt gelegen zijn. Ik denk hier niet allereerst aan de voor de hand liggende baten uit den toevloed van reizigers, met het geld dat zij hier inbrengen; ik der.k voornamelijk aan de middellijke voordeelen: de ruimere verspreiding van kennis omtrent economisch Nederland" in kringen, waarin wij wenschen moeten dat dis kennis steeds steviger doordringe; het inzicht in den vreemde dat wij hier, nu ji, zijn een klein volk in een klein land (maar met gioote koloniën), doch dat op het stuk van goederen-voortorenging en goederen-ruil meer beduidt dan menigeen over de grenzen vermoedt; in cé.i woord, als men wil: de nationale reclame. Waaruit weer tastbare en rechtstreekscfie voordeelen zullen gewonnen worden, want, opgainde om elkaar te ontmoeten, zullen de van elders gekomenen ook met ons de aanraking nht vermijden kunnen. Niet skchts wat zij, ook wat wij te bieden hebben, zal dan ia ruime mate hier zijn te vin-ien: de gastheer zal zichzelven niet wegcijferen, zelis een ruimer dtel voor zich kunnen bezetten dan wanneer hij elders gast zijn zou. Nu dan, wanneer wij die ons door de omstandigheden m. i. waarschijnlijk g «boden goede kans willen aangrijpen, wat hebben wij dan daartoe te doen? Ik zou wel willen dat in deze meer bevoegden dm ik hunne gedachten ernstig daarover lieten gaan en dat zij dit tijdig deden. Gaan züniet uit eigen beweging daartoe over, dat dan de Regeering ter bevordering van een zoo wezen lijk landsbelang, daartoe onverwijld deleiding neme, misschien om die weer aan bijzondere personen over te geven, wanneer die op aansporing der overheid de zaak hebben aangepakt. Wat bij mij wel vaststaat, is: dat men niet te Iaat beginne;) moet, ten einde niet te laat gereed te zijn ; de vrede zoo lang en zoo hcthaaldeiijk verschoven zou ons kunnen verrassen delibirante Senatu". Want de voorbereiding zal, even min als de uitvoering, licht werk zijn ; beide vorderen tactvolle en bevredigende oplossing van allerlei moeilijke en netelige vragen. Eén van deze zal zijn: in welke stad van ons land de Messe" zal moeten worden | gehouden. Vanzelf richten zich veler oogen naar Utrecht. Hetft het door zijn jaarbeurzen daarop niet zoo iets als een historisch", een verkregen'1 recht? Ten deele zeker. j En zeker is ook wel, dat de daar door de i organisators opgedane Untusscti'-n binnenI landsche"> ervaring van practisch nut zal j zijn, ook waar de onderneming on zoo ruimer | schaal als mondiale" o:: althans Eu'opeesche j maikt zal worden opgezet. Maar biedt Utrecht genoeg ruimte, ook voor verblijf der vreemdelingen ? Hoe staat het daarmee in Amsterdam, in Rotterdam ? Ziedaar slechts : n enkele vraag. Bij de oplossing van deze j kan men slechts hopen, dat geen enge plaa<sej lijke overwegingen, geen esprit du clocher" j den doorslag moge geven, waar een algej meen belang van heel het land bij de zaak is betrokken. Hopen moet men ook dat de zaak, wordt zij aangevat, in ruimen geest en groo'.en stijl worden opgezet en dat de ons aangewreven zucht van asking too much" hitr krachtig worde gebreideld. Laat men niet te veel rekenen" en niet te veel uitzien naar de dactelijke en tastbare baten. Die volgen wel, juist als men ze niet te sterk vooropschuifi! De voorbereiding thans reeds en straks de uitvoering zullen moeilijk zijn. Het wel slagen zal ook beheersen! worden door factoren, die ontsnappen aan invloeden, waarvoor de organisators aansprakelijk kun nen worden gesteld. Maar voor zoo/er het van ons afhangt, moeten wij daaraan doen wat wij kunnen; het doel is veel studie, veel arbeid, veel geld waard, want, wordt het bereikt, dan wurdt 's ianiis belang daar door s:erk bevorderd. Ouk wie niet reeds voetstoots de mogelijkheid van slagen der poging toegeeft, werke er toe mede dat althans die mugeliJKheid stevig worde onder zocht ; blijkt dan, onverhoopt, de kans niet te bestaan, wij hebben ons later geen ver zuimde gelegefsheil te verwijten. Maar ik vuur mij htb wel goeden moed dat verwe zenlijking van cene Messe" ten onzent ligt binnen den kring van het bereikbare, ook al zou men voorloopig met bescheiden uitkomsten tevreden moeten zijn. Laat dan ten minste de vraag der bereikbaarheid deor bevoegden ernstig worden overwogen. Te verliezen is daubij niets. Eri wie zal zeg gen, hoeveel daarmee niet te winnen is! S Ai I S S A E R T De Uitslag van de Stortingen op de nieuwe 41 o pCts. Staatsleenlng Bij het prospeclus van de nieuwste X'iderlandsche S'aatsleening, groot f 500.010.000, was bepaald, dat de stortingen voor zoo verre daarvoor niet de te eemverieeren f> pCts. obligatiëti 1914 werden aangewend moes ten geschieden in vier termijnen en wel: 1ste termijn op 7 Februari 50 pCt. '.Me 7 Maart 10 3de 8 April 20 4ie 7 Mei 20 met bevoegdheid der inschrijvers om dadelijk vul te slurléri. Bij de clrie voorgsarde crisisleeningen waren soortgelijke bepalingen ten aanzien van de storüngen gemaakt en bleek toen, dat, op eene betrekkelijke kleinigheid na, de inschrijvers reeds bij den sersien stor tingstermijn nagenoeg tot het volle bedrag hadden volgestort. Het wekte daarom eer.igc teleurstelling, toen in de Staatscourant van Maandagavond, den Uden F- briu.n, gemeld werd, dat t«,t op Zaterdag O Fcbiuati slechts f 337.7'J4 37H of iets meer fan , van het geheel^ bedrag van eei iialf rniiliard gestort was. Tegelijkertijd trok he.1 de aandacht, dat de e ff ? CÏCHbciCCfj Jfi j{eiïuij u^ MCuclirtiiuSLllc Bark gedur«"nde de week var. 'l ',' Februari met ca. 1 5ti millioen waren toegenomen. Een en ander scheen er op te wijzen, dat thars niet alleen bJangiijk minder dan bij vorige gi-Segei heden volgestort was, maar ook dat van de door de Nederlandsche Bank aangeboden facielneit om de nieuwe obligatië.i op voordeel!:, c voorwaarden te he ieenen een veel rn rm r gebruik gemaakt was. iinkele fi 'anciede commentatoren waren reeds dadelijk k!a;-.r om daaraan beschouwin gen vast te knoopen o ntrent een minder gunstiger! toestand van de binnenlandsche geldmarkt. Indien zij de terzelf.'ertijd gepu bliceerde kaspositie van de schatkist een beetje nauwkeuriger bestudeerd hadden of wel een week met het maken hunner com mentaren gewacht hadden, dan zouden zij spoedig gemerkt hebben, dat de positie veel minder teleurstellend is dan zij oppervlakkig scheen. Toegegeven mott daarbij worden, dat de wijze, waaron het ministerie van financiën de cijfers van den 2den en Oden Februari publiceerde, wel eenlge aanleiding heeft gegeven tot verwarring Daarin waren toch in n bedrag samengekoppeld de stor tingen in ter conversie aangeboden 5 pCts. obiisatiën en die in geld (of wat daarmede gelijk staat: schatkis'papier), zonder dat de buitenstaander kon nagaan hoeveel er op elk der beide wijzen afzonderlijk gestort was. Bovendien schijnen in de opgaven van 2 en 9 Februari omtrent het op de leening gestorte bedrag nog niet verantwoord te zijn groot« bedragen hij de betaalmeesters in de provinciën gestort doch niet geheel ver rekend, maar waarvan het provenu zooals uit de kaspositie van de schatkist op dien data va t af te leiden reeds grootendeels op het te goed van het Rijk bij de Nedrrlandsche Bark was overgeschreven. Immers volger.s de opgaaf van 9 Februari was in het geheel gestort op rie l^ening f 337 794,738 en aangezien f 223 74(5.800 5 pCt. obligaties ter conversie waren aangeboden, zoude dit betekenen, dat slechts f 114 millioen in geld gestort was of minder dan de op uiterlijk 7 Frhiuari verplicht geweest zijnde storting van 50 pCt. op het in eeld betaalbare bedrag der leening van f 2702-3200. Uit een verg^lijking van de kaspositie van de schatkist op 20 Januari met die van 9 Februari, blijkt echter, dat de sehatkist in die twee weken belangrijk meer moet hebben ontvangen dan f 114 millioen. Den 26jten Januari stonden nml. uit: Schatkistbiljetten f 120206000 Schatkistprornesi-e:i 188.900.COO Renteloos voorschot b!] de Ned. Bark 10.500.741 Totaal vlottende schuld f 3Ï9.6K5.741 Den O.ien Februari daarentegen was dit verminderd tot: Schatkistbiljttten f 79722.000 Schatkistpromessen , 9.0SQ 000 f "l48 802.000 ' Af: Rekening courant saldo bij de N?'d. Bank f 5(3.044.00(5 f 92.757.994 W. J. THIEME & CIE TE ZUTPHEN geven uit: DE MYTHEN EU LE8EIDEH-SERIE ? De Geschiedenis van het Romeinsche H. A, GUERBER. Mythen en Legenden uit de Middel eeuwen. Haar oorsprong en invloed op letterkunde en kunst. Bewerkt door Dr. H. W. Pu. E. VAN DEN BERGH VAN EVS1NGA. 3e druk, met 64 fraaie platen. Ing. / 4.25, geb. /'5. H. A. GUERBER. Mythen van Griekenland en Rome. Bewerkt door Dr. B. C. GOUDSM1T. 3e druk, met 64 fraaie platen. Ing. /'4.25, geb. /'5. j H, A GUERBER. Koorsche Mythen uit de Edda's en de Sagen. Bewerkt door Dr. H. W. PH. VAN DEN BERGH VAN EYSINGA, 2e druk, met 64 fraaie platen. Ing. / 4.25, geb. /' 5.?. T. HADLAND DAVIS. Mythen en Lepden van Japan. Bewerkt door Dr. B. C. GOUDSMIT, met 32 prachtige gekleurde platen. 2e druk. Ing. / 4.25, geb. f5. W. M. PETROVITCH. Heldensagen en legenden van de Serviërs. Bewerkt door J. P. WESSELINK?VAN ROSSUM, met 32 prachtige platen in kltur. Ing. f4.25, geb. f5. T. W. ROLLESÏGH. Keltische Mythen en Legenden. Bewerkt door Dr. B. C. GOUDSMIT, met 65 prachtige platen. Ing. f 4.25, geb. ?5.?. r. H. J. W. SAL1MIIS. Gewijde Verhalen en legenden van Hindoes en Boeddhisten met een voorwoord van Prof. Dr. W. GALAND, met 32 prachtige platen in kleur. Ing. / 4.25, geb. f5. JOSEF COHEN. Nederlandsche Sagen en Legenden met 32 platen in kleurendruk en zwart van POL DOM. Ing. / 4.25, geb. / 5.?. Volk. Bewerkt door Dr. B. C. GOUDSMIT, met vele iilustratiën. Ing. f 2.25, geb. / 2 90. E. M. TAPPAN. De Geschiedenis van het Grieksche Bewerkt door Dr. B. C. GOUDSMIT, met vele illustratié'n. Ing. / 2,25, geb. / 2.90. Dr. C. TE LINTUM. De Geschiedenis van het Ameri kaansche Volk. Geografisch Historisch, met vele illustraties en kaarten. Ing. / 2.25, geb. / 2.90. H. B. COTTERILL. M. A. Oud Hellas. Zijn kunst, letterkunde en wijsbegeerte in ver band met zijne staatkundige geschiedenis, van de oudste tijden tot aan ALI-:XANÏM-;I< IH:N GKOOI i Bewerkt door Dr. B. C. GOUDSMIT en met een inleiding van Prof. Dr. A. E. j. HOLWERDA te Leider, met ca. 150 illustraties in halltoon en tusschen den tekst en 5 prachtige platen in kleuren druk. Ing. / 4.50, geb. / 5.10. H. B. COTTERILL. M. A. Italiëin de Middeleeuwen gedurende duizend jaar (303-1313). Een kort historisch overzicht met hoofdstukken over belangrijke gebeurtenissen en personen in verband met godsdienst, kunst en litteratuur. bewerkt door Dr. P. A. v. D. LAAN en met een voorrede van Prof. |hr. Dr. J. SIX, met (55 fraaie P'alen. ' Ing. / 4.50, geb. / 5.10. L M. en Mr. Dr. C. H. BAALE. Handboek van reemdo Woorden en Uitdrukkingen Citaten, ecfinische lermen enz. Nieuwe goedkoope uifgavc. In.;. / 3.75, geb. /'?) !>ü. Dr. F. A. SIOET1. Nederlandsche Spreekwoorden, Spreekwijzen, Uitdrukkingen eo Gezeyden. naar hun oorsprong en beleektnis verklaard en in 'iet Fransch, Duitsch en EngeLsch vertaald. DERDE DRUK. Comuieet in 2 ch elen. Ing. /' 11 50, geh. / l.'-i.TO, in leer /' 15 20. BEKNOPTE UITGAVE. Derde'd^k. Dr. THOMAS CARTER. Verha!en uit Shakespeare. Ncclerlandsch van Dr. EDWARD B. KOSTER, met Hi fraaie gekleurde platen. Ing. /2.50, geb. /'3.10. Dr. E. E. SCHELTEMA. Herinneringen van een Geneesheer, i;.g. / 1.95, geb. / 2 50. TH.M.HEÏELAAR. Wel tot Repünp van het lager G, KNDP. Hendolsteclmiek. Leiddraad bij de studie der a'L'.eniecue li kennis. is::/. - deelen H. A. ROMEIJN. Gronden der Gelijkstroomtechnisk. Leerboek ten dienste van lui undCiWMS :n de electrotechniek. Eerste deel. 2e druk. Ing. / 2 ia , eb, / 295 Tweede deel. 2e druk. h:g. ! 90, ;;e;>. / 2 >:5. 11 A. ROMEI1N. Gronden der Wisselstroomtechiiiek. Leerboek ten dienste \an het onderwijs h de eicctrotechniek. ir u, ? ;"", ??i-.b / i.V') zooals die bekend gemaakt is volgens K. B. van :??(] Juni 1905 (Staatsblad Nu. 219), voor de |ira;<;ijk bewerkt en van aanleekeningen voorzien. \ï>iieJii;e ni'ijave. Deel ! ing, / 6.90, geb. / 7 60. /H.80, /'9.50. Br. A. RIEHL. Inleiding tot de Hedendaagsche WijsAai! voüriiuH-hU-n, naar den vierden druk, vert;:a:d d;!;>r Dr. M. KREUNEN. Ing. / 2.25, geb. /' 2.75. H, N. BRAlLSfSRO. Be Ooriöi m M en Gcud. Een studie omtrent den «jewapenren vrede. Vertaling van Dr. W. VAN RAVESTF.YN |r. !:^. ,''2-K), i.'tb. /'3.10. Dr. JOS. SCHRIJNEN. Nederlandsche Volkskunde. i G. C. BYYANCK. Bewogen Tijden. Compleet in 2 deelen. Per deel ing. / 3 75, geb. / 4.45. Dr. A. A. BEEKMAN. Nederland als Polderland. Beschrijving van den eigenaardigen toestand der belangrijkste helft van ons land, tevens be vattende de topografie van dat gedeelte met de voornaamste détails, toegelicht door kaarten en teekeningen. TWEEDE DRUK. Ing. / 6. , geb. / 7.10. C. HUYGENS' Trijntje Cornelis Dr. KLUCHT. Uitgegeven en van een inleiding en aanteekeningen voorzien door Dr. H. J. EYMAEL. Ing. / 1.50, geb. / 2. . Eerste bundel. KRONIEKEN EN BEELDEN iui5-lüi,;. Tweede bundel. Ing / 390. jjeb KRONIEKEN EN HEELDEN ii)l(i-i9'l7. il1.1'', ; 3 !H', ;reb. /' ! ?1-~5 W. G. C. BÏVAHCK, Baiaafsci! Ferleden (Oeros' Droefheid), E. P f!, VAN imit Leerboek van het Landhouwil'.-eir.-.Giuien naar (ie Enkele- f n Dubbele methode ;?] Land-, Tuin-en Bosehbouvvbediijven ; Taxatie van Landerijen, Ontginningen en Bosschen; l;.-)-?'h-;.an\>.-:is; Bedrijlssfiti.stiek ; Bijdrage Gcscüieclen^ ; n;et etn voorrede van Dr. A. II. BERKHOUT f;ig. / 4.25, geb. /' 4.75. Or. l O, BiiEXElS. Plantenboek, Bewerkt raar CüK'iSii.\.\S!-:.\* Taschenbuch einheirniseher PfLinzen. Met 48 fraaie gekleurde p'-aten. Geb. /'2.15 KERST ZSARI. Het Vogeiboek. Zanders en krassers hij huis en schuur, in tuin en park, langs weg en gracht, in veld en bosch, aa:i iiias en strand, niet 103 fraaie gekleurde afbeeldingen van vogels. Ing. / 2 40, geb. /'3.10. .Bovenslasnrle werlsen z'jn in isoEfeo Soeidianilel veiir'Jsliaaf. UITGAVEN VAN ro Dr. W. VAN Met een voorwoord van HENRIETTE ROLANO HOLST. Lu;. ? ! 'i'-, t^-b ., '.'^.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl