Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
6 April '18. -No. 2128
Het Eiland Sint Eustatius in de 18e eeuw
In de laagte rechts de magazijnen in 1781 door de Engelschen verwoest; de ruïnen zijn
thans nog zichtbaar. Het huis rechts in de hoogte is vermoedelijk het landhuis van
den Gouverneur. De^vlag waait op het fort
Een Nederlandsch-Amerikaansch Saluut
door W. D. H. BARON VAN ASBECK
Oud-Gouverneur van Suriname.
Amerikanen kun
nen met eene zekere
warmte aan Hollan
ders vertellen dat het
eerste saluut aan hun
vlag gegeven werd
door een Hollandsen
kanon. Veel Hollan
ders staan vreemd
tegenover die
mededeeling. Nog onlangs
las ik ergens, waar
sprake was van St.
Eustatius, dat op dit
De schrijver van dit artikel, eiland, Volgens de
traditie, de vlag van
de V. S. de eerste Internationale begroeting
moet hebben ontvangen. De schrijver was
blijkbaar onzeker.
Het saluut echter is een feit; maar er zijn
enkele bijzonderheden aan die begroeting
vast, die er meer dan gewone beteekenis
aan geven. In de ondervolgende historische
schets komen die bijzonderheden voldoende
aan het licht.
Toen de bewoners der dertien
Amerikaansche Staten den 4en Juli 1776 zich
onafhankelijk verklaarden, zonder dat er toen
sprake was van een i g zelfbestemmingsrecht,
en die onafhankelijkheid erkend werd door
Frankrijk, de Staten der provincie Friesland
(26 Februari 1782) en de Algemeene Staten
(19 April 1782) was reeds door een decreet van
22 December 1775 het aanzijn geschonken aan
eene Amerikaansche zeemacht, bestaande
uit 5 kleine schepen, waarvan een, de An
drea Doria genaamd, een brik met 100 kop
pen en eene bewapening van 14 vierponders
en 14 lichtere draaibassen. Haar comman
dant, Robinson, ontving den last naar St.
Eustatius te gaan om daar geschut, kruit
en andere oorlogsbehoeften te halen.
' De vlag, die van dit vaartuig woei, was
wit-rood gestreept met 13 strepen, voor eiken
staat een streep; later werd in die vlag het
blauwe vierkant met sterren, voor eiken staat
een ster, opgenomen. Er zijn Amerikanen
die meenen dat ook de vlag der Vereenigde
Nederlanden in de eerste jaren der Unie
rood en wit gestreept was en met eenige
voldoening duiden zij op de overeenkomst.Nu
ziet men op oude schilderijen wel eens
schepen zulk een vlag voerende, maar de
Watergeuzen voerden reeds als natievlag
de Oranje blanje bleu vlag en de rood en
wit gestreepte is vermoedelijk alleen ge
voerd als stedelijke vlag of als seinvlag.
Het eiland St. Eustatius behoort tot de
bovenwlndsche Antillen en is sedert het mid
den der 17e eeuw Nederlandsch bezit. Een
Amerikaansch professor, H. W. van Loon,
spreekt in zijn werk the Fall of the Dutch
Republic" over de haven van St. Eustatius;
maar het eiland heeft geen haven, alleen een
SIGNIFICA III
Ieder weet thans wat in de chirurgie is
gedaan door een consequente toepassing
van het begrip reinheid". Er heeft een
totale revolutie in de heelkundige praktijk
plaats gegreepen sints men de ontzachlijke
waarde leerde kennen van het gebruik van
reine instrumenten in een dóór en dóór
reine omgeeving. Men heeft den doodelijken
arbeid van kleine leevende weezens ont
dekt, en na hen aanvankelijk met zooge
naamde anti-septica ie hebben bestreeden
en vervolgd, heeft men bevonden dat het
reeds voldoende was, hen op de strengste
wijze buiten het operatie-veld te houden.
Vandaar de linnen kleederen, de smettelooze
instrumenten, de kraakzindelijke operatie
kamers, het minuuten langihanden wasschen
en nagels schuyeren.
Zoodoende kan men nu ook zelfs op
het slagveld chirurgische wonderen ver
richten. En wat vroeger nog zeer hachelijke
en meestal doodelijke operaties waren,
met name de buik-operaties zijn nu vrij
wel ongevaarlijke kunstgreepen geworden.
Dit alles is symbolisch te begrijpen, eevten
als het gansche begrip reinhdd".
Vaor den materialist die alle dingen
op hun kop zet zit de zaak zóó, dat de
Godsdienst reinheid predikte om de
menschen tot hygiëne te brengen. De joodsche
reinheidsvoorschriften, de wasschingen der
muzelmannen, dat alles zou enkel hygiëni
sche beteekenis hebben,
Maar de Wijze ziat, juist andersom, In
de hygiënische reinheid een symbolische
wijzing naar het reine leeven, de reine ge
dachte, de zuivere leer, het reine voelen
en denken.
Wat nu in de stoffelijke waereld het
reinheidsbeginsel heeft gedaan, de wonderen
der anti-septiek en a-septiek, dat most in
de waereld des Geestes de Significa doen.
Het zuiveren van spraak en taal, en daar
door redden en behouden wat anders
verlooren zou gaan.
En eevenats men in de chirurgie moet leeren
a-septisch te handelen, zoo moet men in het
ruim strand aan de lijzijde (het eiland ligt in
den Noord-Oostpassaatwlnd), waar dus com
municatie met den wal gemakkelijk te onder
houden is. Op het strand vindt men thans
nog de ruïnes van de toenmalige magazijnen
en pakhuizen en bovenop het fort, dat hen
beschermde. Het moet wel eerder daaraan
te danken zijn dan aan de formatie en de
localiteit dat dit eiland een middelpunt was
van aanvoer uit Europa en uitvoer naar
verschillende richtingen, ook naar de in
opstand zijnde Engelsche koloniën op N.
Amerika's Oostkust ter voorziening in de
behoeften van Washington's leger. De be
woners der Vereenlgde Provinciën waren
sterk op de hand van de opstandelingen
en deze werden in de goede verwach
tingen, welke t.a.v. de Nederlanders gekoes
terd werden, niet teleurgesteld. Ruime
voorziening met oorlogsbehoeften en eene
leening van 30 mlllioen, ter overwinning
van tirannie door moed (tyrannis virtute
repulsa luidt het opschrift aan eene zijde
eener herinneringsmedalje in 1782 geslagen).
Waren niet de Vereenigde Staten van de
Geuniëerde Provinciën de vrije zuster (Libera
Soror, het opschrift van de keerzijde dier
medalje) ?
Den 16den November 1776zellde de Andrea
Doria de reede van St. Eustatius op en loste
een saluut van 11 schoten, tegelijkertijd de
zeilen strijkende. De commandant van het
fort, Ravené, was in twijfel over de beant
woording en, daarvoor de verantwoordelijk
heid niet willende dragen, wandelde hij naar
den Gouverneur, den heer de Graeff, om
diens welnemen te vragen. Deze gaf order
het saluut te beantwoorden met 2 schoten
minder dan door de Doria gedaan werden.
Of toen reeds eenig voorschrift bestond dat
een saluut van een koopvaardijschip niet
beantwoord wordt met het volle getal,
zooals het saluut van een oorlogsschip,
maar met 2 schoten minder, is schrijver
dezes onbekend ; maar er blijkt in ieder
geval uit de order dat de Gouverneur de
Doria niet als vol beschouwde.
De Gouverneur van St. Kitts, het Gibraltar
van de Caraibische zee, een Brltsch eiland
bezuiden en nabij St. Eustatius, was hevig
verontwaardigd over dit contra-saluut, waarin
hij niet bloot de beantwoording van een
wellevendheid zag, maar de erkenning van
de vlag van His British Majesty's rebel
subjects", eene partijdigheid ten gunste van
die rebellen en eene openlijke beleedigine
van His Majesty's flag"; of het saluut met
een gelijk aantal schoten beantwoord was
of met een minder aantal, deed volgens
hem niet tot de zaak toe of af.
De gouverneur de Graeff liet er zich
intusschen niet over uit of hij de bedoeling
had gehad de vlag en daarmede de onaf
hankelijkheid der V. S. te erkennen. Hq
ontving de kapitein Robinson, toen deze hem
een afschrift der onafhankelijkheidsverklaring
van de V S. kwam aanbieden, zooals een wel
levend gouverneur betaamt en na opmerkelijk
AMSTERDAM ARNHEM
's-ÖRAYENHAÖE ROTTERDAM
UTRECHT
streeven naar wijsheid leeren Signifisch te
denken en te spreeken.
De zoogenaamde Metafysica is verouderd,
en staat gelijk in de waereld des geestes
met de chirurgie van voor vijftig jaar in
de stoffelijke waereld. Het is een ruwe,
slordige methode, die wel tot zeekere hoogte
eenig resultaat gaf, maar waarvoor thans
geen plaats meer is.
Wie thans de taal gebruikt, hetzij tot
middel van verstandhouding in praktische
kwesties, of tot het meedeelen van ontroe
ring in dichterlijke uiting, moet toonen dat
hij tot taalkritische bezinning gekoomen is.
Anders is zijn werken nuttelooze moeite,
en ongeschikt tot het benaderen van het
weezen der dingen.
De Hegellaansche werkwijze, in ons land
nog verteegenwoordigd door een krachtige
persoonlijkheid, is als methode onbruikbaar
geworden. Het verzamelen en ordenen van
feiten blijft het werk der natuurweetenschap,
en de mathesis, die uiteraard Signifisch moet
zijn, heeft daarbij het laatste woord. Alle
andere woordkunst moet dichterlij
k-s'gnifisch zün, en werkt door intuïtieve ontroe
ring. Van bewijs en logica is daarbij geen
sprake meer, en voor Hegel Boltandsche
wijsbegeerte is geen plaats. Zuivere Reede
is zuivere onzin 1). Aiieen Significh kan de
spraak zuiveren. Dichterlijke Waarheid is
onreedelijk.
Dat op dit oogenblik nog veelen door
een Hegeliaansche taal-bouw worden be
koord en voldaan, is een verschijnsel van
kuddegeest en gemis aan zelfstandige be
zinning. Men loopt nog altijd graag een
sterke, heerschzuchtige persoon na, en laat
zich leiden uit zwakte en gemakzucht.
Maar tot de eenheid die de gansche mensch
heid moet binden kan zulk een doen nooit
voeren. Is de Leider daarbij bazig en on
dichterlijk, dan weet hij de kudde te
begoochelen door aplomb, door het in 't wilde
opstapelen van woorden en termen, waarbij
nu en dan wel eens een treffende uitdruk
king een aardig beeld voor den dag komt,
maar niets duurzaams wordt gebouwd, en
ontzachlijke moeite wordt gedaan met
schrale uitkomst, omdat alles uitgaat van
j een persoon die toch nooit de Wet voor allen
j kan voorschrijven, en wiens aanmatigend
i jargon toch meer moet worden afgeleerd.
\ De Hegellaansche methode kenmerkt zich
? dan ook door een lompe eigenwaan, een
i ontbreeken van deemoed, die toch het
bej ginsel van alle wijsheid is, en door een
i
i " ~
' 1) Professor Maoury in Hegelen en
: Cijferen."
korten tijd vertrok de Dorin weder met ge
schut, kruit en andere behoeften voor
Washingten's leger; en St. Eustatius bleef ruim
schoots in die behoeften voorzien tot de
Engelsche admiraal Radney in 1781 maga
zijnen en pakhuizen vernielde en de over
gave van het eiland en de voorraden eischte.
Het spreekt wel van zelf dat gouverneur
de Graeff op aandrang van Engelsche zijde
door de Staten-Generaal ter verantwoording
werd geroepen, en opdracht ontving hij
daarvoor over te komen. Hij schreef terug
dat hij zich gaarne daarvan ontslagen zag
omdat hij zoo leed aan zeeziekte, maar dit
had weinig resultaat: de Algemeene Staten
bleven er bij dat hij zou overkomen. Hij
voldeed daaraan en scheepte zich in 1779
naar het vaderland in, gereed met zijne
deductie. De stemming in de Nederlanden
ten aanzien van de Zusterrepubliek maakte
hem zijne verantwoording gemakkelijk en
in alle eer keerde hij terug naar zijn post,
van welken hij voartging de vrije zuster te
steunen. De Amerikanen toonden hun dank
baarheid door twee hunner kaperschepen
Lady de Graeff en de Graeff te noemen.
Voor Rodney, den Engelschen admiraal
In de Amerikaansche wateren, waren St. Eu
statius en zijn gouverneur bronnen van
grenzenlooze ergernis. Na het uitbreken van
onzen vierden Engelschen oorlog ontving
hij order op de Hollandsche West-Indische
eilanden in de eerste plaats den aanval te
richten. Hij liet zich dit geen tweemaal
zeggen. 3 Februari 1781 verscheen hij met
40 schepen, voor St' Eustatius, waar men
nog onbekend was met den oorlogstoestand
en slechts n schip van 36 stukken ter
reede lag, en eischte de overgave binnen
n uur tijds, aan welken eisch uit overmacht
gevolg moest worden gegeven. De Graeff
liet hij vrij uitgaan met zijn goederen en
bedienden. De 40 millioen aan voorraden
en de vele ter reede liggende Hollandsche
en Amerikaansche schepen nam hij in beslag
en de Hollandsche vlag op het fort liet hij
waaien, waardoor nog vele uit zee komende
schepen in den val liepen.
Door vele Amerikanen worden historische
banden als de boven behandelde sterk ge
voeld. Er is een historische zin, althans in
de oostelijke staten der Unie, die sterk af
steekt tegen den dollar-cultus, waarvan
Amerikanen zoo menigmaal beschuldigd
worden. Aan dien historischen zin dankt
Nederland de plaats welke vooraanstaande
Amerikanen het onder de volkeren toeken
nen of moeten wij zeggen toekenden ?"
en die o.a. zeer treffend werd geteekend
door Robert B. Roosjvelt *) aan een maaltijd
van de Holland Society of New-York:
De Nederlanders van den ouden tijd
blonken hoog uit in wetenschap, kunst en
uitvindingen. Zij vochten voor geloofsvrijheid
en bukten niet voor tirannie. Zij onderwier
pen de wereld aan zich op de zeeën en
gaven hè', zeerecht aan de wereld. Zij over
troffen alle volkeren in den handel en vol
maakten het wetboek der internationale
rechtswetenschap, zooals het thans nog al
om toepassing vind...
...?In zich zelf stelden zij aan alle natiën
der wereld het voorbeeld van vrijheid (liberty).
Amerika is vrij, alleen doordat de Hollanders
bij duizenden hun leven gaven en onzegbare
martelingen en wreedheden ondergingen
voor de zaak der vrijheid (freedom)..,
... En wat zich van vrijheid heeft inge
drongen in Duitschland en Oostenrijk en,
als de teekenen des tijds niet bedriegen, op
het punt staat in Rusland door te breken,
danken wij aan de heldhaftige
geestesklaarheid en het onafhankelijkheidsbesef van
datzelfde volk."
De spreker ontwerpt dan een beeld van
hetgeen had kunnen zijn als de Vereenigde
Provinciën en Nieuw-Nederland niet door
de Engelschen waren gescheiden geworden;
hij schetst onzen val in de 18e eeuw, de
oorzaken daarvan en laat dan volgen: (fc/J
*.) In 1888, lid van het Congres der V. S.,
benoemd tot Gezant bfj het Nederlandsche Hof.
min of meer barbaarsch gemis aan fijne,
dichterlijk-artistieke gevoeligheid.
Signifische taalbezinning vindt men daar
om niet bij de metafysici, die hun kracht
vooral in het intellekt zoeken, en die steeds
de woorden naloopen met andere woorden,
en daarbij doen denken, zooals Tagore
geestig opmerkt, aan visschers die eeuwig
doende zijn met hun netten, zonder ooit
tot visschen te koomen 2).
De Dichters zijn het die taalkritisch voe
len. Hun werk is woordkunst, evenals dat
der groote Wiskundigen. Maar zij benaderen
de Waarheid langs intuïtieven weg. De fictie
der taalkundige logica laten zij in hun poëzie
los, en de woorden gebruiken zij als de
schilder de kleuren, niet om iets te
bewQzen maar om een ontroering teweeg te
brengen. De Dichter stelt een artistiek werk
uit woorden samen, zooals een etser een
beeld te voorschijn brengt door Huizende,
schijnbaar luk-raak neergeschreeven lijntjes.
Hij betoogt of bewijst niet, maar geeft een
totaal-indruk die ongeveer overeenkomt met
zijn bedoeling. Hij v/erpt zijn woorden en
termen niet lomp en wild, als kinderen die
een vlinder najagen met petten en tasschen.
Elk lijntje dat hij zet, gehoorzaamt aan een
intuïtieve wijzing, en volgt het beeld van
't schoone geheel dat den dichter gestadig
bij blijft. Zoodoende bewerkt hij, zonder
zelf juist te weeten hoe, dat een geheel
ontstaat, waar anderen door getroffen wor
den, naar den Dichters wensch.
Eigenlijk doet ook de metafysicus, de
Hegelaar een gelijksoortig werk. Zijn proza
bewerkt een totaal-indruk, eeven als bij den
Dichter. Maar hij neemt den schijn aan van
dwingende logiek, van Zuivere Reede, en
dat is boerenbedrog. En terwijl hij op den
Dichter verachtelijk neerziet a!s op een
droomer en fantast, leevert hij zelf, zooals
ik reeds meermalen deed opmerken, niet
anders als slechte, minderwaardige poëzie.
Daarbij komt nog een andere oorzaak van
misleiding en verwarring, eigen aan de taal
enalleen te vermijden doorsignifischonder
zoek. Daarop is door Lady Welbyireeds met
den grootsten nadruk geweezen.
Het is de onjuiste beeldspraak, die wij in
onze taal zonder erg gebruiken, en die ons
voortduurend op dwaalweegen voert.
Men bedenkt niet hoe nagenoeg elk woord,
vooral in wijsgeerige en zielkundige be
schouwingen, beeldspraak is of beeldspraak
bevat. Overal schuilt zinnebeeld, symbool,
metafoor of trope. Hetwoord,,/INNEBF.EI.n"
is zelf wederom zinnebeeldig.
2) R. Tagore, Sadhana.
DE STAATSHOOFDEN IN HET BLOEDBAD
Teekenlng voor De Amsterdammer" van George van Raemdonck
... Een verjongde werkdrift trilt in het
volk; ondernemingswi! herleeft en verdringt
slapzieligheid; Hollandsche schepen worden
weder gebouwd en de rook hunner
schoorsteenen brengt duisternis over de zeeën;
Hollandsche handel reikt weer tot de einden
der aarde.
Wij Amerikanen van Holjandschen stsm
juichen daarover; wij zijn blijde en verheugd
dat wij een krachtige broederlijke hand kunnen
uitsteken over den oceaan heen om door
een even krachtige gegrepen te worden op
den bodem, die ons voorgeslacht droeg..."
Stijging
Geluksverlangen drijft den mensch
naar al verheev'ner sferen;
zijn zoekend hart en kent geen grens,
oneindig is zijn diepste wensch,
naar God is zijn begeeren.
Eerst heeft hij kinderlijk gedacht:
genot is 't doel van 't leven,
maar 't heeft hem geen geluk gebracht,
hoe hij ook naar dat doeleind trachtt',
dus ging hij hooger streven.
Als wij spreeken van ^object" en sub/eet"
zoo is dat niet anders dan zinnebeeldig. De
woorden duiden aan iets dat booven ligt"
of onder ligt". Spieeken we van een stand
punt" waaraan wij vasthouden", van een
verband" dat we zoeken", van een grond
slag" waarop wij onze oovertuiging" ves
tigen", van een vasten boodem" waarop
we staan", van een waarheid" die we
vooropstellen" dat zijn dat allen min of
meer beeldsprakiee woorden, met beelden
ontleend aan mechanische waarneemingen.
Er is nagenoeg geen enkel woord zonder
zulk een beeldsprakig element. O^k de
woorden: opvatting", bescherming'" enz.
En dan bedienen wij ons in die beeld
spraak nog wel van geheel verouderde waar
neemingen, inzichten of begrippen.
Als een zeer algemeen en grof voorbeeld
noem ik de uitdrukkingen een lans breeken''
of pijlen op onzen boog" hebben. Wie
onzer heeft nog lanzen zien breeken? of
schiet met pijlen?
Veel erger en misleidender nog is het
gebruiken van beelden, die ontleend zijn
aan een geheel verouderde natuurbeschou
wing. Als wij spreeken oover een vasten
boodem', een grondslag", een standpunt",
dan is daarbij gedacht aan een
onbeweegelijke aarde, die vast staat ais centrum van
de schepping. Dus aan een
Prae-Kopernikaansche cosmologie. Wij weeten thans dat
de aarde is een zweevende bol, n uit on
eindig veel zweevende hemel-lichamen. Wij
weeten dus dat het Heelal geen midden
heeft en geen vaste grondslagen. Alles zweeft,
niets staat stil, er zijn geen s/andpur;ten".
Niettemin blijven wij nog steeds spreeken
in die oude, obsoleete beeldspraak.
Nu zal men alligt zeggen dat dit er niet
op aan komt, omdat wij weeten dat het
maar schijn en beeldspraak is. Maar dit is
een schroomelijke vergissing. Als wij denken,
gebruiken wij die valsch-sytnbolische woor
den als denkmateriaal, en hun valsche sym
boliek leid ons steeds op dwaalweegen. Dit
wordt de oorzaak van de grootste verwar
ring in denken en zeggen niet alleen, maar
ook in doen en laten. Da materialistische
waan ontstaat hoofdzakelijk door die ver
ouderde beeldspraak. Bij het zoogenaamde
logische denken, zonder taal-bezinning,
neemt men geheel ongeoorloofde Iog;sche
consequenties aan, als van zelf spreekend, i
Bijvoorbeeld dat er standpunten" zijn, die
waarachtiger zijn dan zweefpunten" en dat
zulke standpunten bastaan buiten" den
mensch. Wij zoeken dan een vastheid, waar
er geene is, en brengen die fout oover in
al onze gedachten en discussies.
Zijn aandacht heeft hij toen gericht
op 't eigen binnenst wezen;
zijn oogen, voor de wereld dicht,
aanschouwden daar het stille licht
uit diepste zelf gerezen.
Maar nog was dit geluk een schijn
die wijken moest voor 't weten:
in dit hart mag geen vrede zijn,
waar nog de Menschheid ligt in pijn
en smart vaneengereten.
Zoo voelt hij dat de mensch een deel
is van het groote Wezen
dat Menschheid heet, en dat hij veel
moet willen lijden voor 't geheel,
ja zelfs den dood niet vreezen.
Maar als hij dan nog dieper schouwt
en steeds zijn ziel blijft vragen:
wat is het doel waarop gij bouwt,
de kracht die gij zoo vast betrouwt,
dat ze alles u doet dragen?....
Dan komt hij tot erkentenis
van 't einddoel zijns begeeren,
en vindt het diep geheimenis
hoe 't a! uit God geboren is,
tot God zal wederkeeren.
Dan weet hij, schoon zijn zwak verstand
hem hier wel moet begeven,
klein schepsel, zich aan God verwant
en zal hij aan zijns Vaders hand
blijmoedig verder leven.
H. G i L T A v
illllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIlmlmlHI
De Dichter, taai-kritisch bezonnen, weet
dat de eenige vastheid die wij hebben in
onszelven ligt, en ook dat dit woord in
onszelven" symbolisch is.
Niet minder gevaarlijk en verwarrend is
het gebruik van de woorden: In" binnen"
en uit" buiten". In filosofie en psychologie
wordt steeds gesproken van tnzicnf in
trospectie", van innerlijk" leeven, van een
bu tenwaereld" en zoo voort.
Maar dit is niet alleen symboliek, maar
ook valsche misleidende symboliek, die
onbestaanbare dingen als bekend en na
tuurlijk aanneemt. Er is geen binnen" of
buiten". Alleen in de mechanische praktijk
zijn die woorden goed bruikbaar. In
absoluuten zin is er eevenmin binnen of buiten
als booven" of onder". Wij hebben geen
oogen die naar binnen kunnen zien, er is
geen inzicht" moogelijk of zelfs denkbaar.
En men vergeet dat het spreeken van
inzicht" stilzwijgend vooronderstelt het
bestaan van een gezichtspunt van waar uit
men kijken kan. Dit nu is bij inzicht" ge
heel absurd en onmoogelijk. En toch rede
neeren wij maar dóór, met al die absurdi
teiten als blokken aan ons been, hen
meesleepend door de uitvoerigste systeemen en
theorieën.
De groote Wijzen der menschheid kenden
deeze valstrikken der taal.
Boeddha zeide: ik leer niet dat
dewaereld eeuwig is, ik leer ook niet dat de
waereld niet-eeuwig is."
Hier nadert hij tot de uitspraak der aller
nieuwste wiskunde, dat de woorden eindig"
en oneindig" geen teegenstelling vormen 1).
Ook zegt Boeddha: Als het vuur is uit
gegaan dan heeft het geen zin te vragen:
Waarheen is het vuur gegaan?"
Terwijl Jezus, vooral in het vierde
Evamgelie, met den groofsf en nadruk zijn gelijke
nissen en zinnebeelden handhaaft in gees
telijken zin, tecgenover de materialistische
opvatting der joden en discipelen.
FREDERIK VAN EEDEN
Ij Ook opgemerkt door Tagore in Sadhana.
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP
MotordienstvanTetenburg
DAGELIJKSCHËMOTORDiENST
UÏRECHÏLEIDEN OEN HMG DELFT
Vlgutgnsehewsg. Utreditscheveer26. Fynjékadt6. Houttuinini
VICE-VERSA