Historisch Archief 1877-1940
20 April '18. No. 2130
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Een Hollandsche Vrouw in Amerika
Nooit heb ik gedacht, in Amerika te zuilen
komen, maar ook nooit, hier zulk een mooi
land te zullen vlndin.
Altfjd toch ging in Holland, het uitspreken
van den naam Amerika, gepaard met een
gedachte aan Indianen en landverhuizers, en
eigenlijk «en beetje gespuls. Ook werd veel
gehoord van de hemelhooge huizen, die
misschien wel practisch, maar leelijk zijn,
en van mooi werd niet gesproken. Van
practisch, van nuchter, van dollar des te meer.
En nu hier, de country en de stad aan
Chantanqua Lake, wel het is wondermooi.
Het Lake is meer in de lengte, dan in de
breedte, zoodat men Jultt zooveel van den
overkant ziet, om den romantischen indruk
te versterken van begroeide heuvels, toppen
of torentjes van landhuizen, inhammen, als
een kleine baai, en mooie luchten. De luchten
zijn soms zóó wonderve-1, n paarsche gloed,
waarin de heele omgeving gedompeld schijnt.
Nitt altijd is dit zoo, er is ook veel heldere
zonneschijn, er zij n blauwe luchten, maar als
w* dat paars hebben, dan is het een sprookje.
Er is niets in de heele omgeving dat
dien beerlijken indruk verbreekt, en toch is
daar op tien minuten afstand met de
electrische car, de stad, maar die doezelt in
heuvels, en bruin en rood en groen weg.
Oe huizen? Wel, geen huis zóó eenvoudig
?f het heeft zijn vóór- en achterwaranda,
porch zeggen ze hier. De vóórporch is voor
rusten, schommelen en liggen, en in de rust
tijden, voor ontspanning. De achterporch, om
allerlei werkzaamheden te verrichten die des
zomers zoo heerlijk bulten kunnen gedaan
worden. Des winters wordt deze porch nog ge
bruikt om kleeren op te hangen en te drogen,
beschut voer de regen. De huizen staan meest
een voet of drie boven den grond, zoodat
men met een trap van drie of vijf treden
opkomt, en dan een ruim vergezicht heeft.
Dit porch geeft aan de meestal houten
hulzen, gezelligheid en chique, de kolommen,
het la t werk er om heen, in afstekende kleur
geschilderd, geven iets liefs aan het eenvou
digste huis.
In de warme dagen slapen ook velen op
de porch. Boven naast de slaapkamers zQn
bepaalde slaapporchen, geheel omgeven met
horregaas, waar het in warme nachten ver
rukkelijk is te slapen.
Muggegaas of horregaas is hier schreen.
Met schreen. dat hier zeer goedkoop is,
weten ze practisch te werken, en dit alles
ziende, kan men maar niet begrijpen hoe
men in Holland, zoo maar geduldig, in de
muggen zit, en wij hiervan dat gedierte ver
schoond blijven, des daags en des nachts.
Om te beginnen de ramen: Voor 10 cent
koopt men een hor, die in- en uitschuift,
dus past in elk raam, en er gemakkelijk is
uit te nemen.
En dan, onze deuren hier. Wijl ieder huls
vrij staat, heeft 't beneden minstens twee,
meestal drie uitgangen en boven, de
balcondeuren. Vóór de gewone deuren, is
een andere deur, maar geheel van dat schreen.
Een licht latwerkje, een kleine versiering
meteen, maakt, dat passeerende door de
deur, deze niet gauw stukgaat, of dat men met
de knieën het gaas loswerkt. Een veer maakt,
dat zij niet onnoodig openstaat, een haakje
aan den binnenkant doet 't huis behoorlijk
gesloten zijn en frissche lucht en licht door
de heele ruimte binnen stroomen. Zoo kan
men 's avonds heerlijk licht aansteken, de
couranten lezen, zonder dat een helr van
insecten om dat licht heen dansen, en 't genot
bederven.
De prijs van deuren met veer en verder
totbehoeren is l dollar; geen deur zonder
schreendeur. Sommigen nemen des winters
deze schreendeuren weg, maar ik ben van
plan ze er maar veilig te laten, en zoo de
eerste de beste mug van 't volgend seizoen
den toegang te verbieden.
Over 't geheel is de zomer hier warmer,
dan ia Holland, ofschoon 't eene jaar bij
't andere vergeleken, ook hier een
reuzenverschll is in de temperatuur van n
zomer vergeleken bij een andere. Uitgezon
derd n hot mave", dat zijn vier heete
dagen van meer dan 90 graden, was deze
zomer, wat we noemen een mooie, Holland
sche zomer, en een bewijs is wel, dat druiven,
perziken en koren, niet geheel rijp wer
den geen warmte genoeg gehad.
Nu hebben we een huls met veranda's,
deuren, en veel ramen. Ge kunt wel denken,
dat zijn allemaal goede dingen, maar hoe
ziet 't er nu verder van binnen uit ?
Eén ding staat hier op den voorgrond:
vermijd alle onnoodig werk, want arbeid,
de dagelijks terugkeerende arbeid van zoo
veel uren, om een huis schoon te houden,
is hier ontzettend duur.
Zoogenaamde vaste kleeden komen hier
DE MUSSCHEN
II
Wij hebben in ons land twee soorten van
musschen, de huismusch en de ringmusch,
nog al gemakkelijk te onderscheiden, of
schoon het niet aangaat, om met Naumann
te zeggen dat ze nur von ganz unkundlgen
und gemelnen Leuten verwechselt" worden.
Het verschil zit vooral in de kleuren
aan den kop. Een goed gekleurde huis
musch heeft het midden van haar schedel
grijs, omzoomd door breede bruine streepen.
De oogen liggen in een zwart veld en neb
ben een wit wenkbrauwstreepje, dat zich
vaak oplost In twee kleine witte vlekjes en
de oorstreek is grijs. De ringmusch daar
entegen heeft haar heelen bol mooi dof
kastanjebruin, dat zonder wenkbrauwstreep
in het zwart van de oogstreek overgaat.
Daardoor lijkt het alsof zij een bruin petje
tot vlak op de oogen heeft getrokken en dat
geeft haar een heel bijzondere gelaatsuitdruk
king. De oorstreek is wit met een zwarte plek
er middenin, die soms wel den indruk maakt
van een oog. Kin en keel zijn zoowel bfj het
mannetje als bij het wijfje zwart en ook heb
haast niet voor, de vloeren van de
benedenkamers zfjn van hard wood" en dan met
geelachtig bruine kleur vernist en geolied.
Voor zoover nu bedekt met een karpet of
haardkleed, wordt dit met de nu ook in Hol
land ingevoetden Amerikaanschen rolbezem
schoon gehouden; de verdere hard wood"
vloer met een «dustless oilmos" dat is een
soort koordstoffer, maar gedrenkt in cedar
oil", dat onderhoudt de vloeren, en wat het
voornaamste is geeft geen stof. De vloe
ren van de verschillende kamers loopen
Ineen, hoeken en kanten zijn afgerond,
dat maakt 't werk gemakkelijk.
Alle werkbenotdigdheden zijn op de han
digste wQze gemaakt. Dat kruipen en liggen
op den grond met een blik en schuier,
soms een paar uur lang, als de Hollandsche
salon een beurt krïjgt, daar denkt hier nie
mand over. Het blik, de duslpan" hier
genaamd, heeft een steel van zoowat een
el lang, alle mogelijke dweilen en andere
schoonmaakartikelen zfjn aan lange stokken,
met kntjpers en veeren. Vcor tien cent koopt
men er een, dus bereikbaar voor iedereen.
Er zijn hier geen lange gangen als in
Holland maar ook geen korte gangen. Men
valt met de deur in huis. Groote huizen
hebben halls, dat is als 't wara een kamer
meer. Dat doet zijn nut, maar wat doen die
lange smalle of breedere gangen in Holland
voor nut, in vergelijking van het werk dat
ze geven?
In elk huis vindt men een dining-room",
de eetkamer. Dat is een goed ding, vooral
voor den kleinen man, uit een
zlndelijkheidsen een gezondheidsoogpunt. Het geeft hier
groot gemak tevens. Het tafellaken komt
schoon op de tafel en gaat er niet weer af
vóór het vuil en voor de wasch bestemd is.
In het midden staan bloemen, en daar om
heen, de vele flesschen met taf el-ingrediënten
in zuur en zoet en alle mogelijke smaken,
waar de Amerikanen zoo dol op zijn. Al
deze dingen blijven staan op de tafel, en
zoo valt men heel wat gemakkelijker aan
voor een volgend maal, dan dat de tafel
eerst moet worden leeggemaakt.
Het is waarlijk een niet te onderschatten
voordeel.
Als we nu een vergelijking gaan maken,
met eten en het leuke tintje van een volsla
gen maaltijd dat ze aan elk maal weten te
geven, dan denk ik met schrik, aan wat deze,
toch ook werkmenschen, zouden zeggen van
de reuzenschotel aardappelen, die schering
en inslag is in vele Hollandsche werkmans
gezinnen.
We hebben maar te kijken in een
lunchbox" van een timmerman op karwei.
Nu, eerstens is deze box, flink groot, en
dusdanig van vorm, dat verschillende dingen
er een goede plaats in kunnen vinden, als
de termalbottle, waar de koffie of chocolade
in is op de temperatuur, die wordt verlangd.
Dan is daarin behalve brood, ook cake,
en ple en altijd wat vruchten. Die cake en
pie zijn in huis gemaakt. Nu cake, is ook een
welbekend woord in Holland.maar pie niet zoo.
Maar wij Hollanders verstaan onder cake,
een dure lekkernij, gekocht bij den banket
bakker voor zóó en zooveel 't pond, en de
Amerikaansche vrouw weet cake zóó te
maken dat 't dure boter uitwint, en dat er
niets verder op 't brood verlangd wordt
om een smakelijke boterham te maken.
Centensmeel is hier goedkoop, maar brood
is duur. Dus meel, dan bakpoeder, niet de
gewone gist maar bakpoeder, maken dat
het deeg geen uren behoeft te rijzen, maar
al bakkende in den oven rijst. Als vet kan
in een cake voornamelijk reuzel gebruikt wor
den, want vetten zijn hier veel goedkooper
dan boter* Het smaakt uitstekend. Wij hebben
hier veel soorten en namen van cikes, al
naar de geuren en specerijen die ze er in doen.
Dan de ple. Dat is een soort taartkorst,
gemaakt van meel en reuzel, en hard ge
bakken, gevuld met verschillende vruch
ten of jams. Heel lekker en door de vruchten,
ook heel gezond.
Groenten zijn niet zoo overvloedig, maar
met tomaten, sla en preitjes weten ze veel
te werken. Vleesch, visch of spek, neemt men
naar dat het duur is en de beurs het kan
lijden. Kleine hoeveelheden van dit alles
zijn in cans, blikjes of glazen ingemaakt,
van af vijf cents waarde te koop.
C. M. WlELEMA
Babbeltjes
Hoe ziet de voorjaars-mode er uit ? Edmond
Rostand heeft onlangs gezegd, dat alle oor
logen ter wereld der vrouw de nieuwsgie
righeid daarnadr niet zouden kunnen ont
nemen. Ja, zegt hij, indien er eene, gelijk
de schoonste slaapster, honderd jaar gerust
had, en ze ontwaakte, dan zou deze nog
tot haar eerste vragen behooren.
Een dichter staat ons toe, nieuwsgierig
te zfjn, laten we het dan ook wezen, 't Is
voegt de poëet erbij, een der vrouwelijke
bekoorlijkheên...
In enkele trekken geschetst, vertoont zich
het beeld der voorjaars-mode aldus: De
iiiiimiiiiiiiii
ben ze allebei twee witte dwarsstrepen op
de vleugels, terwijl de huismusch slechts
kan bogen op n chevron. Alles met alles
is dat ringmuschje verreweg de mooiste
van de twee, een buitengewoon mooi
vogeltje en de Japanners zijn dan ook nooit
moede haar af te beelden. Ge kunt geen
Japansch prentenboek opslaan zonder de
lingmusBchen te ontmoeten en dan is door
gaans die zwarte, met wit omringde
oorvlek eenigszlns overdreven en het petje
heel diep over de oogen getrokken. Die
ringmusch kan ook zeer aardig zingen,
soms haast zoo mooi als een kneutje, waar
zij ook in manieren veel mee overeenkomt.
Wanneer ge dezer dagen groepjes van drie
of vier vogeltjes knutterend ziet rondvlie
gen, dan kunnen dat zoowel kneutjes als
ringmusschen zijn. Ze gedragen zich bij ons
als trekvogels, 's Winters krijgen we ze wel
hier of daar te zien, maar pas na midden
April komen er veel en ook dan eerst ziet
men ze bezit nemen van de nestkastjes,
want het zijn echte holenbroeders. Menigeen
ziet zoo'n vestiging met leede oogen aan,
maar ik houd er wel van dat een of meer
van mijn nestkastjes met die mooie mus
schen worden bevolkt, want ze zijn
werkelijk buitengewoon aardig. Ze zijn
minder afhankelijk van de menschen dan
de huismusschen en komen dan ook wel
voor ver van de huizen en in woudstreken,
waar geen landbouw of veeteelt is. Waar
geen menschen zijn, daar komen ook geen
huismusschen en zonder menschenhulp
Wat de mode brengt
Teekening voor de Amster
dammer" van Helene Bastert
0=kleede japon^van soepele zijde:
cedergroen en fantasie-combinatie;
met en zonder sleep te dragen.
Onderbroken bontranden onder
langs den rok.
iiiiliiiiiiniuiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiil»
kleuren, die de nieuwe lente medebrengt
zijn donker blauw (?admiraal French"), en
nattier-bb.uw. Meest infantaisie-oombinaties,
daar de effen stoffen peperduur zijn. Dan
mirte-, weide-, mos- en cedergroen; een
donkere houtkleur bij zwart af; kruldnoot"
genaamd; roest- en wierookbruin, beige,
molgrijs, en kanon"-kleurlg metaalgrijs.
De gevraagde stcffin? Velveteen, taf en
satijn; maar vooral groot en klein-geruite
tweeds, waarvan bij sommige stoffen, het
ruitje zoo fijn is, dat mevrouwt je alleen
onder den loep" te waardeeren zal zijn.
Eenvoud decreteert de mode. De lijnen
zijn dan ook recht en ernstig, maar de
kleine toetsjes van borduursel, of tres, of
van een levendige kleur, of van een
knoopornamentje, of een guitig kwastje hier en
daar; die mogen, net als da hofnarren
vroeger aan de hoven, de al te groote ernst
van 't ensemble trachten te bestrijden. We
weten, dat de rokken nauwer zijn. Maar...
tot de entravédwaasheid van eenige jaren
geleden komen we niet. We hebben, nu
de vervoermiddelen duur zijn, immers te
veel den onbelemmerden wandelpas"noodig.
De even verengde rok schijnt alleen bedacht
te zijn, om ons er voor te behoeden
Christientjes-stap-allemachtig" te worden, iets
waartoe de wijde rok wel eenigszins de
neiging deed ontstaan.
Draperieëen mogen de voorjaarstoiletjes
versieren. Tunieks en overjaponnen, los
zwevende" paneeltjes, met ongedwongen"
tablier-effect; om de taille geplooide
corsageuiteinden, die den vorm van een achteloos
gedrapeerden, breeden gordel aannemen, en
buitendien, de queue de Paris is herleefd.
Zonder overdrijving maar net genoeg, om de
strakheid der tuniekplooien te verzachten.
Want de mode, die immer van contrasten
gehouden heeft, schrijft wel in hoofdzaak
de strenge coupe voor, maar de gebroken
lijn is daarom niet verbannen. Een tuniek
mag lang zijn, maar moet dan zijn toege
spitst aan weerskanten, en van voren korter,
dan van achteren; zelfs de schootblouse,
speciaal in de gekleede genres, veitoont deze
onregelmatigheid. De nieuwste
rokgarneering is het effen juk-stuk, boven aan den
rok, dat sierlijk de heuplijn van het hoog
opgeknipte model markeert; en de nieuwe
vastgestikte platte plooi op den
plooienrijken rok is een van die wonderlijke, grap
pige inconsequenties, waarmede de mode
teikenjare opnieuw verrast. Wijd zijn de
half-aansluitende mantels, en half lang mees
tentijds, terwijl toch ook het kittige, korte
manteltje weer opdoemt. Nog steeds ver
gezelt de gordel enkele mantelmodellen, in
allerlei ruimgeplooide fatsoenen, maar de
taille mag hij niet markeeren. Recht, recht
als de silhouet van een koekenvrijster,
zooals Ko Doncker 't eens ondeugend heeft
aangeduid, zoo moet het schaduwbeeld ook
thans weer zijn.
Kwiek staan In de rechte" japonnen de
nieuwe, anders dan de japon getinte vesten,
die ook van een andere stof gemaakt zijn.
Soms verschijnen ze klein en spits, soms
ook zijn ze dalend tot en beneden de taille;
langer zelfs dan het vest van een deftigen
burgervader.
kunnen ze ook niet ver over zee gaan, om
nieuwe gebieden te veroveren. De ringmusch,
als echte trekvogel kan dat wel en die komt
dan ook voor op de Faröer, waar de huis
musch ontbreekt. Op de onbewoonde Wad
den-eilanden komen musschen niet voor,
maar wanneer in Mei onze vogelwachters
hun post op Griend gaan betrekken, dan
komen er ook altijd een paar huismusschen
mee, die van den afval leven. Hoogstwaar
schijnlijk is in vroeger tijden de ringmusch
hier de eenige musch geweest, totdat die
andere kwam, toen jacht en visscherij land
bouw en veeteelt naast zich kregen.
;. Ringmusch
Zeer interessant is de geschiedenis van
de verspreiding van de huismusch in
NoordAmerika. Omstreeks 1860 is men begonnen
hem daar in te voeren, het eerst in
Massuchusets in de buurt van het Amerikaansch
Athene het aloude Boston. Sommigen deden
het uit sentimentaliteit, want ook de musch
heeft haar bewonderaars. Anderen hoopten
in haar een bondgenoot te krijgen tegen
verschillende insecten, die de boomen be
lagen. Zooals maar al te dikwijls in derge
lijke gevallen, gelukte de proef boven
verDe mouw van het oogenblik is los, en
wijd, met diepe, dikwijls tot den elboog
reikende manchet, en ver over het handje
dalend. Bij avondtoilit jes is de zoogenaamde
engel-mouw van tulle en nlnon, die zich
hecht aan een kostuumpje uit andere stof, een
zeer gracieus verschijnsel. Ten slotte, het
avondjaponnetje van het moment is zwart.
Maar weet wel, geen dofzwart, dat vooral
den brunettes onder ons, het licht" uit
het haar steelt, maar een glanzend zwart,
waarop de flikkering van kralen, of de lijn
van een simpele goud- of zilver draad
garneerlng vroolrjkheid brengt.
YVONNE DE TESSAN
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIMIIIIMIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Vrouwenrechten
Tempora mutantur et nos
non mutanmr in illis !
Indertijd toen de kinderen klein waren en
op hun verjaardagen van Ooms en Tantes
en van hunne O rootouders kleine geschenken
in geld plachten te ontvangen, werd dat
door ons gezet op de spaarbank". De
kinderen vonden dat nooit prettig, omdat
ze er liever ineens wat voer wilden koopen,
doch de wijze ouders en dit streven we
toch immers altijd na te zijn hielden hen
dan vóór het groote nut van sparen. Van
zelf" groeide hun schat aan en ouder
geworden konden ze iets veel mooiers, iets
veel grooters koopen, dan de giften van
n verjaardag zouden toelaten.
Ieder der kinderen had een spaarbank
boekje en ze wisten precies het bedrag van
hunnen rijkdom en de oudere snoefde tegtn
de jongeren, dat hij vél rijker was dan
zij", totdat er eindelijk een billijke wensch
was om eens iets te koopen een boekwerk
of een fototoestel of iets anders waar je
je heele leven wat aan hebt".
Zoo gebeurde het, dat mijn vrouw met
het spaarbankboekje van onze oudste zoon
naar het loket ging om er 'n zeker bedrag
af te halen. De rechten van de vrouw wa
ren toen nog niet zoo ver doorgedrongen
en rood van verontwaardiging vond ik mijn
vrouw, toen ik 's middags thuis kwam eten,
omdat voor dat afhalen van geld van 'n
minderjarige toestemming van den vader
noodig was. Hoe dat precies luidde herinner
ik mij niet meer, maar de hoofdzaak was,
dat mijn handteekening noodig was om aan
de moeder het spaargeld van onzen zoon
te doen uit te betalen.
Nu heb ik u vroeger al eens gezegd, dat
mijn vrouw nooit erg feministisch" is
geweest, doch haar ergernis was groot toen
tertijd. Ik trachtte haar gekrenkte persoon
lijke trots te herstellen en zeide met profe
tische stem: Eens zullen jullie vrouwen
zelfstandig mogen optreden l"
Thans, ongeveer twintig jaar later, een
tijdperk, waarin men over evolutie veel ge
sproken en geschreven heeft, kom ik we
derom tegen etenstijd thuis en vindt in de
huiskamer m'n vrouw met 't gelaat rood van
verontwaardiging.
M'n jongste dochter, die tijdens die eerste
scène nog in de wieg lag, kijkt met
overwinnaarsblik rond en ik vermoedde 'n zeld
zaam voorkomend heftig dispuut tusschen
moeder en dochter, doch nauwelijks had ik
tijd te vermoeden of m'n vrouw valt uit:
Schande is het, die postchèquedienst,
schande; hierzoo lees dat eens!" en ze geef t
me de Gids voor Rekeninghouders'' geo
pend op blz. 4 in handen alwaar Ik lees:
Gehuwde vrouwen behoeven den bijstand
van hunne echtgenooten om zich eene post
rekening te doen openen. De echtgenooten
geven dien bijstand door onderteekening
van de navolgende op de aanvraag te stel
len verklaring enz."
Ja vrouw" tracht ik kalm te verklaren
dat komt omdat ons B. W..."
Dat komt, dat komt", valt ze heftig uit,
dat komt, dat je dochter van nauwelijks
21, ongetrouwd zelf'n rekening mag openen,
maar ik, als Ik aan het loket kom, naar huis
gestuurd word, omdat ik bijna 40 jaar ge
trouwd ben. Altijd heb ik alle geldzaken
voor het huishouden afgedaan."
En zeer correct en ordelijk" tracht ik te
sussen.
Ordelijker, dan vaak veel van die onge
trouwde kiesrechtjuffers, die altijd alles ver
liezen of kwijt zijn".
Voorbeeldig" vul ik weer aan.
En als belconing kan ik om gemakkelijk
betalingen te kunnen voldoen bij 'n moderne,
Wat de mode brengt
Teekening voor de Amster
dammer" van Helene Bastert
Avondjapon van glanzend zwarte
crêpe de Chlne met doorzichtig
zwart overkleed, waarop een breede
band gitten kraaltjes en van boven
een garneering van zilverdraad.
hypermoderne Giro-instelling, niet eens on
afhankelijk een rekening openen".
Maar vrouw, het Burgerlijk Wetboek zegt
immers?"
Ik zeg alleen maar modern en modern
is twee l"
Lang viel er niet te twisten, ik gaf m'n
verklaring en toestemming aan m'n vrouw
'n rekening te openen en voelde me impe
rator, hoewel ik slechts wil zfjn een gelijk
gerechtigd echtgenoot alias
M ARI T U S
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIII
Boter"
De Grieken en Romeinen uit de grijze
oudheid waren onbekend met boter. Zij
gebruikten bij het gereedmaken van spijzen
olijven-olie.
Hecateus verhaalt ons, dat de Pamiërs,
d:e in paalwoningen verblijf hielden, zich
zalfden met eene olie, die uit melk verkre
gen werd. De vervaardiging van boter echter
is ongetwijfeld eene ontdekking en vervol
gens een nijverheid geworden van de her
dersvolken. Op hunne zwerftochten bij het
zoeken van voedsel voor hun vee voerden
zij de melk van dat vee, voor hen een be
langrijk voedingsmiddel, mede in lederen
zakken.
Door het schudden bij het vervoer en de
warmte, ging de melk zich afscheiden in
een meer of minder vast vet en dunne vloei
stof, de karnemelk. Dit vet uit de zakken
genomen, was oerboter" de voorlooper van
onze boter, die nog steeds het lekkerste
vet der aarde is.
Behalve de Skythen en de Thraciërs
hebben ook de Phrygiërs boter bereid. Zij
goten melk in hooge, uit boomstammen
vervaardigde vaten, en lieten, door slaven,
den inhoud zoolang in beweging brengen,
tot de boter zich afscheidde. De
ouderwetsche handkarns zijn zeker een verbeterde
editie van die primitieve werktuigen. Uit
den Bijbel blijkt, dat ook de Israëlieten met
boter bekend waren.
Ook aan de Qermaansche stammen, die
geen olie kregen van de boomvruchten, was
de boter, in den oertijd, bekend. Zeer waar
schijnlijk werd door hen gemalen graan,
honig, eieren en boter tot een soort deeg
gemaakt. Verder staat vast dat het boteivet
vrfj algemeen gebruikt werd voor de berei
ding van zalf als geneesmiddel.
P. NOYON WAESDORP
»» "l" IIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIMI III miMMIIIII l u m III III MIMI II IIIIIIII
ABn.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM.ABM
B A de && fy %m&n. g
A MEERE.N-ARTIKE.LEN, »
g UITRUSTINGEN.
ABMABM.ABM.ABM.ABMABM.ABM.A8M.ABM.ABM.ABM.ABM
vormen. Een kat of wezel wordt begroet
met dikwijls herhaald tekketek, tekketek''.
Zoo hebben zij ook geluiden voor angst en
tevredenheid, mooi weer, slecht weer, nieuws
gierigheid, naijver en schrik. Ze kennen de ge
woonten van het huis op een prik en schonen
zelfs een begrip van tijd te bezitten. Misschien
kunnen ze personen onderschelden en ze
zijn er vatbaar voor, om getemd te worden,
hoewel niet zoo gemakkelijk als de spreeuwen,
kauwtjes, kraaien en eksters. Hun omgang
met den mensch heeft bij menigeen het
vermoeden gewekt, dat hun verstandelijke
vermogens beter ontwikkeld zouden zijn
dan bij andere vogels. Die ontwikkeling
zou dan te danken wezen aan dien omgang
zelve, evenals dat het geval is bij honden
en bij paarden. Ik weel niet, wat ik daarvan
gelooven moet, maar neig tot scepticisme
en schort in elk geval mijn oordeel op,
totdat ik de gelegenheid gehad heb, om
met velerlei in het wild levende dieren even
intiem om te gaan als met de musschen.
Intusschen zijn deze dien omgang stellig
waard en het geeft geen pas, om ze te be
handelen als vogelvrij verklaarde, niets
waardige dieven, straatboeven ea meer van
dat moois, waarvoor ze in vele talen worden
uitgemaakt; dat is zoo langzamerhand de
mode geworden. Wanneer het echter eens
zeldzame vogels waren, dan zouden ze
geprezen worden als mooie, schrandere,
aangename diertjes, vooral de rlngmusschen.
En dat zijn ze ook werkelijk.
JAC. P. THIJSSE
wachting. Met groote snelheid breidde de
musch zich uit over het geheele vaste land
zoodat zij in 1K70 de Mississippi had be
reikt, in 1888 den voet van het Rotsge
bergte. Tegelijkertijd had zich ook in
Californiëen in Washington een
verbreidingshaard gevormd evenals aan de gren
zen van Wyoming en Utah. Thans is de
English sparrow" daarginds al haast even
algemeen als hier en wordt haar to be or
not to be" al even vlijtig overwogen als
hier. Als zangvogel wordt zij er al zeer weinig
gewaardeerd,te meer daarin deAmerikaansche
fauna sparrows" voorkomen, die als voor
treffelijke zangers beschouwd mogen worden.
Toch loont het de moeite wel om de
musch als zangvogel te bekijken. Ik zei
hierboven al dat de ringmusch soms zeer
gelukkige oogenblikken heeft. Ook de gewone
musch laat zich niet onbetuigd in
vroolijkheid. Op iederen dag van het jaar kunt ge
het treffen dat een troep musschen met
elkaar zitten te zingen in een boom, een
klimop of op een ander beschut plekje, waar
ze niet te vreezen hebben van hun doods
vijand den sperwer. Dat zangkoor is dan al
een heel eind ver te hooren en klinkt heel
prettig. Strijk en zet zingen ze op het
oogenblik van zonsopgang, 's avonds een poosje
voordat de zon ondergaat en heel graag
ook in den voormiddag om een uur of tien.
Naast dien zang hebben zij nog een groot
aantal geluiden tot haar beschikking, passend
op bepaalde toestanden zoodat ze min of
meer een soort van rudimentair taaltje