De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 1 juni pagina 3

1 juni 1918 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

l Jurti '18. - No. 2136 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND I Villa Park Wassenaar! Pracht Speculatie | Groote en kleinere, geheel beplante en beboschte vructbare Villaterreinen, te koop aangeboden, gelegen in het mooiste gedeelte van het Park Groot Haesenbroek" te Wassenaar. Dit Villa Park, omgeven door breede verharde wegen en in de onmiddellijke nabijheid der aan te leggen Electrisclie tram Haag-Wassenaar-Leideii en Katwijk a/Zee, leent zich bij uitstek voor groot Landgoed, diverse kleine Buiten plaatsen of Vlllabouw. Voor inlichtingen wende men zich tot de li.V. VOORUITGANG" Schimmelpennincklaan 24, Den Haag. STARK'S 'OXYDOL' (CHLORAS KAUCUS TANDPASTA) 45 cont fm Tube* Naaml. Venn. STARK & Co. Chemische Fabriek VHage" DEM HAAG Opgericht 183O Fr, 20 LEIDSCHESTRAAT 22 AMSTERDAM TELEFOON N. 5812 HEMDEN MAAR MAAT Tot het bouwen van Villa's en Landhuizen zijn prachtige heuvel achtige BOSCHTERREINEN te koop in HET OOSTERPARK te DE BILT voedzaam smakelijk gezond met Bergen op Zoomsche Ansïovis ONDER RlJKS-CONTRÖLE Bestel een vaatje van WO stuks hij de Vischconserveniabriek JOLLANDIA", Bergen op Zoom Lage prijzen, mooie wegen, gat, electr. licht, water. l sfatinn l-ï-laat8-tot Elfloit ? H6t »»teri>ark l »iaiiuii Dir j j STOÖfMg 4 OTTO SCHÜLZ l Tel. Int. 38 & 48 HET BESTE FINANCIEEL NIEUWSBLAD NIEUWE KAPITAUST l Ak: Keizarspcht 215- Tel. 6925 en 62411.. Ttlur-iim: lEDlNBA LIB6RTY MCTZ&G AMSTERDAM sGRAV?MHAGe AFBÊCLDINGCN VAN AMDeRe MODeixen FRAHCO OPAATfVRAAG M6 TAPCSTRY A6.50%T?Itt KCN. noren OF MAHorae Stenografle Riënts Balt Zelfond. 8O t. In d. Boekh. en na postw. bij RIËNTS BALT, Den Haag, bij wien ook mond. en schr. ond. De beloofde 5 Gulden verhooging per maand krijg ik." (w. g.) Me j. D. te 's-H. EPAETOGEEN 15 HET KRACHT-PREPARAAT BIJ UITNEMENDHEID VOOR VOLWASSENEN EN KINDEREN, INZONDERHEID VOOR ZIEKEN. ZWAKKEN EN HERSTELLENDEN. lllllllllIIIIUlIItlIlllllllllIIMIMIIIIIIIltllllllllJHIlHlHI kunsthandwerksman het loffelijk ontslag onzer Vereeniging. Ongeveer 500 pupillen, jongens en meisjes, worden op dit oogenblik door onze Ver eeniging opgeleid tot een werkkring die hen in staat zal stellen op eervolle wijze in eigen onderhoud te voorzien, en die naast zich hebben gekregen een oudere broeder of zustei" juist op het moeilqkste oogenblik in het volkskinderbestaan, n.l. wanneer de lagere school hen los laat en zij van kind ineens volwassene worden, of tenminste daarvoor worden aangezien. Wij weten dat in andere steden juist nu weer de aandacht -wordt gevestigd op het patronaat in vriendscb.appelijkesamenwerking llllllllllllllllllllllllltlllllllllllllIIBIIIIIIIIIIIIIIIIllllllllllMIIIHIIIIIIIIIIIIIII Wat gaat mij hun doen aan. Ze lusten het leven nog. Laat ze 't voor zichzelf uitmaken". .Je bent een onmensen". .Zei Zeker, als je io je definitie van mehsch lust om te leven noodzakelijk vindt. Je vindt die brand niet zoo vreeselijk en die ellenden, maar wel dat er dooden vallen. Voor jou is de dood het laatste kwaad, voor mij rust en redding". Van verre toornde het onheil. Rook legerde log over de daken. Vlammen weerlichtten. Rood doemde de gloed. Het duister plein woelde van ijlende gestalten. Vlagen geraas dwarrelden op, geschrei, vluchtende voet stappen, 't meewarig krijten van een kind. Hierom zou ik het leven kunnen haten", morde de vriend. Gemoedsopweüing, Bezoekstemmlng aan ziekenhuis en slachthuis. Goed bedoeld, maar vluchtig. Ik haat met mijn rede". Jij smaalt het leven en hebt Het uitgeperst tusschen je tanden als een tros vruchten. Je hebt de schoonheid uitgemergeld. Je hebt elke vreugde beproefd en gekeurd. Nu hoon je het met hoofsch en toegeeflijk lachje. Verdoemd je red. lijke levenshaa.t. Als je er bij vloekte, dan kon ik je duldeü." Wat ben je vanavond episch van zegging. Aan zoo'n schendig kneden van oen duiventros maakte ik mij nooit schuld!;?. Elke bes nam ik afzonderlijk, tusschen stt eelsche en talmende vingers en neep hem uit boven aandachtige lippen. Je wou me n iet vloeken hooren rammelen, als klinkende munt. Op de wijze als Schopenhauer. Ik haal het leven zonder rethorica." Je bent een ellendeling." Je bent andermaal onheusch. Stil, ik ben een godvergeten onverlaat. Maar je redenf ert niet, je dobbert op je sentimenten.. Je houdt me voor een epicurist, die onpzisselijk is. Zeker was ik epicurist, ik deeöme te goed en mijn zenuwen veeren niet meeT. Maar'k was geen zuivere. Zij blijven gelooven in't genot, ook als ze walgen. Ze -walgen alleen. Ik haat, juist omdat we tevrrd>sn moeten zijn met zoo'n serie van pretjes; omdat we slechts zijn een kluwen van domme driften, versierd met mooie namen, tot we onszelf In het medusagezicht kf ;ken; omdat het leven zinloos is en ons verlei,dt met wat pleziertjes er een zin bij te verzinnen. Ik wil mijnrede volgen, ik laat me er piet van lubb en, omdat met de ouders. Niet lang geleden is in het Utrechtsche Kinderhuis (thuis voor school gaande kinderen) de wensch in vervulling gegaan de kinderen van het thuis vóór het verlaten der school onder patronaat van een der bestuursleden te stellen. Inde Boddaeittehulzen gebeurt hetzelfde. Dat autoriteiten in onze hoofdstad pogingen doen alle kinde ren die dit behoeven dezen moreelen steun te verzekeren, is ons bekend. De lucht is vol plannen van verbetering op het gebied van beroepskeuze en vakopleiding, waarvan de eveneens reeds hier en daar in werking getreden Advies-Bureaux het getuigenis afleggen. Terwijl deze in Arnhem, den Haag, Groningen, Hilversum en Leiden reeds eenigen tijd werken en het groote Advies-Bureau van de Nationale Vereeniging voor Vrouwenarbeid trouwens reeds 10 jaren lang onvermoeid aan vrouwen en meisjes uit alle kringen en door het geheele land raad en voor lichting over alle denkbare vrouwenbe roepen verstrekt, heeft Ambachten en beroe pen" in Amsterdam op dit gebied het initiatief genomen. In Februari 1918 is het Advies-Bureau voor Beroepskeuze en Vak opleiding door deze Vereeniging in het leven geroepen, ten behoeve van de kinderen welke zich bij ons aanmelden, doch die wij door beperkte geldmiddelen hebben moeten afwijzen. De werkzaamheden sindsdien door dit bureau verricht hebben ons ve'Sterkt in de meening hoe broodnoodig een goede voorlichting hier ter stede op het gebied van vakopleiding is. Op onze wekelijksche avond- en middagzittingen komen telkens 8 a 10 kinderen, door ouders of ouder be voegd persoon vergezeld, raad vragen over de opleiding tot de meest ulteenloopende vakken. Onze Advies-Commissie is samen gesteld uit eenige deskundige personen, allen patroon en patrones der Vereeniging, geneesheer, onderwijzer en technicus nemen er aan deel en geven eerst advies nadat een zorgvuldig onderzoek is ingesteld naar de lichaamsgesteldheid, de geestvermogens en aanleg van het kind, naar de finantieele draagkracht der ouders. Reeds na twee maanden in werking te Zijn geweest, kan ons Advies-Bureau oo eenige gunstige resultaten wijzen, en uit herhaalde aanvra gen zien wij, dat er vertrouwen wordt ge steld in onze adviezen. In menig geval van zeevaartopleiding kon nog tijdig den weg worden gewezen naar Zeevaart- of Middel bare Technische School, wij konden ouders geruststellen omtrent uitkomsten van menige opleiding, wij hebben herhaaldelijk aange drongen op plaatsing op Ambaehts- en vakscholen, en zwakke kinderen den weg gewezen naar een voor hen geschikte om geving, in sommige gevallen met succes verwezen naar speciale adressen. Een belangrijk ding is dat wij het volle vertrouwen kiijgen van wie bij ons komen. haar bevindingen 't leven ondraaglijk maken; ik tast naar een andere kant aan, de levens drift zelf, die niets is dan een dommekracht." Man je bent een averechtsch idealist. Je consequentie is een ziekteverschijnsel". De avond was gestold tot nacht. Het duister leunde zwaar tegen de ramen. On verwachts grijnsde in het zwart een rauw- j roode gloed. Huiverend duidelijk snerpte j het knetteren van geweren. i Ze zijn vlak bij al aan den gang. V/e kunnen hier niet blijven, 't Wordt gevaarlijk. We moeten zien weg te komen", Stephaan luisterde niet. Hij duizelde. Hij had de dood als uitkomst beschouwd,theo retisch. Hij was nu voor 't grijpen. De bevrijding in de onbewuste dwarrel. Hij voelde de angst knauwen. Vervloekt, dat je de dood nog niet aan durft. Ik wil. Ik wil. Nu is de gelegenheid gunstig." Zijn vriend greep zijn arm. Kom mee. Hoor. O/er een uur schieten ze neer, wat ze voor de oogen komt." Ik blijf." Dat is zelfmoord." Geen zelfmoord. Ik zal me door het noodlot laten inhalen," Je wou dus de martelaar voor je theo rieën wezen. Zoo'n standbeeldgebaar houden jou zwakke lendenen niet vol. Je redeneert je niet de dood in. Daartoe moet je je op winden, daartoe wordt meer ellende gevergd dan jou redekunstige." We zullen trachten." Blijf dan. Maar als het lot je inhaalt, gebeurt dat op 't nippertje toch tegen je zin." 't Plompen van voeten zonk langs de holle treden, de deur dreunde en verried de ver laten stilte van het huis. Haelen school weg in de armstoel. Niet bang wezen. Dat is de laatste list. De geest vaardig houden. Ik voel mijn haat oogenblikkelijk niet, maar ik weet hem. Aan die angst hebben mijn voorvaderen schuld, die me met hun atavismen door het lijf spoktn. Leven wil ik niet, kan ik niet. Dus de dood. Hoe doodwezen is V ... Beter toch dan leven. Niet terugschrikken voor het onbekende." Hij bleef deinen op zijn onrust. 't Zal goed zijn mijn besluit met gevoelsmotieven te staven. De ontzetting van daar buiten aanzien. Daar kan ik het leven nog eens onder 't vizier kijken." Wijd sralkte de nacht van den rossen brand. Kom achter kom, blaakten kolken van blank vuur. De vlammen waaiden uit, grabbelden over de daken, zweepten de muren, rekten bronstig omhoog. Overal wentelde rook er over als een vliegend zwerk, spoelde door de straten, dampte uit roode diepten. In de verte staarde een rij van gevels, hel belicht. Schijnsels wuifden en vergleden. Een staketsel van verkoolde binten dook op en verzonk. Een stortend dak joeg de gloed omhoog en opende de verten in nen ommezwaai. De vernieling maakt me sterk. De natuur wil zelf de dood, zoekt de vernietiging. Vreet en kankert in elk leven. Waarom de ontzetting van bet bewustzijn zoo lang te dulden, Niet de Christus was de meest tragische figuur, maar Ahasverus, de wan delende jood." De kathedraal stond roerloos als een zwaargewalde veste. Tastende, wufte schim men ijlden over het bronzen gevaarte, schrij nende aloedvlagen schampten langs de muren, fladderden om schoorsteenen en gedoorncle spitsen, warend door 't ondoorgron delijk beelden-struwefl. Het inwendig vuur, nog bedolven onder de diepe flanken, woelde in achtersteven en kruisbeuk. Rook gutste grauw uit gleuven, verhulde de kerk met troebele walm. Het vuur giste onstuimiger, bruiste op lanes de vensters. Dan, in de sombere versteening' daagde een droomge zicht; het transept brak uit in een geluk van gelouterde kleuren, uitbeeldend vlinderwieken, vogelpluimen, herfst en dageraad; in den ommegang van het koor klaarde venster na venster en beleden vanaf de tinne hun ootmoedige legenden. Er achter spook ten epileptisch-rekkende gedrochten. De ven sters werden opengereten; steil-op drilden uit rauwe wonden luiende vlammen. Het heroisch torso wrong zich onder de wellust van het vuur, Het hymen van Kybele. Ik geloof nog in de blinde almoeder. Dood zijn is deel hebben aan haar onbewustheid." Vlijmende vlammen striemden de romp; gleden wutpsch tusschen stille beeldensier; omrankten schichtig nispijlers en flitsen; schoven met gluipende aaiing langs de gaanNAAR AANLEIDING VAN HET DRUKKE BEZOEK EN OP AANVRAAG VAN VELE BELANGSTELLENDEN BUITEN AMSTERDAM WORDT DE TENTOONSTELLING VAN ETSEN DOOR M. A. J. BAUER verlengd tot 15 Juni DAGELIJKS KOSTELOOS TE BEZICHTIGEN VAN 10-5 UUR. ZONDAGS GESLOTEN. N. v. DE BIJENKORF AMSTERDAM. Wij trachten daarom het onderhoud zooveel mogelijk een huiselijk karakter te geven en het kind op zijn gemak te zetten. Hierin hebben wij ongetwijfeld nog veel te leeren. Maar waar ons doel is: van mensch tot mensch eerlijk en belangeloos te raden en te leiden, daar zullen onze krachten zich ontwikkelen naar de mate der toewijding aan het werk gegeven. Ten slotte kan toch van het werken eu streven dezer Vereeniging getuigd worden, dat het opbouwend en veredelend is voor belde partijen, dat 'net personen uit ver schillende kringen der samenleving met elkaar in aanraking brengt en wederzrjdsche waardeering kweekt. Wij zijn ons inderdaad bewust in den geest van de oprichters onzer oude Ver eeniging voort te weven aan de glanzende draden van verstandige menschlievendheid die zij indertijd op touw zetten" en die, hoewel slechts voor weinigen zichtbaar, tocii in het weefgetouw van onze stad hun plaatsje innemen en hun weik verrichten. derijen en bestormden het gekoperde dak met geesel van schichten. De smeltkraeze binnen hoosde volle gulpen rook naar buiten. die loom neerzonk tot vooze smoor largs den bodem ; zich balde tot klompen; verIjlde naar overal, logenachtig, als tot een morgennevel, zachtgrijs gelijk vruchtp'uis: of steeg, gesleurd in het zog der wieling, die wentelde om het dak en werd opge slorpt, somber-rood, omhoog in de krocht van de nacht. De diepten loeiden gesmoord, dt ej';^d kring verwijdde. De dakglooiing, zooeven vast-gevru'c; ti; glad als een beukelaar, brak uiteen ondci het uitbottend vlamgewas, dat bedreef mef de rook drieste zotternijen. Rook tuiga, elt spitsen met vliegende wimpels en bi^kn? takelaadje; krulde loozc, gejaagde hguunjes in de steenen lobben van voetstutten en baldakijnen; puilde als darmen uit het n graan der dakverschansing. Door den lu'den dreun varieerde grillig gesis en geknotte:. Vlammen ontrafelden in de kapiteelen ver eerden met angstig licht de hdligett a\ dt hoede hunner nissen; hitsten de cintnerc'; uit doove rust, die reikten aan strak-gespannen keel hun grijns, hoog over de dampende vuurkuil. Een deel van het dak, spanten et; balken, daverde omlaag, een storm van vlammen steigerde jsteil, braveerend ter, hemel, wande de vonken tot uit een vlucht van gouden kaf en smakte den rooden v uurdroesem tot tegen de hemeiwanden. Rook veegde langs de ramen, vonken storten er als een gouden hageljacht tegen Het glas kraakte, straalde de hitte uit. De gloed wigelde langs vloer en wanden der kamer. Stephaan kon hem scheppen op zijn handen. De vuurdood lijkt me gruwelijk. Ik zocht alles uit met bezonnen keuze, behalve de wijze van mijn dood. Deze is anders we! passend voor mij, den ketter tegen het eenigst gebod: leef je tijd uit en plant voort. Moet ik het leven nog in zijn lichamelijke pijn meemaken? .., Dwaas om zich aan het toeval over te leveren, omdat ik zelf niet durfde tortasten ,.. Ik kan iets beters zoe ken ... Maar geen uitvluchten, ais ik niet blijf, gebeurt het niet." De ontzaglijke zuil van den toren heersehte, onaandoenlijk voor den weerschijn, die hem ontblootte tot de kruin. Het vuur besloop heni van binnen uit. Een bastertllcht droop neer uit de galmgaten vlammen reikten [?.?aar buiten, tokkelden over de want en siov.ker. Rond den top knoopten ze een fciocgonenkop. De rc.ode hcmelholte was gelijk een bekkeneel vo! geronnen bloed. u:- doüd is zóó schrikbarend ... Ik wil rte' U:ifc:i en durf haast niet te sterven." ? tciii de overzijde plunderden de soldaten, er-chrruuw verzonk in de huizen, barstte vr weer uit. Kolven plonsden in de ruiten. F01 k>.::t>i ais een antieke heros torste met in^cfoujïtn lende een houweel boven't hoofd en kraalde een deur. Het tumult draafde aoorecn. De lijven waren doorzoden van den ioss?n gloed. Tegen de muren bonsde bun vU-ekende vreugde. Een wals dreunde uit een piano, enkelen begonnen een wan?«'Tlli^c dans. !7larden gelach vlogen los. Een n:.?.n v/crd voortgeduwd, hij holde over de kej-c M'imte van het plein, belachelijk; Yuinplititnpies flitsten, het offer buitelde o-er deii grond. Het salvo galmde na. , V'oof mij ?oo n kogel, zoo'n onvoorziene ;:r.;!)K iiig In de hersenen, die weer hun oude waan gaan opkramen. De rede gaat nu: begeven. Ik heb alles vroeger toch uiteejisaaid. .. Ik kan riet meer denken De dood moest komen als een neksfag, plotse ling.- onuttwijkbaar..,.. U ij dwaalde door de kamer, geteisterd door de angst. De ruiten spleten^ rook golfde naar binnen. Stephaan voelde «^benauwenis n-'in d ff keel Hij hikte van lÜWdde vreeze, naar dt wil om te sterven scheen hem als een donkere dwang door het bloed gevaren. De brand huifde. L'eij enkele gil gierde omhoog, vlijmend al:; ren lemmet. Stephaan greep vooruit, alsof de dood hem doorstak. Hij vluchtte; hoi He langs de trap naar buiten. De hitte snerpte hem in 't gez'cht, vonken stoven, een schei-beschenen lijk lag schraag over de stoep; uit het doode masker staarden hem ontzette oogen tegen. Hij rende om het leven.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl