Historisch Archief 1877-1940
29 Juni '1.8. No. 2140
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Teekening van
E. Woutersen?van Doesburg h
Freule E. Boddaert
Waarom is een Vierde
BoddaertTehuis noodig?
1. Omdat in de Boddaert-Tehulzen cri
minaliteit wordt gekeerd en voorkomen.
2. Omdat de criminaliteit op schrikba
rende wijze toeneemt.
3. Omdat tuchtscholen, RQks- en parti
culiere opvoedingsgestichten tot in den nok
toe vol zijn, ja zelfs de huizen van bewaring
4. Omdat het kind met abnormale neiging,
met slechten aanleg, met ethisch defect ter
wereld gekomen, een bijzondere behande
ling van noode heeft om tot mensen op
te groeien.
5. Omdat aan de aanvraag o.a. ook van
de ouders, van de zijde van de Justitie enz.
niet kan voldaan worden, omdat de Tehui
zen geen vacante plaatsen hebben, dus de
behoefte aan een 4de Tehuis zich doet
gevoelen.
6. Omdat de oorlogstoestand ontzenu
wend en demoraliseerend werkt op het kind
en het slechte voorbeeld van anderen mtnige
zwakke, die anders staande was gebleven,
doet meegaan en vallen.
7. Omdat wij allen willen bereiken, die
in de termen vallen om opgenomen te wor
den en ze willen bewaren voor verder verval.
8. Omdat wij trachten ze te inspireeren
voor het Goede en het Kwade leeren te
overwinnen.
9. Omdat wjj ze willen leeren pal staan
in de verleiding en op te zien tot den Al
machtige.
Daarom om boven omschreven redenen
en gesteund door een 15-jarige ervaring,
durven wij ons richten tot ieder, die humaan
voelt. Daarom juist in dezen tijd moet de
strijd aangebonden worden tegen
gewetensverzwakking en zedelijken ondergang.
Daarom durven wij ons tot u richten, om
dat wij het groote voorrecht hebben gehad,
velen te mogen behouden, vele dolenden
en verdwaalden te hebben thuis gebracht
en in velen het geloof te hebben ontstoken.
Het zij mij vergund, nog eens op het doel
der Boddaert-Tehulzen te wijzen. Zij voeden
op: het anti-sociale, tuchtelooze,
psychopatisch aangelegde kind en wel zonder het
kind van de ouders weg te nemen, zonder
het uit het gewone leven te verwijderen,
maar door het weerbaar en krachtig te
maken, en het in overleg met de ouders,
in samenwerking met de openbare of bij
zondere school zóó om te werken, dat het
van nature gedegenereerde kind geregene
reerd wordt.
Het is dus een hervormingsarbeid, die de
Tehuizen verrichten. Een opbouwen en af
breken, een afsnijden en opbinden tot een
maatschappelijk, harmonisch wezen maken,
wat oorspronkelijk onmaatschappelijk en
iiiiiiiiiiinniiii
OVER MUGGEN
Er komen klachten uit Oisterwijk over de
muggen. We kunnen daar weinig aan ver
helpen, want in boschrijke streken met nog
al veel stilstaand water, is moeilijk anders
te verwachten. Intusschen ken ik nog wel
bosschen in Nederland, waar de toestand
veel erger is en bovendien, die muggen
van Oisterwijk zijn heel brave muggen,
die geen malaria veroorzaken.
Iedereen kent tegenwoordig de historie
van de malaria, ofschoon het nog niet eens
zoo heel lang geleden is, dat de Engelsche
officier van gezondheid, Ronald Ross, ont
dekte dat de eencellige parasiet, die bij ons
de ziekte veroorzaakt, een deel van zijn
bestaan in het lichaam van de malaria-mug
moet doorbrengen. Deze infecteert den
mensen door speeksel te brengen in het
kleine wondje, dat zij met haar zeer rijneen
scherpe mondwerktuigen in onze huid prikt.
Dat speeksel zit vol met malaria-microben
en zoo krijgen wij het dan te pakken.
Wederkeerig wordt een gezonde malaria-mug
doodziek als het ongeluk wil, dat zij bloed
komt zuigen bij een mensch, die aan malaria
lijdt. Wij hebben elkaar dus niets te verwijten.
Nu is de malaria-mug slechts n van de
vele soorten van muggen, die in ons land
voorkomen. Bij mij in huis heb ik meest
de gewone steekmug, in de bosschen treft
ge meestal tot uw verdriet de prachtige
ringelmug aan, die met gemak door
zomerkleeren heen steekt. Ge herkent haar het
best aan haar gevlekte vleugels en aan haar
zeer mooi afwisselend wit en zwart ge
kleurde pooten, die voor verziende menschen
grqs lijken. Allebei die muggen, de steek
mug, zoowel als de ringelmug steken ook
onevenwichtig was. Een reclasseeren, een
brengen op de rechte plaats in het leven.
Wat dat inhoudt aan arbeid, aan onwan
kelbaar, onomstootelQk geloof in de Opper
macht van het Goede ? Dat weet alleen hij,
die jaren lang zich heeft ingewerkt in de
wereld van dit kind en de mogelijkheid van
redding ziet.
Dit kind, als gehypnotiseerd door in
vloeden, zonder eenige wilskracht, als aan
den leiband van het kwade, totdat het hel
lend vlak wordt bereikt, waarop aan het
eind de gevangenis wacht, zonder genade.
Maar ook wat die arbeid inhoudt aan vreugde,
als langzaam maar zeker het Goede ont
luikt en straks krachtig zal opwassen.
Bijna allen, die onder onze hoede zijn,
ongeveer 70 in getal, mochten wij behouden.
Tot aan hun meerderjarigheid omringen
wij onze kinderen met onze zorg. Het blijkt
uit alles, dat het laten in de gewone sfeer,
bij de ouders, op school, In het gewone
leven, maar onder den dagelQkschen invloed
van een onzer Tehuizen, het kind
wilskrachtig maakt, en in de vrijheid leert staan.
Juist het contrast van de straat en Tehuis,
dikwijls ook helaas van thuis en Tehuis,
leert het kind onderscheiden en kiezen.
Het hecht zich mér en mér uit vrije
beweging aan het Goede, en brengt dat
over naar eigen Home", het weet niet, dat
het zich zelf daarbij omwerkt.
Telkens weer lokt de verleiding, als hij
des avonds alleen huiswaarts keert, en
vroegere makkers hem noodlgen tot dobbelen
of erger! Hij bezwijkt, maar als hij morgen
over den drempel van het Tehuis treedt,
schaamt hij zich. Eén der meest gedegene
reerden, die weer geheel terug gevallen was
en berouwvol tegenover mij stond, vroeg
ik een paar dagen geleden: Wat heb je er
nu eigenlijk aan gehad?"
Niks, antwoordde hij, ik heb alleen
mezelf veel kwaad gedaan."
Zoo zien zij het kwade langzamerhand
duidelijk als kwaad, en beginnen het te
vreezen en te vermijden. Zij binden den
stiijd aan en leeren het kwade overwinnen
door het Goede.
E. BODDAERT
imimiiiiiiim
Uit verre landen
Dear Kitty New-York
Wat zijn er veel vrouwen in New-York.
Of misschien zijn er wel niet zoo veel meer
dan ergens anders maar men ziet ze steeds,
want New-York's dames zijn, always on the
go', van rustig thuis zitten zijn zij niet thuis.
Als men tusschen half een en twee uur de
tallooze lunchgelegenheden bezoekt.dan staat
men verbaasd over al die (etende) vrouwen
en vraagt zich af of er wel een enkele haar
twaalf-uurtje in eigen woning gebruikt; een
der redenen is dat hier de afstanden zoo enorm
groot zijn; het zou te veel tijd nemen om
naar huis terug te gaan, want het is altijd
engagements voor dit, engagements voor dat,
charity hier, charity daar, clubvergaderingen,
most interestlng lectures en meetings,
women's suffrage, national league for women's
service enz. en nu Amerika in den oorlog is,
komen er nog de Roode Kruisen en zooveel
ander oorlogswerk bij.
De vrouwen hebben een eigenaardige,
zelfstandige plaats in de Amerikaansche
maatschappij, en nemen een ijverig deel
aan het openbare leven; zij zijn energiek,
ondernemend en zien tegen geen moeite op;
dezen zomer bij het recruteeren van leger
en vloot, later bij de zoogenaamde 'drive'
voor de Liberty loan en inzamelingen voor
het Roode Kruis bleven de vrouwen niet
achter om daadwerkelijke hulp te verleenen.
Dikwijls heb ik met belangstelling staan
kijken bij het recruteerings-bureau op de
hoek van de 42ste straat en de Public
Library, als daar een dame, soms tamelijk
bejaard, het kleine platvorm beklom en de
steeds talrijke menigte begon toe te spreken,
vaak wees zij met de vinger hier en daar
een jongen man uit de groep aan, sprak
hem, pijnlijk speciaal, toe, hem opwekkende
tot dienstneming ter verdediging van
de Star Spangled Banner die achter
haar In een boom hing. Dikwijls werd
het geheel opgeluisterd door een koortje
van eenige dames die vaderlandsche liede
ren ten beste gaven. Op den anderen hoek
van de Library zag men een groote platte
motorvrachtkar staan waarop een piano die
door een soldaat bespeeld werd, terwijl een
jonge dame een soldatenlied zong en het
daarna te koop aanbood ten voordeele van
iiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiMiiiii iiiMiiinimiiii
over dag. Dat doet de malaria-mug nooit:
die slaapt zoolang de zon aan den hemel
staat en is pas monter van een half uur na
zonsondergang tot een uur voor zonsopgang.
Maar in den nacht haalt hij dan ook zijn
schade in.
Het is heel merkwaardig, zoo weinig deze
mug tegenwoordig in ons land voorkomt.
Gij moet er eens naar uitzien. Overdag
zitten ze te rusten op donkere plaatsen en
dan zijn ze meestal dadelflk te kennen aan
hun houding: het achterlijf maakt een hoek
met het vlak waarop de mug rust. De andere
muggen houden haar lichaam evenwijdigaan
dat vlak. Ziet ge nu zoo'n scheef zittende mug
en heeft zij gevlekte vleugelen en ongevlekte
pooten, dan hebt ge groote kans, de diersoort
voor u te zien.die een groot aandeel heeft gehad
aan den ondergang van het oude Griekenland
en Rpme, en die tot in onzen tijd een groot
deel van de wereld onbewoonbaar heeft
weten te maken. Stuur dan het beest aan
mij op tot nadere identificatie, of liever nog
aan professor de Meyere, en blijkt het
werkelijk een
malariamug te zijn, dan moet
er maar vlug onder
leiding van de plaatse
lijke gezondheidscom
missie een kruistocht
tegen die dieren wor
den georganiseerd,
anders loopt het dra
uit op koorts en kinine.
Het komt er dan
vooral op aan, om de
poeltjes en plassen op
te sporen, waar het
dier zich
vermenigvuldigt.De muggen leggen
haar eieren in het water
en daaruit komen al
zeer spoedig de zeer
mooie larven te voor
schijn. Nu onderschei
den de
malaria-muggenlarven zich alweer
door haar houding. De
de army; spelende, zingende en verkoopende
reden zij 5ih Avenue af, zonder dat de po
litie hen de minste moeilijkheid in den weg
legde. Denk je zoo eens Iets op het hoekje
van de Kalverstraat en het Rokln, wat'zou
er gauw een agent bij zijn met zijn
doorloopen", en dan is dat hoekje nog lang zoo
druk niet als dat van de 42ste straat. Ook
met de President's verkiezing en die van
den Mayor van New-York lieten de vrouwen
zich niet onbetuigd en spraken in enthou
siaste speeches haar meening uit, staande in
met vlaggen versierde open auto's, meest
op tochtige hoeken van straten; de volhar
ding, de vrijmoedigheid, de woordenrijkheid
dezer dames waren werkelijk merkwaardig.
En dan de vrouwenparades! Eerst hebben
wij de Red Cross nurses gehad en een paar
dagen daarna de Women Suffragests, hoe
veel duizenden vrouwen ik toen wel heb
zien voorbij paradeeren weet ik heusch niet,
de optocht duurde vier uur! Niet, dat ik al
dien tijd naar mijn sexegenooten heb staan te
kijken, neen hoof dat was mij te veel, maar
ik heb het begin en het einde gezien en men
verzekerde mij dat het in dien tusschentijd
als maar door" vrouwen gestroomd had.
Op het oogenblik viert de breiwoede
hoogtij; in Europa is men die mode meen
ik al te boven, maar hier kan zich niemand
er aan onttrekken, een dame zonder brei
werk Is een abnormaal wezen, dat met een
soort medelijden wordt aangezien. In con
certen, theaters, opera's,,op straat toppende,
op tea's, in restaurants als men op zijn diner
wacht en dan tusschen de soep en het
karbonaatje in, weer gauw een paar steekjes,
in treinen en in de bussen met de nauwe
bankjes waar men ternauwernood zijn armen
kan bewegen, overal hoort men pennen
klinken. De winkels profiteeren er natuurlijk
van, prachtige reuze-groote breizakken van
fluweel, satijn, brokaat enz. torschen de
dames aan de armen en ook in de pennen
is een zekere distinctie. Als er niet voor
leger of vloot gebreid wordt, maar voor
geschenk of eigen gebrnik, dan behooren
de pennen in de kleur te zijn van de wol
waarmede men werkt, een zacht rose kin
dermutsje wordt met rose pennen, een licht
blauw jasje met dito's gebreid, en wil men
heel patriotisch zijn dan gebruikt men de
nationale rood, wit en blauw gekleurde pen
nen. Met al dat gebrei werdt de wol steeds
duurder en duurder, zoodat een ieder er tuk
op is een nieuw adres te vinden waar ze
enkele centen goedkooper is; het verhaal
van de dame die haar breiwerk steeds weer
uithaalde om zoodoende gedurende een
geheele maand met dezelfde kluw aan de mode
te kunnen meedoen, vindt waarschijnlijk ook
zijn oorsprong in deze schaarschte.
De debutanten van dit jaar hebben, nu
Amerika ook in den oorlog is, niet zulk
een 'good time' als haar zusteren van andere
jaren gehad hebben. Debutantes noemt men
hier de jonge meisjes van de smart set die
na haar schooltijd in de wereld gebracht
worden! om zoo te zeggen naar debut in
gezelschap moeten maken. In gewone tijden
wordt er van dat eerste jaar thuis heel veel
werk gemaakt, bals, diners, tea's, luncheons
worden bij massa's ter harer eere gegeven.
Zoo tegen Kerstmis en Nieuwjaar kon men
in de couranten lange kolommen zien, on
der het hoofd 'debutanten', in deze voege:
Mr. and Mrs. (naam voluit) will give a dlnner
in honor of their debutante daughter Maud.
Invitations are now out for a ball, Mrs. So
and So is giving for her niece, Miss K.
debutante, enz. In het Zondagsmagazine
van de New-York Times, in Vogue en vele
andere vrouwenbladen staan verscheidene
portretten der jonge dames met haar naam
onder bijvoeging van . debutante en veelal
ook haar voornaamste liefhebberij of tak van
sport waar zij in uitblinkt, Zoo'n eerste win
ter gaat voor die jonge meisjes in een roes
van pretjes voorbij, er blijft slechts tijd over
voor uitrusten van de vermoeienissen en
toiletbeslommeringen. Maar daarvan komt
dit jaar niets, de oorlogspreparaties nemen
alle aandacht in beslag en de debutanten
zelve, die nu geen debut behoeven te maken
helpen dapper mede bij het Roode Kruis
werk en andere liefdadige en
oorlogsbezigheden waarbij dan nog wel eens een enkel
informal dansje haar ijver komt beloonen.
Ik heb niets verteld van het groote mooie
werk dat zoo vele Amerikaansche vrouwen
in Franrijk verrichten omdat ik meen dat
dit genoeg bekend en ook niet in een paar
woorden te vertellen is.
Good bye dearest ERNA
andere soorten hebben de gewoonte om
loodrecht neer te hangen aan de oppervlakte
van het water. De malaria-larf evenwel houdt
zich over haar geheele lengte aan het water
vlak vast en heeft daarvoor aan weerskanten
van haar lichaam een rij van vertakte haren,
die de aankleving bevorderen,
veertienvingerige handjes, waarmee zij zich vast
houdt. Aan zijn kop heeft zij een stel van
kwasten, waarmee hij langs den onderkant
van het oppervlakte-vlies van het water
kleine wiertjes, sporen en allerlei klein gedoe
wegveegt en daar voedt zij zich dan mee.
Nu heb ik al jaren achtereen bQ ons in de
buurt met het vergrootglas er bij, alle stil
staande plasjes afgezocht, maar nooit anders
gevonden dan de larven van steekmug en
rlngelmug, nog al heel veel ook, maar dat
hindert niet veel. Vond ik ze wel, dan ging
mijn laatste beetje paraffine, xylol of ter
pentijn, want petroleum hebben we al lang
niet meer, er aan. Dat gieten we dan in een
heel dun laagje uit over het water en die
vloeistof dringt door in de
ademhalingsRusthouding, pop, larve en ei van de mug
links: de malariamug; rechts: de steekmug (naar Shipley)
Van Vrouwelijk Doen en Denken
Als Maandags en Vrijdags de kraampjes
gerijd staan op de Prinsengracht van onze
residentie, is het of de oude linden lachen;
ik hoor het in hun ruischen. Het is of ook
de vensters van de oude patrlcïerhuizen
oolijke lichtjes laten twinkelen in hunne
hoeken; de boomen en de huizen verstaan
elkaar en de oude takken knikken naar de
mooie, oude nog ongerepte gevels en zeg
gen: Ja, ja 't is waar; de oude tijd komt
weer terug.
Is dat zoo? Is het werkelijk een o/eroude
waarheid dat al 's werelds gedoe slechts
een kringloop is, dat we teruggaan naar de
tijden van weleer, de tijden van onze groot
moeders en overgrootmoeders?
De markthandel was een oud volksbedrijf,
dateerend uit den tijd der middeleeuwen,
toen er nog geen winkels waren en sinds
in gebruik gebleven, maar gingen vroeger
ook de gegoeden ter markt om inkoopen
te doen, in de laatste dertig, veertig jaren,
werd het uitsluitend volksbedrijf.
De hoogere standen kwamen er niet om
te kaopen, en de dames, die op de
bloemmarkt ter sluiks wat bloemen of een plant
kochten, liepen er haastigjes mee huiswaarts.
Ze schaamden zich een beetje, dat ze op de
markt" hadden gekocht, dat ze hadden gepin
geld aan een kraampje, of zoo ze dit niet
durfden, veel te duur betaald.
Nu hebben de oorlogstoestanden ons
den ouden tijd weerom gebracht.
Onze dames koopen op de markt alles,
wat ze in de winkels met
oorlogswinstprijzen moeten betalen; kaas, die 94 cent
het pond kost, betaalt men op de markt
met 64 cent. Een paar veters, die in het
schoenenmagazijn 20 cents kosten, betaalt
men op de markt met de helft. Ook de pe
perdure japonstoffen zijn aan de
marktkraampjes voor twee derde van de prijs
te koop.
En o l hoe opvoedend werkt zoo'n markt
handel, hoe eenvoudig worden onze dames!
Ze dragen zelve haar pakjes in een groote
reticule of citybag, ze kleeden zich een
voudig, want wie chic gekleed ter markt
komt, wordt vast en zeker afgezet.
Ze leeren de waarde van een stuk goed
of van een of ander huishoudelijk voorwerp
beter kennen, want ze weten dat ook de
marktventer niets zonder winst verkoopt
en dus de werkelijke waarde van wat ze
koopen vér beneden de dure winkelprijs
moet zijn. Onze grootmoeders gingen altijd
zelve ter markt. Het aan de deur komen"
van alle mogelijke leveranciers was toen
nog niet zoo algemeen als thans, de win
kels hadden niet altijd veel keus. Het linnen
en katoen werd bijv. meestal gekocht bij
een rondreizend linnen koopman, en voor
groenten en fruit ging men ter markt, de
dienstbode met de hengselmand mee. Er
was geen sprake van alle dagen versche
groenten. Wie zelf geen moestuin had, of
niet rijk genoeg was om dagelijks in den
groentenhandel te gaan koopen, stelde zich
met marktgroenten tevreden, slechts twee
maal per week versch. Dit laatste is nu
niet meer noodig. Onze groenboer komt da
gelijks met zijn karretje voor de deur, maar
kleeren en fruit, visch en kaas, katoen,
garen, band, blousegoed, zeep, hoeden,
garneering, voiles, borduursels en kanten
gaat men op de markt koopen, omdat men
er goedkooper uit is.
Ook in ander opzicht gaan we terug naar
den ouden tijd. We doen weer veel meer
zelf, we geven minder uit huis". We leeren
zelf onze blousjes maken, nu 't garen zoo
peper duur kost en de naailoonen zoo
stijgen. Zelf is bij velen de naaimachine op
non-activiteit gesteld, want het
machinestikwerk vraagt een dubbele draad, en het
handnaaiwerk slechts n. Bovendien zijn
de dunne blousestoffen zoo gemakkelijk
met de hand te bewerken. Daar trekken ook
de confectiemagazijnen hun voordeel weer
uit. Blouses faites a la main" zijn tegen
woordig haute nouveauté" en men betaalt
ze bijster duur. Wie dus zelf de blouses
met de hand maakt is geheel dans Ie
mouvement" zooals de modeterm luidt.
Straks als de wasscherijen gaan staken
bij gebrek aan kolen of grondstoffen, moe
ten we ook thuis wasschen" (velen doen
het reeds) en daarmee zijn we wel voor
een groot deel terug in het huishoudelijk
gedoe onzer grootmoeders, die er trotsch op
waren, dat er nooit iets de deur uitging."
Wie het kon betalen had wel voor alles z'n
itntiumtttuttuittiimiiimimiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiuiiiiiimiiiuiirt
opening van de larve, die net door het
wateroppervlak heen steekt.
Zoo stikken de dieren dan al vrij spoedig,
terwijl de vloeistof zelve binnen korten tfjd
weer verdampt. Zoo zouden we die andere
muggenlarven ook kunnen dooden, maar ge
begrijp', wel, dat het toch niet aangaat om
al de Vennen van Oisterwijk onder de olie
of terpentijn te zetten. Bovendien komen
daar ook weer muggenlarven voor, die een
heel andere leefwijze hebben en op deze
manier niet kunnen worden bestreden.
Zoolangdekweekplaatsen niet vernield zijn,
moeten we ons vrijwaren tegen den beet der
insecten en daarvoor dient nu het muggengaas
aan deuren en ramen of rondom de slaapstede.
Ookzijn er wel enkele beschermingsmiddelen
tegen de dagmuggen. Men kan zich insme
ren met eucalyptusolie of met kaneelolie
en zich kleeden in gepaste kleuren. Som
mige muggensoorten en in het bijzonder
de malaria-muggen zijn zeer kleurgevoelig.
Z5 hebben een afkeer van geel, oranje, wit
en bleekgroen en houden veel van zwart,
bruin, donkerrood en donkerblauw. Ook
heeft Grassi, de beroemde Italiaan, die zoo
veel aan de malaria-bestrijding gedaan heeft,
ontdekt, dat de muggen een fijn gevoel
voor geluid hebben en dat zij luid sprekende
personen veel eerder steken dan de stillen.
Ook komen zij op muziek af.
Waarom ook niet? Ze zijn zelf muzikaal
genoeg. Het wijfje maakt de meeste muziek,
het mannetje luistert het best. Het muziek
instrument bevindt zich aan het begin van
de vleugels en bestaat uit een listig samen
stel van kammetjes en ribbeltjes die over
elkander strijken. Als ze honger hebben
zingen ze lager dan wanneer ze doorvoed
zijn, dat kan wel een octaaf verschillen en
de mannetjes zingen weer een paar octaven
hooger dan de wijfjes. Dat is heel nauw
keurig onderzocht: de wijfjes zingen in het
eensgestreept octaaf, de hongerende manne
tjes halen a tweegestreept en zelfs iets hooger.
Ze luisteren met hun sprieten. Ge zult
opgemerkt hebben, dat de mannetjes heel
mooie pluimsprieten hebben. De haren van
menschen, maar 't bleef in huis. Maandags
de waschvrouw, Dinsdags de werkvrouw
voor de kamerbeurt, Woensdags de naai
ster (een ouderwetsche hulsnaaister kon
zoowel linnen stoppen als japonnen maken)
Donderdags de strijkster, Vrijdags weer de
werkvrouw om de gang te schrobben enz.,
Zaterdags de tuinman. Zoo werd elke week,
behalve de huur aan keuken- en blnnenmeld,
een aardig sommetje loon uitbetaald, maar
de huisvrouw bleef haar controle houden
over de werkzaamheden, en alles bij elkaar
genomen was ze minder duur, en dege
lijker uit, dan wij met onze hooge
loonstandaard en vaak vakkundig slecht ver
richten arbeid. Zoo de oorlog verschrikkelijk
is, er staat naast de ramp steeds de zegen,
voor ons, neutralen althans, dat hij de
huisvrouw terug dwingt in haar huis, om
daar te zijn het middelpunt, de as, die het
geheel doet draaien, of de motor, die 't al
in beweging houdt. Wie den heelen dag
bij den weg is of tennissen gaat en zich
niet bemoeit met hare huishouding komt
bedrogen uit. Men moet woekeren met z'n
tijd, z'n materiaal, z'n levensmiddelen, z'n
geld, en onze grootmoeders hadden niet
geheel en al ongelijk als ze beweerden, dat
een goede huisvrouw haar gewicht aan
goud waard is.
Mijn brave grootmoeder placht te zeggen,
dat de vrouw des huizes minstens tot twee
uur bezig behoort te zijn. Ik geloof niet,
dat zij zóó hevig versteld zou hebben ge
staan in deze tijden. Als ze ons zag ploe
teren om alles voor elkaar te krijgen, zou
ze, denk ik, glimlachen en zeggen: Wat
een drukte maken jullie daarover. WQ
waren vroeger altijd bezig en we klaagden
nooit over het vele werk. Wij hadden wel
geen distributie en rantsoeneering maar wij
hadden proote gezinnen van acht tien
en twaalf kinderen, dus hield je nolens
volens zelf distributiebureau, en rantsoe
neering was bij ons van zelf sprekend
schering en inslag, anders waren Opa en
ik er nooit gekomen en hadden niet zoo
veel kunnen overleggen voor den ouden dag".
Overleggen? Sprak zij daar van over
leggen? Wie doet dat nog in deze dagen?
Zelfs, als 't kan?
E. C. v. D. M.
Crisisvoeding
Martine Wittop Koning heeft onze culi
naire literatuur weder verrijkt met een
practlsch handboekje vol raadgevingen en
voorschriften betreffende de keus en de be
reiding van smakelijk voedzame spijzen in
dezen moeilijken tijd nu distributie en rant
soeneering zooveel inspanning vragen van
de hersenen onzer huisvrouwen.
Hoe voeden wij ons thans 't best?" is
detitel (Amsterdam, Uitg.-Maatsch. Elsevier).
Prijs 35 cents.
De geringe kosten brengen het onder
ieders bereik en dat is goed, want de inhoud
is zoo klaar en overzichtelijk ingericht, dat
er heel wat uit in praktijk te brengen en
te leeren valt. Dit laatste vooral is bij de
samenstelling onder het oog gezien, daarom
gaan aan elk hoofdstukje aanwijzingen en
beschouwingen vooraf die, om de waarde
en de bedoeling van de recepten goed te
begrijpen, ernstig moeten worden gelezen.
Want alle recepten ir, dit boekje hebben
een zeer bepaalde bedoeling en deze wordt
bij elk der afdeelingen in enkele korte be
schouwingen vooraf duidelijk gemaakt.
Het laatste hoofdstuk de Samenvatting",
geeft het register op den inhoud en brengt
al het behandelde onder rubrieken die de
aandacht vragen om ondervoeding te voor
komen.
Dit werkje is een ruime verspreiding ten
volle waard, het zal door de Nederlandsche
huisvrouw zeker dankbaar aanvaard worden,
omdat het van zoo bevoegde zq'de hulp en
steun brengt.
Verzoeke alle «tukken voor de
rubriek Voor Vrouwen" in te zenden
Koninginneweg 93, Haarlem.
iniiiiiiiiMMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin
J. A. HOETIHG
Hofjuwrelier - - Amsterdam
Paarlen - Colliers
Brillanten
iMiniiiMiii ...... Mi ...... iimMMiiiiimnHimimmiiMiimmmMimmimi
die pluimen zijn verschillend van lengte
en dikte en trillen dus ook mee met ver
schillende tonen. Wanneer die haren precies
geplaatst zijn in de richting naar de geluids
bron dan trillen ze riet en zoo kan dan het
mannetje in den avondschemer of in het
nachtelijk duister met nog groote zekerheid
het zingende wijfje vinden.
Die mannetjes steken niet; ze voeden
zich heel braaf alleen met vruchtensappen,
houden onder anderen zeer veel van fram
bozen en blauwe pruimen, ook van
boschbessen. Eigenlijk vormen deze ook het
hoofdvoedsel van de wijfjes, maar het schijnt,
dat die bloed moeten eten in den tijd van
het paren en eieren leggen. Behalve
menschenbloed nemen ze ook wel het bloed
van vogeltjes en zelfs van kleine vischjes,
wanneer die zich ophouden zeer dicht onder
de oppervlakte van het water.
De mannetjes sterven tegen den winter,
de wijfjes blijven in leven, hetzij verscholen
in huizen, kelders of grotten, hetzij tusschen
plantenrommel en onder mos, waar ze nog
al eens opgepikt worden door de roodborst
jes en heggemuschjes. Vroeg in het voorjaar
worden de eerste eitjes gelegd en dan
volgen in den loop van het jaar een stuk
of vier generaties elkander op. Dezer dagen
verkeeren wij zoowat in het pop-stadium
van de tweede generatie. Over een week
of zoo gaan dan de nieuwe muggen zingen
en paren en eieren leggen. Dit laatste doen
ze vooral vroeg in den morgen en ge moet
er eens op letten hoe dan de boerezwaluwen,
de huiszwaluwen en vooral de aardkleurige
oeverzwaluwen vlak langs het water sche
ren, om die eierleggende muggen op te
snappen. De menschen zien daarin een tee
ken van slecht weer, maar het gaat hier
alleen om die muggen.
JAC. P. T H ij s s E