Historisch Archief 1877-1940
13 Juti '18. No. 2142
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
DE HYENA
Teekening \oor De Amsterdammer" van Jordaan
Wie volgt?
IMIIIIItlllllllllllllllUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHlIIIHIIIIIII llllllltlllllllltlllllllllllllllllllllllllllllllllllMlllllllllinilllllllllllllllllllllllllllllIllllllllllllllilllllll
OPEN BRIEF VAN JOH. DE WITT
Aen
den h eer e Minister van
Binnenlandtsche Saecken, Mr. P. W.
A. Cort van der Linden.
Ed. Gestr., Hoochgeb., Wyse,
Voorsienige, Heer.
Staende op de Plaetse, hebbe ick op voor
leden Woonsdach de eere gehadt van UEd.
te hooren spreecken ende ick achte het van
myn schuldige plicht, UE.in beantwoordinge
op de courtoise woorden, vervalt in UE's
rede, te notificeeren dat ick met seer groote
blyschap verstaen hebbe de gansch
vruntelycke geslntheyt, waermede meenich per
soon In myn lieve Vaederlandt my in syn
gedachten beliefft te houden, ende soo sal
desen partlcullerlyck dienen om U E. ende
daerbenevens alle myne andere vrunden ten
alderhoochsten daerover te bedancken.
Hebbe lek derhalven met een sincere ge
negentheyt daerover den uyterlycken plicht
van dancksegglnge by desen wel willen vol
doen, ende dat ick niet diegene ben omme
met woorden van danck alleene syne schul
den te betaelen, soo is het, alsoo
ickjegenwoordichtydt ende gelegentheyt hebbe omme
't een en 't ander, 't geen noodich ofte
dienstich soude mogen wesen,'t o verwegen,
dat ick tevens de vrymoedlcheyt derve nemen,
UE. by desen te versoecken, gedachten van
een geaffectionneerden Nederlander wel te
willen overdencken.
Het is, in discretie gesegd, ende ick hope
lllllllllliliiilli MiiiiiiiiiMiiiiiiiiiimiiiiiiimmiiiimiiiiiiiiiiiiii 11111
DE NIEUWE STER IN DEN AREND
door dr. J. VAN DER BILT,
Observator aan de Sterrenwacht te Utrecht
Van alle hemelverschijnselen hebben on
getwijfeld die, welke plotseling optreden,
door alle eeuwen heen de grootste belang
stelling gewekt, omdat het gemoed der
menschen voor een spontaan gebeuren ten
zeerste ontvankelik is. Niets treft den be
schouwer van den hemel meer dan het
plotseling verdwijnen van een heldere ster
achter den donkeren maansrand, niets brengt
hem meer in vervoering dan wanneer, bij
een zonsverduistering, na het geleidelijke
voortschuiven van de maan langs de zonne
schijf ineens de geheimzinnige corona der
zon zich aan zijn oog vertoont of wanneer,
enkele mtnuten later, even plotseling het
gevangen gr houden zonlicht van achter den
rand der maan te voorschijn barst. En hoe
veel millioenen menschen hebben er niet
reeds gestaan aan de oevers der zeeën om
te genieten van het ineens weg zijn van het
laatste segmentje der ondergaande zon,
zonder zich in het minst bewogen te hebben
gevoeld door de geleidelijke daling der licht
gevende schijf welke den geheelen middag
heeft aangehouden?
Een der merkwaardigste en tevens zeld
zaamste der plotselinge hemelverschijnselen
Is bet oplichten van een z.g. nieuwe" ster
.(Nova). Op een plek aan den hemel die een
dag te voren als regel, zelfs in groote kijkers,
volkomen leeg was, schittert plotseling een
hemellicht van zulk een opvallende helder
heid dat de grootste sieraden van den nacht,
Arcturus, Wega en soms Sirius door zijn
glans worden overtroffen.
Voor een beroeps-astronoom is het bijwonen
van zulk een opvlamming wel niet zeldzaam,
maar toch, afgescheiden van hare weten
schappelijke beteekenis, aantrekkelijk om het
onverwachte en het geweldige van dit ge
beuren. Het is voor hem niet zeldzaam omdat
hij sterren kent, die vele weken, soms
maanden achtereen onzichtbaar zijn in groote
kijkers en dan op ongezette tijden, haast
even plotseling als een Nova dit doet,
op
IIIIIIIIMIIIIIIIIII1IIIII1IIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIII1IIIIII l
TGENEALOCISCH-HERAiDISCHBDREAU
''
UE. niet onaengenaem te sullen syn met dese
communicatie, 't eenemael sonder
contentement, dat ick herwaeits gecomen ben ende
tans wederomme in den Haege hebbe moeten
compareercn, sulx aengesien ick in al de
oprechticheyt van myn siel twijffele, of
het Volck der Qeünieerde vrye Nederlanden
my eygentlyck wel eert.
UE. gelieve tans niet in my te sien den
man, die van syn leven wierd gedepriveert
in danck voor alles, 't welck hy te goeder
trouwe verrichtte ten baete van syn landt
ende als waere syne statue hier alleenlijck
geëri geert, vermits er yets viel goedt te
maecken aen syne naegedachtenisse. UE. ge
lieve sich particulierlijck te rappelleeren hoe
ick by al myn leven, met de wfisheydt ende
de cracht die Godt de Heere in syner
goedertierentheyt my wel heb*e willen verleenen,
hebbe gestretfft naer de vrijheyt van ons i
algemeyre lieve Vaderlandt ende het respect
voor de Nederlandtsche driecouleurgetracht
hebbe te verhoochen.
Men eert my? Aengeslen toch seeckerlijck
sulrke vereeringe insonderheydt inspiratie
ontfangt van 't dencken aen dat ick gedaen
hebbe ende niet sooseer van 't uytterlijcke
myner persoon, soo gelieve alsoo UE's
oochen te laeten waeren van myn beelt aff
naer 's landts vlote toe, waervoor ick ten
hoochst^n becommert ben. My ter eere sie
ick tegemoedt, dat een voorslach gedaen
sal werden ende sonder langwyliche
deliberatieën sal werden geapprobeert, dat soo
haest dienstich noch een goedt aentall van
oorlochschepen tot renfort der vlote sullen
werden gebouwt, gelyck lek het selve oock
iiiimniiMiimHiimiiiiniiiiMiiiimiMHlmmMHiiiiimimiliiillMilMiiiii
vlammen tot eea meer dan honderdvoudige
lichtsterkte. Maar hij weet dat de plek, die
men leeg zou wanen, door zulk een ster is
ingenomen en hij weet, dat als hij maar
getrouw, avond aan avond, die leege plek
bespiedt, zijn Ijver ten slotte beloond zal
worden en hij op zekeren avond de ster in
haar volle helderheid zal zien, terwijl ze den
vorlgen avond nog onzichtbaar was.
Maar vooreerst zijn deze wispelturige
sterren nooit voor het bloote oog zichtbaar.
ten tweede is men aan haar grillen gewend
geraakt en ten slotte vlammen zij slechts"
myn uutterste debvoir soude estimeeren,
aengesien 't welck tans de Nederlandtsche
vlote heet een soodaenigen aert heeft, dat
een Tiomp ofte Obdam ofte de Ruyter sich
voorseecker souden schaemen daermede
uuttevaeren.
UE. heeft het gesien dat ick genoemt
ben, vormer van de machtlchste vloten der
Republycque, ende het is daerom dat ick
met soo hert-grondich leetwesen
geconstateert hebbe, op welcke wyse tans de vlote
ende de algeheele defensie een tydperck
van gruwsaeme onachtsaemheyt hebben on
dervonden ende dat ick 't hebbe gesien,
hier op de Plaetse, dat een Capiteyn ter
see tans haest minder in aensien staet dan
een koksmaet van Engelandt's navy.
lek can.vryelijck gesproocken.waerlyckniet
byster geflatteert syn met de eere, van te
zyn geërigeert tussen een soodaenig publycq,
't welck oock niet meer naer myn exempel
soberlijck leefft benevers nedericheyt be
tracht, vermits ick het elcken dach ervaere
hoe alderley personnagiën, waeronder ge
ringe luyden ende insonderheydt oock vele
jonge dochteren, die door soodaenich ciraet
haer vleescoopmanschap ganckbaer moeten
maecken, uutter proportie van haere
mid, I-N 'DEN VrcEQREl'DSTEM ;"ij N
Fig. 1. De nieuwe ster in den Arend. N de plaats der Nova.
op tot een ongeveer lOOvoudige helderheid.
Een nieuwe ster daarentegen wordt in de
meeste gevallen voor het bloote oog zicht
baar, zij vertoont hare grillen slechts nmaal
en vlamt soms op tot een meer dan
100.000voudige helderheid! De Nova die nu onge
twijfeld in bijna alle landen der wereld de
aandacht getrokken zal hebben, moet in
nauwelijks 2 dagen tijds ongeveer 12 grootte
klassen" In helderheid zijn toegenomen, het
geen wil zeggen dat het door haar uitgezonden
licht 63000 maal intenser moet zijn geworden.
Johan de Witt
op De Plaetse te Haege
delen dickmaels bevonden connen werden,
haer lichaera met sylverwerck ofte andere
costbaere vercierselen, pelswercken ende
teedere stoffen te omhangen.
UE. sal ontwfjffelijck nevens my oordeelen,
dat geene saecke de menschen minder ofre
meerder opweckt tot litffde ende goede
genegentheyt, als het gevoelen in de beurse
ende dat het niet meer waer schijnt, als
souden de Nederlanders bovenal de vrijheyt
minnen, aengeslen het persoonleek
advantage ende belang richtsnoer syn by al hun
daeden, sonder dat sy daernevensbegrypen
dat vele sulcke daeden ophouden gedaen
te connen werden, soodra Nederlandt op
houdt vry te syn. lek gedenck dan oock
noch dickmaels de waerheyt, die ick by myn
existentie op de aerde ontdeckte, dat de aerdt
van ons volck soodaenich is, dat hetselve
de peryculen eerst aen den lyve moet ge
voelen, aleer het gepenetreert can werden
van de nootsaeckelyckheyt sichselve met al
de cracht ende vermoochen terafweeringhe
te prepareeren ende ick vraege, wat baet
het, soo ick sulx al hebbe ontdeckt ende men
huldicht my, maer is niet bereyt sich aen
myne gesegden te splechelen ?
Neen, Edele Gestrenge Heere, 't volck
van Nederlandt eert my niet, doch het syn
maer seer weynigen die sulx metterdaet
wel doen, so weynige selffs, dat ick my
geaffligeert ende geaffronteert gevoele, door
iiuiiitiMiiiimiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiliiiit
In den avond van den Ssten Juni verscheen
er aan den hemel op een plek in het sterren
beeld de Arend, waar 3 dagen tevoren naar
een fotografische opname van Wolf te
Heidelberg leerde, een zwak sterretje (grootte
11.5) gestaan had, een voor het bloote oog
zichtbaar hemellicht dat snel in helderheid
toenam. Veelal heeft bij de eerste waarne
mingen van een Nova deze reeds hare maxi
male helderheid bereikt; gelukkig wilde
thans het toeval dat de rijzing nog niet
voltooid was toen over het deel van Europa
waar de waarnemers in grooten getale aan
wezig zijn, het nachtelijk
duister begon te vallen,
waardoor de nieuwe ster
ontdekt kon worden toen
de helderheid nog meer
dan 2 grootte klassen van
haar maximum verwijderd
was. Waarnemers Oostelijk
van Nederland geplaatst
zijn daarbij in het voordeel
geweest, maar de
voorloopige berichten wijzen er
op, dat zij dit voordeel
niet hebben kunnen laten
opwegen tegen de oplet
tendheid en de ongewone
geziohtsscherpte van onzen
landgenoot P. Meesters te
Halfweg, die het nieuwe
hemellicht reeds in de
heldere avondschemering
signaleerde, op een uur
dat een hemelbeschouwer
er gewoonlijk nog niet aan
denkt zijn waarnemingen
aan te vangen. Behalve
door zijne waarneming is
de rijzende tak der licht
kromme" op dien avond
nauwkeurig vastgelegd
door 6 andere waarnemers
waaronder 2 Nederlanders,
W. J. Luijten te Deventer
en E. H. Vogelenzang
te Hilversum *).
Wij geven in h'g. l een sterrenkaartje,
waarop met een cirkeltje bij de beginletter
van het woord Slang de plaats der Nova is
aangegeven. Wie eenmaal het sterrenbeeld
Arend gevonden heeft met de zeer heldere
ster Altair, zal aan de hand van dit kaartje
de Nova gemakkelijk kunnen vinden. Altair
staat te 11 uur zomertijd in het O.Z.O. op
een hoogte van ongeveer 35 graden. De
Nova heeft tusschen 8 en 11 Juni deze ster
in helderheid overtroffen, maar is nu (2 Juli)
een yegeiyck te werden aengesien, als soude
ick van hunluyder eerbledt voor my
geconvinceert syn. 't Licht veelmeerder in hun
aert ontdanckbaerheyt te toonen dan eere,
waeruyt UE. gelieve niet te concludeeren
dat 't my noch steets bedroeven soude,
daeraen selve geexposeert geweest te syn,
vermits ick 't hier alleenlyck memoreere,
aengesien 't my een pyniginge is te moeten
observeeren dat men, my huldichingedoende,
tegelijcker tijdt ontdanckbaerheyt ten toon
spreyt jegens verdienstichlijcke
vaederlanders van desen tijdt. Wierd ick dan om
hals gebracht sonder dat men daeruyt yets
leerde ende men par exempel UE's confrater
aen 't Besuydenhout noch tans can voor
houden, waertoe 't volck, dat sich in syn
belang becnepen waent, in staet is jegens
landtsdienaeren, dewelcke getrouwelyck nun
plicht volbrengen ende daerin uuttermaete
gecontrarieert werdende door onwaerdiche
elementen des volcks, slechts den schyn
op sich laeden van de noodige habillteyt
te ontberen? Met onwilliche honden is 't
noch steets quaet haesen fangen, Edele
Gestr. Heere, ende ick ben dan oock wel
seer benieuwt te weten, wie noch sooveel
confidentie in syn eygene capaciteyten heeft,
omme het binnencort vacante ampt van
Minister van Landtbouwe te derven
aenvaerden, ten waere hy selffs met eenpaerige
stemmen van Haer Edel Groot Mog. daenoe
wierde versocht ende gecommitteert.
Ende dan hoore ick hier op de Plaetse,
hoe men tans raest ende tiert, hoe men
twistsieck malcanderrn soo ongunstlch
moochlijck afbeeldt in dese campagne tot
vorminge eener nieuwe tweede Caemer der
Staeten-Generael.
Blyckbaer ende helaes, heeft men alle die
middelen van noode om uyt te maecken hoe
't eygenwilllche volck moet werden geregeert
ende is het buyten apparentie dat men
vooralsnoch oock sal begrijpen hoe quaet
het is in sulck een tijdt niet ten volle
verdraechsaem ende eendrachtkhlijck te wesen.
Van partystrydt gesproocken, wanneer men
my waerlrjck wil eere", dan sal men oock
daeromtrent tot claerheyt moeten com°n,
dat de defensie van 't landt van alle poli"
tycque onaengeroert moet verb yven ende
nimmer in de cnoei mach ge.ai.eken uyt
concurrentie tussen personen, dewelcke
carrière soecken te vinden in de
volcksgunst, die altemet seer wispelturich is Ick can
niet naerlaeten hierby te voegen, dat ick niet
sonder excessive verwonderinge gesien
hebbe, dat in een tijdt, in welcke de rust
ende de vryheyt van ons algemeyne lieve
vaederlandt, sonder weys ende voorsichtich
beleydt van cordate mannen, evidentelyck
pericliteerde ende die UE. ende Synseiffs
amptgenooten, ministers onser hoochelyck
geëstimeerde Coninginne, tot op huyden
naer Haer gewone wijsheyt noch ongeschon
den ende heelshuyts htbbet bewaert, de
Edel Groot Mog. leden van de tweede Caemer
der Staeten Generael, een stantpoinct hebben
vermeenen te mogen aenvaerden, 't welck
door my gecordeelt synde te wesen ruineus
voor den Staet. Ick meene in cas van
datgeene concept van wet, welcks but was
oock voor de toecomst generaele dienstplicht
te ordonneeren ende ick begreep noyt ofte
nimmer hoe een Minister sich tot de gedaene
landtsgevaerlijke concessiën aan den kieser
heeft connen laeten intimideeren. Alsoock
is 't my 't eenemael een raetsel gebleven
hoe de Nederlandtsche handeiaeren,die noyt
in soodaenigen occasie plachten te failleeren,
maer altydts boven anderen uut te steecken,
op 't geluydt van oorloch rondomme, geen
chance meer saegen noch spoedich 't
manqueerende ende actiterstalliche geschut, cruyt
ende loot te coopen, mitsgaeders naer hier
te doen transporteeren ende convoyeeren,
daertoe tans geen gelegentheyt meer bestaet.
Waer 't schynt, dat ick een fackeldraeger
ben by 't avancement, UE. heeft sulx te
verstaen gegeven, soo wil ick noch dit
adviseeren, waermede ick altijdts myne
eygene daeden hebbe bygelicht ende 't wêick
uytteraert niet bestemt is om UE.'s wysheyt
ongeveer even helder als de ster Zcta die
men op het kaartje rechts boven Altair vindt.
Wij geven verder in fig. 2 de op dezelfde
Fig. 2. De lichtkrommen der ;j belang
rijkste nieuwe sterren der 20ste eeuw.
Boven: de lichtkromme van de Nova in
het sterrenbeeld Perseus (1901)
Midden: de lichtkromme van de Nova in
het sterrenbeeld De Tweelingen (1912)
Onder: de lichtkromme van de Nova in
het sterrenbeeld De Arend (1918)
OOSTEQBEEK
MEUBILEERINGEN
ende voorsienigheyt te verhoochen, doch
't welck ick UE. versoecken mooche te
dlrlgeeren op 't volck dat daernaer moet
leeren ageeren, te weten: hoe te regeeren
mag nimmer de leydende gedachte wesen,
doch steets de tweede, vermits men eerst
met alle effort moet sorgen dat er wat te
regeeren blyfft, ende dat het 't eenemaele
insuffisant is 't vaederlandt alleen l ie ff te
hebben door ,consequent" als konsekwent"
ofte sichselffs-gelyck-biyvend" te schrijven
maer rechtsom retour te maecken soodra
't «r op aen comt de consequenties der
lieffJe voor 't landt t'aenvaerden.
Ondertussen bidde ick, UE. gelieve in
deze perplexe gelegentheyt ons algemeyne
lieve Vaederlandt noch langer
voorsichtichlyck te helpen behoeden voor soo
mennichvuldige calamiteyten ende swaerichheden,
daarinne wy noch steets op 't poinct staen,
om geplongeert te werden, aengeslen
evidentelyck aan de conduicte der huydige Ministers
moet werden verdanckt, dat de vrede ende
devrijheydtvan Nederlandtnogsy n behouden
waerover yder eerlycke vrunt van 't volck ten
vollen vergenoecht erde verheucht aal syn.
Waermede affbreeckende in de hoope dat
UE. 't mij niet euvel duyde myne
becommerlycke gedachten UE. in viymoe^lichfyt
te hebben tegemoet gevoerdt ende UE. mits
gaeders desselfs Nederlandtschen
tijdtgenooten-recommandeerende in de genaedige
beschermingederalderhoochsten, sal
verblyven. Edele Gestrenge Heere.
U E. Gestrenge'» ootmoedige dienaer ende
Compatriot,
Haege, den XVlen Juni 1918.
Voor copye conform J. RIETSEMA
Vlinder
Door blauwe gaatjes valt van beukbogen
Op dood blad spikk'Hng van roodkop'ren
^ vlekken;
Als soms schuivend ze elkaar schimmig
bedekken,
Is 't, of ze levend uit zich zelf bewogen.
Ritselend komt een vlinder aangevlogen,
En weifelt rond, rondom de lichte plekken:
HIJ zit; en nu zijn vleugels plat zich strekken,
Staart in de zon de pauwglans van vieroogen.
Stille magie sprenk'lend op dood verleden,
Komt.uit onzichtbare oorsprong aangegleden,
Vreemd licht mijn schemering in vlammen
zetten:
De psyche van mfjn ziel, met jong geflonker,
W-aagt zich, weifelend blij, uit 't oude donker:
En vangt symmetrisch 't licht in vier cou
pletten.
A D w' A i T A
schaal geteekende lichtkrommen van de 3
belangrijkste nieuwe sterren van deze eeuw
voor hare eerste 23 levensdagen. De laatste
kromme is natuurlijk een voorloopige, ge
trokken met gebruikmaking der waarnemingen
van den heer Luijten voornoemd en van den
ondergeteekende. Men kan uit deze 3 krom
men duidelijk zien hoe altijd, na de onver
klaarbaar snelle rijzing en een kort'durerd
maximum, een onregelmatige daling intreedt,
waarvan het verloop volkomen verrassend
en grillig is. Een zoo regelmatige daling ais
die welke Nova Aquilae 3 (zfj is reeds de
3de nieuwe ster die in het sterrenbeeld de
Arend is opgevlamd) gedurende meer dan
3 weken venoont heeft, is een groote
uitzondeiing, maar wie kan zeggen welke
grillige veranderingen hare helderheid nog
zal vertoonen ? Zij schijnt de periode van
schommelingen reeds te zijn ingetreden,
want zij is thans tamelijk veel helderder dan
zij op 21 en 22 Juni geweest is.
Met het onregelmatige beloop der
lichtvan een Nova gaat een nog sterker wisselend
gedrag van haar spectrum, en in verband
daarmede van hare kleur, gepaard. Zóó talrijk
en ingewikkeld zijn de veranderingen die
in het spectrum van een Nova optreden, dat
zij de astronomen steeds voor nieuwe ra ad
elen plaatsen. De geheele verschijning en
si de gedragingen van een nieuwe ster
vormen een ingev/ikkelde puzzle waarvan
een bevredigende oplossing nog steeds op
zich laat wachten. Elke Nova vindt echter
bij haar verschijnen de wetenschap verder
gevorderd, de instrumenten meer volmaakt,
de methoden van onderzoek meer verfijnd;
en zoo zullen ook de moeilijkheden van dit
vraagstuk, dat van zulk een vitaal belang
is om ons een denkbeeld te geven van de
processen die tot de wording van werelden
leiden, ten slotte overwonnen worden. Laten
wij hopen dat onze" Nova in die richting
reeds een belangrijke bijdrage leveren kan.
Utrecht
*) Een paar mededeeli n gen, volgens welke
de Nova reeds op l Juni als een heldere
ster gezien zou zijn, passen zoo slecht
bij de waarnemingen van 8 Juni, dat wij
ze voorloopig buiten beschouwing zullen
moeten laten.