De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 20 juli pagina 3

20 juli 1918 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

20 Juli' '18. No. 2143 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND PAVILLON DU VIEUX DOELEN SCHEVENINGEN Maaltijden volgens de kaart en tegen vaste prijzen THÉ-, DINER- EN SOUPER-CONCERT : AMERICAN DRINKS : smakalljk . gezond } mot Bopgon op Zoommoho Anojovlo ONDER RlJKS-CONTRÓLE Boolol «ou vaatte van WO «tuk» bil do ijchconserventabriek HOLLANDIA", Bergen op Zoom DEIN HAAG ROTTERDAM AMSTERDAM STARK'S 'OXYDOL' (CHLORAS KAUCUS TANDPASTA) 45 oom* p. Tabo. Naamf. Vtnn. STARK & Co. Fibriik ,,'s-lin" DEN HAAG Opgericht 183O E.? HEIDE 'a-GraT«l.weg. Tel. 1150 ARTISTIEKE MEUBILEERING SPECIALE ONTWERPEN DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechte f2.25 per kwartaal HUMORISTISCHE ROIUK, dooi F. DE SIWII, li omlag m Is. m Km» De Ridder Knol Prijs ingenaaid f 2.9O Gebonden f 3.5O De gevierde schrijver van De Griffier van PeewJjk", De van Berkels", Om Papa's Principe" en zoo tal van andere humoristische romans, heeft in zijn nieuwe boek het thema O. W. op zoo'n geestige manier behandeld, dat duizenden het zullen lezen en herlezen. In dezen tijd is zoo'n boek goud waard, want het amuseert op de beste manier en het doet een mensch eens, neen herhaaldelijk onbedaarlijk lachen. Neen, de Hollandsche Geestigheid is met Justus van Maurik niet ten grave gedaald. We hebben ze weer genoten, we hebben hartelijk gelachen bij de lectuur van dit boek." Dordrechtsche Ct. De Sinclair kan rustig voortwerken zijn naam zal gauw populair worden." Dr. H. J. Stratemeijer in De Avondpost. De boeken van De Sinclair zijn vermakelijk, met heel wat komisch vernuft." Henri Dekking in De Amsterdammer Weekblad. Uitgave van VAN HOLKEMA & WARENDORF te Amsterdam. MEEREN MODE-ARTIKELEN - HKKBBNSTIUAT 11, ORONINO1N TXLXFOON lOtt HEERENKLEEDING H.J.LOOR,Utrechi iMiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiitiiiiiiiimiiiiiiiiiiiimmiiiiiiiiiimiiuiiiiiiiiiiiuiiiiiu i iiini iimiii YSSSS/S/Sj ^ EPAETOGEEN: ^ //£T W&NDER, ^ DAT GEZONOHCID WA GEEFT EN KRACHT. *M HET KRACHT-PREPARAAT BIJ UITNEMENDHEID. ^J VERKRIJGBAAR IN DE. ygoRNAAMSTE_ APOTHEKER. ^^^ VRAAGT zoo NOODIG RECHTSTREEKS TOEZENDING ^^ AAN DE E. P. N.V. EXPL. M IJ VOOR J^ EIWIT PRODUCTEN, f M KEIZERSGRACHT 79O} AMSTERDAM. iiiiimiiiimiiuiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiMiiiii i ' « ten dit deficit uit eigen productie aan te vullen, maar het gebrek aan menschen, die den toestand beheerschen, boezemt weinig vertrouwen in. Eene inkrimping van de plantarealen van suiker en tabak zou een belangrijk contingent van den bouwgrond voor de teelt Van voedingsgewassen doen vrijkomen. De Regeering heeft zich bezig gehouden met de vraag, of zij met dwang maatregelen zou ingrijpen in een inkrimping der plantarealen van de suikerfabrieken; naar verluidt heeft zij daarvan afgezien uit besef aan onmacht om den maatregel uit te voeren. Echter is er uitzicht, dat de suikeriMiiiiiiiHiiiiMiiiiiimiMtiimmiiiiiiiiiiiMiiiiitMiiiiiitiiiiMi minimum i BEDIENDEN Spel in l bedrijf Uit een reeks Beroeps-confllcten" door HERMAN SALOMONSON Personen: Van Dien een reeds grijze kelner. Joost zijn zoon. Li ze zijn vrouw. Het tooneel stelt voor de huiskamer van 't gezin va» Dien. Eenvoudige burgermans meubels, maar hier en daar eenig modern comfort. Het is avond, bij half twaalf. Lize zit bij de lamp en brijt; zij is een oude, maar nog heldere vrouw, met een stalen bril op den neus. SCÈNE I L i z e (de klok slaat eenmaal) Half twaalf... nu kunnen ze direct komen... samen mis schien ... (zij telt de steken) da's vier, zes.... acht... (stilte, men hoort stommelen op den trap)... O... neen... hij is alleen... Van Dien (komt binnen. Hij draagt een zwarte jas en bolhoedje; daaronder zijn rok, die hem het uiterlijk geeft van een ouden man met goede manieren; die zijn plaats weet) Goeien avond! Lize...Nou... n? Van Dien (doet jas en hoed *f) prach tig... heerlijk... L i z e Vertel nou... hoe dee Joost... hoe zei die het? Van D i e n... keurig... heusch... heet, heel netjes. Daar was iedereen het over eens... L i z e En veel menschen hè? Heel veel zeker ? Van Dien Natuurlijk... de heele bank. De commissarissen en de directeuren met hun dames natuurlijk... en dan de procu ratiehouders ... en 't heele personeel... Wel een drie, vierhonderd man bij elkaar! Llze Ochottegot.... en voor al die menschen stond Joost ?... en... Van Dien Voor al die menschen stond Josst.... L i z e O.. nee.. Ik wou dat ik om een hoekie had kunnen kijken... Vertel nou es precies.... Van Dien Nou dan... het was in de hal van de bank.... zoo'n hooge marmeren ruimte, hè? Alles was groen gemaakt. Aan de eene kant een verhooging, met stoelen voor de hooge heeren, en daartegenover, *aan de andere muur, was een groot wit iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiii ondernemingen uit eigen beweging hare aanplantingen voor het volgend oogstjaar belangrijk zullen inkrimpen. Alle voorraden worden ijverig uit de markt genomen. Wat blikkenmelk en tarwemeel betreft is daar paal en perk aan ge steld doordat de Regeering op de voorraden deels beslag heeft laten leggen voor distri butie deels daarvoor maximum-prijzen heeft vastgesteld. Ook de voorraden rijst in han den van den detailhandel zijn onderworpen geworden aan maximum-prijzen. Langzamer hand glijden wij de geheele helling van distributie en rantsoeneering af. laken, voor het Tegeltableau... dat was het cadeau van 't personeel... dat moest aangeboden worden... Li ze O! dat zou Joost aanbieden na tuurlijk, is 't niet? Van Dien Precies.. .Nou, ik had m'n buf fet tegen den muur, daar schuin tegenover, dus ik kon alles best zien... hoe die daar stond, en praatte Lize Nee, vertel nou net zoo als 't gebeurde... Van Dien God mensch, wacht nou toch es rustig af! Daar zaten dan alle hooge oomes, voor de groene planten, met hun dames... Lize Grevers ook? Van Dien Natuurlijk... die is immers de hoofd-directeur! Lize En z'n dochters ook? V an D i e n Ja... allebei... twee heeft ie d'r immers? Lize Nou..". hou je maar niet zoo... je weet net zoo goed als ik... Joost heeft dikwijls genoeg... Zeg, de jongste... die juffrouw Meta, is die werkelijk zoo knap als ze zeggen...? Van Dien Een beeld van een meisje hoor! Lize En waren ze d'r aldoor bij? Ook toen Joost... Van Dien Ook toen Joost sprak! Na tuurlijk. Dat was het hoofdnummer van den avond immers... Lize Och heer... dat ik daar nou niet... Maar vertel nou verder... Van Dien Aan de andere kant van de zaal was het personeel; eerst wel drie of vier rijen dames... Lize Óók al dames? Van Dien Ja, natuurlijk... vrouwen van de boekhouders, en zoo... en dan ver der... nee... rijen dik stonden ze, hè? van de jongste bediende, tot de oudste gedienden met grijze haren toe... Lize Och heer... en Joost... óók op de eerste rij? Van D i e n Ik zei je toch dat er alleen dames waren, op de eerste rij; Joost zag ik niet direct... Lize O... die studeerde natuurlijk z'n toespraak nog even door, hè... wat zal die zenuwachtig geweest zijn... die arme jongen... Van Dien Zenuwachtig, hrj? Dan ken je 'm niet, hoor! Waar hadden ze hém anders voor gekozen, dan dat ie zoo allemachtig mooi kan voordragen... Met die heerlijke volle stem... o, zooals dat klonk in die marmeren zaal... dat is nog wat anders, dan van 't tooneel af, bij de avondjes in Bellevue! Zooals hij daar begon, met de eerste regels... iedereen was direct stil: De rekening van de schade, die het Wilsonisme Indiëberokkent, is lang en de schade aan ideëele goederen legt niet minder gewicht in de schaal dan die aan stoffelijke goederen. Deze laatste is na afloop van den oorlog wanneer deze tenminste nmaal afloopt nog wel te herstellen, maar onherstelbaar is de breuk in het vertrouwen op de goede trouw en de eerlijkheid van de Vereenigde Staten en Engeland. Dit vertrouwen is als een porceleinen vaas: een barst daarin kan men wel lijmen maar niet meer doen verdwijnen. Het zal hier gedurende geslachten niet mogelijk zijn aan deze beide staten te den ken zonder daarbij niet tegelijkertijd den steek te gevoelen van den angel, die, door hen gedreven in onze liefste gevoelens, daarin is blijven zitten. Nog nooit was een stemming als deze zoo eenparig en zoo levendig onder de Nederlandsche kolonie hier ter plaatse. Daarvan is door handel en bedrijf getuigenis afgelegd met een te'egram van hulde en Instemming aan den Minister van Buitenlandsche Zakeq» Indien het natio nalisme hier te lande een beslist antiAmerikaanschen en anli-Britschen vorm heeft aangenomen, is dat ten slotte ook een gevolg van het Wilsonisme. S. J. BOEKBESPREKING Het Weidsch Ornaat. Een Gift aan Zoekenden, door dr. H. W. PH. E. VAN DEN BEROH VAN EIJSINOA. (L. J. Veen, uitgever, Amsterdam). Goethe heeft de schepping beschouwd als der Gottheit lebendiges Kleid" en Carlyle besefte het toen hij z'n Sartor schreef: Gij zult zien dat dit verheven heelal tot in het minste van zijn deelen letterlijk de met sterren bezaaide stad Gods is; dat uit elke ster, eiken grasscheut, bovenal uit elke ziel de luister straalt van een aanwezigen God." mui iiiiimiiimiiiiiii u/iiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiimiiiit Zoo staat dit hecht gebouw.dan vijfentwintig jaren," en hechter dan voorheen. En heel de trouwe schare," stroomt op deez' dag tesaam, op dit geboortefeest," en ieder is verheugd, en jubelt om het meest." ... toen hadt je die gezichten moeten zien! L i s e Toen ze hoorden dat 't een vers was! och hemel, wat heeft die jongen daar op zitten werken ... boven ... En de direc teuren... hoe keken die wel... Van Dien 't Was doodstil. Mijnheer Gre vers fluisterde wat tegen z'n vrouw... L i s e Die wou natuurlijk weten, wie dat was... Van Dien Natuurlijk... Lize Enne... de meisjes... hoe deeën die? Van Dien Dat moet jij maar weten, hè? Lize Wees nu niet zoo flauw... Van Dien Die luisterden óók, hè? Ieder een luisterde... en Joost ging maar verder... zoo rustig of hij hier bij ons stond... en en toen op het eind, toen hij het doek op zij trok, en toen hij riep: Aanschouw nu het bewijs van onze dankbaarheid..." Lize ...Dit kunstwerk, aan de roem van 't koopmanshuls gewijd ..." Opdat het nageslacht zal zien... dat... dat..." ...Och... hoe is 't nou ook weer? Van D i e n ... aan wien men 't overgeeft," Zal weten welke geest, hier met ons heeft geleefd..." L i z e O juist; ... Zal weten welke geest, hier met ons heeft geleefd..." Zei die dat goed? zooals laatst, met de nadruk op welke? welke geest, hier mét óns heeft ge leefd ... Van Dien Ja, o uitstekend hoor... 'Toen die ophield bleef het even stil... en toen een applaus... godbeware... dat hadt je moeten hooren... het was compleet of ze gek werden... Lize En de hooge heeren ook, en Gre vers ... ? V a H D i e n Natuurlijk, allemaal... D'r kwam geen eind aan 't kloppen... En Joost maar buigen... Lize Och, och... die jongen... en toen moest ie zeker voor de heeren komen?... Van Dien Moest ie... Weineen, mensch, ze stonden op, en ze kwamen hem de hand drukken... Ik stond maar met tranen in m'n oogen.., ze hadden moeten weten, dat ik z'n ouwe vader was... Hier de champagne," riep mijnheer Grevers tegen me... Ik was het totaal vergeten... en gauw de glazen inschenken, en d'r na toe, hè?... het blad beefde in m'n handen... Deze woorden, waaraan de schrijver herininnert, zouden als motto voor dit boek dienst kunnen doen. En in een gedicht laat de auteur de ziel tot God spreken: Uw weidsch ornaat is dof in duistering, maar beurt saffieren, gloort inpeerlemoeren en gouden looverkens.die droomen snoeren tot;wond're beelden: een doorluchtgen ring." Dat het Waereldsubject zich tot de Schep ping Zijner handen" verhoudt als een ge weldige Keizer tot zijn grootsch ornaat, zijn sterrenmantel, het wordt In dit wonderrijke boek getoond me» de schittering van enorme kennis, en devote wijsheid, en kunstenaar schap. Het Waereld-zelf, de Absolute Geest, de Idee, of welke woorden men verder wil gebruiken is als 't ware een Spinster, die in tijd en ruimte baar weefsels werkt. Uit de verkeering der Idee in ruimte en in tijd was de energie, die zich verdichtte en verinnerlijkte, en die werd tot het leven, tot planeten en tot dieren en tot menschen. En de mensch is geest, al is hij bovenal natuur. En de zin van z'n doen is de vergeestelij king, en in den philosooph, den heilige, den dichter wordt de goddelijke Spinster wakker, en zij neemt, wat zij gemaakt heeft, voor wat het is: een wonderlijke schijn. Een schijn van het Wezen, een ontsluiting van het Zelf. Dan is er niets dan God, dan is God de oorsprong en het doel, en gehoord wordt de monoloog der Liefde in waerelden van haten." En elders: Niet dit, niet dat is het ware; het Ware is het Oneindige, is het Absolute, is het ondoorgrondelijke Eene, de rest is secundair, is een droomvisioen, is schuim dat vlokt op matelooze zee." Hiermede is in de woorden van den schrij ver aangeduid de hoofdgedachte, die het boek doortrekt. Dr. v. d. B. v. E. wil hier in populalren trant de ernstigen iets dichter brengen tot de philosophische bezinning, iets schenken wat zij kunnen gebruiken tot opbouw van hun geestelijk leven. Zelden werd zulk ondernemen meestelijker volbracht. Het is populairiseering in den besten zin des woords, immers het eigenwerk van een, Lize En toen ging je naar Jeost?... Van Dien Neen, natuurlijk naar Grevers, en die nam twee glazen, en gaf d'r een aan Joost... en toen verzocht hij stilte, en hield een toespraak op hem ... Lize Op Joost?..: Van Dien Ja... ik liet gauw verder champagne ronddienen ... Lize En... wat zei die... V a n D i e n Ik weet het waarachtig niet meer... toen net, met al die drukte, hè... Hij zei van een voortreffelijk bediende, maar dat Joost nu ook het bewijs had geleverd van een kunstzinnig man te zijn.,. En dat hij hem ook daarvoor waardeerde... En dat het personeel geen beteren spreker had kunnen uitkiezen... Lize ... En wat nog meer... Van Dien Ik weet het waarachtig niet... Toen liep alles door elkaar, en in de drukte zag ik den jongen niet meer... Llze ... Heelemaal niet meer ? Van Dien O jawel, maar alleen uit de verte Hij stond nog een heelen tijd bij de hooge heeren, en ze drukten hem alle maal de hand... Lize Moest u d'r niet bij komen zitten? Van Dien ... Ze gingen gauw weg... Eerst hield Grevers nog een toespraak, dat ze zich verder maar goed moesten amuseeren, onder elkaar... L i z e ... Wie is z e ... ? Van Dien Nu, het personeel natuurlijk... Lize En toen gingen ze naar huis? V a n D i e n Ja, natuurlijk... het officieele gedeelte was immers afgeloopen! Lize Dat begrip ik niet... als je toch vroolijk bij elkaar bent... en die meisjes, die dochters van Grevers ?... Van Dien God, mensch... Ik zeg je toch, dat ze allemaal weggongen! Lize Nou, maar dat vind ik misselijk hoor... Dat die menschen zich zoo hoog voelen... Laten hun eens een vers maken... zooals onze Joost... V a n D i e n Ze z?n niet allemaal zooals onze Joost..! het waren maar heel gewone luldjes, voor 't grootste deel. Zoo moet je je dat niet voorstellen... Geen toiletten hoor! Zrjen blousjes, en donkere rokken, en witgaren handschoenen... en de heeren in gekleede jas, met witte dasjes... Lize Maar Joost zag er toch netjes uit, in z'n... z'n... Van Dien In zijn smoking! Nou, maar die heeft ook een vader, die z'n wereld kent... Die wat gezien heeft in z'n leven... Lize Ja... gezien... Je mag d'r naar kijken hé?... maar aankomen niet... Van Dien. Ik weet tenminste hoe het hoort. Dikwijls heel wat beter dan de men schen voor wie ik diners in order maak... die, wat hij zelf door religieuse ervaring en wijsgeerige bezinning gedolven heeft aan schatten, reproduceert op voor ontwik kelden verstaanbare wijs. Hoewel dus niet zoekend den strengeren stijl van wijsgeerig betoog, wordt hier in geenendeele aan den geestelijken inhoud te kort gedaan. Dit kon, omdat de geleerde schrijver niet alleen zijn vak beheerscht maar ook een geweldig taai-beeldend vermogen bezit. Menige blad zijde behoort literair tot het beste wat in onzen dag verschijnt. De verdienste van dezen doorwrochten arbeid is vooral, dat in een wereld van analyse en versplintering want God is dood", dit woord van Nietssche is de belij denis der westersche beschaving, want niet mee telt het Goddelijke, en Het is weg uit de wetenschap, en de kunst eert het niet, en Het is den godsdienst van de Christenen ver" opnieuw getoond wordt het verband des geheels, op zoo uitnemende wijze aannemelijk gemaakt. Daarbij biedt het klare, dikwijls schoone betoog allerlei Interessante uitzichten links en rechts. Mij dunkt, wij kunnen den doctor dus ten zeerste erkentelijk zijn voor wat hij ons l nu weer schonk, voor deze gift aan zoe kenden". Wat de schrijver begon te zeggen in zijn woord vooraf", het zij zeer velen toegewenscht: «Voor U is dit boek, die niet bevredigd zijt door onze vaderlandsche oorlogswinst." J. E. MALGA VERBETERING Door een betreurde fout van den cor rector werd in het nummer van 13 Juli 1.1. onder den naam van prof. H. Y. Groenewegen bij diens artikel over het Paedagogisch Semi narium ten onrechte de titel van Kerkelijk hoogleeraar" geplaatst. Prof. Groenewegen is gewoon hoogleeraar in de ethiek en de wijsbegeerte van den godsdienst aan de Amsterdamsche Univer siteit. RED. geloof maar gerust, dat er heel wat dames in de stad zijn, die leelijk zouden zitten kijken, ais Van Dien ze in de steek liet... met tafeldienen... en de verschillende gla zen... verleden week nog, bij Geertsen... als ik d'r niet bij was gekomen, hadden ze de kaas na het fruit gegeven... Lize Och... jij... ze kijken jou toch alleen maar aan als ze je noodig hebben. Maar Joost... die zoo'n groot talent heeft... Van Dien En wie zegt je, dat ze Joost niet aankijken? Heb ik dat gezegd? Lize Maar waar is die dan nou... zeker toch niet bij Greversen. Van Dien De Greversen zijn heele nette menschen; en ze kunnen voor Joost toch geen uitzondering maken... op zoo'n dag dat zou maar kwaad bloed zetten bij de anderen. En dat was me een soepie... nou! En eten en drinken dat ze deeën! De buffetten werden compleet geplunderd l Bak ken met broodjes sleepten ze leeg... Die lui van boven, waren er ook... die Blokman, met z'n t wee uitgehongerde dochters... die meiden hadden zich toegetakeld... met linten en speldjes... En grootsch dat ze deeën. Dag meheer Van Dien, zegt die jongste, tegen me... geeft u mij een glaasje sjempie net of ze dat ooit geproefd had... Dan krijg je wel lust.... Lize Nou ja... dat zijn minne men schen. .. Maar daar gaat Joost immers niet mee om... Die is heel anders. ?. dat is niks voor hem... Van Dien Nee, Joost was heusch een van de allerbesten, in z'n smoking. Hij stond nog te praten met die meisjes Grevers... hij had er zóó wel mee kunnen dansen... net begon de muziek... en toen hadt je hun gezichten moeten zien... Llze Die schapen... Dat kan ik me voorstellen... Dat ze toen net weg moesten, hè? ik wed, dat ze del en dolgraag een rondje met hem gewalst hadden... zoo'n keurige jongen ...', Van Dien De zoons van een van de commissarissen zijn nog gebleven, die heb ben nog wat gedanst... Lize Zóó, gingen die niet weg? Van Dien Neen... die niet... Lize En met wie dansten die dan wel...? Van Dien Och... met allemaal zoo.. dat moesten ze wel doen hè... Lize Ook met die wichten van boven... ? Van Dien Ja... natuurlijk; met die ook... Llze En waren ze ook in smoking? Van Dien Neen ze droegen een ge woon zwart pak... om niet te veel af te steken van 't personeel zeker... (Zie vervolg op pag. 7).

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl