De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 27 juli pagina 3

27 juli 1918 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

27 Juli '18. No. 2144 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND PAVILLON DU VIEUX DOELEN SCHEVENINGEN Maaltijden volgens de kaart en tegen vaste prijzen THÉ-, DINER- EN SOUPER CONCERT : AMERICAN DRINKS : Ivillat ^B Cïrnate en Heil llaterrein Wasse Pracht Speculatie ?IBHUj £naar l niwhnden. ffplp- ^^ Groote en kleine perceelen villaterrein te koop aangeboden, gele gen in het mooiste gedeelte der parken Groot-Haesenbroek" te Wassenaar en in de onmiddellijke nabijheid der binnenkort aan te leggen Electrische tram, Haag-Wassenaar-Lelden. Dit Villa Park groot 20 Hectaren, waarop zeer zwaar en licht geboomte alsmede Ie klas weilanden omsloten door breede maccadanwegen leent zich bij uitstek voor Landgoed, kleine Buitenplaatsen en villabouw of mooie speculatie voor Mu? van onroerend goed of grondspeculanten. Inlichtingen en Sltutatie kaarten met platte gronden der omge ving worden pp aanvragen gratis verstrekt door de M« .Voor uitgang" Schimmelpennincklaan 24, Haag en de N. V. v. i h. C. firma Jonkers & Co., Coolslngel 9, Rotterdam. LANDGOED Te koop of te huur prachtig Landgoed, m/w. en t., park met zwaar geboomte, welig dragende boomgaarden, wandel-, moes-, sier- en vructyentuin, Ie klas gebouwd, zeldzaam vochtvrij en prima onderhouden kasteel m/16 gr. en kleinere kamers, stallen, koetshuis, carage, koetsierswoningen, oranjerie, druivenkas en verdere gebouwen, doorsneden en gelegen aan roei- en vischwater, Prov. Utrecht, groot ± 7 Hect are. Waarde aan gebouwen overtreffen den vraagprijs aanmer kelijk, terwijl het geheel direct en zonder te maken onkosten is te aanvaarden. Dit bezit leent zich bij uitstek voor 2 families, rustoord of deftig Hotel- Pension. Voor inlichtingen en bezich tiging wende men zich tot den Heer H. T. DONSELAAR, Gemeente-Ontvangei te Neerlangbroek b/Doorn. STARK'S 'OXYOQL' (CHLORAS KAUCUS TANDPASTA) 45 oont p. Tab», Naaml. Vcnn. STARK & Co. Vlaei" DEM Opgericht 183O \\. Sim 20 LE1DSCHESTRAAT 22 AMSTERDAM TELEFOON N. 5812 HEMDEN MAAR MAAT Tot het bouwen van Villa's en Landhuizen zQn prachtige heuvel achtige BOSCHTERREINEN te koop in HET OOSTERPARK te Lage prezen, mooie wegen, gat, electr. licht, water. .tot Eiploit anBete«terpark | Dir.J.J.STOKMAKS&OTTOSCHULZ Tel. Int. 38 & 48 Steno- ?^^ grafie ^ ^ Riënts Balt Zelfond. 9 O Ct. In d. Boekh. en na postw. bij RIËNTS BALT, Den Haag, bjj wien ook mond. en schr. ond. Ik neem zeer vlot op in Hollaudsch, Trwiiseli, D uitweb en .Kngelscli." (w. g J F. M. te R. EPAETOGEEN: .T WONDER, DAT GEZONDHEID GEEFT EN KRACHT. HET KRACHT-PREPARAAT BIJ UITNEMENDHEID. VERKRIJGBAAR IN DE VOORNAAMSTE APOTHEKEN. \^RAAGT^ZOO NOODIG RECHTSTREEKS TOEZENDING AAN DE E.P.NV.EXPL.M/J. VOOR EIWIT PRODUCTEN. KEIZERSGRACHT 790 AMSTERDAM. er toch sedert dien tijd een kolossale voor uitgang. Het tweede werkelijk gewichtige bezwaar van den heer Röell was volstrekt niet weg te redeneeren. De Emmikhuizerberg, een heuvel die het omliggende terrein beheerscht, bleef namelijk aan de oost of vijandelijke zijde van het kanaal liggen. Maar nu zal een tweede omstandigheid dit bezwaar in een voordeel omzetten; het ontwerp van Goor is namelijk zoodanig getraceerd, dat de Emmikhuizerberg aan de West of verdedigende zijde van het kanaal komt te liggen. In 1879 is ook nog gedebatteerd over inundatles en opruimingen; in die dagen hechtte men zeer veel waarde aan een vol strekt vrij uitzicht en achtte dus het vele aanwezige hout ten oosten van het kanaal een groot nadeel voor de verdediging. Daartegen werd opgemerkt dat veel van dat hout hakhout was en dus spoedig op te ruimen; thans is het de vraag, of niet de begroeiing op het voorterrein zeer nuttig kan worden aangewend. En wat deinundatien vóór het kanaal van 1879 betreft, de discussien daarover hebben hare waarde verloren .door de gewijzigde richting van thans. Nog twee vroeger geopperde bezwaren ?moeten even onder de oogen worden gezien. iDe heer Kalff, die ook een eigen richting voorstond, was van oordeel, dat het kanaal Tak den vijand gelegenheid kon geven, de gewoon. Stientje was altijd veel liever voor zijn moeder dan hij, dat wist hij heel goed. Maar toch hinderde 't haar. Zij wou 't van een ander niet hooren. Nee Henk, ik hou niet meer van Stien dan van jullie," zei ze kalm, maar'n meisje, dat is altijd nog meer voor de moeder, dat begrijp je toch ook wel, niet? Ik zal der ook wel missen. Maar nou Stientje der vader en moeder dood zijn, nou is 't ook maar beter voor haar, dat ze in een wees huis komt; ik kan 't haar zoo goed niet geven, 't is alles zoo duur tegenwoordig, en ik kan haar ook niet alles laten leeren, wat ze misschien graag wil later. We zullen der wel gauw aan wennen als ze weg is," besloot ze xich moed inpratend. Wel ja," stemde hij optimistisch toe, je toudt toch drie kinderen over!" En rustig teekende hij verder, maar zij <dacht weer aan het kind dat ze tien jaar had verzorgd, waarmee ze zooveel nachten in ;angst had opgetobd, als 't ziek was, en dat ;ze nu morgen uit handen zou geven, voor goed, aan wildvreemden! Ze deed nu ook maar haar "best niet meer om aan wat anders te denken. Het hielp toch niet. Ze bukte zich diep over haar bakje met aardappelen, zoo, dat Henk haar niet kon aanzien, maar de aardappelen die ze schilde, waren al vochtig voor dat ze in den emmer ploften. Even later kwam Stientje binnen. Een teer bleek meisje, met donkere oogen, in een smal aristocratisch gezichtje, dat -vreemd aandeed bij haar armoedige kleeren. Mag ik helpen, moe?" vroeg ze dadelijk. Wel ja kind, neem maar een mesje, dan mag jij de kleintjes schillen, maar dun hoorl" Het kind ging op een stoof aan moeders voeten zitten, prettig-vertrouwelijk. Ik krijg morgen wat van een paar meisjes op school, omdat 't mijn laatste dag is", begon ze, en ik ben toch zóó nieuwsgierig, Het is een gedachtenisje voor altijd, hebben %ze gezegd." inundatien van de Nieuwe Holl. Waterlinie voor Muiden af te tappen, doch ik heb in mijne brochure aangetoond, dat die opmer king zeer gewichtig scheen, doch dit in waarheid niet was. Dat betoog is wat lang om hier te herhalen, bovendien de geheele militaire inundatie-quaestie zal direct na afloop van den tegenwoordigen oorlog nauwkeurig moeten worden nagegaan. Het tweede van de zooeven genoemde bezwaren is weder van den heer Roëll. Hij zeide, dat als de vijand het kanaal in zijn macht heeft, hij het zal gebruiken om daarlangs water van de Lek af te voeren en het ons zoodoende zal onthouden voordeinundaties der Nieuwe Hollandsche Waterlinie, Het antwoord daarop luidde, dat dit juist zou kunnen zijn. Maar, door het Kanaal te verdedigen, beletten we hem dat, althans voor zoo lang het stellen der onderwater zettingen duurt; terwijl, om ze op de hoogte te houden, naar de minister verzekerde, kon worden volstaan met eenige locomobielen. En omgekeerd bij lage waterstan den kan het kanaal een gewichtig voordeel opleveren; men kan namenlijk uit de Waal bij Dodewaard den stand op den Rijn verhoogen omdat bij lage zomerstanden het verschil gemiddeld 70 cM. bedraagt tusschen Dodewaard en den Rijn bij de Grebbe. Het groote verschil in de capaciteit dier rivieren is oorzaak dat een zekere rijzing van de Lek een veel geringere daling van de Waal ten gevolge heeft, waardoor een niet onbe langrijke verbetering op het inundatlegebled ten Noorden van de Lek slechts een ge ringe vermindering in den aanvoer op dat gebied ten Zuiden van de Lek ten gevolge zou hebben. Een verhooging van den stand op den Rijn met 30 cM. zou bijv. slechts 10 cM. daling op de Waal te weeg brengen. Billpheidshal ve dient opgemerkt, dat een soortgelijke redeneering ook zou gelden voor het Kanaal Tiel-Wijk bij Duurstede. Op grond van een en ander is mijn con clusie dat het ontwerp-kanaal van Goor, voor de landsverdediging aanbeveling ver dient; dat dit ook gezegd zou kunnen wor den van het ingediende ontwerp tot ver breeding van het Merwedekanaal tusschen Amsterdam en Utrecht, en het maken van een nieuwen zijtak van hier tot de Lek, ook al zouden deze werken worden gevolgd door een Kanaal Utrecht-Tiel, betwist ik ten zeerste. Tot zijn volle recht zal echter ook het eerstgenoemde slechts komen, als bij de uitvoering overleg wordt gepleegd met Oorlog;" vooral de wijze van grond,berging zal daarbij een punt van belang zijn. Juli 1918. Al pratende keek ze op naar de vrouw naast haar, die haar nu blij-glimlachend toeknikte, meelevend in het prettige voor uitzicht. Ik heb ook nog iets voor je," zei ze, maar dat krijg je pas morgen, als je lief met de juffrouw meegaat!" Iets om aan te doen?" vroeg 't kind verlangend. Nee." Om op te eten?" Mis hoor." Om mee te spelen, soms?" O nee heelemaal niet l" Dan om op te hangen, hè?" Ja maar nou zeg ik niets meer, want dan is alle aardigheid er af!" Weet Henk 't?" Ja maar die zwijgt als een rups," lachte de moeder. Jij wou wel dat 't al morgen was, hè?" plaagde de jongen. Maar Stientje ineens heel ernstig, schudde zwijgend haar hoofd. Ben je dan niet nieuwsgierig wat 't zijn zal?" vroeg Henk verbaasd. Jawel maar... als ik aan morgen denk," aarzelde Stientje. Ze hield ineens op, maakte haar zin niet af. Kan je niet een dagje met me meegaan, moeder?" vroeg ze, en een dagje bij me blijven?" En de jongens dan, Stien?" Nou die kenne toch wel een dagje alleen blijven, je komt toch weer voor altijd bij ze terug l" Henk lachte wijs, als iemand die alles weet. Nee hoor," besliste hij, jij wordt door de linnenjuffrouw van het huis gehaald, en moeder blijft bij ons, 't is toch onze eigen moedert" Stientje gaf geen antwoord meer, maar de vrouw zag hoe angstig haar gezichtje plotseling stond, hoe er een vreemde bijna smeekende uitdrukking In haar oogen lag, toen ze naar haar opkeek, alsof ze haar DE 1NDUSTRIEELE VREDE Het chaotische wereldbeeld begint regel matiger trekken te vertoonen. Aanvankelijk bleef het perspectief beperkt tot militaire gewelddaden, de eenige economische noot in de cacophonie der staatslieden was de looden last der milliarden", die de overwon nenen zou verpletteren. Hoe is alles veran derd! Aan alle kanten bereidt men den vrede voor, sociale reconstructie, Uebergangs-Wirtschaft zyn the topic of the day, zelfs in de Entente-landen. De verhouding tusschen patroons en arbeiders; in deze woorden ligt een der moeilijkste sociale vraagstukken opgesloten, tot welker oplossing nog menigeen zijn hersens vruchteloos zal kwellen. Ofschoon hevige arbeidsconflicten in de oorlogsjaren en juist daardoor -r vrij zeldzaam zijn, toch gevoelt men in Engeland, dat de rust niet dan een uiterlijke is, dat de ontevre denheid in de kringen der arbeiders even hevig leeft als vóór 1914, doch dat ze door allerlei oorzaken tijdelijk latent blijft; men ziet evenwel in, dat dit de spanning slechts verhoogt en dat een uitbarsting niet uitblij ven kan. En deze wil men in allen gevalle voorkomen. Men wil niet, dat, na een vernielenden oorlog met als Inzet de wereldmarkt wanneer men zijn vooraanstaande positie ten koste van onzegbaar groote opofferingen bereikt heeft men door binnenlandschen economischen strijd van die met bovenmenschelijke inspanning veroverde plaats weggedrukt wordt. Vandaar de groote be langstelling, die men allerwege in Engeland toont voor het vraagstuk van den industrieelen vrede. Niet minder dan 3 rapporten, afkomstig van even zooveel commissies zijn hierover verschenen, en wel: lo. een rapport nopens een door de Britsche Academie van Wetenschappen ingesteld onderzoek; 2o. een voorloopig rapport van de met het onder zoek van de verhoudiig tusschen werklieden en werkgevers belaste subcommissie van de Reconstruction Committee (een com missie tot voorbereiding van den terugkeer tot den vrede); 3o. een rapport van een com missie door de Regeering ingesteld met de opdracht, de tijdens den oorlog gerezen moeilijkheden te bestudeeren. De Commissie der Academie wijst vooral op het groote belang van een sterk ver meerderde productie en wil alles, wat hier aan afbreuk zou kunnen doen, tot eiken prijs voorkomen. Ze stuit dan in de allereerste plaats op de slechte verhouding tusschen de groepen die bij de voortbrenging betrokken zijn. En heeft daarom een omstandig onderzoek in gesteld naar de oorzaken. Ze verdeelt deze vroeg om Henk's woorden te weerleggen. Maar de moeder zei niets. Ze wist nu alleen heel zeker, dat Stientje veel meer tegen het weggaan opzag, dan ze tot nu toe had laten merken. Het meisje had haar laatste aardappeltje in het bakje gegooid, en stond nu, dapper haar tranen bedwingend, met haar rug naar Henk toegedraaid, haar handen aan den gootsteen te wasschen. Een uurtje later zat de familie aan tafel. De vrouw at bijna niets, maar dat merkten de kinderen niet. Toen ze alle vier naar bed waren, zat ze al weer ijverig te naaien, probeerde ze uit een cape van Henk nog een jekkert je voor Jan te maken. Maar terwijl ze handig en vlug doornaaide, cirkelden haar rustelooze gedachten weer pijnigend verder. Had ze 't dan tóch wel moeten doen? Had ze 't kind maar niet liever bij zich moeten houden, vooral nu ze van middag de angst om weg te gaan in haar oogen gelezen had ? Ze had zoo gehoopt, en zoo vast gedacht dat de beslissing, die van daag gevallen was, een eind aan haar twijfel gemaakt zou hebben, en nu tobde en piekerde ze weer net zoo erg, als toen 't plan bij haar opgekomen was, en ze 't al die maanden met zich meegedragen had t Maar morgen als 't kind weg was, dan zou ze rust krijgen, dan was 't uit, gelukkig. En ze verlangde bijna naar morgen. Precies zes uur den volgenden da g kwam de linnenjuffrouw, een niet onvriendelijk uitziend meisje, Stientje halen. Ik kom namens de directrice van het Anna-Pauwlonagesticht Stientje du Croix halen," zei ze hijgend van de hooge trap, op een stoel in de kamer neervallend. Bleekjes in haar donkerblauwe jurk stond Stientje tegen de alkoofdeuren aan geleund, zich angstig verschuilend achter de breede ronding van haar moeders wijde rokken. De vrouw voelde het kind achter zich bewegen. De kleine handjes grepen nerveus HMMiiiiMMMt'tmiiiiiiiiitimiiiiiiiiiiimitiiiiiiiiiiiii in een zevental groepen, waaronder ik noem: den wensch naar hooger levensstandaard, de geringe medezeggenschap der arbeiders in de productie-voorwaarden en hun bestaansonzekerheid. De indruk der Commissie is, dat meer nog dan alleen het loonvraagstuk, de geheele maatschappelijke positie der arbeidere het punt van strijd zal zijn. Vooral zijn het allerlei kwesties inzake de vak organisaties, zooals verplicht lidmaatschap en staatscontrole, die hier de oplossing bemoeilijken. Toch ziet de Commissie slechts langs dezen weg de oplossing en zij wil een concentratie van beiderzijdsche vakvereeniglngen bevorderen, welke haar toppunt zal vinden in een uit de beide besturen der landelijke federaties samengesteld lichaam (Industrial Councll). In het algemeen is het denkbeeld van meer medezeggenschap in de productievoorwaarden der Commissie sympathiek, hetgeen niet verwondert in een land met een zoo ver ontwikkeld vakvereenigingswezen als Engeland. Ten slotte worden in het rapport nog de in dit verband welbebekende middelen als verzoeninpsraden, seheldsgerechten, winstdeeling en coöperatie genoemd. Voor verzoeningsraden gevoelt de commissie meer (daar die zijn samen gesteld uit de belanghebbenden zelf en daarom een groot moreel gezag hebben) dan voor scheidsgereehten, die van buitenaf hun beslissing opleggen. Tegen het instituut van winstdeeling be staat een te groote weerzin in d« kringen der arbeiders, dan dat dit als middel tot verkrijging van bedrijfsvrede effect kan hebben. Daarentegen heeft het denkbeeld, de coöperatie als remedie aan te wenden, 4e volle sympathie der Commissie. Men houde in het oog, dat toestanden van Enge land, den classieken bodem van de coöperatie de denkwijze van de Commissie beheerschen en dat, hoezeer de sympathie jegens de idee der coöperatie voortdurend en terecht toeneemt, men toch te ver gaat door haar aan te prijzen als panacee tegen alle sociale euvelen. Ouk de hooger genoemde sub-commissie van het Reconstruction Committee bepleit ter verbetering in de verhouding tusschen de beide maatschappelijke groepen een betere organisatie: ze ziet vooral in de oprichting van een Nationalen Arbeidsraad, districts raden en fabriekscomité's het middel om den arbeiders meer invloed op de gestie der ondernemingen te geven, in het algemeen om meer beiderzijdscb begrijpen en waar deeren te bevorderen. Staan n de Akademie-Commïssie n het Reconstruction Committee op het standpunt dat in hoofdzaak de geringe mede-zeggenschap, dus een moreele factor de ontevredenheid veroorzaakt, de 3e Commissie in de plooien van haar kleeren, maar zich flink houdend, keerde zij zich kordaat om, en maakte ze zacht maar heel beslist, de zich vastklemmende vingertjes los. Kom Stien, wees nou 'n flinke meld! Het is nu Donderdag, Zondag kom ik je al opzoeken, dus dat is nog maar twee dagen. Ga nu lief met de juffrouw mee, dan zien we mekaar gauw terug, hè?" Ze zoende 't kind lang op mond en oogen. Willoos zonder eenige reactie liet Stienlje haar begaan. Zondag niet, Zondag over acht dagen, dan is 't bezoekdag," verbeterde tactloos de linnenjuffrouw, en meteen kwam ze naar het kind toe, en nam 't bij de hand. Zonder een woord te zeggen, de oogen stijf dicht liet Stien zich meevoeren. Ze ging met de juffrouw de kamer uit, liep gedwee mee het portaallje over tot aan de trap. Maar toen, plotseling zich woest losrukkend uit den vasten handgreep van de vreemde, draaide ze zich om, en sprong vlug en zeker als een kat die lang de kans berekend heeft, op haar moeder toe, die in de deuropening haar was blijven nakijken. Ze pakte haar met beide armen om den hals beet, en riep hartstochtelijk Moeder, moedertje stuur me toch niet zoo weg! Ik zal voor je werken zoo hard als ik kan, maar laat me bij je blijven. Ik wil niet naar een gesticht l" Getroffen door de onverwachte uitbarsting van het zachte gedweeëkind, dat ze nooit tot zooiets wilds in staat geacht had, stond de vrouw een oogenblik versuft, als door ruwe handen plotseling geslagen. Toen als een pop tilde ze Stientje op, en droeg haar in een paar stappen naar de alkoof, waar ze haar op het bed neerlegde. Nu was ze kalm, nu wist ze wat haar te doen stond. Nu zag ze opeens den juisten weg in het labyrinth van haar gedachten. En dadelijk weer binnenkomend, nadat ze behoedzaam de deuren achter zich gesloten had, met het rustige gevoel van iemand, die een grooten schat veilig geborgen weet, zei ze toonloos: ziet in het loonvraagstuk de voornaamste reden; volgens haar vormen de slechte mattrieele omstandigheden de albeheerschende reden, dat wantrouwen «n gisting den industrieelen vrede bedreigen. Vooral de door de aanhoudende prijzenstijgirg ontstane wanverhouding met het loon, fouten die de levensmiddclenverdeeling aankleven en voorts dwangmaatregelen der regeering, die de bewegingsvrijheid der arbeiders in hooge mate aan banden leggen, hebben den ontevreden geest in de Engelsche arbeiderskrlngen op hun geweten. De maatregelen tot verbetering, die deze Com missie aangeeft, dragen alle min of meer het karakter van lapmiddelen; we missen hier de groote lijn, een zich opheffen tot een hreeder inzicht, dat vooral geestelijke verheffing datgene is waarnaar de arbeiders hunkeren, dat een stijging al* mensen be geerd wordt, veel meer dan als onkostenhoofd bij de productie. Het is wel eigenaardig, dat ook de aan dacht gevestigd werd op dergelijke plan nen in Frankrijk. Daar zijn het vooral ideëele factoren, de alom getoonde volkseenheid, de buitengewone solidariteit door alle Franschen in de oorlogsjaren gemani festeerd, die den stoot gaven tot een wets voorstel, dat intusschen reeds wet werd en dat voorbestemd schijnt, juist in de richting van den iadustriëelen vrede, groote resultaten op te leveren. Dit vertrouwen schenken de beide grond beginselen der wet: Ie. kostelooze afstand van een aandeel in het kapitaal aan het personeel, door uit gifte van z.g. actions de travail, 2e. mede zeggenschap van het personeel in leiding en gang van het bedrijf. De moeilijk heden met vlottend personeel ontgaat de refeling door de arbeidsaandeelen niet te geven aan de arbeiders individueel, maar aan een soort Coöperatieve vereeniging, die het geheele personeel omvat. Door twee bepalingen verzekert de wet de beoogde medezeggenschap der arbeiders. Vooreerst kiezen de arbeidersteden afgevaardigden naar de Algemeene Vergaderlnf der Naamlooze Vennootschap en wel met een bindend mandaat, terwijl hun stemmen aantal aldaar bepaald wordt door het ver houdingscijfer van arbeidsaandeelen en ge wone (z.g.n. kapitaals") aandeelen. Ver volgens maken ook arbeiders deel uit van den Raad van Beheer der onderneming. IK dit niet een sympathiek denkbeeld ? Niet alleen dat het veel van de scherpe kanten aan de verhouding tusschen onder nemers en arbeiders ontneemt, en dat het daarom al elks instemming wekt, het geeft blijk van vertrouwen in de groote massa, het schept een vrije baan voor alle be gaafden." H. S P ij E R nmii IIIIIIIMMIIIIII iifiinri Ik geef der niet mee, juffrouw, ik kan der tóch niet missen!" Denk u dat ik gek ben? Ik ben hier niet voor de aardigheid gekomen," viel de andere nu kwaad uit, ik ben door de directrice gestuurd om het kind te halen, en graag of niet, het meisje móét mee! U hebt er maan den lang moeite voor gedaan, u hebt 't zelf aangevraagd omdat u 't kind kwijt wou, nu kan ik toch waarachtig niet zeggen, dat u der niet mee geeft, dat lijkt wel kinderspel! U moet maar net zeggen wat u wilt, ik weet 't zoo precies niet uit te leggen, maar mee krijgt u der vast niet," herhaalde de moeder bot-af. Ze voelde wel dat ze een gek figuur sloeg, omdat ze haar plotselinge verandering niet kon verklaren, maar het kon haar niet schelen. Liever allemaal samen hongerlijen, flitste 't door haar brein, maar het kind uit handen geven, dat kan ik niet. Ze voelde zich plotseling heerlijk-rustig, wetend dat ze nu eindelijk vrede gevonden had, nu het kind zelf onverwacht de be slissing had uitgelokt. Dan zal u der nog wel nader van hooren," bitste de linnenjuffrouw terug, ik zal mij er niet moeilijk mee maken, dat begrijpt u l" Woedend ging ze de kamer uit. Hard klotste ze de kale trappen af. Onbewegelijk bij de deur staande, luisterde de vrouw naar de brutaal-dreunende, maar allengs zachter wordende stappen, tot ze de deur in het slot hoorde vallen. Toen pas haalde ze verruimd adem. Goddank die was weg! Wat er nu verder nog gebeuren zou, daar dacht ze niet aan. Ze maakte de alkoofdeuren wijd-open, ging op den rand van het bed zitten, en zonder een woord te zeggen nam ze het nog steeds heftig-snikkende kind in haar armen. Vol liefde drukte zij het tegen zich aan, dankbaar en tevreden, alsof nu opeens alle moeilijkheden waren opgelast, alsof Stientje nu voorgoed, voor altijd van haar was!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl