De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 3 augustus pagina 5

3 augustus 1918 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

3 Aug. '18. - No. 2145 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Wat een Bezoekster van Liefdadigheid naar Vermogen mij vertelt uit den Nood der Tijden Dat we onze bezoeken op alle mogelijke verschillende tijden afleggen ter waarneming van hen, die zich om hulp bij ons genoot schap aanmelden, zal u wel duidelijk zijn. Zoo kwam ik eenigen tijd geleden om half acht in den avond in een steegje aan, dat in rep en roer was. Een gedeelte der be woners had vóór, een ander gedeelte binnen de woning, waarin ik mijn bezoek moest brengen, post gevat om een radelooze vrouw voor een wanhoopsdaad te behoeden. We dienen als bezoekster er natuurlijk op ge traind te zijn, bij de meest schrikbarende tooneelen onze kalmte te bewaren. Dit kostte me moeite toen men mij de oorzaak aller opwinding mededeelde. Blind moedertje, dat sinds zeven jaren de kamer nooit had verlaten, was stil weggeloopen na een hef tige ruzie met haar schoondochter, mijn patiënte. Er was geen andere veronderstelling mogelijk, dan dat de twee en tachtigjarige blinde vrouw, die nog slechts schuifelen kon, zich in de aangrenzende gracht verdronken had. Men had ds geheeie baart vergttfs doorzocht. Da aangrijpende waanzinnige angsttoestand, waarin de hoog zwangere jonge vrouw ver keerde, de overdreven beschuldigingen, die ze zich ten laste legde, de boete, die ze meende te moeten doen door haar leven te willen missen, deden me vermoeden, dat deze vrouw het hart op de rechte plaats had. Het bleek dan ook weldra uit het ver haal van de buurvrouw, dat alleen de zor gelijke levensomstandigheden, waarin het gezin verkeerde, de oorzaak waren van het ellendige twisten van den laatsten tijd. Op eens klonk het van alle kanten: ze is terecht, Moeder is terecht l Dit gaf ontspanning. Het doodzwakke vrouwtje was in haar bang verdriet gevlucht naar een verre nicht, die op grooten afstand woonde. De harts tocht had haar wonderkracht verleend. Ze was er door een half idioten buurjongen naar toe geleid. Arme Moeder! De alles opofferende liefde, die ze haar eenigen jongen betoond had, nadat ze jong weduwe was geworden, had hen lang bij elkaar doen blijven. Het viel hem zoo moeilijk het leven voor Moeder eenzaam te maken of haar in het gezin een tweede plaats te doen innemen. Zooals ge woonlijk schilderden belangstellende familiefeden en vrienden, toen hij de veertig na derde, zijn ongehuwden toekomststaat met schrille kleuren, waarbij nog kwam dat de vriendelijke, schalksche twintigjarige Grietjebuur Moeder zoo aardif kon helpen en vertroetelen. Zijn liefde ontwaakte vóór het meisje, dat ook Moeders hart had gewonnen. Grietje beantwoordde die liefde. Het was de overgave van de vrouw aan den goeden werkzamen man, die haar bij het aangaan van dit huwelijk de waarlijk groote bezwa ren licht deed teilen. Zelfs door de jaren heen had men het in elk opzicht hulpbehoevende vrouwtje niet kunnen bijbrengen, dat ze een mindere plaats dan vroeger in het gezin bekleedde. Nu totaal blind en sukkelende was ze er heelemaal niet meer toegankelijk voor, dat ze haast eiken eisen moest laten varen en bittere armoede had te deelen met kinderen en zeven kleinkinderen, waarvan het oudste acht jaren was. 's Mans verdiensten waren tot een minimum gedaald en de opgespaarde penningen ingeteerd. Zijn oogen begonnen ook reeds .minder geschikt te worden voor zijn subtiel werk hij is horlogemaker , De zorgen voor de toekomst, de onder voeding, de angst, die de Moeder leed nu In deze omstandigheden het achtste kind zou geboren worden, hadden haar zoo prikkelbaar gemaakt, dat de kleine oneenigheden, die ze vroeger met haar goed hart weer gauw wist te sussen, nu ondraag lijke afmetingen aannamen met het voor noemde lugubere gevolg. Welke moeite men ook had aangewend, de vrouw was niet tot kalmte gekomen, alvorens de familie op mijn advies nog den zelfden avond het oude moedertje in haar woning had teruggebracht. Grietje had in haar overspanning niet kunnen gelooven aan de volledige waarheid van het bericht, dat PROPAGANDA In het najaar van 1917 werd in Bloemendaal eenafdeeling opgericht van de Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde. Deze. jonge loot op een ouden stam heeft een zeer voorspoedigen groei gehad en be hoort nu al wel tot de meest bloeiende afdeellngen van de Maatschappij. Het was eigenlijk een wonder, dat er al niet lang zoo iets tot stand was gekomen, want wij zijn hier een echt tuindorp. Wij hebben ouderwetsche kleine tuintjes die vol staan met de aandoenlijk mooie lievelingsplanten van vroeger tijd, villa-tuinen van allerlei grootte, in lederen graad van verzorging en liefhebberij, van de allerslordigste en allernietigste af tot ware voorbeelden van rijk dom en goeden smaak. En bovendien zijn er dan nog de groote buitens, waar de Bazen wonen, die tradities vertegenwoor digen van eeuwen her. Baas van Sparenburg, Baas van Wildhoef, Baas van Lindenheuvel, dat klinkt al haast als adellijke titels en het is ook niet te ontkennen, dat zij met hun bakken en kassen, hun vakken en borders en beplantingen van allerlei aard een breede plaats innemen in onze samenleving. Deze bazen en- eenige kweekers vormen in onze Afdeeling een kern, waar om heen de lief hebbers zich heel genoegelijk kunnen groepeeren en daaronder zijn dan weer een pa*r uitnemende stuwkrachten. Zoo ontstaat dan alles met alles een bijna volmaakte samenwerking, die het allerbeste voor de toekomst doet verwachten. Dezer dagen nu hebben wij een prachtige moeder ongedeerd was gebleven. Nu begon mfjn dankbare taak. Wanneer de gevoelens moreel goed zijn, kan men dergelijke toestanden met tact en veel moeite meestal in het goede spoor leiden. Den volgenden morgen ging ik er weer heen en trof allen rustig aan. Grootmoeder en dochter te bed. Welwillende buren had den de kinderen verzorgd en voor dezen enkelen dag bfj zich genomen in af wachting van de hulp, die ik zou brengen. Grietje verklaarde in haar gekalmeerde wanhoop, dat ze voor moeder alles wilde wezen, wan neer men haar eenigen geldelijken bijstand wilde verleenen. Men moet het ijzer smeden, terwijl het heet is. Ik ging dus met haar contracteeren. Ik de voeding, wasch en warme stoof voor Moeder en dan zij heel, heel veel liefde. Smartvol aangedaan beloofde ze beter op te passen en haar moeder tot het einde harer dagen hartelijk te verzorgen. Ik beloofde van mfjn kant, haar zoo noodig finantieel, en anders toch moreel te blijven steunen, tot de kinderen mijn werk zouden overnemen. Moedertje leeft kalm en tevreden. De warme pot van de Centrale Keuken" be komt haar best. Ze zat van morgen, toen ik binnen kwam met het driejarig Koosje op den schoot zoowaar Asschepoester" te vertellen en theatraal verklaarde het nog heldere vrouwtje, toen ze me hoorde: En toen... en toen.. kwam Liefdadigheid naar Vermogen en biaehi me aan net rioif' Ik knikte Grietje bemoedigend toe, troostte haar, dat moeder niet in elk opzicht alles had kunnen begrijpen. Er is zeer veel werk voor vrouwen! Werk, dat dan ook alleen zij goed kunnen verrichten. Wanneer ze haar geestkracht, haar hart, haar vrijen tijd offeren, is het toch minstens billijk, dat ze mee mogen bedisselen de sociale en oeconomische maatschappelijke toestanden, die haar zoo goed toevertrouwd zijn. E. W. A S S C H E R Moderne Dictatuur Man we moeten op reis, want Mary moet vacantie hebben," was de inleiding mijner vrouw tot een zér geanimeerd gesprek in het begin van de maand juni. Mijn dochter viel haar natuurlijk terstond bij: we moesten op reis voor de vacantie van de dienstbode. Argumenten van duurte, levensmiddelenmoeilijkheden enz. golden niet, Mary" moest met vacantie en dat was voor ons een Reisezwang", want mijn vrouw en dochter dreigden met dienstweigering of algemeene terstond ingaande werkstaking, als ik bleef weigeren. Tegen zoo'n ultimatum was ik niet be stand, mompelde iets van machtsmisbruik, sprak over de belofte op het stadhuis van hem overal te volgen", doch mijn vrouw noemde dat 'n vodje papier". Kortom ik merkte, dat de Europeesche moraal ook aanhangsters had in mijn vredig Amsterdamsch gezin, zelfs de vrede dreigde te verstoren. Ik capituleerde dus wijselijk en stemde toe. We gaan op reis! Maar wanneer ?'' Ja dat moet ik aan Mary vragen." Maar vrouwlief," waagde ik te zeggen, Mary's verlof zal toch ervan afhangen wanneer wij willen en niet omgekeerd ?'' Natuurlijk wel. Je kunt haar maar niet zóó naar huis sturen." Heeft men eenmaal de weg van vrede door vergelijk gekozen, dan is er aan het vergelijken geen einde meer en men zwijgt, althans ik zweeg en liet het zelfbeschik kingsrecht der vrije volken triumfen vieren. Het vrije bleek 'n fictie, want Mary wilde wel graag de tweede week in Juli, omdat 'n broer of zus ook over zouden komen en dan" enz. enz. Dat, wel graag willen was 'n euphemisme voor ik ga begin Juli" en wij hadden dus dat voorbeeld te volgen. Wij kozen Scheveningen en schreven naar een ons daar bekend pension. Vol. Ander pension ook vol. Eindelijk konden we ergens onderdak krijgen, maar niet vóór 8 Juli". Dat werd afgesproken. Maar Mary" kwam met het verzoek" om eerder weg te mogen, want de broer kon die tweede week geen verlof krijgen en zus zou ook... Ergo nieuwe diplomatieke ver wikkelingen. Dat verzoek kun je niet weigeren aan zoo'n meisje, dat 'n heel jaar hard werkt," zei m'n vrouw. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii tentoonstelling gehad van bloemen en heester?. Het was een zeer bijzondere gewaarwording, om daar heen te wandelen langs villatuinen, waar de aardappelen en de boontjes het gazon en de perken hadden vervangen en waar in plaats van Kanariekers of Cobaea de brave Capucijner de hekken bekleedde. Des te meer trof de rijkdom van het ten toongestelde als een belofte van betere tijden: zalen bij zalen van de prachtigste bloemen, heel veel snijgoed, maar nog meer Teekening voor de Amsterdammer" van Guurtfe Winter. Zomer Ik trachtte tevergeefs weigerings-argumenten bij te brengen. Doch het verzoek" bleek 'n gebod. Be middelingsvoorstellen werden afgewezen met ontevreden gemopper. Wederom geschrijf naar het pension, dat ten lange leste het voor ons kon schikken. Op den dag van het vertrek was volgens een laatste verzoek" heel het gezin om zes uur 's morgens druk in de weer, want Mary", die naar Overijsel moest, wilde 'n vroege trein nemen. Laten wij dan ook maar vroeg gaan," bemiddelde mijn vrouw. Aldus geschiedde. In het pension te Scheveningen bleken tot de 8ste slechts twee hokken van kamers dlsponihel, doch terwille van de vrede schikte ik mij natuur lijk, er zat niet veel anders op. Na 'n paar dagen ontvingen we 'n brief van Mary'' met de mededeeling, dat haar broer toch pas de tweede week zou komen, ze mooie fietstochten maakte en heerlijk genoot van haar vacantie. Nou dat mag zoo'n meisje best hebben, ze is altijd zoo inschikkelijk en makkelijk," zei mijn vrouw. Hetgeen ik natuurlijk beaamde, want slechts mijn vrouw kan zulks beoordeelen. Alles is betrekkelijk, ook de inschikkelijkheid. Dat Mary" ook mijn kantoor beheerschte, waar ik voor die vacantie vergelijken moest tot stand brengen, verzweeg ik maar dat behoorde bij de dictatoriale macht van de verzoekende" dienstbode. Die macht is onaantastbaar. Zelfs volgens mijn vrouw, wat ik nooit verwacht had. Wat nu met de thuiskomst? Nieuwe verzoeken" ? M A R i T u S Natuurgenot Waar in het bosch de koekoek roept, De lifster van de boschbes snoept, De zwammen beuren 't kleurrijk hoofd En 't zonnetje den boschrand stooft, Daar smaak ik aard- en hemelvreugd, Als was er niets dan zon en jeugd. Waar langs een landelijken weg Mijn blik aan d' overzij der heg Een boerentuintja binnenglijdt. Vol bloemenpracht en lichtjolijt, Daar voel ik vreugd «n dankbaarheid Voor 't mooie, dat ons d' aard bereidt. heele planten in potten in vollen groti en bloei. In den tuin rondom het gebouw stond allerlei heestergewas, vooral dealtijdgroene soorten en ook de vreemdsoortige snoeisels van buks en taxus, waaraan Amerika zijn welgevallen heeft. De groote firma's, de groote bazen en de liefhebbers groot en klein hadden hun best gedaan en als nu weldra de herfst-prijscouranten komen, dan nemen wij ze met welgevallen ter hand, want ieder bezoeker is wel geprikkeld tot De propaganda-tuin van de afdeeling Bloemendaal van de Nederlandsche Maat schappij voor Tuinbouw en Plantkunde Waar in den boomgaard bloei van fruit in wildheid barst ten knoppen uit, Zotdat 't een teeder tooisel weeft, Dat ijl e» licht elk takje omgeeft, Daar juicht in mij mijn dwaze hart, Dat weet toch heeft van leed en smart. Waar aan den vijverrand in 't riet Bij gagelgeur en vogellied Ik jonge eendjes plassen zie Als beeld van lenteharmonie, Daar kan al 's werelds nood en pijn Voor mij in 't niet verzonken zijn. Waar in den tuin het jonge kruid Met pracht van blad en bloem ontspruit, Waar hoog aan iep en beuk en berk Zich bloem en blad heft naar het zwerk, Daar overstroomt mijn ziel de dank, Die 't al vult als met tooverklank. Waar 's avonds aan den hemeltrans De sterrenoptocht spreidt zijn glans Met pronk en praal van schittrend goud En staatgen gang, dien niets weerhoudt, Daar is 't of ieder hemeloog Vertrouwelijk knipt ginds heel omhoog! FREDERIKE j. VAN UILDRIKS iiiiiiiiiimiliii '11111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111 INGEZONDEN Geathle Redaktie, Wilt u even een strijdster voor het kies recht der VKKÏW hef wó«rd geven ctn cp te komen tegen 's heren Van Deekingham's konkluzie, dat de Nederlandse kiezers liever geen vrouwen in het parlement wilden hebben? Waren werkelik de Nederlandse mannen, die nu allen het kiesrecht ja kiesplicht hebben, tegen het gebruik maken van het passief kiesrecht, dat de Grondwet ons nu toekent, dan zouden de besturen door deze mannen gekozen in de partijen, die zij zich zelf hebben uitgezocht, niet onkundig van zulke antifernlnistiese neigingen bij hun kiezende partijgenoten zijnen dan /ouden geen negen partijbesturen 23 vrouwen kandidaat gesteld hebben, en wel op plaatsen, waarop zij zelve, hun partijgenoten, ja iedereen, die zich met de politiek inlaat, stellig verwachtte, dat zij gekozen zouden worden. Van mevr. Jacobs, mevr. Pothuis?Smit, mevr. van Balen?Klaar en mejuffr. Westerman hebben zeker de meeste politici verwacht, dat zij gekozen of ten minste bijna gekozen zouden zijn, en gij kunt er zeker van zijn, dat de partijbesturen haar zulk een plaats niet ge geven zouden hebben, als zij meenden daardoor tegen het verlangen der kiezers van hunne partij te handelen. Het gaat niet aan eenvoudig de op vrouwelike kandidaten uitgebrachte voorkeur stemmen op te tellen en dan te zeggen: Kijk in 't hele land wilden maar een goede tienduizend kiezers vrouwen in het parle ment zien zitting nemen". Behalve dat men dan dit optellen eerst goed moet doen en niet een paar vrouwelike kandidaten vtrgeten, gelijk de heer v. D. doet *), moet men bij deze redenering in 't oog houden, hoe juist dit de eerste verkiezing in Nederland is, waarbij men meer op partijen dan op personen heeft gestemd. Dat men dit wer kelik zo heeft opgevat en uitgevoerd, blijkt uit het feit, dat maar 10 percent van alle uitgebrachte stemmen andere kandidaten dan No. l der lijst golden. Bfj die voorkeurstemmen nu nemen de vrouwen niet zulk een ondergeschikte plaats in. Mij dunkt integendeel, dat in alle politieke vergaderingen, die aaa de verkiezingen voorafgingen, ten duidelikste gebleken is, dat met weinig uitzonderingen alle politieke groepen en partijen in ons land de ver kiezing van vrouwen verlangden, eensdeels om de bizondere geschiktheid der kandidaten zelf en anderdeels omdat de kiezers ver langen iets te doen, dat de invoering van het volledig (in plaats van het halve) burger recht voor de vrouw nader brengt. Men moet wel blind zijn om die gezindheid bij het Nederlandse volk niet op te merken. M A R T i N A G. KRAMERS *) In de 20 Julie gepubliceerde lijst ont breekt bij de S.D.A P. mevr. Caderius?van Veen met 49 st. en bij deKristen-Soc. mevr. Koomans^Tlmmer met 369 st. en mevr. Pabon?v. Iterson met 123 st., hetgeen het totaal der op vrouwen uitgebrachte stemmen op 10.966 brengt. nieuwe werkzaamheid, 't Is alleen maar jammer, dat zoo'n tentoonstelling slechts enkele dagen kan duren, waardoor de uit werking dikwijls niet evenredig is aan de moeite en kosten. Zoo iets moest blijvend kunnen zijn. Dit nu heeft de afdeeling Bloemendaal levendig beseft en daarom heeft zij gesticht een propaganda-tuin, die niet anders is dan een permanente tentoonstelling van dollegrondsplanten, gerangschikt volgens tuin bouwkundige principes. Niemand minder dan Leonard Springer heeft zich met den aanleg van dien tuin beziggehouden en dat boezemt al dadelijk vertrouwen in. Gij vindt hem den tuin voor het hotel Duin en Daal. Aan den ingang staat eeöbord met toegang alleen voor leden der maatschappij voor tuinbouw en plantkunde", maar dat is, laat ons zeggen, om administratieve redenen. Wie geen lid der maatschappij is kan er toch wel een kijkje nemen; de Bloemen dalers zelf zijn haast allemaal lid. Zoo'n tuin moest men nu hebben in elk belangrijk centrum van bevolking, want overal is voor lichting op het gebied van bloementeelt en tuininrichting nog altijd zeer gewcr.sc'it. Onze propaganda-tuin is aangelegd in vak ken en randen van allerlei vaste planten, die met elkaar een harmonisch geheel moeten vormen, zonder dat de beplanting al te vaak in den loop van het jaar behoeft te worden veranderd. Naar het nietswaardig ideaal van een tuin, waarnaar nooit een hand behoeft te worden uitgestoken wordt hier niet ge streefd. De grond is zorgvuldig voorbereid, van de planten zijn de beste exemplaren gekozen en tot nut van de bezoekers zijn ze bijna alle van naambordjes voorzien. Zoo vormt deze tuin een onmisbaar supplement op iedere prijscourant. Soms brengen die naambordjes heel aardige verrassing o. a. wanneer ge bemerkt dat een schitterend mooie massa van roode bloemen niet anders is dan de gewone wilde kattestaart onzer VAN ALLES WAT Ons Kookboek OPGEMAAKTE SCHOTEL V e r m i c e 11 i schoteltje Heeft men een kliek gekookte vermicelli kook die dan even op met wat suiker, sucadesnippers en zoomogelijk een beetje rozijnen erdoor. Een ei verhoogt den smaak. Kook bessensap met een stukje pijpkaneel en bindt dit met maizena, custard of wel griesmeel, tot het stijf wordt. Doe dan in een kristallen schaal laag om laag vermi celli en bessensap zoodanig, dat bovenop vermicelli komt en wel liefst gestort uit een passenden vorm. Gameer met stukjes sucade en biscuif jes. E. H. v. B. KOF1;IE EXTRACT Men neemt een half pond bruine (zgn. basterd) suiker en laat deze smelten en zwart branden. Dan giet men er langzaam een nns gemalen koffie in. Als deze massa köki, voegt men er langzaam een halve liter koud water aan toe en wacht totdat het mengsel weer kookt. Daarna zeeft men de massa twee maal. Onder het bereiden voortdurend blijven roeren. Behalve, dat men op deze wijze een zeer goede koffie-extract verkrijgt, waarvan men voor een kleine kop koffie slechts een eierlepeltje noodig heeft, kan men ook van het in de zeef achtergebleven koffiedik nog goede koffie zetten. Dit koffiedik is zelfs vrij sterk, zoodat men niet alles tegelijk moet gebruiken. Men komt op deze wijze minstens drie maal zoo lang met n ons koffie toe, dan wanneer men er op de gewone manier koffie van zet. M. W.?v. D. K. GEURIGE THEE Doe wat lindebloesem en n schepje thee in den trekpot, vul dien dan met kokend water, laat ze iets langer dan gewoonlijk trekken, dan verkrijgt ge een geurig kopje thee voor een vrij talrijk gezin. M. H.-V. Over Boeken en Tijdschriften Thans is verschenen de 24ste aflevering van De Vrouw, de Vrouwenbeweging en het Vrouwenvraagstuk". Redactie mr. C. M. Werker?Beaujon, mr. Clara Wichmann en mr. W. H. M. Werker. Dit is de laatste en vormt met de 23 voorafgaande, het volledige encyclopaedische handboek dat nu bij de Uit gevers-Maatschappij Elsevier te Amsterdam, in twee deelen, te verkrijgen is. (Prijs f 14.85. In aansluiting met beschouwingen over de vrouw en haar betrekking tot de tegenwoor dige maatschappij, door bekende vrouwen en mannen, geeft deze laatste aflevering een verhandeling over de Criminaliteit der Vrouw in het bizonder in Nederland, door mr. Clara Wichmann; de aflevering eindigt met Cen trale slotbeschouwingen over het vrouwen vraagstuk: de Vrouw in de Natuurlijke Kategorieën der Maatschappelijke Gemeen schap door dr. A. Rutgers van der Loeff, het Vrouwenvraagstuk en zijn Betrekkelijk heid, door mr. Clara Wichmann, en de Vrouw in het Licht der Evolutie door mr. W. H. M. Werker. Het is een ernstig gesteld, juist gevoeld beschrijven van de moeilijkheden die de vrouwen hebben doorgemaakt eer zij van de onvrije, gebonden leefwijze gekomen zijn tot de vrijheid en het groot gebrek aan geluk en aan harmonie dat er ligt, niet in de onvrijheid, of in de vrijheid, maar in den strijd der jaren die moeten voorbijgaan eer de onvrijheid tot vrijheid geworden is. Dit belangrijke werk vormt een waardige bijdrage in menige bibliotheek. :: VERHUIZEN :: MEUBELS BEWAREN E. J. VRN 5CHAICK BOOTHSTRRHT UTRECHT slootkanten of dat een paar meoi bontbladige lipbloetnen gewoonweg de gevlekte en de gele dovenetel zijn van de Nijmeegsche bpsschen.Maar naast den ge wonen kattestaart vindt ge zijn sierlijker verwant uit den vreemde, Lythrum virgatum en naast die doove netels een overvloed van Salvia's. Behalve de groote toortsen, die op onze foto zoo mooi pronken (links) vindt ge in een ander perk dwergvormen, geschikt voor kleiner randen. Links van de toortsen zie i ge op de foto een paar slangejijnen in het donker onder de boomen. Dat zijn de stengels van een waterruitsoort, Thalictrum dipterocarpus, een plant die geen massale bloemenmassa's vormt, maar door zijn prachtig fiji verdeeld blad en de losse pluim van bleek blauwe bloemen toch het bekijken overwaard is. Ge hebt zijn verwant, de Ruit met het akeleiblad wel op de Alpen ontmoet. Van Alpen gesproken, onze tuin heeft ook een hoekje gewijd aan dien alleraardigsten vorm van bloemgroepeering, den rotstuin. Met die rotstuinen wordt heel wat raar spul gedreven, de onze hier is nog maar in zijn begin en goddank nog eenvoudig en onbe dorven en als het turfstroolsel niet zoo in het oog viel, zou het met zijn ronde granietblokken al aardig lijken op een hoekje aan de Furka pas. Ge kent die Alpenweiden, waar de rotsblokken juist even uit gras en kruid komen kijken. Onze tuin is nog maar klein en in zijn begin, maar nu reeds van groote bekoorlijkheid. Ik ga er nog dikwijls heen, want er valt veel te leeren. Ook hoop ik er veel vliegen te vangen. Daar vertel ik later wel van. En het aardigste is mis schien wel, dat we gaandeweg in onze streek in de villatuinen een hooger peil kunnen constateeren van ernst en schoonheid. Dan heeft de propaganda haar doel bereikt. JAC. P. THIJSSE O

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl